BUI TEW L A JNDSCHË BER1GTEN. voorstel van den Heer Nedcrmeijer van Rosenthal op heden bepaald was, als niét genomen en vervallen te beschouwen, waarmede de Vergadering zich vereenigt. De Voorzitter stelt voor, de beraadslagingen over de ontwerpen van wet, uitmakende het lste boek van het Wetboek van Strafregt, te bepalen op aanstaanden Woensdag. De Heer Uytwcrt' Sterling merkt op, dat er eenigc hoofdveranderingcn in die ontwerpen gebragt zijn, die het wenschelijk maken, dat de voordraglen op nieuw in de afdeelingen worden onderzocht. Wcllïgl zal het daardoor mogelijk worden dat er nog nader eenige hoofdpunten in de ontwerpen ver anderd worden. De Heer van Twist bestrijdt dit voorstel. Hij kan het nut en de noodzake lijkheid ecner nieuwe verzending aan de afdeelingen niet inzien. Men kan vooraf ligt begrijpen, hoe onbeteekenend het derde verslag der centrale afdee- ling over dit onderwerp zijn zal. Het voornaamste punt, dat te behandelen is, bestaat in het cellulaire stelsel, en dat kan door een nieuw onderzoek in de sectiën niet tol eene oplossing worden gebragt. Na nog eenige woordenwisseling over dit punt, wordt, met 29 tegen 20 stemmen, besloten, om de ontwerpen op nieuw naar de afdeelingen te ver zenden. Daarna gaat de Vergadering uiteen. Na den afloop dezer zitting zijn de afdeelingen bijeengekomen over het ont werp van wet betrekkelijk de groote visscherij. Morgen zullen zij reeds verga deren over de voorstellen van wet wegens het lste boek van het Wetboek van Slrafregtterwijl de centrale afdeeling zal bijeenkomen 1°. ter behandeling van het ontwerp nopens de Dedcmsvaart; en 2°. ter behandeling van de voorstellen ten opzigte van het Strafwetboek. De zaak van den Heer C. A. Thieme, uitgever der Arnhemsclie Courant zal op Dingsdag den 12den Mei, voor den Hoogen Raad worden behandeld. De Raadsheer Mr. F. de Greve zal het rapport uitbrengen, de Adv.-Gen. Mr. A. Deketh de function van het Openbaar Ministerie waarnemenen Mr. Dirk Donker Curtius als verdediger optreden, De Burgemeester van Delft en de Hooglecraar aan de Koninklijke Aka- demie aldaar, Roordaberiglen dat er thans in een geschikt gebouw in ge noemde stad eene inrigting tot stand is gebragt f bestemd tot huisvesting en verdere verzorging van jongelieden, welke door hunne ouders of voogden aan hun toezigt zullen toevertrouwd worden. Aan het hoofd dier inrigting is geplaatst Mr. de Wit, doch het geheele opzigt wordt gehouden door de twee bovengenoemde llceren. liet kostgeld enz. is f 600 jaarlijks. ROTTERDAM, 27 April. Onder de bewijzen van zeldzaam vroege rijping welke hef tegenwoordig voor jaar oplevert, mag met régt genoemd worden, dat bc'dctt ter graanmarkt alhier frissche en sterk ontwikkelde gerst-aren zijn aangebragt, van welke ons eenige vertoond werden, en die gegroeid zijn op het land van de Weduwe Boender, in den Eend ragt spolder, ongeveer twee uren zuidwaarts van bet bieï nabij liggend Oud-Beijerland gelegen. UTRECHT, 21 April liet Collegia van Diakonen der Nederd. Hervormde Gemeente alhier, heeft aan de Tweede Kamer van de Slaten-Generaal een Adres ingeleverd houdende bezwaren tegen het ontwerp der armenwet hetwelk onder den vorigen Minis ter van Binnen). Zaken was gereed gemaakt, waarbij zij openllijk verklaren: Dat Diakonen met overleg en volledige goedkpunng des Breeden Kcrke- raads, zich bezwaard achten met alle bepalingen, welke in strijd met eenig door de Algeineenc Christelijke Synode der Hervormde Kerk gearresteerd Re glement en zonder tusschenkoinst van eenige wettige kerkelijke vergadering tot stand gebragt, de zelfstandigheid der Diakoniën, als Kerkelijke ligchamen zoude vernietigen eu Diakonen in geval van verschilin plaats van aan