a. de toelating der kinderenniet dien verstandedat gccne kinderen, boven den ouderdom van zes jaren in dezelve verblijven b. de gezondheid der kinderenwaarbij de voorschriften betreffende de Koepokinenting en om de verspreiding van Hoofdzeer en andere Huidziekten legen te gaan zullen worden in acht genomen e. de verdeeling van de speel- en leeroefeningen, de vaststelling der school orde en van de tafel van werkzaamheden d. het bezoeken der school e. de inrigting der Registers van de kinderen. Art. 10. Om aan het hoofd eener bewaar- of kleinkinderschooï te worden toegelaten worden de navolgende vereisebten gevorderd 1°. een voldoende getuigschrift van goed zedelijk gedrag; 2°. eene wettelijk verkregene acte van algemeene toelating, om aan het Hooltl eener kleinkinderschooï te staan 3°. eene acte van bijzondere toelating van de geregtigden 4°. het visum der Plaatselijke School-Commissieof waar deze niet be staat, van den districts-Schoolopziener op voormelde acte. Art. 11. De in het vorige artikelsub n°. 2gevorderde acte van alge meene toelating zal worden afgegeven do®r den Schoolopziener in de Provincie, onder welks ressort de aspiranten het laatst een vol jaar hebben gewoond, na afgelegd examenhetwelk genoegzame blijken zal moeten opleveren van A. 1°. cenige bekendheid met de beginselen der opvoeding; 2°. Vaardigheid in het lezen en schrijven; 3°. Aanvankelijke kennis der beginselen van getal en vormleer; B. 1°. Geschiktheid in het regelen van de kinderspelen 2°. Bedrevenheid in het leiden van bet kinderlijk gezang, 3°. Vaardigheid: a. in het spreken met- en in bet vertellen aan kinderen; b. het duidelijk verklaren van voorwerpen der uatuur en van prentver beeldingen o. bet onderwijzen der klankmethode, hoofdzakelijk ter bevordering van het duidelijk spreken. Art. 12. Om tot het voren bedoelde examen te worden toegelatenwordt gevorderd de overlegging van: 1°. eene geboorte acte, waaruit blijkt, dat de aspiranten den vollen ou derdom van twintig jaren hebben bereikt; 2°. een bewijs van goed zedelijk gedragafgegeven door het bestuur van hunne verblijfplaats; 3°. een bewijs, dat zij gedurende het laatste jaar aan eene bewaar- of kleinkinderschooï onafgebroken zijn werkzaam geweest, behoudens de bevoegd, beid van Gedeputeerde Staten tot het verleenen van dispensatie van deze be paling, op daartoe door den districts-Schoolopziener te doene voordragt. Art. 13. Den Districts-Schoolopziener wordt de vrijheid verleend, om voor de gemeenten waar geene Plaatselijke School-Commissie bestaat, indien bijzon dere omstandigheden dit vereisclienhet examen te wijzigenonder vcrplig- ting nogtans om op de af te geven acte van de aan den dag gelegde be kwaamheden naauwkeurig melding te maken. Art. 14. De bij de uitvaardiging van dit Reglement bestaande hewaar- of kleinkinderscholentot welker oprigting de in art. 5 vermelde speciale vergunning niet verkregen is, zullen kunnen blijven voortduren, mits zooda nige vergunning binnen zes maanden alsnog worde gevraagd en verkregen en het bewijs daarvan bij de Plaatselijke School-Commissie, of, waar deze niet bestaat, bij den Districts-Schoolopziener worde overgelegd. Zij, die op het gemelde tijdstip aan bet hoofd van bewaar- of kleinkin derscholen geplaatst zijn, worden vrijgesteld van de in art. 10 gevorderde vereisebtenvoor zoo lang zij in die zelfde inrigting werkzaam blijvenonder voorbehoud nogtans van nadere voorzieningin geval van blijkbaar wange drag of verregaande onkunde. Art. 15. De verleende admissien zullen door de Plaatselijke Besturenna de Plaatselijke School-Commissie te hebben gehoord, of, waar die niet be staan op voordragt of na verhoor van den Districts-Schoolopzienerkunnen worden ingetrokken onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten wanneer door de geadmitteerde aan de voorwaarde, bij de admissie ge maakt, niet wordt voldaan, en het in art. 7 bedoelde Reglement niet binnen den door het Plaatselijk Bestuur bepaalden tijd is daargesleld b. wanneer het locaal