LEYDSCHE
NW
1845.
VRIJDAG, 27 JUNIJ.
BINNEN LANDSCHE BERIGTEN.
De Courant wordt Maandag, Woensdag en
Vrijdag uitgegeven.
Zaturdag avond uit.
De Prijs der Courant is f 13 in het jaar;
de afzonderlijke nommers worden tegen 10
Centen afgegeven.
LEYDEN26 Junij.
In de pleglige teregtzitting van den 24sten dezer der Arrondissements-Regt-
bank alhier, had de installatie plaats van Mr. E. de Wendt, als Substituut-
Officier bij dat Collegie. Zoowel de Officier van Justitie als de Voorzitter
der Kegtbank voerden daarbij het woorden verwelkomden den nieuw be
noemde tevens aan zijnen voorganger en diens uitstekende bekwaamheden
ecne ongeveinsde hulde toebrengende, 'tgeen door eerstgemelde op de meest
gepaste wijze werd beantwoord.
Het getal der aangebragte lammeren op de vijf laatste Vrijdagen waarop
de lammeren-markten alhier jaarlijks worden gehouden, is geweest als volgt:
23 Mei4,335 stuks.
30 9.715
6 Junij8,556
13 4,379
20 672
te zamen 27,657 stuks.
Hiervan zijn ongeveer 3,200 stuks ten tweedenmale aan de markt gebragt,
omdat dezelve onverkocht warer. overgebleven.
Z. M. heeft benoemd tot Staatsraad in buitengewone dienst den Heer Mr.
J. H. Ketjenvoormalig Directeur der directe belastingen enz. in Gelderland,
Z. Exc. de Minister van Finantiën heeft bekend gemaaktdat den
42den Julij de wet op de regten van in-, uit- en doorvoer afgekondigd en
den lsten Augustus in werking zal worden gebragt.
Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden, de
navolgende schepen als
Voor Amsterdam: Johanna CatharinaKapt. Wilschutvan der Werf,
van Duyvenbooden; China, N. N.; Cornelis Houtman, Rulman Passaroeang,
Fulbrun Admiraal de RuyterSchnijder; Baros, Borchers; Helena, Blom;
Claudius CivilisIngerman Straat Balie Mulder Generaal ListSandman
Walvisch, Th. Schut; Philips van Marnixvan Duyn Koning Willem II,
Eefting; Cornelia en Henrielte, J. Schut; Batavier, Grim; Jupiter, de Jong;
Maria Elisabeth, Flens Wzn, van 's Gravenhageen PadangZwart, van
Rotterdam.
Voor RotterdamKenau Hasselaar, Kapt. Schuyld'Elmina, Jansen; Ger
trude, Schaap; Admiraal van KinsbergenGlazener; Courier, Teygeler;
Elisabeth en Johanna van Velthoven IJssel, Verbrug Stad 's Gravenhage
Moolenaar; Vrouw Johanna, van der Hoeven, en Diligentia, Horneman.
Voor Dordrecht: Zwijger, Kapt. Muggc, en Ceres, Kapt. Kettler, van Rot
terdam.
Voor Middelburg: Mercurius, Kapt. Veeneman.
'sGRAVENHAGE, 25 Junij.
In de Zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van lieden heeft
de Centrale Afdeeling verslag gedaan over de nieuwe voordragtenbetreffende
de IIIde en XIIde Hoofdstukken der begrootingalsmede over de stukken over
Suriname. Deze alle reeds gedrukt en rondgedeeld zijndezoo worden de
beraadslagingen onmiddelijk geopend.
Het IIIde Hoofdstuk Bwitenlandsche Zakenwordt na eenige woordenwis
seling over de vermindering van ƒ5,000 die daarin was gebragt voor het
Gezantschap in België en welke door sommige leden ongepast wordt geacht
door anderen doeltreffend geoordeeld, als mede over de meerdere noodza
kelijkheid van Gezantschappen of Zendingen door Z. Exc. den Minister van
Buitenlandsche Zaken verdedigd. Hij gaat eerst na, wat over de bezuiniging,
in verschillenden zin, gezegd is. De Regering is aan het verlangen der
Kamer tegemoet gekomen zonder dat echter de dienst zal lijden. Z. Exc.
zegt voorts dat aan de betrekking van Attaché geen tractement was verbon
den, onvoorwaardelijk hebben deze aangenomen, om zonder bezoldiging te
dienen. Bij de toelating van Secretarissen en Attachés zal men voortaan
strenger te werk gaan. Het plan tot opleiding van jonge lieden tot Diplo
maten is echter zoo pas opgekomenmoeijelijk zal het dus zijn te zeggen wat
het programma van bet te houden examen zal bevattenmaar men kan dit
verzekerendat het volledig zal zijn.
