LEYDSCHE
COURANT
1844.
WOENSDAG
23 OCTOBER.
BINN EN L A N DSC 11E BERIGTEN.
De Courant wordt driemaal in de week uitgegeven, des MaandagsWoensdags en Vrijdags. De Maandagsche Courant wordt, uit
hoofde van den ZondagZaturdag avond verkrijgbaar gesteld, en de Advertentiën voor dat nommer worden Zaturdag vóór drie ure verwacht.
De prijs van deze Courant is ƒ3.voor de 3 maanden.
LEYDEN22 October.
Voor de Weduwe is nog ontvangen, van M. ƒ2.van Katwijk 15 centen.
Z. M. heeft uit II. D. bijzondere fondsen ƒ2,000 verleend aan de Lieve
Vrouwenbroederschap te 's Hertogenbosch.
Men verneemt, dat door Z. M. den Koning weder een ontwerp is be
raamd, om op den nieuwen weg achter de Oranje-kazerne, eene manége te
doen opriglen, welke 200 voet lang, 100 voet breed en 50 voet hoog zal zijn.
Naar men verneemt heeft de Hooge Raad, Zaturdag den 5del1 dezer,
eene zeer langdurige algemeene vergadering gehouden over het advijs, door
Z. Exc. den Minister van Justitie, namens den Koning, aan dit collegie ge
vraagd ten aanzien van de te verleenen gratie aan A. van Luik en H. Fox
die door het Prov.-Geregtshof van Zuid-Hollandtot de doodstraf zijn veroor
deeld en halstarrig weigerenzich om genade tot den Koning te wenden
dat dienvolgens de E. G. A. lieer Procur.-Generaal bij het Prov.-Geregtshof,
bereids de noodige bevelen had gegeven tot het doen ten uitvoer leggen der
doodstrafdoch dat de Koningdie de uitvoering der doodstraf tot slechts
zeer enkele buitengewone gevallen vvenscht bepaald te zienbevelen deed
geven, om de voltrekking der vreeselijkc straf te schorsen. Ten gevolge daar
van zijn aan den Hoogen Raad de vragen onderworpen1°. Of het Hoofd van
den Staat het regt heeftomzonder dat de veroordeelden zulks vragen of
verlangenaan hen gratie, of vermindering van straf te verleenen en 2° of
er in casa termen hestondenom aan beide veroordeeldengenade van de
doodstraf te schenken.
De gevoelens der Raad moetennaar men zegtzeer uiteenloopendoch
daarin overeenkomen dat er in allen gevalle geene redenen hestondenom
aan II. Fox genade te verleenenmaar wel aan van Luikdie alleenten
gevolge der herhaling van misdaadtot de kapitale straf is veroordeeld.
Als eene groote zeldzaamheid mag worden aangemerkt, dat dezer dagen,
in den omtrek van 'sGraveland, een jong exemplaar de van Cursorius Isahellinus
is geschoten, een vogel in Afrika, bijzonder in Abyssinië, te huis behoorende,
en door onzen geleerden Temminck, in zijn werk, Manuel d'ornithologie,
onder den naam Courtvite Isabelle beschreven. Dat het verschijnen van dezen
vogel in onze streken als hoogst merkwaardig mag worden beschouwd, is af
te leiden uit de bijzonderheid in het uitmuntende werk voorkomendeNau-
turgeschichle der Vogel Deutschlandswaarin op pag. 18 van het 7Jc deel
wordt gezegd: «Tot heden kent men nog zoo weinige voorbeelden van het ver
schijnen van dezen vogel (in Europa), dat men dezelve tellen kan. Alseen
exemplaar in Frankrijk, een tweede in Engeland, een derde in Zwitserland
en een vierde in Duitschland, namelijk in het Darmstadsche, hij Braunshard,
alwaar hetzelve, op den 13den November 1807, op eene zandvlakte geschoten
werd door welk toeval men dezen vogel met ecnig regt onder de vogelen van
Duitschland tellen mag."
's GR AVENHAGE21 October.
Tegen half één ure wordt de Vergadering der Staten-Generaal door den Heer
Mr. A. van Gennip geopend, die door den Ileere Griffier der Eerste Kamer een
besluit van Z. M. den Koning van den 19d«i October doet voorlezen, waarhij
hij Mr. A. van Gennip, benoemd wordt tot Voorzitter der Eerste Kamer ge
durende de aanstaande zitting der Staten-Generaal.
Deze Voorzitter alzoo, in overeenkomst met art. 105 der Grondwet, met
het beleid der Vergadering in de tegenwoordige vereenigdó zitting belast
zijnde, benoemde eene Commissie van 18 leden der beide Kamersom Z. M. den
Koning bij Hoogstdeszelfs aankomst aan het paleis der Staten-Generaal te
ontvangen en in- en uitgeleide te doen. Die Commissie was zamengesteld uit
de Heeren:
Baron van Lynden van Hemmen, Jhr. Martini, Romme, Jhr. Nedermeijer
Ridder van RosenthalJhr. Repelaer van Molenaarsgraaf, AnemaetGraaf
Schimmclpenninckvan der Hoop, Jhr. Hooft, Corver Hooft, de Backer, Ba
ron van GoltsteinBaron van Brienen van de Groote Lindt, van HallBrou
wer, Modderman, Cost Jordens en Baron Michiels van Verduynen.
