handel, aan de visscherij en do nijverheid voordeelen verzekerd, die liet aller- voiledigste stelsel van handelsvrijheid ons van de zijde van Belgie nimmer zoude hebben kunnen verschaffen; terwijl België zich heelt verbonden, om de verleende gunsten neet opzigt tot de verschil-regtcn niet van algemecne toepassing te maken, waardoor dat rijk zich de verpligting heeft opgelegd, om zijn stelsel van verschil-regtenhetwelk tot nu toe geenszins aan de verwachting heeft beantwoordte blijven in stand houden en waarvan wij de voordcelen zullen inzamelenzonder er de nadoelen van te ondervinden. Met één woord, het tractaat van 29 Julij II. is in alle opzigten aan den Ncderlandschen handel voordeelig. Bij hetzelve doet België volkomen regt wedervaren aan de gegronde klagtensedert vele jaren reeds door de Ncdcr- landsche Begering tegen deszell's handelswetgeving ingebragt. Deze is ten voordeele van Nederland aanmerkelijk gewijzigd geworden, tegen cene we- derkcerigc billijke en voor den handel onschadelijke vergoeding. Eindelijk zijn door die wederzijds daargestelde wijzigingen in liet beschermingstelsel eenige der kunstmatig opgerigte hinderpalen opgeheven, die in den tegen- woordigen tijd nog als een scheidsmuur tusschen de beschaafde volkeren be staan. Het heeft dus, en welligt met meerdere klem dan het onlangs in Enge land ingevoerde stelsel van handelsvrijheidhet zijne bijgedragen tot de zege der liberale beginselen. Op een verzoek van F. Doecks, Med. Doctor te Bernstorff, in hel Ko ningrijk Hanover, zich thans hier te lande bevindende, strekkende 0111 de ge neeskundige praktijk in ilit Rijk te mogen uitoefenen, zonder vooraf daartoe, volgens de bestaande bepalingeneen nader examen te hebben afgelegd voor de Geneeskundige Faculteit van eene der Hoogescholen hier te lande of, om ingeval in voormeld verzoek niet kan worden getreden hem alsdan vergund worde, het door hem aangeprezen geneesmiddel (voor maagkramp en eene gebrekkige spijsvertering) toe te dienen of anders te mogen vcikoopen. is bij dispositie van den Heer Secretaris-Generaal, ad interim debetrekking van Minister van Binnenlandsche zaken waarnemende, in dato 30 Julij jl.aan den voormelden F. Doecks te kennen gegeven, »dat in zijn verzoek om vrij stelling van het ondergaan van een examen voor de Geneeskundige Faculteit van eene der Hoogescholen in dit Kijk niet kan worden getreden, en dat, in geval hij als nog mogt verkiezen, zich aan zoodanig examen te onderwerpen, hij volgens de daaromtrent bestaande bepalingen, zal behooren over te leggen, voldoende bewijzen, niet alleen van den door hem verkregen Akademischen graad maar ook van de door hem gedane studiënzoo in de oude talen als in de voorbereidende en zoogenaamde Faculleits-Wetenschappenalles in den geest van hetgeen van de kweekelingen der Hoogescholen, hier te lande woidt gevorderd; dat voorts, wat betreft zijn verzoek om te mogen worden gemag- tlgd lot liet verkoopen van een zoogenaamd geheim geneesmiddel tot genezing der zwakheid van spijsvertering, als ook van de kramp in de maag, de staat der Nationale Geneeskunde in het Koningrijk der Nederlanden zich op eene ge noegzame hoogte bevindt, 0111 de genoemde ongesteldheden, in verband met de oorzaken waaruit die ontslaan, oordeelkundig en niet empirisch te behan delen zoodat er geene redenen beslaan 0111 tot de laatst bedoelde behande- t ling mede te werken en mitsdien zijn daartoe strekkend verzoek wordt gewe zen van de band. Het door de dagbladen medegedeeld berigtdat de groote hecslcntem- mer van Amburgh in Noord-Amerika door eene tijgerin zou verscheurd wezen, blijkt van allen grond ontbloot te zijn. 