nen te beramen lot verbetering. Er zijn bier vele vrecmdelingan van allerlei natiën aangekomenom het Paasehfeest te houden. Na dat hier reeds vele goederen voor de Keizerin van Rusland waren aangekomen en hare aankomst op den lstcn April bepaald wasis H. D. door de roos aan het aangezigt en zware koorts overvallenzoodat de reis welligt tot Mei zal worden uitgesteld. OOSTENRIJK. WEENEN, 26 Maart. De Regering heeft een der Berlijnsche dagbladen, die leugenachtige berigten aangaande de Gallicische bewegingen bad medegedeeld, in hare Staten verbo den dat verbod strekt zich ook uit tot alle boekwerkenwelke door Otto Wigand en Reclemhuizen die te Leipzig gevestigd zijn, worden uitgegeven, omdat in cenige van die boeken schotschriften gevonden worden tegen het Oostenrijksch bewind. Volgens een berigt uit Chrzanow, scholen de boeren in Gallicië, vier mijlen van die plaatsbij 5 a 800 man te gelijk bij eenhouden zich over dag in de bosschen op, en overvallen de met Oostenrijksche troepen bezette plaatsen op eene wreedaardige wijze. Zoo moeten zij in den nacht tusschen den 245ten en 25stcn Maart een geheel escadron ligte cavallerie hebben opge- ligt. Ten gevolge van dezen staat van zaken hebben de Oostenrijkers voor een groot gedeelte Krakau verlaten, en de in den vrijstaat liggende Pruissische troepen zien met verlangen uit naar het verschijnen van een bevelbetref lende het verlaten van hun tegenwoordig kantonnement. Alen vergelijkt de boeren van Gallicië met wilde zwijnen; de galg voor oogen hebbende, schij nen zij niet het minste hun leven in acht te nemen. Uit Lom berg wordt van den 23sten Maart geschrevendat onlangs eene troep van omstreeks 200, waarschijnlijk uit het Krakausche ontvlugte oproer lingen tegen Tarnow optrok, maar door de boeren, wien de rebellen wilden dwingen aan hunne dolle plannen deel te nemen, deels gedood, deels gevan gen en aan de Oostenrijksche troepen zijn overgeleverd. PRITISSEN. KONINGSBERGEN, 24 Maart. Gisteren werd de groote sterrekundige Bessel begraven. De lijkstoet toog om de sterrewaebt heen en begaf zich toen naar het graf, hetwelk volgens den wensch van den beroemden overledene in het gezigt van de sterrewacht ligt. Alle vaartuigen op den Pregel hadden rouwvlaggen geheschen. De Universiteit had de volgende bekendmaking doen aanplakken: 3) Den 17(,en Maart 'savonds te half zeven ure, ontrukte de dood ons onzen hoogvereerden Bessel. Het geluk dat wij genoten, om hem die in den hoogsten zin alleen der wetenschap en de verhevene belangen des geestes toebehoorde, toch in ze keren zin, gedurende 36 jaren den onze te durven noemen, kan hoe dankbaar wij ook dit veelbenijd voorregt genoten, de innige smart over zijn verlies niet verzachten; ja deze ons ten deel gevallen gunst berooft ons thans van den smartelijken troost om de grootte van ons verlies genoegzaam te kunnen uit drukken. Hoe weinig de enkele mensch beteekent weet ieder; maar hoe veel, hoe onuitsprekelijk veel de waarheid is, dat ondervinden wij nu met de diepste aandoening verre over de grenzen van ons werelddeel, overal waar op aarde de ontwikkeling van den geest plaats heeftzal het berigt van Bessels overlijden ontroering en treurigheid verspreiden; ons, onder wien hij ook ver keerde en wien hij wel deed, ons was hij meer; daarom is' onze smart zoo billijk en diep. Die een nieuw denkbeeld het eerst heeft gedacht en in het leven ingevoerd, heeft naar de uitspraak van eenen wijze een' hoogeren zegepraal behaald dan hij die een vijand heeft