PUBLICATIE. scbe kapitalen in zoodanige koloniale ondernemingen. Bijna al de actiën zijn genomen door de huizen van LiverpoolManchester en Londen. Er zijn in Engeland thans 1075 katoenfabrijken met 183,243 arbeiders, in Schotland 150 met 32,000 en in Ierland 28 met 4011 arbeiders. In de hoofdstad waren in 1831 uit hoofde van dronkenschap door de Po litie in bewaring genomen 31,000 personen, in 1843 slechts 10,000, het geen een bewijs oplevert dat of de geringe bevolking zich meer aan de matig heid gewend, of dat zij geen geld heeft om aan hare lust tot sterken drank te voldoen. Te Leeds heeft 1.1. Zaturdag wederom het ergelijkc schouwspel plaats gehad, dat een man zijne 25jarige vrouw met een touw om den hals naar de kippemarkt bragt en haar voor 5 sclil. aan een' kolengraver verkocht. FRANKRIJK. PARIJS15 Augustus. In den afgeloopen nacht is de Prinses de Joinviliejuist op den verjaardag van haren Gemaalvan eene dochter bevallen. Per telegraaf is dit berigt naar Toulon gezondenom aan den Prins te worden overgebragt. Er is een crediet van 1,800,000 frs. geopend voor eene proefneming van het atmospherisch stelsel. Er zijn twee plannen voorgesteldeen derde doet zich nog voor. Het oogmerk zon zijn om voor proef een weg aan te leggen van Parijs naar Orsay, vanwaar Parijs jaarlijks 2 millioen straatsteenen ontvangt, en waardoor op dit vervoer bijna 100,000 frs. zou worden uitge wonnen. De proef zou zoo ten opzigte van de lengte als ten aanzien der moeijelijkheden van het terrein voldoende wezen. Gisteren tegen middernacht brak hier een geweldige brand uit in de straat SL Croix de la Bretonnerie. Er is een geheel magazijn met verwhout gomkofiij indigo enz. verbrand. Men schat de schade op ruim 200,000 francs, Er is genoegzame reden om te zeggendat aan de scheikunde niets onmogelijk is, daar dezelve de schoonste eigenschap bezit, om van niets, iets te maken. Inderdaad door eene kunstbewerkinguitgevonden door den be kwamen Professeur Delzenne, worden de oude Jappen zijde, door eene ge lukkige wedergeboorte, hervormd in nieuwe, door middel van eene oplossing welke hij heeft uitgevonden. Even als de gom-elastick wordt ontbonden ge sponnen en wederom aanéén wordt gehecht, om nogmaals gesponnen te wor den, zoo wordt de zijde tot haren oorspronkelijken staat van lijmachtige zelfs- standigheid teruggebragtdie men even als gesmolten glas spint, en in de lucht hare vorige kracht en vastheid geheel herkrijgt. Dit echter is nu nog slechts van toepassing op de niet geverwdc; maar de uitvinder hoopt ook dit beletsel te boven te komen en aan Frankrijk eene winst van eenige millioenen franken te verzekerenwelke het aan den vreemdeling betaalt om zijne fa- brijken te onderhouden. Heden is het vierde en laatste deel van het reisverhaal van den Admiraal Dupetit-Thouars uitgekomen. Dit werk heeft een nieuw gewigt gekregen door de jongste gebeurtenissen op de eilanden cfer Stille Zuidzee. De lezers zullen er merkwaardige bijzonderheden omtrent den Heer Pritchard en over den invloed en den toestand der Engelsche Zendelingen op de Sandwich- en Marquisen-eilandenalsmede op Otaheite en Nieuw-Zeelandin vinden. Ook is alhier uitgekomeneen zeer belangrijk werk van den Heer Filon Leeraar aan de Normale Schoolonder den titelDe geestelijke magt in zijne bet/ekkingen niet den Staat. Het is niet alleen een geleerde verhan deling over het kerkelijk regtmaar tevens een beknopt en levendig verhaal der voornaamste lotgevallen van de kerk in hare betrekking