's GRAVENIIAGE24 Augustus. Bij besluit van Z. M. van den 24slcn dezer, zal op den lstcn October tegen 100 ten 100 afgelost worden een kapitaal van 8,000.000 schuldbekentenis sen, ten laste van het voormalig Amortisatie-Syndicaat, rentende 3£ ten 100, cn de af te lossen schuldbekentenissen worden aangewezen, hij uitloting over het, na de op 23 December 1845 gehoudene uitloting overgebleven aantal der reeksen van 10 nummers, waarin ten gevolge van bet besluit van 21 December 1845 de toen nog aanwezige schuldbekentenissen zoo na mogelijk zijn verdeeld, en worden alzoo 20 van die overgeblevene 1,391 reeksen uit geloot, met dien verstande, dat, ingeval hij deze loting de laatste reeks, bevattende 8 nummers, mogt worden uitgetrokken, alsdan, na de trekking van 30 reeksennog ééne reeks wordt uitgetrokkenwaarvan de 2 eerste nominers tot aanvulling, als uitgeloot worden aangewezen. De loting zal plaats hebben den 8stcn September 1846, des voormiddags ten 11 ure, aan liet locaal van het Ministerie van Finantiën alhier, ten over staan van 2 leden van de Algemecne Rekenkamer. De houders der uitgelote schuldbekentenissen kunnen dezelve vergezeld van al de onverschenen coupons, waarvan de eerste vervalt 1°. April 1847, ten kantore van den Agent van het Ministerie van Finantiën te Amsterdam, ter aflossing aanbieden op den lsten October 1846 cn vervolgens; zullende het kapitaal, waarop na 20 September 1846 geene rente meer verschuldigd is, aan lien worden voldaan bij assignatie op de Nederlandsehe bank. Z. M. heeft benoemd tot Grootkruisen der Orde van den Nederl. Leeuw, den Heer Dechamps, Belgisch Minister van Buiten!. Zaken, en den Belgischen Minister van Staatderi Heer Mercier; en tot Grootkruis der Orde van de Eiken Kroon, den Baron Willmar Buitengewoon Gezant en gevolmagtigd Minister van Z. M. den Koning der Belgen hij het Ned. Ilof; terwijl Z. M. de Koning der Belgen benoemd heeft tot Grootkruis van de Leopolds-Orde, de Heer de la Sarraz, Nederl. Minister van Buitenl. Zaken. Heden middag ruim 4) ure is II. M. de Koningin-Weduwe van Groot- Iritannië, met eene bijzondere spoortrein, laatstelijk van Amsterdam, in deze residentie aangekomen. Zoowel de locomotief, als de rijtuigen waaruit de trein was zamengesleldwaren met Engelsehe en Nederlandsehe vlaggen ver sierd. Ook het Station prijkte met vlaggenmaar was bovendien aan de beide kanten smaakvol met groen en guirlandes opgetooid te midden waar van een schild, waarop het Engelsehe wapen. Aan het station werd II. M. de Koningin-Weduwe ontvangen door den Heer Merkes, Adjudant van Z. M. rleix Koning; door onderscheidene leden van het corps diplomatique; door de leder» van bet Engelsehe Gezantschap, enz. terwijl eene talrijke menigte zich in den omtrek van bet station vereenigd had, om getuige van de komst der Koningin te zijn. Z. Exc. Sir E. L. Disbrowe, Britsch Minister aan het Nederl. Hof, was H. M. te gemoet gereisd cn vergezelde thans Hoogstdezelve. Ook Z. Exc. de Minister van Slaat, Baron van der Capellenwas de Koningin reeds tot Arnhem te gemoet gegaanom Hoogstdezelve namens den Koning te verwel komen en Haar naar de Residentie te begeleiden. Eenige rijtuigen van bet Hof en van den Engelschen Minister, in groote liverei bevonden zich aan liet station. H. M. de Koningin-Weduwevergezeld van 11. K. II. de Prinses van Pruissen en Z. II. den Hertog Eduard van Saksen-Weimaren Hoogstderzelvcr talrijk en aanzienlijk gevolg, maakten van deze rijtuigen gebruik, om zich naar bet Hotel de Bellevue te begeven, hetwelk tot dat einde in gereedheid was gebragt. Langs den weg dien de stoet doortrekken moest, ontving H. M. vele bewijzen van eerbied en hoogachting, die door de Vorstin opliet min zaamst werden beantwoord. 's Konings Adjudant, de Heer Merkes, beeft H. D. tot hel Hotel begeleid, en heelt zieli vervolgens beijverd, van Hare komst aan den Koning kennis te geven. Aan bet Hotel de Bdlevue was eene cercwacht voor H. M. geplaatst. Dezen middag is er bij H. M. groot diner aan het hotel gehnuden. 