De Fransclicn worden hier met geen gunstig oog beschouwdja zelfs zijn zij gehaat, en onderscheiden personen, die ambten en waardigheden beklcedcn, hebben mij zeer vriendelijk ontvangen omdat ik ofschoon een vreemdeling geen Franschman was; hoewel de woorden: vreemdeling en Franschman, hier bijna gelijkluidend zijn, omdat ten minsten negentien-twintigste van alle vreemdelingendie met een zeker doel naar Barcelona komentot de naburige landen aan gene zijde der Pyreneën behooren. tiet aantal der hier aanwezige Franschen beloopt 3000, namelijk volgens de lijst van het Consulaat; maar bet is veel grooteromdat velen der hier levende branschen hunne goede gronden hebbenom de bescherming van hunnen Consul en de regten hun ner natie in geen geval in te roepen. Ook Duitschers leven hier in geen gering aantalvooral handwerkslieden die, zoo als overal, ook hier zeer gezocht zijn, zoodat zij ook meer loon trek ken dan de Spanjaards. De gewone verdienste is dikwijls 6 piasters en meer; in de fabrijken gewoonlijk 4 of 5 piasters in de week. Niettegenstaande het hooge loon, dat zij moeten betalen, zou het mcerendeel der Fabrijkanten een jaarlijksch bedrag van niet minder dan 30 of 40 pCt. van hunne kapitalen trekken. Ik heb vergecl'sche moeite gedaan getrouwe statistieke lijsten over den te- genwoordigen toestand der nijverheid te verkrijgendoch zulke stukken be staan hier te lande niet, en alle onderzoek door mij bij partikulieren gedaan, leden grootendeels schipbreuk op het mistrouwen der Kataloniërs. Al wat ik als ecnigzins zeker heb kannen vernemenbetreft de nijverheid in katoenen stoffen, waarvan een tolbeambte in 1839 voor de Regering inlichtingen ver zameld heeft. Ofschoon nu deze opgaaf, wegens den voortgangdien de handel sedert gemaakt heeftals geheel verouderd is aan te merkenzoo zal zij echter waarschijnlijk voor menigen lezer niet onbelangrijk zijn. De voor de gezamentlijkc katoenfabrikaadje in geheel Katalonië bestemde gebouwen en machines werden in 1839 op 300,000,000 en het handelskapi taal op 200,000,000 realen geschat. Er waren 478 spinnerijen, 1700 weve rijen, 80 drukkerijen, 140 kousenfabrijken380 fabrijken van passement- werk en 155 andere fabrijkente zamen 2,033 katoenfabrijken. De spinne rijen verbruikten het eenc jaar door het ander 11,256,283 Kasliliaansche ffi katoen, en de weverijen leverden 80,000,000 Kastiliaansclie ellen stof van allerlei soort. De bevolking, welke in geheel Katalonië alleen van de ka toenfabrijken leefde, beliep 335,000 personen; van deze waren in de fabrij ken zelve 133,000 bezig, als 65,000 mannen, 48,000 vrouwen, 12,000 jongens en 8,000 meisjes onder de 15 jaar. De waarde van het geheele katoenfabrikaat werd berekend op 350,000,000, van welke men 150,000,000 op den arbeidsloon en 40,000,000 op de fondsen van het belegde kapitaal rekende; zoodat, wanneer deze opgaven waar zijn, hetgeen omtrent dit laatste zeer te betwijfelen valt160,000,000 op de ruwe stof moet gerekend worden. Men kan wel aannemen, dat sedert 1839 de katoenfabrijkaadje drievoudig verbeterd is. De zijdefabrijken zijn in den laatsten tijd op dezelfde hoogte gebleven, doch die van bet ijzer, de hennip en bet laken hebben aanmerke lijke vorderingen gemaakt. Het laatste echter behoort te Barcelona cigentlijk niet te buisen wordt bij uitsluiting alleen in het binnenste van het Vor stendom, te Vich, Manreza, Igualade en de omstreken bewerkt. De fijne lakens moeten nog altijd uit het buitenland aangevoerd worden. Een ondubbelzinnig bewijs van den toenemenden welstand van Katalonië en hare hoofdstad is de groote bijvalwelke de spaarbank ondervindt. Het bestuur van dezelve, dat