met de tijdelijke magt. De Ileer Cohen vertaler van den Bijbel geeft ook sedert 5 jaren uit Joodsche archieven van Frankrijk. Al de vorderingen, die de beschaving bij de Israëliten heeft gemaaktal wat hunne oude en nieuwe geschiedenis en letterkunde bevat, is er met bekwaamheid in gerangschikt en maakt van deze Archiven ecne waarlijk belangrijke verzameling. Het nommer van Au gustus bevat een zeer merkwaardig geschiedkundig stuk hetwelk zeer veel licht verspreidt over de geschiedenis der Joden in Frankrijk vóór de omwenteling. Een stoomschip met 23 gevangen Beduïnen is in de haven van Cette bin nen gekomentot groot genoegen der nieuwsgierigenwelke in menigte naar de haven liepen, om deze wilde kinderen der woestijn van naderbij te zien. De Constitutionnel bevat het volgend artikel Engeland slaat een begeerig oog op het eiland Borneo, in den Indischen Archipel. In Februarij jl. zijn Engelsche schepen tot in de rivier Coti ko men doordringenschijnbaar omin het belang van koophandel en aard rijkskunde het land te onderzoeken maar inderdaad om den weg tot kolo nisatie te banen. Twee schepen, the Young Queen en de Anna, in Hong-Kong uitgerust, waren naar Borneo afgezonden. Zij voeren tot op 80 mijlen ver de rivier Coti op. De Sultan des lands, dus overrompeld, bood den bevelhebber der expeditie een vriendelijk onthaal. Hij dreef zijne geveinsdheid zoo verre, dat hij den wensch te kennen gaf, persoonlijk met de Engelschen handel te drij ven. Middelerwijl verzamelde hij zijne manschap. In den nacht van den Igden Februarij omringden de Maleyers, die moedige en manhafte zeeschuimers zijn, met hunne kannonneersloepen de Engelsche schepen, en openden den aanval. Eene op de kust geplaatsteen plotselijk gedemaskeerde batterij ondersteunde hunne onversaagdheid. De Engelschen zagen zich verloren. Zij kapten hunne kabelsen begonnen te midden van hot kruisvuur hunner vijandenden stroom af te zakken. Deze noodlottige vaart duurde 36 uren. Aan de monding der rivier gekomen, staakten de kanonnecrslocpen de jagt. De bevelhebber der expeditie en de onder-stuurman van een der schepen wa ren benevens een groot aantal der bemanning van beide schepengesneuveld. Te Hong-kong verheft zich slechts één kreet omtrent de noodwendigheid om over deze aanranding wraak te nemen. De Maleyers hebben de Engel schen het voorwendsel geleverdhetwelk zij zochtenen hetwelk zij des noods ook zouden ontbeerd hebbenom althans een gedeelte van Borneo te bemagtigen. Dit eiland, het grootste der wereld, heeft, wel is waar, nage noeg 4 millioenen bewoners; maar, door de inlandschc Vorsten tegen elkan der op te zetten, door pretendenten te doen opkomen, met één woord door tweedragt en verdceling te bewerken zou weldra Engeland op Borneoeven als in Indië heerschen. Maar de Hollanders zijn er. Dit volk is door stijfhoofdigheid geducht. Meesters van een klein gedeelte des cilandszullen zij ongaarne van dat eiland een ander gedeelte zien innemen door eenen nabuurvan nature zeer tot geweiddadigen invaltot overweldigende bemagtiging geneigd. Nu geeft Engeland zich alle moeite, eene schijnbaar gegronde beweegreden te vinden, om met de Hollanders twist te zoeken. Reeds beschuldigt the Friend of China Hollanddat het den arm der Maleyers gewapend heeft. Dat tijd schrift klaagt over de begeerlijkheid der Hollanders. Het vreest, dat zij hunne etablissementen op Borneo niet zullen willen verlatenomdat zij daarvan de rijst trekkendie de bevolking van Java voedt. Dat