Verder wordt ook nog in het Dagblad l'Algérie gemeld, dat de Prins aan 150 gevangenen de vrijheid wedergegeven en aan wal heeft laten zetten. Deze konden niet genoeg de edelmoedigheid der Fransclien roemenverklaarden hunne vijanden niet te zijn en dat al liet gestorte bloed op de hoofden van ecnige lanitieken en dat van den Keizer zou neerkomen. MOLDAVIË. JASSY12 Augustus. Deze stad is door eene zware ramp getroffen. Op den 9llen zag men des namiddags een dikke rookwolk nabij den Schouwburg opstijgenweldra open baarde zich brand in een naauw straatje, die zich met zulk eene snelheid verspreiddedat binnen weinige uren tijds 400 huizenen daaronder vele fraaijcin de asch gelegd waren. GRIEKEIVLAHi». Het is algemeen bekend, dat Griekenland tot hiertoe, ten opzigte van rijkdom bevolking en beschavingnog niet die vorderingen heeft gemaakt die men van de veerkracht en het verstand zijner inwonersna hunne vrij making van het Turksche juk verwachtte, liet groote struikelblok bestaat in gebrek aan onschendbaarheid der vaste eigendommen. De Grieken begrij pen nog maar niet dat volkomen regt dat ieder heeft om over zijn grond te beschikkenzonder ander toeverzigt dan dat der wet. Zoo schreef Mauro- cordatos die beruchte verklaring, dat alle wildernis die tot weide geschikt was, nationaal eigendom is, en dat de regering geen anderen grondeigendom erkent, dan het uitsluitend regt van bebouwing. De laatste nationale Ver gadering is zelfs niet eens bij die ovcrweldigingen van bijzonder eigendom tusschen beiden gekomenen er is aan armgerool'de particulierenin weerwil hunner niet tegengesprokenc vorderingenzelfs geen aanbod van schadeloos stelling gedaan. Dij de Grieken is men slechts eigenaar zoo lang men het land bebouwt; als de oogst komt, wordt men lijfeigene of onderdaan van de schatkist of van den pachter der belastingen. Die belasting is wel is waar een tiende van den ruwen opbrengst, maar uit krachte van bet regt daarop, maakt de administratie zich meesteresse van het gansche beheer van den oogst en daarmede van de overige ~w. Onze lezers, die met de zeden van het oosten slechts ten halve bekend zijn, zullen gclooven dat dit tafercel te sterk gekleurd is. Maar men zal het be grijpen als wij het stelsel der tienden-opbrengst ontwikkelen. Die tienden worden gewoonlijk verpacht aan speculanten, die men, om de moeijelijkheid der invordering, buitengewone magt geeft, waaruit eene voortdurende vijand schap tusschen de landbouwers en pachters ontstaat. Zoodra het graan rijp ismoet de landbouwer den pachter verlof tot oogsten vragenmaar deze wicn het te doen is om zoo goedkoop mogelijk toezigt te houden laat den landbouwer wachten tot hij zijne schikkingen gemaakt heeft, en zoo wordt twee derde van het graan in Griekenland, tot groot verlies, overrijp ingeoogst. Nu moet het graan van een kanton op ééne plaats bij elkaar gebragt wor den om te dorschen opdat de pachter gemakkelijk zijne tienden inne. Heeft men nu het stroo noodig op de plaats van waar het graan komtdan moet het er veder heen vervoerd worden. De achter elkaar loopende beladen ezels varen er wel bij ieder eet van het graan van zijn voorlooper de weg is er mee bestrooid en de landbouwer vloekt in de verbittering van zijn hart mensabeu en beesten. Nu wordt het bijeengebragte graan opgetast en blijft dikwijls twee maanden en meer, bij de dorschvloeren liggen, tenzij de land bouwer eene verhooging betale om het te mogen