Leydse Courant | 1844 | 12 juni 1844 | pagina 1

A\ ISM.

f A\
c o ij .r>& -y--fi

L E Y D S II E

^flr

Woensdag*

i2 juni).

M

NEDERLANDEN.

Ley dsn, !i jonij.

stad gepasseerd zich van het Loo naar s Graven.

Zondag avond is öhze

lage begevende Z. K. H. de Prins van Oranje
kinderen lijn op het Lou gebleven,

Heden namiddag, omstreeks

H. D. Gemalin en bare

half drie nre, is 7.. IVF. de Këiïer van

^galand met gevolg, van 's Gravenhage komenje, tanse Stad gepasseerd.
J(j bet blndenitoinen ilan de Witte Poert heeft Zijne Maj. ï'ch eenige
10jjenblibken zeer vriendelijk onderhouden met den Groot-Majoor van het
tie Regitnent Infanterie en oen Ëdel-Achtbi Fleer Burgemeester dezer Stad.
In de reis van Zijne Msj. schijnt dus verandering te lj}h geltotnen, daar
eerst gemeld «'as geworden, dat !1. D. per stoomboot van Rotterdam zich
(nar Dniiachland zou begevent en oe Keizer nu de pos route volgen zal.
Uit 's Gravenhage theldt tden vsn den roden dezer:

Heden tniduag ten half vijf ute is Zijne Maj. da keiter van Rusland, van
H. D. reize naar Londen, in deze Residentie tttuggekeerd. Ztine Maj. de
Koning vergezelde den Russtschgn Monarch. HH» KK. HH. de Prinsen
volgden de Vorstelijke reizigers. Een groot aantal ingezetenen had zich langa
OTTUaden weg geschaards om vair bet binnensotnen des Russiscneo Keizers oog-
getuige te zijn en deed vsn zijnen eerbied vopr dej regerende Vorsten
blijken. Heden middag was er familie-dinér ten Hove, waaraan de Keizer
leeft deel genomen.

Oe Keizer is aan boord van de stoomboot Black Eagh, onder Ibevel vart
Hen ojJóer. Kapitein S. B. Cock, teruggekeerdverscneidene andere stoumbooteo
vergezelden de Black Eagle.

Het verblijf dee Kdizets zal slechts zeef kortstondig zijn.

Aanzienlijk was het gevolg des Keizers,

Zijne Maj. heeftt benoemd tot Ridders der Militaire Willems-orde

«au etude klasse de officieren bij de marine J. H. SterkJ. C. C. FiewegP. J.
)eg!![(Jcjjvpr, j- Wachtman, P. T. Uhtenbeck, den officier by de lanamagt H. Schvenck
re «vnaien den korporaal Stramen tot Ridder der orde van den Nederlandschen
'orraffliEeetiw deft officier van gezondheid H. J. Bergkals, voor hun loffelijk
•/Fvjfedrsg bij gelegenheid der espeditie legen de zeefoovers in de Indische

Tuieren.

zijne Maj. heeft aan H. D. Zaakgelastigde in Portugal, den Baron

w. W. Alolierüi, den titel van Ministet-Residentbtfitdn bezwaar vaö

ECK.

ndiri ti
'tdi Ut

heriitll
van

RG.
'RASIEl
a:t
in, Mi|

s Rijks schatkist verleend,

Wijlen Zijne Maj. KoningtVitlem /heeft aan de armen dezer Reiidentie
ƒ100,000 gelegateerdwelke onvervreemdbaar moeten blijven, en daaren.
Ihoveu not! f lo.oóo to: liefdadige doeleinden aan (e wenden.

Logt»|to>veu f 10.060 t

aren Bk Vervolg en Slot van her voorloopig verslag der centrale ofdeeling over
iï, viiitfe vcordragt van wet cot aflossing of verwisseling van Nation dis Schuld
f, waart Ad art. 6. In vèrband met de aanmerking op het voorgaande art. :en aan-
ordttfliico van de wijze, waarop gelegenheid zal worden gegeven om zich oro-i
ÏKER <rent de aflossing óf verwisseling te verklaren, wenscht men van de Rege-
I-Kamei ing te vernemen, hoe aan de bepaling van art. gevolg zal kunnen gegeven
eroakkeworden, in het Vóel niet waarschijnlijke maar toch mogelijke geval, dat alia
edesirai louders van 5 èn 4J pCts. 'sèhulden 2ièh voor eené verwisseling mogtéó
Oostrü 'êrkla en.

