BUITEJNLAJYDSCHE BERIGTEN. -- Naar men verneemt, heeft heden de Raadkamer der Arr.-Regtbank al hier uitspraak gedaan op het requisitoir van den Heer Officier van Justitie genomen in de instructiewelke begonnen was ter zake van den noodlottigcn brandin den nacht van 22 op 23 dezer. De Regtbank moet vooralsnog geene voldoende gronden gevonden hebben om regtsingang te verkenen tegen W. K. Nelckdiens huisvrouw, zoon en nicht, tegen welke de aanklagt was gerigt van: moedwillige brandstichting, immers en in elk geval vandoor ouvoorzigtiglieid en achteloosheidte zijn geweest de oorzaak van den dood der omgekomen personenen heeltinge volge art. 86 van het Wetb. van Strafv., een nader onderzoek gelast, en be volen, dat W. K. N., diens zoon en nicht (die voorloopig waren aangehouden) in vrijheid zullen worden gesteld. Bij het requisitoir moet de Heer Officier bepaaldelijk ook slechts de gevan genhouding van den zoon hebben gerequireerd en tegen de overigen dagvaar ding in persoon. Het is misschien niet overbodig te herinnerendatingevolge art. 89 van gezegd AVetboek, de Officier nog tegen de gezegde beslissing in verzet kan komen wanneer nader de Raadkamer van het Hof uitspraak moet doen. UTRECHT, 30 December. Alhier ter stede zich ccne vereeniging gevormd hebbende, met het doel om arbeid te verschaffen aan behoeftige werklieden, is derzelver aandacht daarop gevestigd geweest om ccne soort van arbeid op te sporen, die geen nadeel toebragt aan de gevestigde industrie. Uit dat oogpunt is liet verkieslijkst voorgekomen de vervaardiging van blokjes voor bouten plaveijing. Er zijn reeds eenige menschcn op deze wijze aan bet werk gesteld. AVcnschelijk zoude het nu zijn, dat aan deze onderneming eenige uitbreiding konde worden gege ven door een meer verzekerd debiet. Daar gemelde plaveijing uitnemend ge schikt is voor paardenstallingen en in vele opzigtcn de voorkeur verdient boven de tot dus verre gebruikelijke, wordt de aandacht der eigenaars van stallen hierop gevestigd; terwijl, naar men ons verzekert, nadere inlichtingen aan gaande genoemde vereeniging te bekomen zijn bij den havenmeester dezer stad, den fleer Engelbert. Heden morgen heeft het Provinciaal Geregtshof, bij een uitvoerig gemo tiveerd arrest, uitspraak gedaan in de zaak van den Heer van der Steen. Het feitelijk gedeelte der beschuldiging aannemende, heeft ons hot, in weerwil van het vroeger gewijsde van den Hoogen Raad, overwogen, dat het duel bij het Code Pënal niet strafbaar gesteld is, en den beschuldigde ter dier zake van alle regtsvervolging ontslagen. ZUTPHEN, 28 December. In de vorige week werd alhier door Ilceren Curatoren van bet Stedelijk Gymnasium, uit het getal der 17 sollicitanten, een tweetal gemaakt, ter ver vulling van den nieuw gecreëerden post van vijfden Docent aan gemeld Gym nasium, bestaande uit de Hoeren L. C. E. Schusler, Lilt. Hum. Doctor, cn F. A. Hek/neyer, Litt. Hum. Cand., beide van Utrecht. GRONINGEN, 29 December. Het Christelijk Kersfeest is hier Vrijdag avond weder op eene regt gepaste wijze besloten. In de Groole Kerk onzer stad vereenigde zich een zeer tal rijk publiek, toebehoorende tot verschillende kerkgenootschappen, ter bijwo ning van een Godsdienst Muzijkfeest, ten voordeele van arme kinderen, ten einde deze in de gelegenheid te stellen, om gebruik te kunnen maken van bet Christelijk Schoolonderwijs. De Hoogleeraar P. Hofstede de Groot trad daarbij als redenaar op; onze verdienstelijke organist Hauff spreidde daarbij op nieuw zijne uitmuntende talenten ten loon; het Muzijkkorps van onze Ste delijke Schutterij handhaafde zijnen roem; een uitgelezen