overwonnen en steden veroverd; want hij heeft voor zijn deel, aan de bitterste vijanden der menschheid, de onwetendheid en ger dachteloosheid, hare verderfelijke magt ontnomen. Bessels leven is eene reeks van door diepe navorsching en onvermoeiden ijver des geestes ontstane en op ontegenzeggelijke wijze geldend gemaakte waarheden. tVat rijke verspreiding van zegen! wat verpligting tot onvcrgankelijken zuiveren dank voor het thans levend en voor het nageslacht! zijn leven is een strijdperk des geestes. Bij hem betaamt het zoo als slechts bij weinigen, zich van de zwakheid van menschelijken lof zoowel als van menschelijke klagt te onthouden. Zijn aan denken echter, onsterfelijk als de wetenschap, kan ook slechts met ons leven verloren gaan. POTSDAM, 28 Maart. De Protestantsche Bisschop Dr. Eylert heeft het volgende doen plaatsen: Dezer dagen heeft zich in alle rigtingen, men weet niet door wien en waardoor, het gerucht verspreid dat ik gestorven ben. Dit is zoo dikwijls verhaald en weêr verhaald, dat vele burgers, leden der gemeente en voor namelijk dezulken, welke ik in de christelijke leer onderwees en inzegende, wel wetende hoe lief ik hen heb, mij hunne deelneming en verknochtheid aan den dag zijn komen leggen. Met een geroerd hart zeg ik hun daarvoor dank; maar de herhaalde verzekering: «nu zal ik zoo veel te langer leven," kan, mag en wil ik niet aannemen. Veeleer stemt dit gerucht, hetwelk mij aan het einde van alle dingen doet denken, mij tot ernstige bespiegelin gen over den dood. Weldra zal ik mijn 77ste jaar intreden; ik ben derhalve een man van één dag, en sta met den eenen voet in bet graf. Wel heb ik hel leven nog lief, maar toch vrees ik den dood niet; want ik weet in Wien ik geloof. Maar ik weet niet of het mij, ouden, zwakken man, nog vergund zal zijn, den kansel weder te betreden; derhalve wil ik liever reeds thans, bij deze gelegenheidafscheid nemen. Het is mij te moede, als behoorde ook dit tot mijne laatste beschikkingen. Allendoch voornamelijk den leden mijner gemeente, roep ik dus nog eenmaal aan het graf datgene toe, wat ik 52 jaren vroeger te Hamm, en sedert 39 jaren te Potsdam gepredikt heb: «Gelooft met de uwen in ijverige liefde aan Jezus Christus, den Heiland der wereld, dan zult gij en uw huis zalig worden. Maar ik wensch, wanneer de Heer komt en roept, een vreedzaam zalig einde. Leeft allen wel, in den Hemel zien wij elkander weder! Het ga u wel, mijn bemind Potsdam."» BIELEFELD, 3 April. Naar aanschrijving van den Directeur-Generaal der belastingen, heeft onze stad den ook door vele anderen levendig uitgedrukten wensch verkregen, om de belasting op het gemaal en geslagt in een hoofdgeld veranderd te zien. Met 1 Julij zal deze weldadige verandering in werking komen. ENGELAND. LONDEN, 4 April. In de Zitting van het Lagerhuis van gisteren heeft O'Connell voorgesteld om het Ministerieel ontwerp tot bescherming van personen en eigendommen in Ierland ter zijde te leggen, terwijl hij een amendement voorstelde, bevat tende, dat de Regering zoodanige maatregelen neme, waardoor de oorzaken van de misdrijven, die thans in Ierland plaats grijpen, worden uitgeroeid; die maatregelen zouden vooral beslaan in gelijke regtsbedeelingbet aanstel len van onpartijdige regters en in verandering in de betrekking tusschen de Landheeren en hunne Pachters. Het finantieel dienstjaar, eindigende met 5 April, zal een voordeelig slot van 2,500,000 opleveren, hetgeen des te meer medevalt, omdat door het nieuwe tariet de tolregten en