der Bewaarschool door bet Plaatselijk Eestuur ge oordeeld wordt voor de gezondheid der kinderen nadeelig te zijn, en daarin niet binnen den door hetzelve te bepalen tijd wordt voorzien; c. wegens wangedrag of verwaarlozing van het onderwijs van de zijde des geadmitteerden d. wegens mishandeling of nalatigheid in de zorg voor de kinderen door de geadmitteerden begaan. Aldus vastgesteld door de Provinciale Commissie van Onderwijs in Zuid- Holland, te 's Gravenhage, den 12dcn April 1847. II. C. J. HOOG, President. J. J. ROOZEBOOM, Secretaris. Goedgekeurd door de Gedeputeerde Staten der Provincie Zuid-Holland. 's Gravenhage den ll(lcn Junij 1847. VAN DER HEIM. Ter ordonnantie van dezelve, JUST DE LA PA1SIÈRES. Gedeputeerde Stalen voornoemd gelasten mitsdien een iegelijkdien bet zoude mogen aangaan, om zich slipelijk overeenkomstig de bepalingen van het voorschreven Reglement te gedragen. En, ten einde niemand hiervan eenige onwetendheid voorwende, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt, alom waar zulks te doen gebruikelijk is. 's Gravenhageden 11<J<m> Junij 1847. Gedeputeerde Staten voornoemd VAN DER HEIM. Ter ordonnantie van dezelve, JUST DE LA PAISIÈRES, KERKNIEUWS. Door Z. M. zijn goedgekeurd de door de Kerkcraden der Hervormde gemeen ten te RotterdamHoorn en Vcenendaal uitgebragte beroepen op DD. J. J. Doedes, Th. Dr. te Hall, II. F. de Blaauw, te Gapinge, en J. M- Loois, te Babiloniënhroek. ADVERTENTIE N. Bevallen van een' ZOON, AGATIIE SUSANNE JEANNE SCHRETLEN, Geb. Methorst. Leiden, 11 Julij 1847. Heden beviel voorspoedig van een' ZOON, J. J. HEEMSKERK, hartelijk geliefde Echtgenoote van Leiden, 12 Julij 1847. C. W. van der POT. Voor de veelvuldige blijken van deelneming, ons betoond door Vrienden en Bekendenzoo binnen als buiten deze stadbij het afsterven van ons geliefd oudste Kind, betuigen wij onzen opregten dank. Leiden, G. C'. B. SURINGAR. 15 Julij 1847. A. W. ten CATE. KOFFIJHUIS 1 'IA li. op Donderdag den 15den Julij 1847, des namiddags ten 5 ure door het Corps Muzijkanten genaamd de JRlaautvjassen, en vervolgens telken Donderdag van het geheele Zomersaizoen. D. OUDSHOORN. Bij ongunstig weder sal liet Concert in de Zaal plaats hebben. De door Z. M. den Koning geoctrooieerde HVURVERW van den Heer R. H. van SOMERENFabriekant in Verw- waten te Botterdamis voor de Stad Legden en omlig gende Rijnlandsche Dorpen uitsluitend tu bekomen bij den Ondergcteekendebij wien te dezer zake de bcriglen en verdere inlichtingen gratis te hekomen zijn. Legden13 Julij 1847. J. II. NOORTVEEN, in Verwwaren. Mare, Wijk VI N°. 1179. BEURSPRIJS VAN SCHTJLDBRIEYEJN. MAANDAG, 12 JULIJ Laagst.koers. Nederland, Werkelijke Schuld. a 2J- pCt, Dito dito3 Dito dito4 O. I. Leening4 Amortisatie Syndicaat3J Ilandcl-Maatschappij4J- Haarlemmermeer Aandeden llijn-Spoorweg. 41 Aand. IIoll. Spoorweg Maatschap. Belgie Certificaten 4 Dito Dito2i Dito. bij Rothschild2£ Spanje, Leen. bij Ardoin van 85 5 Dito bij dito, onliep. stukken. 5 Dito Binnenl. a 6 m3 Coupons Ardoins Portugal, te Londen3 Dito Dito4 Rusland, Obl. Hope 1798 en 181G 5 Dito dito 1828 en 1829 5 Cert. hij dito 1831 en 1833 5 Dito bij Hope4 Dito bij Stieglitz C=4 Certificaten te Hamburg5 Inschrijving in Assign6 Certificaten van ditoG Polen, Certificaten4 Dito Aandeden met Loting II. 300 Dito dito500 Pruissen Loten van 50 R. Oostenrijk, Oblig. WeenerBank. 5 pCt. Idem4 Oblig. Metalliek5 Idem21 Aandeden 28 Mei 1834 500 f Idem 1 April 1839 250 Napels, Certif. bij Lam. en Bouw. a 5 Brazilië,5 Amerika,6 Dito Bankactiën Mexico,5 Venezuela2| pCt. 58 TO 3 <"l tf 90.J. 90 884 175» 104£ 112 17J 16J 27/, 13 334 33 106 J 1041 974 90J 90/, 103*. 104| 541 87' 19 40 Hoogst, koers. 58/, 70/, 904 89» 175 A 113 104 28 131 344 33 J IO64 91 904 541 Gebleven. 58 70/, 90 rir 175 112 27 7 "'tv 33x 3344 IO64 Koers van het Geld: Beleening 3J. Prolongatie 3. Wissel-Disconto 4 pCt. Te Leyden ter Boekdrukkerij van J. G. LA LAU.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1847 | | pagina 4