niet meer wist, wat het met al het geld zou aanvan gen dat men inbragtbesloot eene bank van leening op te rigtendie het geld tegen 6 pCt. zal uitzetten, doch voorloopig alleen op edele metalen en ju welen. Indien deze bank talrijke bezoeken ontvangt, dan is dit een teeken, dat de geldelijke toestand der hoogere klasse in Barcelona niet in zulk eenen goeden staat is, als die der geringere, want de arme zal dan den rijke geld leenen. Eene andere algemeen nuttige inrigtingwelke hier tot stand zal komen is een krankzinnigenhuis, op zulk eenen voet ingerigt, dat het aan de ei- schen der menschelijkheid beantwoordt. De tegenwoordige inrigting van dien naam in Barcelona (even zoo als in geheel het overige Spanje) is een gedenk- teeken van de schrikkelijkste ruwheid en barbaarschheid. De waanzinnigen worden hier erger dan verscheurende dieren behandeld. Aan hunne genezing wordt in het geheel niet gedachtde zieke wordt reeds vooraf zonder beden king opgegeven. De Kapitein-Generaal is bij een bezoek onlangs door hein in een krankzinnigenhuis gedaanzoo levendig getroffen geworden door de gruw zame behandelingdat hij aan den stedelijken raad eene niet geringe som heeft aangeboden, als eene bijdrage tot eene verbetering, wier vertraging Bar celona tot schande strekt. ITALIË. ROME, 31 Julij. In de met het Roomsche en Duitsche Collegie verbondene kerken van Ignazio cn II Gesu vierden dezen morgen al de hier aanwezige leden van de orde der Jesuiten den naamdag van den stichter der orde, I. Loyola, met buitengewone pracht en al het der Roomsche Kerk eigen rijke cerimonieel. De Paus was niet bij het feest tegenwoordig, evenwel niet uithoofde van ongesteldheid, daar men hem nog gisteren op de opentlijke wandelplaats in zijn rijtuig, welgedaan van voorkomengezien had. PRUISSEN. BERLIJN8 Augustus. De Minister van Justitie heeft aan den Koning verscheiden veranderingen in de regtstndic voorgesteld, als: dat de studenten in de Regten onder de leiding hnnner Professoren, in het mondeling pleiten zullen geoefend worden dat zij bij hun examen mondelinge pleitgedingen zullen houden over opgege ven onderwerpencn dat niemand tot Advokaat zou worden toegelaten zonder bewijzen van bekwaamheid daarin te hebben gegeven. In Schwarzsteinin Pruissisch Lithauën, had den 12deD Julij het vol gend waarschuwend voorval plaats. Zeker man was kort voor gezegden dag van diefstal beschuldigd en voor de regtbank te Rasteuburg gedagvaard gc- wprden. Hij bood aanden zuiverings-eed te doendaar hij echter voor een onzedelijk mensch en dief bekend stond, werd hij tot den eed niet toegelaten. Toen zwoer hij een eed op eigenhandzeggendehet eerste onwederdat op komt moge mij doodslaan, zoo ik gestolen heb. Den 12den Julij pakte zich boven Schwarzstein een geweldig onweder te zamen, terwijl de bedoelde per soon zich met nog ccnige anderen, namelijk met vier kinderen en een hond, in zijne woning bevond. Op eenmaal kraakt een donderslag de bliksem was in het huis des meineedigen geslagen, en had hem midden onder de anderen gedooddie wel ecnigzins verdoofd door den slag doch onbeschadigd gebleven waren. De straal had hem in het aangezigt getroffen. Daar het huis begon te brandenmoest de doode naar buiten gedragen wordendoch niemand der inwoners wilde hem, wien Gods hand, zoo zij meenden, had getroffen, aan- raken, in weerwil van de vermaningen van den Pastoor, die na eenige vruch- teloozc pogingen hiertoedit zelf moest doen. Zeker een merkwaardig toeval, doch letterlijk waar. Dat het volk er door getroffen is, spreekt van zelf, hoewel duizend andere verwcnschingen en valsche ecden hier ongestraft gebleven zijn. BEIJEREK. WURZBURG, 