kommetjes waren van den schoorsteenmantel tegen den grond geworpen en de luiken aan de straat opengeslagen. De hier slapende huisgenoolen kwamen ook met den schrik vrij. Tusschen 5 en halt' G ure, zagen de overburen dat er een brand-damp nit het dak van Nieuwcnhoven sloeg. Men snelde naar den zolder, en vond aldaar in brand staan eene groote ton met turf, die tusschen eenig vlas nevens den schoorsteen stondalwaar de bliksem zich een uitweg naar beneden gemaakt had. Waarschijnlijk heeft de bliksem of bet electriek-vuur eenige vonken in het' vlas achtergelaten, waardoor de ton aan het smeulen is geraakt. Verscheidene hoepels waren tot houtskool ver gaan. Men moest de smeulende ton en het smeulende vlas met water uit- dooven. Indien men welligt eenige oogenblikken later was gekomen, had de ton turf vlam gevat en het huis was een roof der vlammen geworden. Te verwonderen is het, dat, daar de bliksem zoo vele zigtbare teekens van zijne tegenwoordigheid heeft achtergelaten, en in de beide huizen zich zoo vele menschen te bed bevonden niemand eenig letsel beeft bekomen. BÜITEINLAJNDSCHE BËB1GTEN. ALGERIE, ALGIERS, 28 Julij. Eene verschrikkelijke gebeurtenis had hier gisteren morgen plaats. Mejufvrouw Hubert, dochter van den Commandant-Plaatsmajoorbevond zich op dat uur met Mejufvrouw Marie Labattue in haar slaapvertrek, toen een Zouave, met name Louis Lerat, zich aan de deur kwam vertoonen en binnen wilde dringen. Mejufvrouw Hubert de deur een oogenblik een kiertje geopend hebbende, nam Lerat dit oogenblik waar om een pistoolschot op haar te lossende kogel vloog haar door het hoofd zoodat zij dood nederviel. De moordenaar bedreigde nu Mejufvrouw Labattue met een gelijk lot. Het wanhopige meisje worstelde een oogenblik tegen den geweldenaar; gelukkig schoot een bediende uit het koflij huis do la Bourse, op het om hulp roepen van den bediende des Commandants, toé, trapte de deur der kamer in en vatte den moordenaar. Men was evenwel niet om/.igtig genoeg in het bewaken van den booswicht, en weldra ontsnapte hij langs eenen gang den trap af en beklom eenen hoo- gen muur; maar zijn voet uitglijdende, stortte hij naar beneden, en viel juist neder voor eene schildwacht, die hem andermaal gevangen nam. Nog in dien avond is hij aan de gevolgen van zijnen val ovei leden. TURRÏE. CONSTANTINOPEL, 20 Julij. De Onder-Koning van Egypte is gisteren hier aangekomen en met alle eer bewijzen aan zijnen rang verschuldigd ontvangen. Dadelijk na zijne aankomst in het voor hem gereed gemaakt paleis, werd hij uitgenoodigd zijne opwach ting bij den Sultan te komen makendie hem staande ontvingdaarna naast zich deed zitting nemen en zich bijna een uur met hem onderhield. In het palcis teruggekeerdheeft hij het bezoek van de aanzienlijke Staats ambtenaren ontvangen. PORTUGAL. LISSABON, 23 Julij. 11. M. de Koningin is beden nacht van eenen Zoon bevallen. Ibrahim-Pacha is uit Engeland hier aangekomen, en heeft het Te Dcum bijgewoond, dat in de hoofdkerk, bij gelegenheid van de bevalling der Ko ningin gezongen werd. Wanorde, ontevredenheid, geldschaarschte en duurte van levensmidde len blijven hier te lande heerschen. ITALIË. ROME, 26 Julij. De Paus heeft uit eigene middelen, cn deze zijn geenszins zoo aanzienlijk als sommigen beweren 3000 scudi's afgezonderd om alle gevangenen voor schulden beneden de som van 50 scudi's te bevrijden. [Een scudi komt over een met onzen rijksdaalder.] J Tc Civita Vecchia is een schip onder Russische vlag