voortgezet. Hoewel er /.oer verschillend over wordt gesprokenis liet doel zeer goed, namelijk aan de arme vrije bevolking werk te verschaften. Waar zie bier hoe de arbeiders er zelve over spreken 1. Ik zal mij niet doodwerken, voor 1 daags: ik blijf er zoo lang, lot ik ƒ130 bij elkaar heb, dan ga ik op plantaadje. 2. Zulk delven is veel makkelijker dan den beelen dag te timmeren. 3. Als ik mijn zwarte rok en mijn panama hoed heb, laat ik bet kanaal bet kanaal. 4. O ja, als bet mij te ver van buis gaat, scheid ik er uit; enz., enz, Hoe is het mogelijk met zulke menscben iets goeds uit te voeren. De Gouverneur schijnt dit zelf te hebben ingezien, daar de koloniale guides ge bruikt worden om hosch te vellen en ik vrees, dal Z. Exc. nog genoodzaakt zal zijn liet door lands-slaven te laten voltooijen. In 6 a 8 weken zijn ge dolven 20 kettingen; liet geheel getal kettingen is 1,500. Nu wil ik liet geheel gemiddeld nemen, 7 kettingen en 200 arbeiders. Dau zijn er, naar mijne grosso berekening, nog 500 weken noodig. Dit heelt nu reeds gekost door elkander (want in den beginne waren er zoo veel niet aan liet werk) ƒ0,300; dit nu 500 malen, dan zal het nog eene som van 3,530,000 kosten. Vermeerderen de arbeiders, en dus ook de spoed dan vermeerderen in die mate weer de kosten. Overigens is bet wel te begrijpen, dat door dezen maatregel de Heer van Kaders zeer populair is geworden, te meer daar hij eiken morgen en avond aldaar te vinden is." De Gouverneur van Suriname schijnt niet regt bijbelvast te wezen. (Ev Inc. XIV: 2830: «Want wie van u willende cenen toren bouwen, zit niet eerst neder en overrekent de kosten of bij ook beeft hetgeen tot volmaking noodig is? Opdat niet misschien als bij bet fondament gelegd beeft en niet kan voleindigen, allen, die het zien, hem beginnen te bespottenZeggende: (leze mensch beeft beginnen te bouwen en beeft niet kunnen voleindigen maar, in allen gevalle beeft bij in de eerste plaats op zijn gewest gezien; vertrouwende evenwel aldaar en alzoo mede ten nutte van den gebeelen Staat te werken: maar de Kijks Minister van Koloniën moet in de plaats op liet geheel des Kijks zien; en op de respective koloniën, naar male van derzelver waarde voor den Staat, en ook op bet belang van 's Rijks schatkist. En nu weet men dat Suriname financieel een lastpost is, die wel niet onmiddelijk len laste van 's Rijks schatkist komt, maar toch middelijk geheel en al. liet tn kort op de West-Indiën en de kust van Gui nea wordt gevonden uit de baten der Oost-Indiën; liet overschot van de halen der koloniën (dat is der Oost-Indien) schraagt en stijft 's Kijks schatkist, die zulk overschot volstrekt behoeft. Elke gulden dus, voor Suriname meerder uitgegevenkomt minder in de Rijkskas. En nu bedenke menwelke extra uitgaven Suriname buitendien reeds gekost beeft: deels om de Bank te herstellen, wier fonds ook al aan de volharding tegen België opgeofferd was; deels voor de nieuw aangelegde, doch zoo zeer mishandelde Europesche kolo nie, wier leed (zoo veel nog baten kon: les morts ne reviennent pas) liet bewind door dubbele opoffering beeft getracht te vergoeden, en alzoo de klag- ten aldaar en ook bier te lande te smoren. RVSLAIV». PETERSBURG, 1 February. De Landbouwkundige school uit Novogorod hierheen overgebragt, is den Jlstcn ger \orige maand ph'gtig geopend, onder voorzitting van den Prins Peter van Oldenburg. Dertig kweekelingen worden op kosten van de school onderhouden en in bet