LEYDSCHE
COURANT
De Courant wordt MaandagWoensdag en De Prijs der Courant is f 13 in liet jaar
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt WOEJNSDAG, 16 SEPTEMBER. de afzonderlijke nommers worden tegen 1W
Centen afgegeven
BÏNNENLANDSCHE BEKIGTEW
LEYDEN, 15 September.
Heden is alhier op de gebruikelijke wijze de 3de verjaardag gevierd van
Z. K. H. Prins Maurits, tweeden Zoon van HH. KK. HII. den Prins en Prinses
van Oranje.
Door den Breeden Kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente alhier, is nit
het bevorens gemaakte twaalftal Predikanten, het volgend zestal gemaakt:
E. B. Swalue Th. Dr., te Goes; F. II. G. van Iterson, te Arnhem;
L. proes, Th. Dr., te LeeuwardenV. J. Berkhodt, te Monster; A. rut
gers vander Loeff, te Zutplien J. p. van Harencarspelte Leeuwarden.
Isaac de Koster, die op den 27sten Augustus door middel van braak uit
het Huis van Arrest alhier is ontsnapt, werd in den middag van 14 dezer
binnen Haarlem, door de Policie aangehouden en in verzekerde bewaring gesteld.
De Najaars-Vergadering der Provinciale Commissie tot Onderwijs in Zuid-
Holland, zal gehouden worden te 'sGravenhage op Maandag den 12de" October.
De Examens voor den eersten en tweeden Rang alsmede die voor vreemde
Talenzullen plaats hebben den 13dcn die voor den derden en vierden rang
den 14den, en die voor de toelating als Schoolonderwijzeres en Huisonder
wijzeres den 15deB October.
's GRAVENHAGE," 14 September.
HH. KK. IIH. Prins en Prinses Frederik der Nederlanden, worden heden
avond op het Huis te Paauw nabij deze residentie, terug verwacht.
Heden is voor den Hoogen RaadKamer van Strafzaken behandeld
het beroep in cassatie van A. van Bevervoorde, schrijver en uitgever van het
weekblad Asmodéetegen een arrest van het Hof in Zuid-Holland, van 23 Mei
jl., waarbij in hooger beroep is bevestigd een vonnis der Arr.-Regtb. alhier,
van 19 Fcbruarij jl., bij hetwelk de requirant ter zake van een door hein
vervaardigd en uitgegeven geschrift, getiteld: lln chapitre d'un livie afaire
qui serail intitule: vie Directeur du Journal de Ja Haye cité a la harre
du Tribunal de I'opinion publiqueis schuldig verklaard aan Laster
door middel van een gedrukt en verspreid geschrift, begaan jegens den Heer
Mr. H. Box, Directeur van dat Journalen veroordeeld tot twee maanden
gevangenisstraf, boete en kosten.
Uit de memorie, door den Heer Mr. Blussé, als verdediger ingediend, blijkt,
dat er drie middelen tot cassatie zijn voorgedragen, als: 1°. verkeerde toepas
sing van art. 367 van het Wetboek van Strafregt, als A. omdat er geene
dadenmaar slechts woorden ten laste gelegd zouden zijn; B. omdat er
niet gezegd werd, welk kwaad eigenlijk gesproken zou zijn; en C. omdat die
ten laste gelegde woorden den Heer Box niet bloot stelden aan den haat en
de verachting zijner medeburgers. 11°. Verkeerde toepassing van art. 56,
al. 2, R. O. en art. 231 Strafvordering, in verband met art. 1408 en 1409
Burgerl. Welb., op grond, dat de regter onbevoegd zou zijn geweest, kennis
te nemen van de vordering der civiele partij tot het doen aanplakken van bet
veroordcelend vonnis. Eindelijk het IUdc middel bestond in verkeerde toepas
sing van art. 1409, al. 2, juncto art. 1408 Burgerl. Wetb., omdat er eene
geldsom is toegestaan tot vergoeding van het nadeel in eer en goeden naam
geledenwaartoe geene vordering was ingesteld.
Het Openbaar Ministerie heeft bij monde van den Adv.-Generaal Mr. Arnt-
zenius geconcludeerd tot verwerping van het ingestelde beroep en tot veroor
deeling van den requirant in de kosten.
De uitspraak is bepaald op den 30sten dezer.
ROTTERDAM, 13 September.