binnengeloopen zeker wel het eerste, dat ooit daar verschenen is. ZWITSERLAND. De aanhoudende bit te heeft overal het ijs op de Alpen doen smelten. De I top van den Montblanc is eene kale rots geworden. Sedert vele jaren was het I ijs op dat punt niet verdwenen. Ten gevolge van den toevoer van water door I dit smelten van ijs en sneeuw, zijn onderscheidene rivieren buiten hare oevers I getreden met name de Rhone, die in het kanton Wallis een groot aantal I akkers heeft overstroomd. PRITISSE1V. BERLIJN, 4 Augustus. De volgende Koninklijke kabinetsorder van den 22slen Julij is bekend ge- I maakt. »In sommige steden der Monarchie hebben de magistraat en de vergade- I ringen der stedelijke afgevaardigden uit de bijeenroeping van eene algemeene I Evangelische synode aanleiding genomen om adressen aan leden dier synode I in te zendenwelke mijn hooge misnoegen opwekken. De stedelijke overheden I behooren zichnaar hunne roepingtot de gemeentelijke belangen hunner I plaats te bepalen; zij gaan hunne bevoegdheid te buiten als zij zich veroorloo- I ven het woord over algemeene kerkelijke aangelegenheden op te vattenmaar I bovendien is in eenige van die adressen ook mijn standpunt en mijn uitslui- I tend regt miskend tot het bepalen van de wegen en vormendie ik geschikt I I oordeel om stemmen uit de kerk te vernemen over hare behoeften en over I de voorbereiding der middelen om een krachtiger leven in haar op te wekken, I gelij'£ mede mijn uitsluitend regt om de door mij opgeroepen vergaderingen I ook binnen de perken van de haar opgedragen bevoegdheid te houden, bijal- I dien zij eene poging mogten wagenom die te overschrijden. I Hadden de stedelijke overheden dit bedacht, dan zouden zij tevens inge- I zien hebben, dat zij, door een protest tegen de mogelijke aanmatiging van het karakter ccner geconstitueerde kerkvergadering door de algemeene synode, evenzeer tegen mij als tegen zich zeiven gezondigd hebbentegen zich zelven dewijl de openbaarmaking van zulke willekeurige door niets gewettigde veron derstellingen maar al te ligt den schijn op hen zou kunnen laden alsof zij opzettelijk onrust wilden stoken. Ik kan dit alles slechts daarom verontschuldigen, omdat ik bij vertegen woordigers van steden als Maagdeburg, Breslau, Koningsberg, enz., die het voorregt verworven hebben om in lief en leed als voorbeelden van onderdanen trouw en van vertronwen op hunnen Koning genoemd te worden, slechts kan veronderstellen, dat zij bij bet uitlokken en onderteekenen van zulke adressen van dien misslag niet bewust waren cn hij zeker niet in hunne bedoeling lag. Daarom is het echter noodzakelijk hen indachtig te maken aan dat regt op de uitoefening van kerkelijk oppergezag, hetwelk niet ik aan mij zelven gegeven heb, maar 'twelk mijne voorouders door de reformatie zelve erlangd en aan mij nagelaten hebbenen waarvan ik ik heb zulks meermalen verklaard een zoodanig gebruik besloten heb te maken dat de Evangeli sche kerk zich uit eigen levenskracht tot zelfstandigheid verheffen zal. Zij moet dit echter niet langs den weg der valsche, maar langs dien der wettige vrijheid; zij kan het niet op den grondslag van nieuwe, willekeurige aange nomen leeringen maar alleen op den grond van het overoude geloof, waarop de kerk van Christus gebouwd en die eens voor al onveranderlijk gelegd is. Haar op dien weg te beschermen en te bevorderen, is] mijne roeping en mijn vast voornemen. De stedelijke besturen moeten worden aangemaand om mijne besluiten