LEYDSCHE COURANT. N°. 137. BINJNENLANDSCHE BERIGTEN. De Courant wordt Maandag, Woensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt VRIJDAG14 NOVEMBER. De Prijs der Courant is f 13 in het jaar de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. LËYDEN, 13 November. In de N. Rott. Cour. leest men thans het derde vervolg van een vertoog over het papieren-geld, waarin al het bedenkelijke daarvan op wetenschappe lijke gronden van Staatshuishoudkunde nadrukkelijk wordt aangewezen, en gevraagdof' men de waarde van het bedoelde papieren-geld niet zou kunnen verzekerendoor den eenvoudigen maatregel van het verwisselbaar te stellen tegen goud en zilver in haren waarvan het nut wordt aangetoond zoo ter verzekering van de blijvende volle waarde als ten gerijve van den handel en ter afwering der gevaren welke dezedoor de onvermijdbare waardeverminde ring van on-inwisselbaar papieren-geld bedreigen. Te zeer, zoo eindigt het vertoog, heeft men zich aan verregaande achteloosheid schuldig gemaakt; men wachte zich thans voor ligtvaardigheid. Het gesnoeide geld moet ingewisseld worden. Er bestaat hiertoe een veilig middel, (namelijk, papieren-geld dat tegen goud of zilver verwisselbaar is), men grijpe niet naar het verderfelijke. Op Woensdag den 26slen November aanstaande, zal in het Provinciaal Gouvernementsgebouw te Haarlem worden aanbesteed: het daarslellen van de verdere hei-, funderings- en grondwerken voor een nieuw te houwen vereenigd huis van arrest en justitie, op het bolwerk Schinkel, hij de Leydsche poort te Amsterdam. 's GRAVENHAGE, 12 November. Z. M. heelt benoemd tot Adviseur voor de Scheikundige zaken bij het De partement van Finantiën, den Heer G. H. Muller, Med. Doet. alhier en Adsis- tent bij den Adviseur voor Wis- en Scheikundige zaken en tot Adviseur in de Wiskundige zaken, enz. de Heer G. L. HouëlMath. Mag. en Phil. Nat. Doet., Lector in de Natuurkunde te Amsterdam. Z. M. is gisteren avond laat van hier naar Rotterdam en van daar met het Koninklijk stoomjagt de Leeuw naar den Moerdijk en verder naar Noord-Braband vertrokken. Programma der plegtige onthulling van het standbeeld van Prins Wil lem den Eersten, op Maandag den 17den November 1845. Vóór twaalf ure des middags verzamelen zich de genoodigden in de groote zaal van het Paleis in het Noordeinde. HH. MM. de Koning en de Koningin, benevens HH. KK. HH. de Prinsen cn Prinsessen plaats genomen hebbendehoudt de Hooglecraar A. des Amorie van der Hoeven Secretaris van de tweede Klasse van het Koninklijk Nederl. Instituut van Wetenschappen, Letterkunde en Schoone Kunsten, cene op de plegtigheid toepasselijke rede. Na het eindigen dezer rede begeeft zich H. M. de Koninginvergezeld van HH. KK. HH. de Prinsessenen gevolgd door Hoogstderzelver hofstoetnaar het balcon van het Paleis, om van daar de plegtigheid der onthulling te zien. Z. M. de Koning, benevens HH. KK. HH. de Prinsen, begeven zich naar de plaats waar het standbeeld is opgerigt. De stoet is zamengesteld als volgtDe Kamerheer-Ceremoniemeesterde Kamerheercn de Ordonnance-Officieren de Adjudanten en buitengewone Ad judanten des Konings en der Prinsen de Groot-Officieren van het Huis des Konings; Z. M. de Koning, benevens HH. KK. I1H. de Prinsen; de Voorzit ters van de Eerste en Tweede Kamers der Staten-Generaalde Ministersbe nevens de Secretarissen Generaal der Ministeriële Departementen. De stoet zich om het standbeeld hebbende geschaardwordt het door Z. M. den Koning, bijgestaan door 1IH. KK. HH. de Prinsen, benevens den Opper- Hofmaarschalk Graaf van der Duyn van Maasdam, ontbloot, onder