Zangkoor, bestaande uit 72 zangers en zangeressen, ondersteund door eenige beoefenaars van in strumentaal muzijk, voerde, in eenen regt oratorischen geest, eenige tref fende, godsdienstige zangstukken uit, afgewisseld door solo's, die, zoo wel als de koren, eenen diepen indruk op de talrijke schare feestgenooten maak ten. Ook nu, zoo min als in de beide vorige jaren, willen wij bier onzen hartelijken dank terug houden aan den Onderwijzer R. G. Ilijkens, die als Lid der Kommissie ter bevordering van het Schoolgaan van Armenkinderen zoo veel zorg en moeite aan dat schoone koor beeft besteed, terwijl wij tevens den opregtsten dank willen toegebragt hebben aan den talentvollen Stads muzikant E. G. Bosse, die aan gemeld lid der Kommissie cn aan het aan zienlijk koor, zoo bij de repetitiën als door de compositie voor de instrumen tale begeleiding van den zang, ter liefde der schoone kunst cn ter bevorde ring van het edel doel van het Muzijkfeest, de aangenaamste diensten heeft bewezen. Zoo vereenigden zich hier welsprekendheidtoonkunst en zang kunst, om het Godsdienstig feestgenot te verhoogen. Zoo wordt bier bet schoone dienstbaar gemaakt aan het goede, en het verband tusschcn heide op eene treffende wijze aangewezen. Wij hebben een' genotvollen avond gehad en wenschen daarvan eene jaar- lijksche herhaling. Mogt het nu gevormd zangkoor daartoe bijeen blijven en zich van tijd tot tijd vereenigen, om zich in de schoone zangkunst te oefenen. Wij hebben waarlijk in onze stad aan een goed zangkoor, waarvan men bij feestelijke gelegenhedon een edel genot zoude kunnen smaken, eene groote behoefte. Ons beschaafd publiek toont ook hierin eene toenemende belang stelling, want de inzameling, welke daarbij geschiedt, vermeerdert telken jarc. Bij het eerste Muzijkfeest in 1843 werd er onder het feest 54 Gulden I ingezameld, bij het tweede 68, nu 77. De geheele opbrengst van de ver kochte bewijzen van toegang, van de gezangen en van de kollecte is geweest 811. AVaarlijk eene aanzienlijke som, vooral als men in aanmerking neemt, wat hier in dezen winter reeds buitengewoon ingetoekend en gegeven is voor do spijsuitdeeling, voor de verloting bij Pictura, voor den turf der armen, voor de broodkaartjes, in de buitengewone kollecte in het begin dezer maand, en bij betgeen er iederen dag aan de deuren, helaas! gegeven wordt. A'erheugen wij ons, dat er in onze stad mannen gevonden worden, welke zulke goede uitkomsten door huu voorbeeld en hunne talenten weten te bewerken. 'sHERTOGENBOSCH, 29 December. Heden heeft het Provinciaal Geregtshof van Noord-Braband uitspraak ge daan in zake van Maryn van der Zanden, oud 49 jaren, van beroep bouw man, geboren en wonende te Hoeven, beschuldigd van brandstichting ten gevolge waarvan zijn broeder in den brand is omgekomen. De beschuldigde is overeenkomstig het requisitoir van het openbaar ministerie ter dood ver oordeeld. Na de uitspraak gaf de Heer president den beschuldigde te kennen, dat er voor hem geene hoop kon bestaan, om gratie te verkrijgen. In den morgen van den 27sten dezer heeft er te Udcnhout een stoute diefstal plaats gehad. Een onbekend persoon is gekomen in de woning van Jacobus van I.ier, heeft diens huisvrouwwelke zich alleen te huis bevond aangegrepenmet een blaauwen linnendoek geblinddoektden mond toege stopt handen cn voeten gebonden en haar alzoo te bed gelegdvoorts de kast geopenden daaruit aan verschillende speciën 80 ontvreemdmitsga ders gouden en zilveren sieraden. MAASTRICHT, 28 December. Sedert dat op den lsten Januarij dezes jaars, nieuwe verordeningen betref fende de stedelijke belastingen