1111. MM. de Koning en de Koningin, HH. KK. HH. de Prins en Prinses van Oranje, Z. K. II. de Prins Alexander, II. K. H. Prinses Albert van Pruis sen hebben des namiddags H. M. bezocht en verwelkomd. Tot het gevolg der Koningin behooren Lord en Lady Borington Kapitein Taylor: de Heer David Davids, geneesheer; de Heer Wood, geestelijke; Graaf Bucklen enz. Heden avond is er eene luisterrijke verlichting met gaz voor liet liölel. Z. K. II. de Prins Frederik Willem George Ernst van Pruissen verge zeld van den Graaf de Perponcher, zijnen Adjudant, en gevolg zijn in deze Residentie aangekomen en aan het hotel van den Heer Stanislas Guignard op het Plein afgestapt. De Minister van Finantiën zal den 27s,en geen gehoor vcrleenen. Het I'rov. Ilot' van Zuid-Holland heeft den persoon van A. E. Bing schuldig verklaard aan het verminken of uiterlijk schenden van nationale gangbare zilveren muntspeciën, en hem te dier zake veroordeeld tot geeseling, brandmerk met den strop om den bals aan de galg vastgemaakttwaalf jaren tuchthuisstraf en in de kosten. 25 Augustus. H. M. de Koningin-weduwe van Groot-Brittannie en H. K. H. de Prinses van Pruissen hebben heden morgen vele bezoeken ontvangen, ook wederom van onderscheidene leden van het Koninklijke gezin. Ih den middag is er groot diner op 's Konings buitenverblijf Buitenrustaan den Scheveningscben weg, dat door II. M. en H. K. II. benevens door Z. II. den Hertog Eduard van Saxen-Wei mar en al de aanwezige leden van het Koninklijke gezin zal worden bijgewoond. Heden morgen is het lijk van den Heer S. Dedelin leven buitenge woon Gezant en gevolmagtigd Minister van liet Hof der Nederlanden bij dat van Groot-Britannië, die dezer dagen te Londen is overleden, van Rotterdam met een jagt herwaarts gebragt. Vervolgens heeft men het lijk in het familie graf op de begraafplaats van Eikenduinen bijgezet. Onderscheidene personen tot de familie of de betrekkingen van den afgestorvene beboorendebragten liern de laatste eer. Boden der departementen van algemeen bestuur volg den als dragers bet lijk. Z. Exc. de Belgische Minister van Staat, de Heer Mercier, beeft lieden morgen vroegtijdig deze Residentie verlatenen is naar Brussel ter uggekeerd. Het tractaat van handel en scheepvaart, den 29stt" Julij 1846 tusschen Nederland cn België gesloten, waarvan de ratification den 20slen Augustus zijn uitgewisseld, treedt mitsdien, naar luid van art. 29, op lieden den 25stcn Augustus 1846 in werking, zoodat alzoo tevens de wet van 1816 (Staatsblad n°. 37) ophoudt van kracht te zijn. Men verneemt dat zich sedert eenige dagen in deze residentie bevindt de beroemde beeldhouwer uit Londen de Heer J. E. Jonas, die zich bezig houdt met liet vervaardigen van eene buste in pleister van Z. M.waartoe bet den Koning welwillend behaagd heeft te zitten. De kunstenaar, die zijnen intrek beeft genomen in liet Hotel de Bellevue alhier, zal dit borstbeeld vervolgens voor Z. M. in marmer vervaardigen. Hij heelt gelijke onderschei ding mogen genieten van Z. M. den Koning der Fransehen. ROTTERDAM, 22 Augustus. Men verneemt, dat door den stedelijken Raad benoemd is tot eersten Leeraar der Eransche taal aan ons Gymnasium, aan wien tevens opgedragen is het onderwijs in de geschiedenis der middeleeuwen en de nieuwe geschie denis, de Heer E. PiagetDoctor in het Romeinsche regt, thans Huisonder wijzer te 's II age. Alhier is eene leening van ƒ300,000 door de gecommitteerden der Ncder- dnitsehe Hervormde gemeente geopend, tegen 3 pCt.lot goedmaking der kos ten van den verderen aanbouw der Zuiderkcrk de vrijwillige giften hadden /140,000 opgebrngt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1846 | | pagina 2