trompet- tengeschal en de losbranding van een salvo van honderd en een kanonschoten, terwijl door een koor van Militairen het Wilhelmus-lied gezongen wordt. Z. M. de Koning en HH. KK. HH, de Prinsen begeven zich met Hoogst derzelver militair gevolg naar het Lange A'oorhout, waar de troepen gereed staan om te defileren. Z. M. de Koning en HH. KK. HH. de Prinsen zich aan het hoofd der troepen geplaatst hebbende, trekken met dezelven op, komende door het Heulstraatje langs het Standbeeld en bewijzen daaraan de militaire eerwaarmede de pleg tigheid zal afgeloopen zijn. De zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal is heden, des voormiddags ten 11 ure, onder het waarnemend voorzitterschap van den Heer Luybcn geopend, zijnde de Heer Bruce door ongesteldheid verhinderd. Er waren 41 leden tegenwoordig. Is ingekomen eene Koninklijke boodschap, strekkende ten geleide van 15 nadere wetsontwerpen, met eene daarbij behoorende memorie van toelichting, betrekkelijk de uitvoering van art. 6 der Grondwet over het stemregt. Deze wetsontwerpen zullen worden gedrukt en worden verzonden aan de afdeelingen van de maanden October en November. De geloofsbrieven en verkiezing van den Heer Lycklama a Nyeholt in orde bevonden zijnde, wordt deze ter vergaderzaal binnengeleid, en neemt hij, na in handen van den Voorzitter den bij de Grondwet voorgeschrevenen eed afgelegd te hebben, zitting. Onder de adressen bij de Kamer is er een ingekomen van C. L. Loder en een aantal handelaren te Amsterdam, houdende adhaesie aan en aanbeve ling van het vroeger aan de Kamer ingediende adres van Amsterdamsche handelhuizen, betrekkelijk de intrekking der graanwet van 29 December 1835. De Centrale Afdeeling brengt een goedkeurend verslag uit: 1°. over het wetsontwerp tot verhooging der begrooting over 1845voor de pensioenen en 2°. een verslag over het wetsontwerp tot wijziging der wet op het zegel gerigt tegen de kleine nieuwsbladen, waarbij de aanleiding tot en bedenkingen omtrent dat ontwerp worden uitééngezet Daarna wordt de zitting opgeheven tot Vrijdag. Ten gevolge van eenige van Regeringswege in het ontwerp op de levens middelen ingebragte wijzigingen, behelst hetzelve thans de volgende drie ar tikelen als Art. 1. De invoerregten op aardappelen, gierst, rijst, boon enerwten, linzen, gort, grutten, gepelde gerst cn meel, worden tot op den lsten No vember 1846 vastgesteld op het hierna genoemde bedrag, te weten: Aardappelen5 Cents de 10 mud. Gierst1 Cent de 100 Rijst1 100 ffi. Boonen, Erwten en Linzen 10 Cents het last. Gort, Grutten en gepelde Gerst ƒ1.00 de 100 ftï. Meel (allerlei, ook Aardappelmeel) - 4.50 100 ffi. De beide laatste artikelen waren in het oorspronkelijk wetsontwerp bepaald op 3 en 5. Art. 2. De invoerregten op tarweroggeboekweitgersthaver en spelt worden tot op 1 Junij 1846 bepaald op het minimum, voor ieder der- zelve bij de wet van 29 December 1835 bepaald te weten Tarwe en gepelde Spelt 25 Cents het mud. Rogge en Boekweit 15 Gerst10 s> Haver en ongepelde Spelt 5 Art. 3. De tegenwoordige wet treedt in werking op den dag na hare af kondiging. Staat van In- en Uitgevoerde Goederen en andere Levensmiddelenbe doeld bij Koninklijk besluit van den 14den September jl.van den 29slca September tot den 2dcn November 1845. ARTIKELEN. Maatstaf. Invoer. Uit-en Door; mudden 135,344 12,078 (meel van) ponden 14,960 8,555 296,304 240 Granen lasten 5,803 1,112 5,607 1,322 7,788 433 412 Boonen en AVikken 370 14 1,168 35 ponden 79,490 59,310 52.810 79,710 2,296,580 175,636

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1845 | | pagina 1