hunne Kerkelijke Overheid, aan de uitspraak van Burgerlijke Collegiën onderwerpen. Dat, vermits liet wetsontwerp, op louter Staatshuishoudkundigen grond steunendede stoffelijke behoefte ceniglijk in aanmerking neemtzonder acht te slaan op de oorzaak der armoede, Diakonen dit niet geheel overeenkomstig achten met. het doel der Diakonale instelling, welke, zoo als zij door Christe lijke liefdegaven is tot stand gebragt, alzoo ook bij de uitreiking aan de be waring en ophouw van Christelijkcn zin bij de armen moet worden dienstbaar gemaakt. Dat wanneer naar dit wetsontwerp aan den geboren Utrechtenaar bedoe ling zal worden toegekend, die welligt nimmer of ooit tot de kerkelijke gemeente van Utrecht zal behoord hebben, zoodanige uitreiking geheel in strijd zal zijn met het doel der vrijwillig toevertrouwde giften, welke inge zameld worden voor hen, die, tot de Utrechtsche gemeente behoorende en aldaar persoonlijk aanwezigeerlijke armoede lijden onder het oog hunner gelool'sgënooten en onder het opzigt van Diakonen zich bevindendie bij Ker kelijke door den Koning gesanctioneerde verordeningen tot uitreiking over de geheele uitgestrektheid der kerkelijke gemeente gehouden zijn. Dat het voorts bij U Edel Mog. geen betoog behoeft, dat door geene Staats wet inbreuk vermag te worden gemaakt op het Eigendomsregt van eenig wet tig erkend ligeliaamnoch van eenig particulier fonds, hoedanig de liefde giften zijn, welke door voorvaderen en tijdgeriooten als leden eener kerkelijke gemeente hijeengehragtdoor de onvergolden welwillendheid van leden dier- zelfde gemeente als Diakonen worden uitgereikt, naar den wil en de bedoe ling der gevers zelve, in overeenstemming met de kerkelijke verordeningen en plaatselijke gebruikenvan welke onbekrompen uitreikingen aau den Staat wel de heilzame vrucht, maar geenszins het beheer toekomt. Dat, zoo als bij de Memorie van Toelichting des welsonlwcrps teregt wordt aangemerkt, »de uitvloeisels der godsdienstige liefdadigheid in Nederland «bchooren tot de voornaamste middelen, om de armoede te lenigen" ook de ondergetcekenden durven vertrouwen, dat het door tusschenkoinst van U Edel Mog. verhoed moge wordendat deze uitvloeisels der godsdienstige lief dadigheid, door de aanneming van dusdanig wetsontwerp worden gestoord cn afgeleid daar zij in de voorgestelde wet een krachtig middel zien tot uitdoo- ving dier bijzondere liefdadigheid, welke door een vrij beheer en ongedwon gen uitreiking leeft, ten hlijke waarvan tol heden, overeenkomstig de inlich tingen der Regering zelve, de kerkelijke gemeenten in den nood der armen, voor verre weg het grootste gedeelte, ongedwongen hebben voorzien; zoodat zij ten slotte vermeenen den werisch te mogen uitendat U Edel Mog. waken zullen, dat ook geene kerkelijke personen in hunne wettige regten verkort worden, zoo als zoude kunnen geschieden door de bekrachtiging eener Staats wet, welke de vrije werking eener zoo eerwaardige kerkelijke betrekking, ook door invoering van het voorgesteld onderstands-domicilie, vernietigende, allerlei verwarring zoude kunnen te weeg brengen en eindelijk ten gevolge hebben, dat welligt de last van het geheele armbestuur, bij ontstentenis van eenigziris genoegzame kerkelijke giften, aau de aanhoudende zorg der Regeling werd overgelaten. SCHIERMONNIKOOG, 21 April. Den 19l,en is in het N. O. Gat, in de nabijheid alhier, gestrand het Engelsch brikschip the Loyal, gevoerd door Kapt. G. Lancaster, komende van Stockton cn bestemd naar Hamburg. De alhier bestaande boot van de Noord- cn Zuid-llollandsche Reddingmaalschappij was bemand door Andries Stellens Sjoerd de Jong, Johannes YViersma, Jacob Remls, Teen en Heero Lootsman henevens Auke de