Ten één ure vervoegden zich I1H. Kxcc. de Ministers en hoofden van Minis
teriële Departementenalsmede de Heeren Leden van den Raad van State in
de vergaderzaal.
Na een kort tijdsverloop wierd de nadering van Zijne Maj. den Koning aan
gekondigd die met IIH. KK. HH. de PriusenZich op de wijze in het pro
gramma omschreven, naar het gebouw der Staten-Generaal begeven heeft.
De Koning, ter vergaderzaal binnengeleid, plaatste zich op den troon. Z. K. H.
de Prins van Oranje was ter regter en Z. K. H. Prins Alexander der Neder
landen ter linkerzijde van den troon gezeten. Zijne Majesteit hield de navol
gende openingsrede:
«Edel Mogende Heeren!
«Het is mij aangenaam Uw Edel Mogenden, hij de hervatting van derzelver
belangrijke taakde verzekering te kunnen gevendat er zich vele gunstige
punten van beschouwing in den algemeenen toestands des Vaderlands voordoen.
«Onze staatkundige betrekkingen staan op een' gewenschten voet.
De Zee- en Landmagt geven Mij bij voortduring stof tot tevredenheid.
Een gedeelte der eerste bestrijdt met goed gevolg de zeerooverijen in den
Indischen Archipel.
De andereofschoon in getal-sterkte niet weinig teruggezetverloochent
haren goeden geest nieten streeft er naarom zichdoor geoefendheid en
krijgstucht te onderscheiden.
De af- en aanbouw van nieuwe oorlogs-vaartuigen gaat geregeld voort.
«De noodzakelijkheid gebiedt, om al wat mogelijk is aan te wenden tot
herstel en verbetering van onze verdedigings-werken.
Eene nieuwe inrigting der Schutterijen zalzonder te groot bezwaar voor
de ingezetenen, op eene meer voldoende wijze tot zekerheid voor tijden van
gevaar kunnen strekken.
De Oost-Indische Bezittingen genieten inwendige rust en voorspoedin
weerwil van gedeeltelijke misgewassen door welke zij bezocht zijn.
De West-Indische Koloniën blijventot Mijn leedwezenkwijnendoch
er zijn middelen van herstel voorgedragenen deze worden thans plaatselijk
onderzocht.
«Terwijl sommige takken van nijverheid vooruitgang vertoonen, mogen
anderen daarin niet deelenen ondervinden den invloed van de afwisseling
der omstandigheden. Waar deze onder het bereik der Regering vallen, tracht
zij daaraan zoo veel mogelijk eene goede leiding te geven.
Op het Lager Onderwijs blijft steeds Mijn oog gerigt. Het ontbreekt der
wetenschappen en kunsten niet aan vlijtige en bekwame beoefenaars; hunne
pogingenzoo veel de voorhandene middelen dit toelatente ondersteunenis
voor Mij een genocgelijke pligt.
Uit de mededeelingenwelke Mijnentwege zullen gedaan wordenzal aan
Uw Edel Mogenden blijken, dat Mijne beminde onderdanen met de meest loffe
lijke getrouwheid de verpligtingen vervullen welke zijmet voorhceldcloozc
bereidwilligheid, ten behoeve van het Vaderland hebben aangegaan.
«Op deze opofferingen rust de zegen des Allerhoogsten.
«Binnen weinige maanden zijn groote bezuinigingen tot stand gebragt,
door vrijwillige rente-vermindering verkregen.
«Ook omtrent de plaatsing der Belgische schuld zijn gunstige overeenkom
sten gesloten.
«De berekeningen, die tot grondslag hebben gediend der financiële plannen,
in de laatste zitting der Staten-Generaal aangenomen, worden door de uit
komsten aanmerkelijk overtroffen.
«Dat er op den weg van bedachtzame bezuiniging niet wordt stil gestaan,
zullen de aan te bieden begrootingen der uitgaven en middelen aantoonen.
«Het Tarief op de regten van in-, uit- en doorvoer, reeds voorloopig aan
de kennisneming van Uw Edel Mogenden onderworpenzal weldra tot een
punt van overweging worden gesteld.
«Nederland zal zich niet tot bloote woorden bepalen, wanneer het de voort
gaande verbetering geldt van eene vrijzinnige handels-wetgeving.
«Er zal eene vaste band moeten geslagen worden aan de verbetering van
het Muntstelsel. Ik vlei mijdat zij zonder verhooging van lasten zal kun
nen worden verkregen.
«Ik vertrouw, dat de ontwerpen van wet, welke aan Uw Edel Mogende
zullen worden aangeboden, ter voldoening aan art. 6 der Grondwet, op de
meest geschikte wijze aan het doel zullen beantwoorden.
«Ik zal de aandacht van Uw Edel Mogenden niet bezig houden met de op
somming der overige wets-ontwerpenwelke in den loop dezer zitting zullen