dienaangaande niet vooruit te loopen, maar ze rustig af te wachten en zich stiptelijk binnen de grenzen der bevoegdheid te houden, welke de verordenin gen hun voorschrijven, en die ik in het vervolg niet straffeloos zou kunnen laten overschrijden." KEULEN 6 Augustus. Alhier hebben onlustenof heeft ten minste eene botsing tusschen de burgers en de troepen der bezetting plaats gehad. In de Köllnisclie Zeitung leest men daaromtrent berigten waarin men blijkbaar slechts ten deele voor de zaak uitkomt. Den 5dcn dezer is door den Commandant, Luitenant-Generaal von derLundt en de Regerings-President von Raumereene bekendmaking uitgevaardigd waarin gezegd wordt, dat gedurende de avonden der beide laatste dagen betreurenswaardige gebeurtenissen plaats hadden gehad. De naaste aanleiding daartoeleest men daarinwas een kermisfeestwaarop ongelukkig ook reeds in vroegere jaren bij herhaling ongeregeldheden voorgevallen zijn. Do militairen, politie-beambten en gendarmes, die tot handhaving der orde op de been waren gekomen, werden zonder eenigen genoegzamen grond gehoond en met steenen geworpen, zoodat verscheidenen hunner vrij erg gekwetst zijn. Dikwijls herhaalde aanmaningen om tot rust en orde terug te keeren, baatten niets, integendeel vermeerderden het gedruiscli en geschreeuw en de aanvallen op militairen en beambten. Dien ten gevolge werd het pligt, om tot hand having der bedreigde openbare orde op eene beslissende wijze tusschen beide te treden. De troepen erlangden bevel, om de volksmassa's, die aan goedwil lige aanmaningen geen gehoor wilden geven uit elkander te drijven, Zij volbragtcn dien last, tot dat de straten en pleinen ontruimd waren en de orde volkomen hersteld was. Een groot aantal deelgenooten aan deze buiten sporigheden is in hechtenis genomen en zal aan een geregtelijk onderzoek onderworpen worden. Verscheidene burgers zijn meer of minder ernstig gewond geworden van hen was echter tot heden op den middag slechts één gestorven. Het voor gevallene heeft volstrekt geen staatkundig karakter. Op aandrang der burgers en stedelijke overheden is toegegevendat de troepen aftrekken en dat de handhaving der orde aan de burgers worde toevertrouwd. Deze concessie is door de in grooten getale op het raadhuis verzamelde burgers met voldoening vernomenen daarop is tot bet vormen van eenige compagniën vrijwillige burgers besloten, zijnde met dit werk dadelijk, onder leiding van den Opper burgemeester en van het lid van den stedelijken raad von Wittgensteineen aanvang gemaakt. Het Keulsche dagblad laat hierop nog eene bekendmaking van den Procu reur-Generaal aldaar, Berghaus, volgen, waarin gezegd wordt, dat met het geregtelijk onderzoek van het voorgevallene in den nacht van 4 op 5 Augustus reeds een begin is gemaaktdat elk goed burger er belang in moet stellen dat de schuldigen, »aan welke zijde deze zich ook mogen bevinden," ten spoedigste gekend en ter verantwoording geroepen wordenen dat dus allen die eenige belangrijke mededeeling te dezer zake hebben te doen, zich be hooren aan te melden. Het stuk eindigt met eene vermaning, dat men niet door nieuwe onrustige tooneelen het begonnen onderzoek moge belemmeren, ENGELAND, LONDEN, G Augustus. Men heeft de tijding ontvangen van het vergaan van 2 schepen met landverhuizers; van de Mandarin, die op de rots Alligator gestoten had, zijn al de manschappen en passagiers gered, maar van den Sir Walter Scott,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1846 | | pagina 2