LEYDSCHE BINNEJNL AJNDSCHE BERIGTEN. l)e Courant wordt Maandag, Woensdag en Vrijdag uitgegeven. Die van Maandag komt VRIJDAG, 7 FEBRUARIJ. Zaturdag avond uit. De Prijs der Courant is f 12 in het jaar; de afzonderlijke nommers worden tegen 10 Centen afgegeven. AKADEMIE-WIEU1V LEYDSCHE II00GESCH00L. De Wel Edele Hoog Geleerde Heer G. Sandifort zalop Zaturdag deu 8slCD Februarij, de waardigheid van Rector Magnificus dezer Hoogeschool nederleg- len met het houden eener plegtige redevoering in het groot Auditorium van het Universiteits-gebouw. De Faculteit der Regtsgeleerdheid aan de Hoogeschool alhier, zal op den 8sten Februarij aanstaande, onmiddelijk na afloop der plegtige over dragt van het Rectoraat, eene Openbare Vergadering in de Faculteitskamer houdenom het oordeel over de beantwoording der ten vorigen jare voorge stelde prijsvraag uit te sprekenen den verdienden eereprijs toe te kennen. LEYDEN, 6 Februarij. Naar wij vernemen zal de Maskerade op aanstaanden Zaturdag avond niet te achtmaar te zeven ure reeds ecnen aanvang nemen. In de maand Januarij zijn er op den Hollandschen Spoorweg vervoerd 33,005 personen, en is ƒ36,512,31 ontvangen. Onder dat getal waren van oize stad 5.608, van 's Gravenhage 7,469, van Haarlem 7,916, van Amster dam 10,452 reizigers; de overigen aan tusschenliggefide stations opgenomen. Na in ons noinmer van 11. Maandag een begin te hebben gemaakt met een beknopt overzigt der memorie van toelichting, behoorende bij het voorstel der acht Leden van de Tweede Kamer, en loopende over de twee eerste Hoofd stukken: van het Rijk en deszelfs Inwoners en van den Koninggaan wij hier voort met verder het hoofdzakelijke mede te deelen, vervolgende met het derde hoofdstuk: van de Staten-Generaal. Ad art. 56. Hierbij wordt opgemerkt dat een provinciaal regcer-collegie van hoogstens 90 leden door denkbeeldige standen gekozen, eenmaal 'sjaars in geheime vergadering, naar eigen reglement de vertegenwoordigers van een gehcele provincie verkiest. Op grond van al het ongelijke, omslagtige en in vele opzigten verkeerde van zoodanigen zwakken en bedriegelijkcn kiesvorm, wil men dit stelsel dat meer en meer het aanzien van een' louter willekeurigen vorm heeft gekregenlaten varenen daarvoor dat van zekere mate van schat- pligtigheid, rang en wetenschap in de maatschappij, dien de titel van doctor geeft, in plaats stellen. Verder treedt men nog in eenige bijzonderhe den omtrent de verkiezingden eed en verblijfkosten. Rij art. 63 wordt aangemerkt dat de Eerste Kamer geene belooning behoorde te trekken. Verder worden over de beschikkingen aan de beide Kamers gemeen eenige opmerkingen in 't midden gebragtonder anderen over de al of niet benoem baarheid van ambtenaren of sommige andere in betrekking staande personen tot eene der beide Kamers, alsmede over de wetgevende magt vooral met opzigt van duidelijke wettelijke bepalingen omtrent dezelveten aanzien der koloniën. Bij de zesde afdeeling van het derde hoofdstuk van de begrooting der uit gaven van hei Rijkbetoogt men het onvermijdelijke, dat alle rijks uitgaven en ontvangsten en dus ook die der koloniën daarop worden geplaatsten het ongepaste en verkeerde eener tweejarige begrooting terwijl men aandringt op eene uitvoerige verantwoording der uitgaven. Bij hoofdstuk IVKan de Stalen der Provinciën, wil men die onhoud bare keuze door standen laten wegvallen, het onbeduidend formulier van den eed verbeteren en de deuren der vergaderingen openstellenen voegt er ver der eenige opmerkingen hij, omtrent derzelver magt, volgens art. 101110. Ten opzigte van de Plaatselijke Besturen vindt men de regeling daarvan, bij bijzondere reglementen door en door gebrekkig en sedert 1840 door de verandering van art. 6, in strijd met de wet zelf. Waarom men meent dat de grondwet wel eenige hoofdregels mag geven, terwijl verder de ontwikkeling barer beginselen tol zekere hoogte aan het plaatselijk gezag kan worden voor behouden. Bij hoofdstuk VVan de Justitie worden onderscheidene aanmerkingen gemaakt omtrent het onbestemde en verkeerde van verscheidene uitdrukkingen en omschrijvingen, zoo in de eerste afdeeling der algemeene beschikkingen als in de tweede, van den Hoogen Raad, de Hoven en Regibanken. Ook bij de vijf volgende hoofdstukken over de GodsdienstFinantiën, Defensie WaterstaatOnderwijs en Armbestuurzijn doorgaans opmerkingen van gelijken aard als de vorige gevoegd. Bij het XIde of laatste hoofdstuk wordt de voorgestelde verandering van art. 156 allernoodzakelijkst geachtuit hoofde der overgroote magt die thans de Eerste Kamer bezitwaardoor zij veranderingen der grondwet, door de drie takken der wetgevende magt noodzakelijk verklaard, en door de dubbele Tweede Kamer met eene meerderheid van 4 aangenomendoor acht of negen leden kan tegenhouden. 