5 Augustus. Gisteren heeft hier de intogt plaats gehad van ongeveer 100 Duitsche Zang- vereenigingenbestaande te zamen uit 1,900 zangers, tot bijwoning van het zangfeest alhier. Al de poorten der stad waren versierdafgevaardigden haalden de aankomenden in en begeleidden ze tot bet raadhuis, waar zij het gemeenschappelijke roode lint verkregen; onderwijl bulderden de kanonnen. Meer dan 20,000 gasten waren reeds aangekomenom de repetitiën bij te wonen. SAKSEN. De verordening der Regeringdat alle vereenigingen verboden wordenten doel hebbende om de Augsburger geloofsbelijdenis op losse schroeven te stel len of aan te randen, heeft in het land groote ontevredenheid verwekt; en wel verre van daarmede het doel te bereikendat de Regering beoogde zullen de pogingen ter hervorming meer dan anders worden doorgezet. De bedoelde verordening wordt in sommige dagbladen hevig aangerand, als met den geest van het protestantismus en de Godsdienstvrijheid geheel en al strijdig. Te Leipzig is een protest aan de Regering ingediend voorzien van ruim 700en te Crimmitschau een met ruim 400 onderteekenaarswaarin zij verklaren zich met alle wettige wapenen tegen de bevelen der Regering te zullen verzetten. FRANKRIJK. PARIJS, 12 Augustus. De dochter des Konings, Prinses Clementine, gehuwd met Prins August van Saksen-Coburg-Golhais den 9deD van een' Zoon bevallen. De Jesuiten dezer hoofdstad hebben hunne inrigtingen reeds verlaten, waar zij te zamen woonden, en hunnen intrek, ieder afzonderlijk, bij burgers genomen. Een jongen van 13 a 14 jaar is dezer dagen op eene deerlijke wijze, in het midden der rivier de Seine, niet ver van deze stad, verbrand. Deze kleine jongen had eenige stukken ongebluschte kalk gestolen. Om zijn' dief stal te verbergenhad hij deze stukken onder zijne kiel op zijn borst gesto ken. Op eenen kleinen afstand van de plaats waar hij die fout begaan had ontmoette hij een zijner makkers die verscheidene paarden ging drenken. Hij vroeg hem op een derzclve te mogen zitten, hetgeen hem werd toegestaan: In het midden der rivier gekomen, valt het paard neder en werpt den jon gen in het water. De kalk begon onder zijne kleederen te werken, en de ongelukkige, die al zwemmende met al zijne krachten uitriep: dat hij brand de, verwekte de omstanders tot lagchen, daar deze geloofden dat hij zulks uit snakerij riep. Daar hij zeer goed zwom, zich dan boven het water hield, dan weder naar onder duikelde, omdat de pijn onverdragelijk was, dacht men dat dit alles slechts een spel was. Maar helaas! welhaast werd men het gewaar. De kalk had op eene zoo deerlijke wijze de buik van den ongeluk- kigen knaap .verbranddat zijn ingewand er uitkwam cn boven op het water dreef. Toen snelde men hem ter hulpmaar het was te laathij gaf den geest onder de verschrikkelijkste pijnen. REL. «IE. BRUSSEL, 12 Augustus. Den lld«n hebben HH. MM. de Koningin Victoria cn haren Gemaal op den Belgischen spoorweg van Mcchelen tot Verviers vergezeldhebben aldaar eenigen tijd vertoefd en zijn toen naar het kasteel van Laeken teruggekeerd. De Ko ningin van Engeland heeft hare reis naar Aken en Keulen voortgezet. Het verblijf van H. M. op het slot Stolzenfels zal tot den 18dcn duren, en zij be zoeken van niet minder dan 500 vorstelijke en andere personen ontvangen. Onder de eersten worden genoemd: de Koning en Koningin der Belgen, de Koning der Nederlanden, de Koning van Wurtemberg, de Groothertogen van Oldenburg en Badende Erfgroothertog cn de Erfgroothertogin van Hessen Prins en Prinses Karei van Ilcsseuen de Hertogen van Nassau en Brunswijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1845 | | pagina 3