weghalen. Zoo houdt de gerst- en tarweoogst alleen het landvolk drie maanden bezig. Het graan wordt door het vee getredenen een Griekdie een werktuig om te dorschen had ingevoerdmogt het niet gebruikenomdat zulks de sluikerij in de hand zou werken. Daarenboven verzwaren de pachters nog al de rampen van dit verdervend stelseldoor allerlei moeijelijkheden in den weg te werpenopdat iedere toegefelijkheid met geld zou gekocht wordentot 3 ja 5 ten honderd boven de tiendenen geen eerlijk man zalzelfs in den omtrek van Athenemin der betaald hebben dan 10 a 12 ten honderd van zijnen oogst. Bij de moei jelijkheid om de tienden van andere gewassen te bepalen, worden die in geld betaalddoch de knevelarij bij de schatting en de onmogelijkheid om regt te krijn-en hebben de meeste eigenaars genoodzaakt er van af te zien. AVij heb ben eigenaars de helft van de waarde der aardappelen zien betalenin plaats, van tiende. Wijngaardendie reeds acht jaren oud warenheeft men moe ten verlatenomdat de opbrengst zoo hoog geschat was dat er niets overschoot. Dij zulk een stelsel kunnen geene leeningengeen bank geen mangelwortel- fabrijkengeen model-hoevengeen scholen voor den landbouw dat land doen bloeijen. Voor alles moet dat hatelijk pachtstelsel der tienden afge schaft. Eene Regering, die hare belastingen niet door bare eigene ambtenaren kan invorderen, is niet in staat om aan hare roeping te beantwoorden zij moet vallen. En of de drie groote Mogendheden Griekenland al beschermen, het kan, als het zóó blijft, geen tien jaren bestaan. De eigenaars moeten inderdaad meesters van bunnen grond en opbrengst zijn. Al de reizigers staan verbaasd over het groot aantal koflij huizen dat men overal in Griekenland ontmoet, en de menigte ledigloopers die er gebruik van maken. Maar hoe kan het anders bij zulk een stelsel? Bij gebrek aan werk komen uit de lagere klassen roovers voortdie hunne buren plunderen in de hoogcre maakt men zich ambtenaar en plundert het land. Het Grick- sclie leger bevat omtrent zooveel officieren als soldaten, en het zeewezen be zit officieren genoeg voor eene vloot die dubbel zoo groot is als de Grieksche. Vergeefs klaagt men over die misbruikenniet één Minister wil het wille keurig gezag laten varen, waardoor hij zijne bloedverwanten en vrienden ten koste van het volk plaatsten nimmer schiet er op die wijze een enkele drachma voor werken van algemeen nut over. De inkomsten schijnen hier, zoo als voorheen te Athene en te Rome als het erfdeel der ledigloopers, die geen eigendom bezitten dat aan belasting onderhevig is, te worden beschouwd; de ongelukkige grondeigenaren als een soort van lijfeigenendie alleen maar deugen om op te brengen. AVij hebben nog cenige aanmerkingen over de gemeente-besturenhet on derwijs, de regterlijke magt en de kerkelijke zaken maar de uitgebreidheid van dit artikelnoodzaakt ons die tot eene andere gelegenheid te bewaren. (Journ. de la Haye.) ITALIË. ROAIE, 19 Augustus. Den lG'len hebben HH. KK. HU. de Prins en Prinses van Oranje en gevolg zich in gala naar het paleis van het Quirinaal begevenen een bezoek bij den Paus afgelegdde hooge reizigers zijn met allen aan hunnen rang verschuldigdcn eerbied ontvangen eu onderhielden zich lang met Z. Heil. Het vertrek van de A'orstelijke personen is op den 21stcn bepaald. De graanoogst is dit jaar boven alle verwachting bevredigend, hoewel de prijs hoog blijft wegens de verzending naar Algiers. De Turksche weit, welker