;ene zij Uit aanmerking; dat in art. 16 der wet vso 6 Maart Jl. aliêende bevoegd
Wolstet leid is gógèven tor aflossing van 5 pCt*. schulden, ten Usie van het Rijk,
ƒ55,!» dat daaronder alcoo niet begrepen zijn de 4} pCu ncCh de iQsreoten ten'
- 3ljliiie vdn 'sRgka OverZeesche Èezittingen, is men dfenvolgéns van oordeel
den Nifceweest, ten éihde de opbrengst der vrijwillige lecning en bijdrage mede
lot aflossing van laaisrgemelde séholdén te kannen bezigen, dat daartoe ia
1844,dl"' 6 van hét ontwerp de bevoegdheid behoort te worden toegekend,
vi: Ad art. 7. Volgens dit art. zoo de Regering eene onbeperkte bevoegd-
^"INKEIkcld erlangen, tót het uitgeven van inschrijvingen in het r.ieuti) nan te leggen
Zéwtpthoek der 4 pCts. schuldHierin vond énen bezwaar en verlangde uit
sjaari, tien hoofde, dat bij de wet een maximum worde bepaald, boven hetweik
res fs Bi geen nieuwe schóld uitgegeven zal mogen worde.n, ronder dat alvorens Van
e Bloes de intrekking en vernietiging der óiide is gebleken,
de bet Voorts hebben eenige leden te dezer plaatse het verlangen te kennen-
jegeven, dat dé aandicht der Regering bepaaldelijk gevestigd worde op dé
buiten Jaemchelijkheiddie er hunnes aanziens in bestaat, dat ten aanzien van de
6 Roed^verstorting der gelden, die hét Rijk van dé administratie-kantoren wegens
ODstgehaalde renten van de 5 pCts. te vorderen heeft, bepaliogen gemaakc
worden,, en dat voorts dit punt medé met opzigt tot oe nieuwe schu.d
nair béheoren geregéld worde, hetgeen van te meer belang door die leden
wordf beschouwd, naar mate voor de tusschenkomst der administratie-kan
toren; tén gevolge van dé conversie der Öost-Indisclie losrenten en der
4j Amortisatie-Syndicaat, waarvan de obligation door het Rijk zelf zijn uit
gegeven, eén zoo veel te ruinier veid geopend zou kunnen worden.

Eetige ledén zouden weoschen den waarborg van niet-afl'osbaarbeid tot
éeuen termijn van zeven farén beperkt te zien.

Ad sit. 8. De meerderheid achtte den termijn van drie jaren te lang tot
dè uitvoering van den maatregel der verwisseling en uitgifte van nieuwe
idhnld, en oordeelde dat dezelve zoude kunnen worden beperkt tot den-
jutsten December 1845, të meer, omdat alsdan met eene nieuwe tweejarige
larderok ïégrooting een nieuw Iinantieel tijdperk wordt ingetredeo.

Is, K« Ad art. 5). Hoezeer men hef voor zeker houdt, dat hei de bedoeling
>riepia« ijtef geweest zij, oni aan d'e in dit art. opgenoemde bewindvoerders en be.
mirnaic! uuorderen het regt te ontzeggen, om aflossing van kapitaal, in stede van
Pent verwirselmgte kunnen vorderen, zoo is men nogtans van gevoelen, d«t
Ijjef. Iiilkï riie't duidelijk genoeg in hét art. doorstraalt, weshalve men ten dien
atrassen* ^anzieo eene genoegzame verklaring van de Regering wenscht te ontvangen.
»nder L Ad art. 10. Voorts is door sommige leden op'genierkt, dat in du art.
tend«|^n® bepaling gemist wórdt, ter voorkoming dat de in te trekken of af te
lóssen schuldbrieven niec Weder in circulatie zouden kunnen gebragt worden,
voortnld Ad art, 12. Men acht dé voorgedragene courtage te hoog gestéld; in
één regel tóch wordt thans door de makelaars, bij omzetting van grootere
rdag dil*8r,yen» niet meer dan wegens courtage berekend.

den Bof Óok bij de wet van 6 Maart jl. werd daarvoor pCc. gesteld, maar de
«emeli^lootfing moest in dat geval hooger zijn, tot meerdere a«nmoediging en
Kaotot daarbij meerdere bemoeijingen van de makelaars gevorderd werden.