Heden morgen, ten half acht ure, overleed te 'sGravenhage na een smar
telijk lijden van ruim een jaaraan de gevolgen van kankeronze verdien
stelijke Tooneel-Directeur, de Heer J. H. Hoedt, in den ouderdom van nage
noeg 67 jaren. Den 28stfn September 1779 alhier geboren, werd hij, door
zijn vader, toenmaals ontvanger aan het wijnkanloor, bestemd voor de genees
kundige dienst bij 'slands zeeinagt, daartoe opgeleid, en trad ook werkelijk
die loopbaan in. In de betrekking van Aide Chirurgijn bij de Marine, woonde
bij op het schip Jupiter den noodlottigen zeeslag van Kamperduin (11 October
1797) bijwaarin de Vice-Admiraal de Winler door de Engclschen werd
gevangen genomen ook hij was een der krijgsgevangenenen eerst nadat hij
nagenoeg 1 j jaar te Londen had doorgebragt, had zijne uitwisseling plaats en
mogt hij naar het vaderland wederkeeren. Aldaar teruggekomenverliet hij
zijne eerste loopbaan en begon op 19jarigen ouderdom, die, waarin hij tot zij
nen dood werkzaam was. Eerst bij 's Gravesande, de kweekschool van zoo vele
verdienstelijke kunstoefenaren cn daarna onder de leiding van Ward Bingley
en van Wattier Ziesenis, betrad hij het tooneel en steeds toonde hij zich delessen
van die groote tooncelspelers waardig. Zijn debuut had plaats in de Jaloer-
sche Trouwde rol die hij daarin vervulde, had hij onder leiding van Wat
tier Ziesenis bestudeerd. Aanvankelijk scheen hij zich meer tot hot komieke
genre te vormen en hij trad met veel bijval op in Advocaat Patelijnde
Landjonker van Bei lijnStille waters hebben diepe grondenen meer
soortgelijke stukken; later evenwel wijdde hij zich aan de studie van meer
ernstige rollen, en met genoegen zal men zich steeds herinneren, hoe uit
muntend hij zich kweet van zijne taak, wanneer hij het tooneel betrad in
Bertram en RatonGaston of de Man met het IJzeren MaskerJarvis of
de Eerlijke ManJohn of de Klokluider der St. PauluskerkMenschen-
haat en Berouwde Aanbevelingsbriefde Eerste Stap en andere meer.
Hoofdzakelijk muntte zijn spel uit door natuur en waar gevoel, en vooral
kwamen zijne verdiensten als acteur in de laatste tijden in het beste daglicht,
wanneer hij als een der cenige overblijfselen van ons eenmaal zoo schitterend
nationaal tooneel, ons door zijn meesterlijk spel hetzelve herinnerde. De laatste
maal trad hij alhier op, den 9den April 1845, in het stuk getiteld: de Onge
huwde Vrouwals wanneer zijne ziekte hem verhinderde, zijne 48jarige
tooneel-carrière verder als medewerkend lid voorttezetten. Hoewel van het
tooneel als acteur verwijderd bleef hij als Directeur deszclls belangen behar
tigen. Had hij als tooneelspeler vele verdiensten, als Directeur, welke be
trekking hij gedurende 28 jaren bekleeddewaren dezelve nog grooter. Na
den dood van Ward Bingley, die den 26slen Junij 1818 overleed, aanvaardde
hij met deszelfs zoon Willem Bingley, de directie. Bij het steeds toenemend
verval van bet nationaal tooneel was hij de hechte steun van hetzelve, en
hield het op de hoogte, waarop het nu nog staat. Hij spaarde moeite noch
kosten, om het tot zijn onden luister terug te voeren. Bekrompen waren steeds
de middelen die aan het vaderlandsch tooneel werden toegestaan cn terwijl
aan bet Fransche tonnen gouds verspild werden, was het Nederduitsche met
eene geringe subsidie begiftigd. Met die ontoereikende middelen was het niet
mogelijk hetzelve te doen bloeijen: in stand houden en voor geheelen ondergang
bewarenkon hij het alleen door er zijn geheelniet onaanzienlijk vermogen
hij in te schieten: dit was voor Hoedt niet te veel, en dat tooneel, waaraan
hij in zijne jeugd als kunstenaar tot sieraad strekte, hield hij nog in zijne
gevorderde jaren door zijn bestuur en door zijn geld in stand.
Ook in burgerlijke deugden muntte Hoedt nit. Trouw echtgenoot, liefde
vol vader, was hij in den huiselijken kring bemind; met raad en daad hen
bij te staan, die raad en hulp behoefden, was hem steeds een aangenaam te
vervullen pligtalgemeen was bij dan ook door hendie hem kendenhoog
geacht; en men mag veilig zeggen, dat zoo het tooneel in hem een hechten
steun cn een der laatste overblijfselen van deszelfs ouden roem verliest, de
maatschappij in hem een waardig burger heeft te betreuren.
De geldleening a 3 pCt.geopend tot goedmaking der verdere kosten
voor den opbouw der Zuidcrkerkgroot ƒ300,000is heden op bet volle
bedrag gesloten.
AMSTERDAM, 14 September.
Omtrent de heerschende ziekte, waarvan wij verleden week gewaagden
moeten wij tot ons leedwezen berigten, dat dezelve, welligt ten gevolge der
op nieuw aangewakkerde hitte, nog eerder aan het toe- dan aan het afnemen
is, en dat ook de sterfte deze week grooter is geweest dan de voorgaande.
Door den Heer II. G. Haasloop Werner, te Elburg, is het volgende in
de Algemeene Konst- en Letterbode van den 4den dezer geplaatst
«Bij eene wandeling in de Over-Veluwe, cn wel bepaald in de oudtijds
bekende Quatuor f orestenhet gedeelte, dat toen onder de benaming van
Mulo voorkwam cn thans nog groolendeels door het Gortelcrbosch wordt inge
nomen werden mij door cenen aldaar werkenden arbeider eenige gele leem-
ballen ter hand gesteld, door hem op de hoogte in het Oostelijk gedeelte van
den Koppel in het Gortelerbosch opgedolven. Onbekend met derzelver be-
slanddeelen zond ik cenige daarvan aan den Heer Dr. Bcyma te Leydendie
de goedheid hadaan mij zijn oordeel daaromtrent mede te decleri. ZEd.
erkent dezelve voor Ellipsotdischc cn Sphaeroidisclie afzonderingen van