alles zal voor Holland kwalijk eindigen. Onder voorwendsel van den Maleischen Rajah te straffenzal Grootbrittanje hem schattingen opleggen. De Engelsche avonturiers zullen zich op zijn grondgebied komen neerzetten even als zij op Nieuw-Zeeland hebben gedaan. Het getal der in de 6 eerste maanden dezes jaars te la RoebelleRo- chefort, Sables d'Olonne en St. Martin (ile de Ré), aangekomen Nederland- sche schepen bedroeg 9. Te la Roebelle arriveerden 2 van Amsterdam met kaas, welke in ballast naar Bordeaux en Cardiff verzeilden. Tc llo- cheibrt kwamen er 5 aan van Texelals 3 met kaas en 2 met stoomke tels. Te Sables d'Olonne arriveerde 1 schip van Terre Neuvc inct been zwart hetzelve vertrok weder in ballast naar BayonneTe St. Martin het hiervoren reeds gemelde schip in ballast, hetwelk inet wijn naar Guernsey verzeilde. De Abt Castelli, honorair Kanunnik te Ajaccio, oud Apostolisch Opper hoofd van het eiland Martiniqueheeft een werk over de afschaffing van den slavenhandel in de Fransche Koloniën uitgegevendat zeer belangrijke en diepzinnige nasporingen bevat. Het is het werk van een liefderijk en ver licht Geestelijke, die vooral de werkdadige zijde der voor onze Koloniën voor gestelde hervormingen heeft bestudeerdhij verklaart hoe de Godsdienst de staatkunde in deze zoo edele roeping van de vrijlating der zwarten kan onder steunen, en heeft zijn werk aan den Koning en den Paus opgedragen. NEUILLY 13 Augustus. De Generaal Baron Fagelbuitengewoon Gezant en gevolmagtigd Minister van Z. M. den Koning der Nederlandenheeft gisteren in een bijzonder ge hoor aan den Koning het antwoord van zijn Souverein, op de kennisgeving der geboorte van den Hertog van Alcnconoverhandigd. STADS BERIGT. Viering van den Zondag. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Stad Leiden, gelet hebbende op den inhoud cener dispositie van de Ed. Gr. Achtb. II. H. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van den 9dcn Julij 1844. Herinneren bij deze aan allen en een iegelijk, wien zulks zoude mogen aangaan, de Wet van den lsten Maart 1815, betrekkelijk de viering der dagenaan de Openbare Christelijke Godsdienst toegewijdzijnde van den volgenden inhoud: WIJ WILLEM, bij de gratie godsprins van Oranje- Nassaü Soevereine Vorst der Yereenigde Nederlan den, enz., enz., enz. Aan alle degenendie deze zullen zien of hooren lezensalutdoen te weten Alzoo Wij in overweging genomen hebben de noodzakelijkheid omop het voetspoor onzer godsdienstige voorvaderendie daarop steeds den hoogsten prijs steldende pligtmatige viering van den dag des Heeren en andere da gen den Openbaren Christelijken Godsdienst toegewijddoor eenparige en voor de geheele uitgestrektheid der Vereenigde Nederlanden algemeen werkende maatregelen te verzekeren Zoo is hetdat AVij den Raad van State gehoord en met gemeen overleg der Staten-Generaal dezer landen hebben goedgevonden en verstaangelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze 1°. Dat op Zondagen en op zoodanige Godsdienstige Feestdagenals door de Kerkgenootschappen van den Christelijken Godsdienst dezer landen alge meen erkend en gevierd wordenniet alleen geene beroepsbezigheden zullen mogen verrigt wordenwelke den Godsdienst zouden kunnen storen maar dat in het algemeen geen openbare arbeid zal mogen plaats hebben, dan in geval van noodzakelijkheid, als wanneer de Plaatselijke Regering daartoe schriftelijke toestemming zal geven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1844 | | pagina 3