Wat de Consuls betreft, Nederland bezoldigt er weinige; al onze Consuls
in Europa zijn althans onbezoldigd. Zij behooren meest tot gevestigde handels
huizen en zij worden niet dan na zeer goede informaliën gewettigd. De
intrekking van sommige Zendingen is het gevolg geweest van den drang der
omstandigheden; in de meeste Hofplaatsen echter waar handel gedreven wordt,
zijn ook Consuls die de Gezanten onderrigten.
Slechts enkele stemmen hebben de nu opgegeven bezuinigingen afgekeurd.
Wat de zaak van Turin betreftreeds in de vorige week meent Z. Exc. te
hebben aangetoond, dat dezelve overeenkomstig het belang des Lands, de
waardigheid der Regering en de eer der Kroon is behandeld en dat het Be
wind daarbij de op hetzelve rustende verpligtingen heeft vervuld.
Ter stemming overgegaan zijnde, is het IIlde Hoofdstuk aangenomen met
28 tegen 19 stemmen.
Tegen hebben gestemd de Heeren Hoffman van GoltsteinAneinaet
Gevers, van Panhuys, Storm, van Dam van IsseltBoreelScbooneveld,
Wichers, de Man, Duymaer van Twist, Thorbecke, Verwey Mejan, Neder-
burgliLuzacde KempenaerRepelaer en de Backer.
Daarna is beraadslaagd over het XJIde Hoofdstuk omtrent de Onvoorziene
Uitgaven.
De Heer Romme erkent dat er steeds zoodanige uitgaven zijn ingewilligd.
De Heer Gevers zegt dat zij onvermijdelijk zijn cn het ontwerp thans is
verbeterd. Het massale cijfer der begrooting kan toch niet worden overschre
den hetgeen volgens de verworpen voordragt had kunnen geschieden. Men
behoort nu dezen post toe te staan.
De Heer Thorbecke houdt de splitsing van deze uitgave voor elk departe
ment voor eene verbetering maar heeft nog bedenkingen tegen bet ontwerp.
De Heer van Dam van Isselt geeft toe dat er geheime uitgaven noodzakelijk
kunnen zijn, die aan den Koning zonder verantwoording behooren te worden
toegestaan.
Z. Exc. de Minister van Finantiën zegt dat de Regering getracht heeft aan
de wenschen der Kamer te voldoen. De voornaamste bezwaren waren geput
1°. dat er geene middelen werden aangewezen en 2°. dat er geene behoorlijke
rekening werd gedaan. Maar er zijn hier geene middelen noodigcn de
vraag, of door het XIIde Hoofdstuk het een of ander Hoofdstuk der begrooting
kan worden verhoogd, beantwoordt de Minister rondborstig met neen. Sedert
1842 bedragen de geheime uilgaven geen vijfde van de geheele som. Van
het meeste is dus rekening af te leggen. Z. Exc. vergelijkt de sommen van
1800 tot 1809 voor onvoorziene uitgaven. In 1800 was dit op eene begroo
ting van 77 mill. _/l,300,000; in 1801 op 71 mill, eene som van ƒ1,855,000;
in 1802 op 65 mill, 800,000; in 1803 op 53 mill, 498,000; enz.
Hierna is de voordragt aangenomen met 34 tegen 13 stemmen.
Minderheidde Heeren: Luzac, de Kempenaer, Strens, Anemaet, van
Panhuys, Storm, van Dam van Isselt, SchooneveldWichers, de Man,
Duymaer van Twist, Thorbecke en Verwey Mejan.
Vervolgens gaat de Kamer over tot de behandeling der Surinaamsche aan
gelegenheden.
De Heer Thorbecke zegt dat eenige zijner medeleden en hij een amendement
op de conclusie hebben aangebodenom als het ware zuiver te doen uitko
menwaartoe het onderzoek der Commissie in deze beeft geleid; als: 1°. dat de
kolonie vereischt eene regeling naar de wet2°. dat de huishoudelijke belan
gen van de kolonie door het bestuur zijn veronachtzaamden 3°. dat bij
besluit van Nov. jl. de koloniale regten en waarborgen zijn geschonden.
De koloniën behoeven regeling bij de wetom aan het bestuur regel en
vastheid te gevenom de verant woordelijkheid ten aanzien van de Grondwet,
en om de veiligheid van personen en eigendommen te verzekeren.
Spreker betoogt dat het octrooi van 1682 niet is afgeschaft of door geen
latere wet vervangen.
De Heer de Kempenaer betoogt almede dat de regten der Kolonie en der
Grondwet zijn overtreden. Hij zwaait allen lof toe aan het rapport der Com
missie en beweert even als de vorige spreker dat het octrooi niet is afgeschaft
of vervangen.
De Heer van Dam van Isselt keurt het adres goed. Hij hoopt dat de aan
neming de Kroon zal overtuigen van de noodzakelijkheid, dat het regerings
reglement van Suriname, voorzien van de noodige waarborgen voor de inge
zetenen, eene wettelijke kracht erlange, zoodat het een Minister of een Gou
verneur-generaal niet vrijsta daarvan af te wijken.