LEYDSCHE COURANT. 1847. N°. 81. WOENSDAG, 7 JULIJ. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. De Courant wordt MaandagWoensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt uit Zaturdag avond. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar; de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. LEYDEN, 6 Julij. Gisteren is alhier de 6de verjaardag van H. K. II. Prinses Wilheltnina tweede Doclitcr van HH. KK. HH. Prins en Prinses Frederik der Nederlanden, op de gebruikelijke wijze gevierd. Het bekende laantje van Van der Gaag bij Delft, is door beëedigde schatters op ƒ80gewaardeerd. Bij het ter perse leggen dezes ontvangen wij een gedeelte van het ver slag van Gedeputeerde Staten dezer provincie, hetwelk wij in ons volgend nommer hoofdzakelijk zullen mededeelenons thans voorloopig bepalende hij lietgene van onze Hoogeschool wordt vermeld. De Leydsche Hoogeschool handhaaft haren alouden roem en mag zich ver heffen op het bezit van Iloogleerarendie in alle vakken van wetenschap zich gunstig onderscheiden. Hare rijke verzamelingen en kabinetten van verschil lenden aard verdienen de opmerkzaamheid van ingezetenen en vreemden, maar het getal studenten is in de twee laatste jaren aanmerkelijk verminderd. Vroeger toch bedroeg het getal ingeschreven studenten jaarlijks omstreeks een honderdtal; in 1845 bedroeg het slechts 25, in 1846, 45, zoodat het getal als zoodanig aan de Leydsche Akademie ingeschrevenhetwelk op den 31sten December 1844, 601 en op den 31slen December 1845 nog 589 bedroeg, op het laatst des algeloopen jaars tot 479 was verminderd van welke 196 in de faculteit der regtsgeleerdheid 55 godgeleerdheid, 10 wis- en natuurkunde, 25 wijsbegeerte en letteren, 84 geneeskunde, tezamen: 370 zich werkelijk te Leyden en de overige 109 zich aan de Athenaea bevonden. Staat aanwijzende het aantal Reizigers, henevens de Opbrengsten gedu rende de maand Junij 1847, op den Hollandschen IJzeren Spoorweg. Opbrengsten van Vertrek van Aantal Reizigers. Reizigers en Goederen. Amsterdam19,929 25,871.79 Halfweg394 - 187.50 Haarlem13,138 - 10,079.40)- De Vogelenzang607 554.37 De Hillegommerbeek70 - 47.90 Veenenburg615 - 479.05 Piet-Gijzenbrug594 - 511.32 Warmond441 - 359.80 Leyden9,301 - 7,762.16 Voorschoten651 - 440.50 Nieuw Oost-Einde 239 - 229.05 'sGravenhagc21,469 - 20,950.10 Rijswijk246 - 142.15 Delft9,756 - 5,088,31 Schiedam 6,753 - 3,214.53 Rotterdam 18,030 - 16,689.72^ Vervoer van Rijt., Paard., Slagtvee, enz. - 1,779.40 Totaal 102,233 94,387.07 Bedrag der vorige opgaaf 203,967 - 227.302.64 Totaal-Generaal 306,200 321,689.70 'sGRAVENHAGE, 6 Julij. Z. Exc. de Minister van Finanliën zal op aanstaanden Donderdag geen gehoor verleenen. De Minister van Binncnlandsche Zaken in overweging nemende, dat, in weerwil van de herhaaldelijk hekend gemaakte voorschriften, er van tijd tot tijd bij dit departementwegens goederen ter verzending naar Neêrlands Indië bestemdcertificaten van Nederlandschen oorsprong of bewerking ter visering aangeboden worden, welke, als niet in alle doelen overeenkomstig die voorschriften opgemaakt zijnde, aan de belanghebbenden moeten worden teruggezonden om te worden verbeterd, herinnert hij deze de belangheb benden hier te lande op nieuw aan de bepalingen, welke nopens hel opmaken en ter visering indienen van de certificaten van oorsprong of bewerking be staan en meermalen ter algemeene kennis zijn gehragt, onder anderen naar aanleiding van des Ministers circulaire van 27 Julij 1841, N°. 150, 8de al- deeling, welke tevens in haar geheel (onder N°. 