Boer, door den Directeur ter redding der schipbreukelingen afgezonden, en nadat zij ruim drie uren in zee had doorgebragt, hadden de angstig op het strand wachtende aanschouwers liet genoegenhaar, met de moedige redders, waaronder een 73jarige, benevens 8 geredden, op het eiland terug te zien. ASSEN, 23 April. De Heer E. A. Smidt, Wethouder dezer stad, en vroeger handelaar in wij nen en sterke drankendeed eenige dagen geleden dc stadin den persoon van haren Burgemeesterbij deurwaardersakte sommeren om hem terug te geven ƒ28,483.29) (onder korting der hij wederuitvoer ontvangen restitutie) wegens Over de jaren 1830-1815 betaalde opcenten op 's Rijks belasting op de dranken, als zullende het reglement, krachtens hetwelk die opcenten ge heven zijn, van eene onbevoegde magt zijn uitgegaan. De sommatie zonder uitwerking blijvende, volgde eene dagvaarding voor de Arrondissements-Regt- bank alhier, tegen Maandag eerstk. Met gespannen verwachting ziet men hier den uitslag te gemoet van een geding door een barer Wethouders tegen onze stad aangevangen. KAAP 9E dOEDE HOOP» 5 Februarij. Te Port Elizabeth heeft nicn eene maatschappij opgcrigt, genaamd: Dc Maitland-Mijn-Maat schappijmet een kapitaal van 10,000, in 200 aan- deelen van 50 elk, ten einde de loodnnjnen in de nabijheid van die plaats te bewerken. Men zegt dat deze mijnen reeds ten tijde van het Ilollandsch bestuur geëxamineerd werden door Majoor van Dehn. Een monster van den erts uit de mijn genomen, is in Engeland beproefd geworden, en be vonden 60 pCt. lood, en 26 oneen zilver per ton te bevatten, zijnde twee maal zoo veel als de loodmijnen in de noordelijke gedeelten van Engeland. Een comité is reeds herioemd, hetwelk de plaats, waarop de loodmijn gelegen is, overgenomen heeft van den eigenaar, den Heer Bevanvoor 1,600. Die grond is 3,000 morgen grooten eene goede veeplaats. IJSLAN». Men verzekert dat de Kroonprins van Denemarken, onder welks gebied IJs land behoort, binnen kort een reis derwaarts zou doen. Een Deensch blad deelt belangrijke berigten uit IJsland mede, betrek kelijk de uitbarsting van den llekla en hare gevolgen. Daarin wordt onder anderen gezegddat de lava reeds op den 9(len September 11. eene uitgebreid heid van 2 Decnsche mijlen, 40 of 50 ellen hoog bedekt had; en toch is deze lava onder de steeds uitvloeijende massa's op nieuw bedolven. Bij het afzeilen van liet postschip was slechts ééne hoeve door de lava vernield, het welk men voornamelijk daaraan toeschreef, dat die vloeistof belangrijke hoog ten en zelfs kleine bergen in haren loop ontmoettewaarvan echter vele reeds onder den aandringenden stroom verdwenen waren. De asch is over het geheele land verspreid, en het vee, dat op de aldus vergiftigde weilanden weidde, is door verschillende ziekten aangetast, waarvan de meeste den dood van het dier hebben ten gevolge gehad. Onder anderen krijgen de schapen beenachtige uitwassen aan de pootendie allengs zoo groot worden dat de dieren niet meer loopen kunnen. Hetzelfde verschijnsel wordt ook opgemerkt aan de onderste kinnebak, die tot eene ongewone grootte uitwast. Uit de tanden der onderste kinnebak groeit tevens een heenachtige spitse uitwas, die in het bovenste kakebeen overgaat, en den dood van het dier veroorzaakt; aan de beide laatste toevallen zijn ook de paarden onderworpen. Bij het doode vee vond men vulkanische asch in de darmen. Duurt de uitbarsting voort tot het begin van Mei, dan blijft den inwoners, waarvan geen enkele zoo goed van hooi voorzien is, dat hij zijn vee langer dan tot dien tijd op stal kan houdenniets over dan het vee te slagten of op dc vergiftigde weiden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1846 | | pagina 2