PUBLICATIE. AKEN, 28 February. De Koning heeft gelast, dat het stadhuis alhier, dat een der oudste en merkwaardigste gebouwen is van Duitschland, en welks stichting van het begin der 10de eeuw dagteekent en waarin 55 Keizers zijn gewijd, geheel zal worden hersteld. De historieschilder Rethel, van Frankfort, heeft reeds 10 schetsen uit het leven van Karei den Groote gereed gemaaktdie in fresco op de zoldering der Keizers-zaal zullen worden geschilderd. Er zal alhier bij het aanstaande Paaschfeest een groot concert plaats hebben onder leiding van den Heer Spohr. ItËIJEKEN. MUNCHEN, 20 Februarij. Vervólg van de beraadslagingen in de Kamer der Beijersche Stenden over het weren der Redemptoristen. De tweede Secretaris Vrijheer zu Rhein behandelt de vraag van het stand punt van bet Beijersch staatsregt. Hij zegt dat de staat eerst dan tegen gees telijke corporation kan optreden als hare werking de storing van geloofsvrede ten doel had; doch dat hij tot hiertoe slechts eene zoodanige kende, die hij niet wilde noch noodig had te noemen. Hij was nog niet in de gelegenheid geweest om te beslissen of de Redemptoristen daartoe behoorden. Dat hij bij hun optreden te Regensburg, waar hij Voorzitter der Regering was, voor sto ring van den geloofsvrede had gevreesddoch vernomen haddat ze geen leerstellige preeken hieldenmaar wel dat ze op eene wijze op het gemoed zochten te werken, waarmede een weldenkend man, bet nimmermeer eens kan zijn die de heilige leer onzer Godsdienst en de zuivere zedeleer, waarvan de leerstellingen der Katholijke kerk doordrongen zijneven zoo ernstig ter harte neemt als de instandhouding van gezuiverde volksverlichting. Als toch, zoo als ik van geloofwaardige getuigen vernam, de Redemptoristen de leer der vergelding op zulk een zinnelijke wijze voordragen alsof ze hunne schilderin gen van hemel en hel van de Turken ontleenenwanneer zij de woningen der zaligen als paleizen voorstellenwaarbij de schoonste gebouwen die men hier ziet slechts modderkuilen zijn, dan voorzeker moet ieder goed Katholijk het bejammeren, dat aan het zuivere goud der leere van Christus zulk onzui ver inmengsel wordt toegevoegd, in plaats van tot goede bruikbare munt te worden aangewend. En ofschoon ik mij niet geregtigd acht deswege voor hunne verdrijving te stemmen, moet ik toch hier den in het getrouwen echt- Katholijken hart levenden wensch uitspreken, dat de geestelijke overheid van hun regt ter bewaring van den zuiveren geest der godsdienst en zedelijkheid gebruik makeen door verordening zulke misgrepen te keer ga. De Minister van Finanliën is de voorspraak der Redemptoristenen haalt een berigt aan van een Pastoor van zekere plaats, van Maart 1844, waar de prediking der Redemptoristen de gemeente in tranen had doen wegsmelten en het luiden der groote klok die de geloovigen opriep om voor de bekeering der zondaars te bidden, een' niet geringen indruk had gemaakt. Dat de oneenighedenvechterijen, dieverijen en het vloeken in eens hadden opge houden en de predikers vermaand hadden om toch voor den Koning te biddendie hun de onschatbare weldaad van de Redemptoristen te ontvan gen, had verleend. Een dergelijk gunstig berigt deelt de Minister, ook van 1844mede van het Landgerigt Reichenhallen nog van 77 zendingen op andere plaatsen. De Minister ontkent dat hiertoe van landswege geldelijke ondersteuning zou zijn gegeven. Zij hadden aan kleine vrijwillige particu liere bijdragen niet boven de ƒ150,000 ontvangen en staan onder de hoofd- inrigting te Rome tot verspreiding van het geloof. De Heer Referent Vorst Lodewijk van Oettingen Wallersteintoonde hoe het tegenwoordig karakter van den kerkelijken toestand zich uit het verledcne had ontwikkeld. De schrikkelijke zedeloosheid der hoven en hoogere standen, de afdwalingen der wijsbegeerte die de menschen van bet hemelsche en heilige aftrokken het vergift der onverschilligheid, hevige oorlogen, bragten de godsdienst en zedelijkheid verre op den achtergrond. Onder Napoleon scheen het stellige Katholicismus zijn graf nabij. De groote volks-bewegingen in 1813, 1814 en 1815 bragt eenen terugkeer tot den godsdienstzin der vaderen te weeg. O ware dit oogenblk wel begrepen Maar naauwelijks was de man der verschrikking gevallen, of al het gewormte kwam te voorschijn, wat zich gedurende den storm zorgvuldig in lichtschuwe verborgenheid had schuil gehouden. Wederzijds maakten zich in het wereldlijke, verouderde bureaucratiein het geestelijkede magt der duisternis en ik noem den naam nieuw op komend Jesuitismus, meester van de ontwrongen zegepraal. Toen leefden wel in Duitschland Kerkvorsten als Sailer, AVessenberg; Staatsmannen als Münster, Hardenberg, Gagernlieden van echt Duitschen stam, die hunnen tijd juist opvatten, met den volkszin in overeenstemming waren, evenzeer gloeijend voor kroon- en volkenregt, voor krachtige heerschappij, als voor vrijheid door wetten bepaald voor godsdienstzin cn den geest der Christelijke liefde. Maar hunne stemmen werden verdoofd en men behandelde iedere voortglimming van den van boven opgewekten