LEYDSCHE
COURANT.
N°. 124.
WOENSDAG, 15 OCTOBER.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
De Courant wordt Maandags Woensdag en
Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt
Zaturdag avond uit.
De Prijs der Courant is f 12 in het jaar;
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
LEYDEN14 October.
Voor de Weduwen en Kinderen der verdronkene Opperlieden is gisteren nog
bij ons ingekomen 1 van B.
In het Dagblad Overijssel leest men het volgende ingezonden stuk,
omtrent de wering van het misbruik van sterken drankeene der krachtigste
middelen tot verbetering van onzen maatschappelijken toestandinzonderheid
ook bij de lagere volksklassen:
In eenen tijd, waarin men niet zonder zorg den naderenden winter te ge-
moet ziet om der armen en minvermogenden wille, kan het bij de menigvul
dige pogingen tot afwering van ongelukken en leniging van rampen voorze
ker niet ondienstig zijndat men de algerneene aandacht vestigt op de na
deel ige werking van het gebruik en misbruik van sterken drank. Hij toch,
die eenige oogenblikken overweegt
Dat iedere cent door de arbeidende klasse voor sterken drank uitgegeven
niet kan besteed worden voor de zoo noodige en thans zoo dure levensmidde
len in het huisgezin
Dat het gebruik in tegenstelling van het misbruikgeene afgebakende
grenzen heeften alzoo hetgeen voor den eenen misbruik isvoor den ande
ren nog onschadelijk schijnt
Dat het de wezentlijke kracht van den mensch even zoo min als den lust
tot werken niet verhoogtmaar ondermijnt
Dat er zoo menig huisgezin in physiek en moreel opzigt door te gronde gaat;
Dat de menschen aan de neiging tot het gebruik daarvan gehoor gevende,
en het ongeluk van zich zeiven en anderen daardoor berokkenende, gewoon
lijk goedhartige en welwillende, echter op dat punt slechts zwakke lieden zijn;
Dat de bestaaande gewoonte om kleine diensten met een teug genever te
bcloonen, zoo schadelijk en verderfelijk voor hen is;
Dat de vooroordeelen tegen de afschaflings-genootschappen worden gesteund
door den bijtenden scherts, waarmede anders regtschapene menschen dergelijke
vereenigingen bespottelijk trachten te maken
Dat de opofferingen der leden, die zich aan dergelijke vereenigingen aan
sluiten zoo luttel zijnen deze alleen leiden kunnen tot een radicalen maat
regel voor anderen en het bebeerschen van zich zeiven
Dat de tapperijen in het algemeen zoo menigvuldig zijn, dat onder dezen
titel zoo menig bedrijf wordt voortgezet, hetgeen de morele waarde van het
meisje als het ware gelijk een vogelknip bedreigt
Dat er jaarlijks eenige duizenden uit naburige rijken het werk komen doen
voor hendie zich bij ons door den sterken drank daarvoor minder geschikt
maken
Dat de gevangenissen en koloniën van weldadigheid met de slagtoflfers van
verkeerd ingewilligde neiging tot het gebruik en in misbruik van sterken
drank overgaande, zijn opgevuld, en zoo menige traan en zuchten kosten
van ouders, naastbestaanden en vrienden, die de vrienden hunner kindsch-
heid weder aantreffen daarin plaats van op den weg des vooruitgangs.
Dat onze armbesturen ieder jaar meer behoeven en minder trekken
Dat de pogingen der Nederlandsche vereeniging tot afschaffing van den ster
ken drank strekken om onheilen te voorkomen, en dus verre verkieslijk zijn
boven die, welke onheilen helpen lenigen.
In tijden alzoo, waarin de duurte der levensmiddelen en de vooruitzigten
van geen genoegzaam werk voor de arbeidende klasse in den naderenden win
ter niet te loochenen zijn, zij het niet als eene waanwijsheid aangemerkt dat
men aandringe om zich aan te sluiten aan de Nederlandsche vereeniging tot
afschaffing van sterken drankhierdoor zal hij zich zeiven beheerschen en
geen slaaf zijn van anderen hij toch die vermeent zijne vrijheid te verlie
zen, door die aansluiting, bedenke eenige oogenblikken dat, oin vrij mensch
te zijnmen geen slaaf van zijne eigene neiging of verkeerde gewoonten moet
wezen, en de opoffering van luttel genot strekt tot verbetering van ongelukki-
gen en voorbehoeding der besmetting aan nog onschuldige wezens; dat zulk
een veel meer vrij is dan hij, die zich bij verpachtingen of verkoopingen
bij het verrigten van zware werkzaamheden tot het opwinden der menigte
bedient van den sterken drank om luttel geldelijk voordeel.
Het is meer dan tijd dat men een weinig dieper doordenkt over dat voor
oordeelen dat men zich vereenige om misbruiken uit te roeijen, die verder
felijk zijn voor vele rangen en standen der maatschappijmaar vooral ook
voor de mingegoede klasse.