vak onderwezen. Er wordt geene uitzondering in het aannemen van kweekelingen gemaakt. POLEIÏ. Van de grenzen schrijft men, dat bet onlangs in het Koningrijk gedaan verbod aan de Joden, om hunne bijzondere kleeriing en den langen baard te dragen, in zoo ver gewijzigd is, dat de Rabbijnen beide kunnen bonden, tegen jaarlijksehe belasting van 15 roebels. Allen luidden van die vergun- ning gebruik gemaakt. De fabriekanten van laken en zijden stoffen zullen door dit verbod veel lijden daar de Joden gewoon zijn zeer prachtige klee deren te (1 lagen. I'H UlSifiEX. BERLIJN, 8 February. Het bulletin van lieden meldt dat de Koningin eenen rustiger) nacht door- gebragt en verscheiden uren had geslapen. De hoest was des morgens minder tn de koorts matig. Men zegt dat de Heer von Savigny Minister van Justitie benoemd zal worden tot Inspecteur over al de Iloogescholen. In de omstreken van Kassei, Erlurt en Naumhurg zijn de wegen bijna ontoegankelijk door de groote menigte sneeuw. Men verneemt uit Stettin, dat de deelhebbers van de Maatschappij voor de walviscbvarigt aldaar, sedert ruim een jaar van de voor 3.1 jaar uitge- zeilden Walvischvaarder Borussia niets hadden vernomen. BRESLAU, 4 February. Zoo even verneemt men dat een gedeelte van ons garnizoen morgen vroeg naar den omtrek van Beiehcnbach zal marcheren, tot bet te keer gaan der ongeregeldheden, welke aldaar plaats gehad hebben. Deze tijding komt ove rigens niet onverwacht, daar de nood dier fabrijkstreken zeer hoog geklommen is. In de vorige week was ten gevolge van het staken van werken in eene fabriek Ie I.angenbielauwaardoor bijna 800 werklieden buiten middel van bestaan geraakten, bijna een oproer uitgebarsten. BEIJERE1V. BAMBERG, 5 February. Laatst verklaarde de Prins-Aartsbisschop van Breslau, Diepen broekop den kanseldat de opregte en gemoedelijke Protestanten zoo goed als de Katho lieken konden zalig worden. Dit zelfde gevoelenhetgeen voor liet overige ook dat is van een groot aantal andere Katholieke geestelijkenvoor eenige dagen door Dr. Bromer, een der Kanunniken alhier geuit zijnde, heeft dit hem de ongenade van onzen Aartsbisschop berokkend, die liern dadelijk beeft afgezet. SAKSEN. LEIPZIG, 8 February. De gemeenschap op de spoorwegen is door de menigte gevallen sneeuw zoo zeer belemmerd, rlat de aankomst der treinen soms uren lang vertraagd wordt; anderen hebben moeten terugkeeren. Gisteren morgen zijn er in liet geheel geene van hier vertrokken en de dagbladen en brieven zijn op eene andere wijs overgebragt. ENCEL1XD. LONDEN, 10 February. De officiëele opgaaf der sterfte in 115 districten van Groot-Britanniëgedu rende het 4de vierenrleeljaars van 1848, is bekend gemaakt, namelijk 52,905, in 1845 was bet in dicnzclfden tijd slechts 39,178; dus zijn er in 1848 18,727 meer overleden. In de manufactuur-riislricten zijn de meeste personen gestorven; te Manchester stierven er in bet 4de vierendecljaars van 1845 2,555in 18464,029. In weerwil dezer algemecne vermeerdering der sterfte, zijn er nog 1,058 meer geboren dan overleden. Niettegenstaande land verhuizingen wordt de bevolking nog dagelijks vermeerderd met ongeveer 800 personen. De bevolking van hel vereenigd Koningrijk, bedroeg in 1848 23,487,000 zielen. De beroemde reiziger naar bet noorden, Sir J. Ross, beeft in een brief aan de maatschappij van sterrekunde de opmerkzaamheid gevestigd op de om standigheid dat tot dusverre alle pogingen zoowel om een boog van den me