194) is opgenomen in het Bijvoegsel tot het Staatsblad van 1841terwijl zij later nog is aangevuld geworden door 's Ministers aankondiging van 8 October 1842, welke in de Staals-Courant van den ll'Jcn dier maand en in een aantal verschillende latere nommers van dezelfde Courant is geplaatst geweest. Voorts wordende houders der bedoelde certificaten, in bun eigen belang, uitgenoodigdom zeiven die certificatenalvorens ze ter visering aan te bie dennaauwkeurig te onderzoeken, en daarbij na te gaan of die stukken, aan de voormelde bepalingen getoetst, slof tot aanmerking opleveren, terwijl, wanneer dit laatste het geval is, de houders uit eigen beweging behooren te zorgendat de verzuimen of onnaauwkeurigheden verbeterd wordenalvorens de certificaten ter visering worden ingezonden, daar anders het verwijl, het welk het over en weder schrijven van wege dit departement vordert, om de rectificatie te verwerven, buiten schuld van dit departement, niet anders dan tot hunne eigene schade kan uitloopen. Ten slotte wordt nog, ten overvloede, op nieuw herinnerd aan de meerma len gedane kennisgeving, dat de certificaten van oorsprong of bewerking, gelijktijdig met het goedwaartoe zij behooren moeten afgezonden worden en daarmede in Neêrlands Indië aankomen; dat die certificaten, alvorens met het goed naar Indië te vertrekkenbij het Departement van Binnenlandsche Zaken moeten worden geviseerddewijl naderhand in geen geval het visa (zonder hetwelk het certificaat geene kracht heeft) meer wordt verleend; en dat de belanghebbenden het ter visering indienen der certificaten (waarbij door hen gelijktijdig schriftelijk de namen van het schip en van den kapitein, met welken het goed vertrekt, moeten opgegeven worden) zoo min mogelijk behooren uit te stellen en daarmede iri geen geval moeten wachten tot de schepen, met welke de goederen verzonden worden, zeilree liggen, als moe tende de certificaten geregeld en naar mate men ze bij het Departement van Binnenlandsche Zaken ontvangt, achtereenvolgende in een daartoe bestemd register ingeschreven worden zoodat, bij het indienen van een zeker aantal dier stukken, de laatst ingekomene niet zoo spoedig, immers niet met om gaande post, kunnen teruggezonden worden. Bij een en ander wordt overigens nog herinnerd, dat, volgens de bestaande bepalingende certificaten van oorsprong of bewerking door de stedelijke en plaatselijke besturen kosteloos opgemaakt en op zegel geschreven worden, welk zegel door den declarant moet worden betaald: terwijl, buiten hetzelve, de certificaten aan geene registratie of andere kosten hoegenaamd onderwor pen zijn. Aanstaanden Donderdag zal voor het Prov. Geregtshof alhier de zaak van de gcldsnoeijers Frans Rosbeek c. s., van Aarlariderveen behandeld worden welk complot in Mei 1846 door de onvermoeide nasporingen en belangrijke inlichtingen van den Burgemeester, den Heer Mr. A. Jongkindt Coninckis ontdekt en aan de Regtbank te Leyden overgeleverdwelke zich in deze zaak ook veel moeite heeft gegeven. Men verneemt dat er 23 getuigen gedag vaard zijn. Handelshl ROTTERDAM, 5 Julij. De Heer P. 11. Tromp heeft bedankt voor zijne betrekking van Commissaris der Pihijnspoorweg-Maalschappij. AMSTERDAM, 5 Julij. Den 3den dezer is alhier de vierde haringjager aangekomen met 207 ton; het berigt omtrent de vangst door de vloot, was gunstiger dan bet voor gaande. De haring was uitmuntend cn de prijs ƒ200 per ton. ARNHEM, 3 Julij. De Geldersche Maatschappij van Landbouw heeft in hare algemeene Verga dering, op het uitgebragt Verslag der keurmeesters van landbouwkundige werktuigenden hoogsten prijs toegewezen aan den Hoogleeraar A. II. van der Boon Mesch te Leyden, voor de door hem ingezondene verschillende nieuwe werktuigen voor het verhouwen van maïs en de behandeling daarvan na den oogst. Het bewijs dezer bekrooning beeft de Hoogleeraar wel willen aanne men, doch de praemie is door Z. Hoog Gel. aan de Maatschappij teruggeschon kenten einde daarmede de praemiën voor het volgend jaar te kunnen ver- hoogen. De tweede praemie is toegekend aan den Heer A. van Daalen, te Bennekomvoor meekrap-kiemende derde praemie aan den Heer Stout te Tielvoor een model-karnmolen de vierde praemie aan den lieer D1'. J. Wttewaal voor twee doppen op de hoornen van rundvee, en nog eene praemie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1847 | | pagina 1