Wie toch herinnert zich niet de zoutelooze, liederlijke en vervelende taal
in koffijbuizen, tappperijen en kroegen, waarmede de gewone bezoekers van
die inrigtingen tijd en ontwikkeling van hunne verstandelijke en ligcbame-
lijke krachten verbeuzelen, en wie is niet nog dagelijks in de gelegenheid
zich te ergeren over het huiswaarts keeren van den vader, die, in plaats van
het verdiende looneen tot het dierlijke verlaagd ligchaam naar huis sleept
om daar onder vervloekingen en verwenschingenwat er nog goed isstuk
te slaan en moeder en kinderen noodzaakt zich tot bedelarij voor te bereiden?
Wie kent de ellende niet die de losbandige zoon of de verleide dochter in
huis brengtmeestal ten gevolge der kennisdie zij reeds in de jeugd ge
maakt hebben met de prikkelende eigenschap en schijnbare veraangenaming
die het gebruik van sterken drank te weeg brengt.
Men veroordeele den dronkaard niet als een onverlaathij is gelijk een'
zieke die er niet toe besluiten kan tot zijn herstel eenige van zijne genoegens,
gewoonten of werkzaamhedendie hem schadenna te latenomdat hij niet
gevoelt dat het hem schaadt, en men dikwijls weinig menschen vindt, die
rond weg en tijdig genoeg zeggen: »zijtop uwe hoede, gij loopt in uw verderf."
Sedert ruim eene maand bevindt zich in onze Stad de Heer Batz, ten
einde aan het orgel der Walsche kerk eene belangrijke herstelling te bewerk
stelligen. Naar het oordeel van deskundigen zullen de verbeteringen door
dien beroemden Orgelmaker hieraan gemaakthetzelve in eene volkomenheid
brengen, in welke men het vroeger niet gekend heeft, zoodat het voltooid
zijnde een waar sieraad der kerk zijn zal. Ingezonden
De UIr. Cour. de advertentie uit onze Cour. omtrent het verkoopen van
3 planten, belioorende aan de Kon. Ned. Maatschappij tot aanmoediging van
den Tuinbouw, voor 3,000, overnemendevoegt er de volgende aanmerking
bij van een Lid dier Maatschappij: De Heer von Siebold hebbe dank voor de
zorg en moeite, die Z. Ed. steeds blijft aanwenden, om schoone, nieuwe en
nnttige planten uit Japan te doen invoerenook onzen bloemkweekers zij eere,
deze schoone, geheel nieuwe, en eerst dezen zomer uit Japan ingevoerde plan
ten aangekocht en voor onze cultuur behouden te hebbenhadden buiten-
landsche bloemkweekers die aangekocht, dan toch zouden wij ons, zoo als
dikwijls het geval is, weer tot hen hebben moeten wenden om ze te bekomen.
Nog leest men in de Utrechtsche Courant
Op de vergadering van deelnemers aan de Maskerade, die in het volgende
jaar, ter gelegenheid van het 210jarig bestaan der Utrechtsche Hoogeschool,
zal gegeven wordenwerd door de Commissiebij monde van hun medelid
den lleer J. Tidcmanverslag geleverd der onderwerpenvoor dien plegtigen
optogt ingekomen, en ter keuze voorgesteld: 1°. De inlogt van Karei V in
Utrecht, den 14den Augustus 1540; en 2°. De inhuldiging van Filips II als
toekomstigen Heer dezer landen in dezelfde Stadden 3dea October 1549.
Het laatste onderwerp is aangenomen. Voorts zal wegens het meestal on
gunstige weder in Maartde dies natalis zelf (26 Maart) slechts met de
gewone plegtigheden gevierd en de Maskerade tot een nader te bepalen dag in
Junij worden uitgesteld. Naar men verneemt zal de Heer Tideman in het
licht geven een stuk over de inhuldiging van Filips.
's GRAVENHAGE 14 October.
Z. M. is gisteren middag uit Tilburg alhier teruggekeerd.
De Hooge Raad der Nederlanden heeft heden uitspraak gedaan in de zaak
van P. Cléban, requirant van cassatie tegen een arrest van het Provinciaal
Gcregtshof in Noord-Holland. Bij deszelfs arrest heeft de Raad beslist, dat
de aangevoerde grond van cassatie door den requirant, alsof de Voorzitter van
het voormelde Hof geene bevoegdheid zou hebben gehadde beantwoording eener
vraag aan den getuige (den Heer van Rappard, Directeur van het kabinet
des Konings) tc weigerenen dat de requirant daardoor in zijn regt van ver
dediging zou zijn verkortin casu niet aannemelijk isen bedoelde Pre
sident tot die handelwijze ongetwijfeld het regt had, na het Hof, zoo als
uit den loop der zaak was gebleken deswege te hebben geraadpleegd. Op
dien grond is het beroep van den requirant verworpen.
De Leden der Commissie van Kustvisscherij te Ter Heyde, hebben hunne
landgenooten tot inteekening uitgenoodigd eener som van 3,200, tegen 3 pCf.
verdeeld in 32 aandeelcntot aanbouw van een visschersvaartuig, ten einde
dit armoedig zeedorp eenigzins op te beuren.