's GRAVENHAGE6 Februarij. Z. M. heeft bij besluit van den 3den dezer bepaalddat al de nog niet ter aflossing of verwisseling aangewezen kapitalen in het Grootboek der Nat. Schuld a 5 pCt.op den lsten Maart e. k. worden aflosbaar of verwisselbaar gesteld, met welken dag de rente op die kapitalen ophoudt. De prijs der verwisseling wordt op 99 pCt. bepaald met ingang van rente van 1 Oei. 1844. De houders van 5 pCt. welke hunne kapitalen niet willen verwisselen in 4 pCt. moeten zich vóór 26 Februarij verklaren. Z. K. H. Prins Hendrik is den 28sten Januarij te Weimar aangekomen. De Minister van Finantiën heeft bekend gemaaktdat voor den Agent van het Ministerie van Finantiën te Amsterdam, aanvankelijk op den 5den dezer maandaan de belanghebbenden die zulks verlangen zal worden ge- escompteerd de Werkelijke Schuld rentende 5 pCt., welke aflosbaar is den 15den Februarij aanstaande en zulks tegen dezelfde rente, en, voor zooveel de certificaten betreft tot die aflosbare schuld behoorende, met bijbetaling van ƒ1.50 voor elke ƒ1,000 kapitaal, voor kosten van roijernent en overschrijven. De Heer Gouverneur der provincie Zuid-Holland, heeft de gemeente besturen uitgenoodigdom, uiterlijk vóór den 15dcn dezer mede te deelen, of de longziekte van het rundvee al dan niet, binnen hunne stad of gemeente, gedurende het jaar 1844, heeft geheerscht. Zoo ja, met opgave: 1°. hoe vele runderen er door zijn aangetast? 2°. hoe vele er van gestorven? 3°. boe vele hersteld? en 4°. hoe vele daaraan op den laatsten December jl. nog lijdende waren. Tot welke opgave mede behulpzaam zal kunnen zijn, het register van aangifte van het ontstaan van ziekten onder runderen enz. Wijders zijn de besturen uitgenoodigd, voortaan telken jare, vóór den lstcn Februarij, eene gelijke opgave over het alsdan verstreken jaar te ontvangen. Onder het afdrukken dezer ontvangen w ij liet berigt, dat in de Zitting van heden onder anderen is ingekomen een ontwerp van wet, tot regeling en aan vulling van het fonds voor het Muntwezen met een uitgebreide memorie van toelichting; uit art. 3 blijkt, dat de aanzienlijke uitgaven tot de Munt ver- eischt, zonder verbooging der staatsbegrooting of aangaan van nieuwe schul den zullen kunnen worden gedaan. Voorts zijn er nog andere wetsontwerpen ingekomen, als: betrekkelijk het veefonds, de invordering van 'sRijks directe Belastingen, het Muntwezen, de Schutterij en de Onteigening, welke alle naar de afdeelingen zijn verzonden. Naar men stellig verneemtis het uit eene gewijsde van den Hoogen Raadbetrekkelijk de zaak der inkwartiering gebleken dat dit Regtscollegie van oordeel is, dat, hoewel tegen eene mondelinge weigering bij geene be staande wet eenige straf is bedreigdechter de inkwartiering bij de Grondwet niet is uitgesloten, maar, behoudens eene schadeloosstelling, allezins wettig isen dat de ingezetenen die zich daartegen feitelijk rnogten verzetten schuldig zouden kunnen geoordeeld worden aan wederspannigheid. ROTTERDAM, 4 Februarij. Wij vernemendat een plan tot droogmaking eeniger Plassen in de nabij heid dezer stad, ontworpen door den Heer J. A Scholten Hz.den kundigen en ijverigen Fabriek- en Landmeter van Schielandthans is verzonden aan het Departement van Binnenlandsche Zaken, nadat gemeld plan bereids een punt van overweging heeft uitgemaakt bij Gedeputeerde Staten van Zuid- Holland. GRONINGEN, 3 Februarij. Het Provinciaal Gereglshof heeft J. Londer en H. O. Evertswelke den 28sten Julij 1844 huisbraak hadden gepleegd ten huize van Trijntje Abelius, in de nabijheid dezer stad, en deze vrouw zeer mishandeld hadden, tot de straf des doods verwezen. Wij nemen het volgende over uit een olficiëcl berigt van den Grietman van Idaarderadeelwegens de longziekte en het afmaken van het vee van den landbouwer Schuurmans, te Warga:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1845 | | pagina 1