LEYDSCHE Êi. COURANT. 1847. WOENSDAG, 4 AUGUSTUS. Ne, BINNENLANDSCUE BE BIG TEN. Do Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt vit Zaturdag avond. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar; de afzonderlijke stommers worden tegen 10 Centen afgegeven. f, LEYDEN, 3 Augustus. Uit liet Verslag van de Gedep. Staten van Vriesland deelen wij de vol gende bijzonderheden mede Op 1° Januarij 1846 waren in die provincie 245,266 zielen. In dat jaar zijn geboren 7,483 en overleden 6,700, dus meer geboren dan overleden 733. Deze uitkomst levert een zeer belangrijk verschil op bij dc laatste jaren, want toen bedroeg de vermeerdering der bevolking dezer provincie gewoonlijk tus- schen de 3 en 4,000 zielen, en in 1845 nog 3,715 zielen, terwijl over 1846 de bevolking met slechts 630 zielen is to-gonomen. De toestand der gemeente-finantien is over het algemeen hoogst bedroe vend en de uitzigten in vele gemeenten bekommerend. De ongunstige loop der omstandigheden, de buitengewone duurte der eerste levensbehoeften, heeft eene gruote vermeerdering van uitgaven doen ontstaan, nevens eene groote vermindering der middelen of ontvangstenzoodat deze beide oorzaken cenen achteruitgang hebben bewerkt, die geldleeningen en bovenmatig drukkende, hoofdelijke omslagen beeft gevorderd en nog vordert, waarvan sommige zelfs tot zoodanig bedrag hebben moeten worden opgevoerd, dat. ze aanleiding ge ven, dat van de gegoedste ingezetenen eenigen de gemeente verlaten en elders hunne woning vestigen. Er zijn gemeenten, waar de lasten zoo zwaar zijn, dat ze werkelijk ondra gelijk moeten worden genoemd en geene voortduring tot het geheven bedrag gedoogenonder anderen, en wel voornamelijk, in de Grietenijen Oostdon- geradeel en Westdongeradeelofschoon cr ook nog vele andere worden gevon den die daaraan al zeer nabij komen. liet bedrag der gewone en buitengewone hoofdelijke omslagen over 1846 in de meeste gemeenten, beloopt de buitengewoon hooge som van 256,423, namelijk: wegens gewone omslagen 225,123, en wegens buitengewone omslagen 31,300, het bedrag van den jare 1845 overtreffende met 30,445hetgeen nog met eene som van ruitn f 4000 le boven gaat het beloop, waarop wij bij het zamenstellen van het verslag des vorigen jaars meenden te moeten rekenen. Voor zoo verre zulks thans reeds bekend ismag men gerust aannemen dat het bedrag der in 1847 te heffen hoofdelijke omslagen de som van 320,000 zal te boven gaan. De staat der zeeweringen dezer provincie is, over het algemeen, voldoende. Omtrent het eiland Schiermonnikoog houdt het laatste verslag van de in November 1846 gchoudene opneming, in, dat de verzanding langs de zuid- westzijde steeds toeneemt in uitgebreidheid en hoogte, zoodat aldaar reeds de beginselen van duinen te ontwaren zijn; dat de afneming van die zijde des eilands thans geheel heeft opgehouden, en dat de afneming van het duin aan de westzijde sedert de vorige opneming niet aanmerkelijk is geweest, maar dat integendeel die duinrand beter begroeid was. Omtrent het onderwijs in het algemeen luiden de bij ons ingekomene ver slagen gunstig, en het mag daaruit worden opgemaakt, dat aan de bevor dering van deze hoogst belangrijke zaak veel moeite en zorg wordt besteed, waardoor van tijd lot tijd nuttige en doelmatige verbeteringen worden daar- gesteld, die eenen beilzamen invloed zullen moeten uitoefenen. De Veestapel in deze provincie bedroeg in Februarij 1847: Getal runderen beneden een jaar 30,441beneden de twee jaren 30,841, boven de twee jaren 111,630, te zamen 172,912; paarden beneden de drie jaren 3,614, boven de drie jaren 17,817; schapen 82,626; varkens 14,821; waaromtrent valt op te merken, wat de runderen betreft, dat dit getal op hetzelfde tijdstip in den jare 1846 bedroeg totaal 168,218 stuks, zoodat er in 1847, meer waren 4,694 stuks, een bewijs dat de sterke vervoer van rundvee naar Engeland, door middel der stoombooten tussehen Harlingen en Londen varende, het aan lokken van vee zeer heeft aangemoedigd en de landbouwers er zich op toeleg gen, om van die gelegenheid tot verkoop van vee, tegen hooge prijzen, partij te trekken en daarmede winst te doen. Volgens de opgaven der markten te Leeuwarden en te Sneek was in 1846 de gemiddelde prijs der boter 40.20 en die der kaas ƒ24,43, een zeer belang rijk verschil opleverende met den gemiddelden prijs van den jare 1845, toen die van dc boter