ridiaan op Spitsbergen te melen, als om de Noordpool te bereiken voor namelijk deswege mislukt waren, omdat inen tot dit doel den zomer gekozen bad terwijl integendeel de maanden April en Mei het eenige daarvoor ge schikte jaargetijde waren. Oin die reden beeft hij aan de Admiraliteit bet voorstel gedaan, om tot bereiking van deze beide zoo gewensclite oogmerken, op Spitsbergen te overwinteren en daarheen zijne Officieren en verdere man schap, onder de leiding van den zoon van Prof. Schiibmacher te brengen, welke vervolgens in bet geschikte jaargetijde zich op sleden rloor Zweedsche paarden getrokken, naar den Noordpool zullen begeven. Dit plan is ook goedgekeurd door Dr. Scoresby en zoowel deze als de Heer Ross twijfelden te minder aan een goeden uitslag der zaak, daar bij (Sir John) door zijn verblijf in Zweden veel ondervinding in deze manier van reizen opgedaan had. De wet tot ondersteuning der behoeftigen in Ierland en die wegen3 bet brouwen en distilleren uit suiker zijn in bet Lagerhuis eergisteren be handeld. Gisteren is een voorstel met 155 tegen 61 stemmen goedgekeurd om eene Commissie te benoemen lot onderzoek der scheepvaartregtendie over het algemeen te bezwarend en te boog zouden zijnen daarom nadeelig voor het Rijk. De Arnerikaansclie Staat Georgie, die steeds de moeste goede trouw omtrent zijne schulileiscbcrs doet blijken, heeft nu 150,000 dollars op zijne vreemde schuld betaald, die 250,000 beloopt, en zal het overige vóór bet einde van dit jaar afdoen. FRANHKIJH. PARIJS, 11 February. De Minister van openbaar onderwijs beeft verklaard dal bij eerstdaags een ontwerp op het middelbaar onderwijs zou aanbiedendat met bet buoger on derwijs in verband zou staan. De Graaf Molé voormalig Voorzitter van den Raai der Ministers is gisteren bij den Koning in een bijzonder gehoor toegelaten. De fleer Martin du Nord zou aftreden, en in bet Hof van Cassatie kunnen komen. De Koning moet ontevrede zijn op den Minister van buitcnl. zaken den Heer Guizotomdat bij meer zijn personeel gevoelen zou hebben laten, gelden dan wel dat des Ko- nings aanmerking hebben genomen. De) oude Maarschalk Soult verlangt nu zoo ernstig zijn ontslag, dat men hem niet langer weigeren kan, wat anders de dood hem wel zou bezorgen. De Heer Duchatel wil van geen Ministerie wetenwaarin de lieer Guizot geen plaats zou hebben. Er is een penning geslagen ter herdenking der moorden in de maand Maart des vorigen jaars door de Regering van Oostenrijk bevolen aan de eene zijde ziet men de vrijheidsmaagd met de phrygisclie muts op bet hoofd en in gricksclie kleederdragt. Aan bare voeten zijn verbrokerie ketenen. In de eene band houdt zij een geweer, met de andere grift zij met een bajonnet de navolgende woorden op eenen schandpaal: «Massacres de Gallicic, Melter- nicli, Rreindl" (moorden van Gallicie, MetternichBreindt), aan de andere zijde leest men tussclicn eeri toorts en een zwaarddit opschriftx La dé mocratie francaise a fait frapper cette médaille pour livrer les auteurs des massacres de Gallicie d l'exécration du monde et de la postérité." (Het Eransclie volk beeft dezen penning doen slaan om de bedrijvers der moor den in Galicië prijs te geven aan de verachting der wereld en der nakome lingschap). Men zegt dat de Gezant van Oostenrijk wegens deze beleediging aan zijne Regering, eene verklaring aan den Heer Guizot zou hebben afgevraagd, die

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1847 | | pagina 2