meel met dat van het koren gelijk staat, is niet gelukt, omdat de aanhoudende hitte de planten tot de kiem heeft uitgedroogd en doen verdor ren dit is ook de redendat de onrijpe olijven verwelken en op den grond vallen. OOSTENRIJK. AVEENEN26 Augustus. Gisteren middag tusschen 3 en 4 ure woedde hier een orkaair, door een wolkbreuk en hagel verzeld zoo als men zich niet kon herinneren sedert lang te hebben bijgewoond. [Alen zal zich te binnen brengen dat een dergelijk vreeselijk weder met donder en bliksem den nacht tusschen Zaturdag en Zondag den 24sten en 25steu hier te lande heeft gewoed]. De stoomboot naar Presburg die om dien tijd afvaart, heeft het moeten opgeven en de reizigers aan land gezet. De berigtcn uit Pestli van de Johannes-Markt luidden zeer gunstig. De wol vindt ruimen aftrek tot verhoogde prijzenen ook naar manufacturen is levendige vraag. FRANKFORT. 28 Augustus. De Herfstmis is heden alhier begonnen. Alen vleide zich met gunstige uitkomsten, vooral ten aanzien van den handel in laken, wol en leder; de prijzen dier artikelen warenin vergelijking van de vorige mis, verbeterd zijnde die van het leder zelfs 10 a 15 pCt. gerezen. - ln het nabij Trier gelegen dorp Tarforst is den 2Gslc" een zware brand uitgebarsten, waardoor 8 woningen vernield en 2 menschen omgekomen zijn; de brand lieeit 5 volle uren gewoed eer men er in slaagde om dien te blusschen. WEIMAR. 25 Augustus. Z. AL de Koning van Nederland is alhier gisteren namiddag en II. AI. de Koningin heden namiddag aangekomen. Zoo als reeds gemeld is, zal de doopplegtigheid den 28ste" plaats hebbenwaarna Z. AI. de Koning ons spoe dig denkt te verlatendoch II. AI. do Koningin eenigen tijd zal vertoeven. ENGELAND. LONDEN 30 Augustus. De Duitsche Zendeling Kraft heeft beproefd om over Berbera naar Ab^ssinië te reizenmaar is aan de grenzen afgewezen en wil nu van de oostkust van Afrika derwaarts trekken of een Zendeling-post in het Gallaland ten zuiden van Schoa oprigten. Hij is thans te Zangzibar, vanwaar hij naar de Juba- (Jubo?) stroom wil reizen en die opvaren. Nog nooit is een Europeer daar geweest. Het is een bevaarbare stroomwelks oevers digt bewoond zijn. Aan de kust wonen naijverige Arabische kooplieden. De in- landschc bevolking van de Somalis en Galla's leven van akkerbouw en veeteelt, maar houdt in de vruchtbare streken bij de pas Ontdekte rivier Kaine vele slaven. Dit is altijd gevaarlijk voor reizigers, om den menschenhandelzoo als de matrozen van gestrande schepen dan ook wel verkocht zijntot dat ze naar Zangzibar worden vervoerdwaar de Consuls hen lossen. Höóger op aan den Juba ligt de Mahomedaansehe negerstaat Barderhdie met de kust bewoners in vijandschap leven. In het vorige jaar namen zij de haven Bravah in, die den Sultan van Giredi toebehoort, welke zich met 20,000 man tegen hen toerustte. Zij zijn nog in geene aanraking met de overige wereld geweestkennen geen geld en weten alleen van ruilhandel met Indi sche warenbijzonder uit het landschap Kutschwelke Arabische Baggala's naar Alombar, Zangzibar en Alagadosko (Alagadoxo) brengen. De onderne ming is belangrijkdewijl zij een' nieuwen waterweg naar het onbekende in nerlijke van Afrika bekend maakt. FRANKRIJK. PARIJS1 September. Volgens bevelschrift des Konings van den 28st«n Augustuswordt cr eene commissie aangesteldom dadelijk aan te vangen met de herziening der

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1844 | | pagina 3