was ƒ32,12 cn die der kaas ƒ18.18, welke prijzen reeds aiet onbelangrijk honger waren dan in 1844. In de Moniteur des hides vindt men eene vergelijkende opgave van den handel onder Nederl. vlag op China, in 1845 en 1846. Daaruit blijkt dat dc invoer heeft plaats gehad in 1845 door 20 schepen, metende 3025 lasten, waarde 978,714 dollars, en in 1846 door 16 schepen, metende 2783 lasten, waarde 933,800 dollars (een dollar komt nagenoeg overeen met ƒ2,50). De nitvoer heelt plaats gehad, in 1845 door 20 schepen, met 3025 las ten, waarde 801,112 dollars; in 1846 door 16 schepen, met 2783 lasten, waarde 1,002,136 dollars. De uitvoer heeft dus eene niet onaanzienlijke vermeerdering ondergaan daarvan waren de thee en zijden stoffen dc voornaamste artikelen. •s GRAVEND AGE, 3 Augustus. Z. M. heeft benoemd lot Officier bij dc Arrond.-Regtbank te Roermond Mr. J. A. M. de Willebois, Substituut-Officier bij de Arrond.-Regtbank tc Breda. Gisteren avond is Z. M. en Z. K. II. de Prins van Oranje van Socstdijk in de Residentie teruggekeerd, die zich derwaarts hadden begeven, ter gele genheid van den verjaardag van Z. K. H. Prins Alexander. Zondag jl. is er bij Z. K. 11. den Prins van Oranje een luisterrijk diner gehouden, ter eere van Z. M. den Koning van Wurtemberg. Heden zullen Htl. KK. I1H. de Prins cn Prinses van Oranje met den Koning van Wurtemberg een uilstapje doen naar den Loeghwater. De Minister van Marine zal den 6den dezer geen gehoor verleenen. Dc Tweede Kamer heeft 11. Zaturdag het JId® Hoofdstuk van dc staats- begrooting, (Hooge Collegiën van Staat) na langdurige beraadslaging, met 34 tegen 24 stemmen aangenomen. Tegen hebben gestemd de Heeren, van Dam van Isselt, Nedermeijer van Rosenthal, Nap, van Goltstein, van Panhuys, de Man, Gevers van Ende geest, Schooneveld, Storm, van RijckevorselVerwey-Méjande Kempenaer, van Heemstra, Hoffman, Uytwerff-SterlingAnemaetvan Heioma, van Beeck Vollenhoven, I.uzac, Boreel van Hogelanden, van Haersolte, Cost Jor- dens, Duymaer van Twist en de Voorzitter. In de Zitting van de Tweede Kamer van gisteren morgen is het III"® Hoofdstuk van de begrooting (Builenl. Zaken) met 32 tegen 26 stemmen aan genomen. In de Avondzitting is het lVdc Hoofdst. (Justitie) aangenomen met 35 tegen 23 stemmen. De Heeren Storm, Heemstra, v. Goltstein, v. Panhuys, Luzac, v. Dam v. Isselt voeren achtereenvolgens het woord. De Minister verdedigt het hoofd stuken de Minister van Oorlog verdedigt de aanmerkingen omtrent de maatregelen door de militaire magt te Leeuwarden en Groningen genomen. De Heer v. Dam v. Isselt in zijne rede de zaak van het Journal de la Haye cn de subsidie die daaraan verleend wordt ophalende, heeft de Minister ten opzigte van dit punt geantwoord dat hij meent niet te moeten treden in een onderzoek van de wijze waarop dat blad wordt geredigeerd. Ook omtrent de qualifiratie die aan dat blad gegeven moet worden, meent Z. Exe. zich niet te moeten uitlaten. Hij zal alzoo ook niet treden in eene behandeling der vraagof het blad als half officieel kan worden beschouwd. De Regering is tot dus verre van oordeel geweestdat daarin moeten wor den opgenomen stukken óf teregtwijzingen, óf ophelderingen betrekkelijk den handel en de scheepvaart. Vooral tot verdediging onzer betrekkingen met het buitenland. Die vertoogen hebben dikwerf de beste vruchien gedragen. Doch de Regering draagt in geenen deele de verantwoordelijkheid van hetgeen in dat blad voorkomt. Toen Z. Exe. aan het departement is gekomen, kreeg hij kennis van de verleend wordende subsidie. Tot dus verre is dat op denzelfden voet gebleven. Wat er nu verder met het Journal zal gebeuren, wat des wege voor bet vervolg zal worden beslotenis Z. Exc. onmogelijk thans mede te deelen, daar er hij de Regering nog geen bepaald besluit te dien aanzien is genomen. In de Morgenzitting was cene Koninklijke boodschap ingekomen, met daarbij beboerend wets ontwerp en memorie van toelichting, betreffende den 4<ten Titel van het Iste Boek van het Wetboek van Strafregt. Iri de zitting van heden is beraadslaagd over Hoofdstuk V der begroo ting (Binnenlandsehe Zaken). De Heeren van Haersolte, Anemaet, van Beeck Vollenhoven, van Goltstein, de Kempenaer, van Heemstra, van Rozenthal, van Panhnys en Schooncvclri hebben de voordragt uit verschillende oogpunten bestreden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1847 | | pagina 1