vonk als een schennis der bureaucratie. Op het grondgebied der kerk legerden zich aanhangers van den ledigen vormïjve raars wier beperkte zin het Katholicismus niet in den bezielenden eeuwig voortwerkenden geest, maar in de onveranderbare uiterlijke verschijning zagen. Voornamelijk zag zich Frankrijk overstroomd door de vaders van het gezel schap van Jezus, een gezelschap van een kerkelijk vormen-wezen van de be- denkelijkste soort. Hieruit ontsproot deels eene ondergeschiktheid der kerkelijke magt aan die der bureaucratie, deels eene onnatuurlijke verbindtenis van beiden, cn in dc gevolgen eene nieuwe verwereldlijking der godsdienst zelvewaarheen dit den ouden tak der Bourbons beeft gebragt, weten wij. Aan deze zijde van den Rijn heerschte langen tijd een beslist overwigt der wereldlijke Regering, over het zich schroomvallig bewegend kerkelijk leven. Maar sedert 1838 oogsten ook wij de vruchten daarvan in, in scherpe tegenspraak van het Katholicis mus, tegen de werking der Protestantsche bureaucratie, en in de nieuwste verschijnsels op het grondgebied der godsdienst. Vervolg in een vólgend nommer FRANKRIJK. PARIJS, 3 Maart. De Koning heeft 100 francs gezonden aan eene arme vrouw te Castetner hij Orthez, (Neder-Pyreneën), die den 28sten Junij haar 106de jaar is ingetre den. Zij is nog in het volle genot van hare geestvermogens en met ijver in de huiselijke bezigheden werkzaam. Het is bepaald, dat de Hertog van Montpensier zijnen broeder, den Hertog van Aumale, naar Africa zal vergezellen. Ten gevolge van de vernietiging van twee scholen en de vermeerderde bevolking, zullen er nieuwe scholen worden opgerigt, op eene groote daartoe te onteigene ruimte, waardoor tevens de straat van St. Gcrmain-l'Auxerrois tusschen de Place de l'Ecole en die des trois Maries, aan de eene zijde geheel zal worden afgebroken en merkelijk verbreed. De Heer Dallé, Koopman in Uurwerkenreed in de straat S'. Paul met zijn cabriolet. Om iets te vermijden, doet hij zijn paard uithalen en werpt daardoor een' voorbijganger omver, dien hij niet bemerkt had. Hij houdt dadelijk stil, en springt van zijn rijtuig om te zien of de man zich niet had bezeerd. Deze was huiten kennis geraaktDallé houdt hem voor dood en schrikt er zoo van dat hij zelf bewusteloos nedervalt, en niet meer tot het leven is kunnen teruggeroepen worden. De ander die weldra bijkwam, had slechts eenige ligte kneuzingen bekomen. Berigten uit Algiers van 23 Febr. melden, dat de Gouverneur den 19dcn een gevecht tegen de Kabylen in het Jurjura gebergte had geleverd en de aanhangers van Abd cl-Kader een gevoelig verlies had toegebragt. De Emir zelfs was met zijne ruiters ontsnapt en de Gouverneur naar Algiers terugge keerd, wegens den uitgeputten toestand van zijne troepen. BELGIE. BRUSSEL, 3 Maart. Namens de Centrale afdeeling is in de Kamer der Vertegenwoordigers verslag gedaan op bet wetsontwerpten aanzien der tijdelijke verhooging van tolregten voor uit Nederland ingevoerde koopwaren het strekt om de wet met eenige geringe wijzigingen aantenemen. In de vorige week zijn uit het buitenland aangebragt 74,000 mud den tarwe. De stoomboot Soho, eergisteren van Antwerpen naar Londen vertrokken had 975 kasten met vensterglazen aan boord, voortkomende uit onze fabrieken en bestemd naar China. Veel ander glaswerk wordt van hier naar het He- melsch Keizerrijk verzondenmaar vensterglazen zullen voor de Chinezen eene nieuwigheid zijn. STADS BERIGTEN. Viering van den Zondag. BURGEMEESTER en AVETHOUDERS der Stad Leiden, gelet hebbende op den inhoud eener dispositie van de Ed. Gr. Achtb. II. II. Gedeputeerde Staten van Zuid-Ilolland van den 9deQ Julij 1844. Herinneren bij deze aan allen en een iegelijkwien zulks zoude mogen aangaan, de Wet van den lsteB Maart 1815, betrekkelijk de viering der dagenaan de Openbare Christelijke Godsdienst toegewijdzijnde van den volgenden inhoud: Wij AVILLEM, bij de Gratie Gods, Prins van Oranje- Nassaü, Soevereine Vorst der A'ereenigde Nederlan den enz., enz., enz. Aan alle degenen, die deze zullen zien of hooren lezen, salut doen te weten Alzoo AVij in overweging genomen hebben de noodzakelijkheid om op het voetspoor onzer godsdienstige voorvaderen, die daarop steeds den hoogsten prijs steldende pligtmatige viering van den dag des Heeren en andere da gen den Openbaren Christelijken Godsdienst toegewijddoor eenparige en voor de geheele uitgestrektheid der Vereenigde Nederlanden algemeen werkende maatregelen te verzekeren; Zoo is hetdat AVijden Raad van State gehoord en met gemeen overleg der Staten-Generaal dezer landen, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze 1». Dat op Zondagen en op zoodanige Godsdienstige Feestdagen als door dc Kerkgenootschappen van den Christelijken Godsdienst dezer landen alge meen erkend cn gevierd worden, niet alleen geene beroepsbezigheden zullen mofen verrigt wordenwelke den Godsdienst zouden kunnen storenmaar dat in het algemeen geen openbare arbeid zal mogen plaats bebben, dan in

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1846 | | pagina 3