accijnsen zoo zeer verminderd zijn. Gisteren ochtend zijn hier met twee Hollandsche stoombooten 145 ossen aangebragt. Te New-Castle heeft wederom een dier vuistgevechten plaats gehad, die nog steeds eene smet op de Engelsche beschaving doen kleven. Het betrof een weddingschap van 10 120) voor Michel Reilly tegen William Gleg- horn twee beroemde boxers aldaar. Het gevecht duurde twee en een half uur; iedere strijder had zijne getuigen; geneesheeren waren daarbij tegen woordig, alsmede eene ontelbare menigte. De vechters zouden den 47®tea aanval beginnen, beide waren uitgeput; Gleghorn bleef overwinnaar, Reilly viel flaauw neder. Den volgenden ochtend is hij onder de vreeselijkste smar ten overleden. Dingsdag 11. hebben bij een zwaren storm twee vaartuigen, waarvan een zwaar geladen op de noordelijke kust van Engeland tegen elkander gestooten zoodat beiden kort daarop gezonken zijnechter zijn de manschappen nog kunnen gered worden door visschersschependie in de nabijheid waren. Den vorigen avond had een dergelijk ongeluk plaats op de reede van Yarmouth met het ongelukkig gevolg, dat een der schepen met de geheele bemanning is ten gronde gegaan. Het Dagblad The Globe is voor 19,000 (ƒ230,000) verkocht aan eene Spoorweg-Maatschappij. FRANKRIJK. PARIJS, 5 April. De Kamer van Afgevaardigden heeft de wet op het verlengen van het han. delsverdrag met Belgie met 209 tegen 36 stemmen aangenomen. Bij de Algevaardigden heeft de Heer Sabune een verzoekschrift van Pro testantsche ingezetenen te Parijs ingediend waarin herziening van het regle ment op de militaire hospitalen gevraagd wordt, daar thans de Protestantsche geestelijken de zieke soldaten niet kunnen bezoeken. Dit verzoekschrift zal aan den Minister van Eeredienst gezonden worden. Een ander verzoekschrift van denzelfden had de strekking om verandering te erlangen in art. 354 van het wetboek, daar de bepaling daarin vervat, niet voldoende was om het ontvreemden van minderjarige kinderen te voorkomen. Er waren onderschei den voorbeeldendat meisjes waren opgeligt en in een klooster gestoken zonder dat de pogingen der ouders om haar daaruit te verlossen iets gebaat hadden. Deze zaak, waarvan de Minister van Eeredienst zeide niets te weten, als omtrent een paar gevallendie onj uist waren voorgesteldheeft tot eene vrij levendige woordenwisseling aanleiding gegevenen bij het wegzenden der berigten duurden de beraadslagingen nog voort. Er heeft zich in Algerie weder een nieuwe partijganger van de Arabieren opgedaan, die zegt de vader van den gevreesden Bou-Maza van Dahra te zijn. BELGIE. BRUSSEL, 6 April. De afgetreden Minister van de Weyer en zijne ambtgenooten hebben in een uitvoerig verslag bekend gemaakt de tusschen hen gerezen geschillen, over de wet op het middelbaar onderwijs; bij hetzelve zijn twee wetsontwerpen ge voegd, die omtrent deze belangrijke zaak, door v. d. Weyer zei ven waren opgesteld. In wol was op de laatste markt te Antwerpen iets meer levendigheid, en bijna 400 balen diverse soorten Russische, Turksche en Buenos-Ayres hebben koopers gevonden. De aanvoeren in deze week bestonden uit 242 balen van Constantinopel57 van Londen, 33 van Triest en 18 uit Nederland. STADS BERIGT. KENNISGEVING Berde Zitti?ig van den Militie-Raad over liet Kanton Ley den, N°. 15. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad LEYDEN, ontvangen heb bende van den Heer Militie-Commissaris over de Kanlons 1521Provincie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1846 | | pagina 3