op den wijn en de steenkolen zijn ingevoerd, is de staat der finantiën dezer stad, die vroeger veel te wenschen overliet, aanmerkelijk verbeterd. Als een gevolg daarvan, verneemt men, dat aan de stads ambtenaren, die meest alle zeer karig bezoldigd zijn, met den aanvang van 1846, eene verhooging van tractement zal toegekend worden. CHIIA. MACAO, 25 September. Voor eenige weken is hier het eerste deel van een groot Chineesch woorden boek in 't licht verschenen van den Heer Callery, tolk bij het Fransche Con sulaat, onder den titel: Dictionnaire encyclopédique de lalangue Chinoise. Callery was vroeger Katholijk zendeling, maar verdroeg zich zoo slecht met de Zending, dat hij nu vier jaren geleden, op kosten van den be kenden opium-handelaar Dent, een boek uitgaf onder den titel: Systema plioneticum scripturae Sinicae[klankstelsel van het Chinesche schrift] en ging daarmede naar Parijs, waar hij zeer werkzaam schijnt geweest te zijn want na twee jaren kwam hij weder terug als tolk van bet ge zantschap en met zeer aanmerkelijke ondersteuning van de Fransche regerino- ter uitgave van een woordenboek in twintig deelen in 4°. Het eerste deel is nu verschenen, het Chineesch is met karakters gedrukt door Le Grand te Parijs vervaardigd naar het stelsel van Pauthier. Het werk is eene verkorte overzetting van het bij de Chinezen zeer geachte woordenboek voor den stijl welks voordcel daarin bestaat dat het eene menigte uitdrukkingen bevat die een Europeer uit een eenvoudig woordenboek niet kan te weten komen, Het is naar de klank niet naar de wortelafleiding gerangschikt,, naar een eenigzins door Callery veranderd stelsel van den Portugeschen zendeling Gonzalvez, waar door het lastig is voor het gebruik. Uit de lange voorrede leert men weinig, daar die meest klagten van den Schrijver behelst over zijne belagers te Parijs. De geheele oplage is slechts 150, en zal met 50 worden vermeerderd, waar door liet boek bijkans zoo onnut wordt als of het niet ware uitgegeven. De Chinesche karakters uit Parijs worden te Canton en hier meest door de Europeërs gebezigdook de Amcricaansche zending heeft die op hare drukkerij ingevoerd en er eenige werken mede gedrukt. Er zijn nu 4,000 oorspronke lijke stempels gesneden, waarmede men 23,000 Chinesche karakters kan vor men en men verwacht binnen kort nog eene nieuwe bezending. Zonderling is het dat de Amerikaansehc zending te Canton zich de eer aanmatigt van de uitvinding en volmaking van dat stelsel, terwijl men weet dat Pauthier te Parijs, reeds voor tien jaren het beginsel van losse letteren in eene proef liet drukken. De Amerikaansehc zending kon zich met den roem vergenoegen van ze goed te hebben gegoten, en die van het snijden, eene voor 9,000 stempels niet geringe arbeidaan Pauthier en Le Grand overlaten. WEST-ODIE. CURACAO. 15 November. o De schrikkelijke droogte, welke sedert de maand Januarij alhier geheerscht heeft, heelt alle hoop op den oogst benomen, terwijl het vee door gebrek aan voedsel sterft. De geheele natuur vertoont zich zoo dor en kaal als in Europa in het midden van den winter. Donderdag den ö'1011 November wer den de bewoners van dit eiland verrast door de voorteekenen van eenen op handen zijnde regen; en daar het scheen, dat dezelve zou aanhouden, wer den alle tuinen bezaaid cn beplant; doch nadat er eene bui gevallen was, werd de lucht weder helder, cn sedert heeft men tc vergeefs op regen ge wacht, zoodat alle zaden, enz. verloren zijn, cn Curasao den volgenden dag zijne oude dorre gedaante weder beeft aangenomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1846 | | pagina 2