In het tegenwoordig geval oordeelt men, dat de courtage niet meer dan
i pCt, behoort te bedragen. Ook geeft men in bedenking, om van de
|*\eti$e onkesien der uitg-ifce of verwisseling een maximum bij de wei ie

ERF,
lydgrtd'
betipji
belet n.
rkoopéi,
n Nrrt

s mor?!'
getecinj
ïn Leid
i INBOF

bepalen, ia voege als bij het ontwerp tot regeling van 's Rijks openbafé
scnulu was voorgedragen.

Eindelijk wenscht men van de Regering te vernemen, of het bezwaar zoul
kunnen hebben, indien bepaald wierd, dat de verwisseling bij alle agented
zal kannen plaaut hebbenc

Ad arr. 13. Sommige leden, die overigens de bepaling van die artikef
volkomen, goedkeurden, hebben gemeend ce moeren ^oorsfeUe^, om. «rt
verband met die bepaling, dé wet van 24 xApnl 1836 Staatsblad N®. 11),
waarbij ten behoeve van hc: Rik eene scnuld van 140 milhoen op aé
Overzeesche Bezittingen is éevesugd, in te. trekken.

Ad art. 34. De meerderheid w as van gevoelen, dat her voor .niet vol-*
doende moet gehouden worden, t ac alleen tan de Uitkomst en slotsommen
der bij deze wet bedoelde operatien aan de Staten Generaal mededeeling zaï
worden gedaan, maar dat deswege een volledig verslag behoort ce worden
toegezegd j in voege als bij art. 85 van de wet van 6 Maart jl. is gedaan^
VoortS verklaarde men prijs te stellen op de openbaar making der verkregen
uitkomsten en op het.bekomen vah voorloopige opgaven, tia ceri afloop van
iedere operatie, daar ahders vöór net jaar 1846 geefie opgavedeswege'zoude
kunnen verwacht worden.

I^oor eenige leden is bet verlangen geuit, dat de algeheele verantwoording
wegens de ten deze beoogde financiële maatregelen bij dc wet zal worden
vasrgesteld.

Ten aanzien van het daarstellèn eener controle op de inirekking en vernie
tiging der in te wisselen schuldbrieven, neemt men dc vrijheid te verwijzen
niar het aangeteeltende op art. 10.

Alvorens het verslag te besluiten, acht de centrale afdeeling t\c\\ verpligt.
om hier nog te gewagen vèn twee punten, die, schoon niet in regt9treek-
sche betrekking tot het onderhavig wetsontwerp staande, evenwel bij hec
voorloopig onderzoek bepaaloelijk zijn ter sprake gekomen, en mitsdien
langs dezen weg onder de aaudacht der Regering gevoegelijkst schijnen
gebragt. te kunnen worden.

Het eerste pnnt betreft een bezwaar tegen de wijze van uitvoering der wee
van 6 Maart jl.hetwelk daarin is gelegen, dat aan oe inschrijvers in de
vrijwillige geloleening voor sommen van 50 en dé meervouden van dien,
door den Minister van Financiën, bij de uitgifte der recepissen. de verplig
ting is voorgehouden, om hunne inschrijvingen tot de volle som van f ico
aan kapitaal uit te breiden of in te trekken.

Deze maatregel, welke bezwaarlijk schijnt overeengebragt te kunnen
worden met het doel, waarmede de wet de inschrijvingen tot 50 heeft
opengesteld, heeft, volgens bekomen berigten, in twee provinciën, alwaar
vooral in de laatste dagen ten platten lande veel Inschrijvingen van ƒ50, of
de meervouden van dien, zijn genomen, eenen onaangenamer* indruk ge
maakt, weshalve men het van belang acht, dat de Regering die zaak op
zettelijk in nadere overweging neme.

Het tweede pufn9 hetwelk in de meeste afdeelingen ter sprake is geko«_
nu en.; betrof de wenscfrëHjftheid eener herziening van de grondwet. Velé
leden hébben verlangddat bij deze gelegenheid aan de Regering de hoop
en het vertrouwen zoude worden te kennen gegeven, dat, na het tot «tand
brengen genef conversie, tot die herziening eerlang besloten moge worden.

Hccèn heboen de afdeelingen van de Tweede Kamer der Siaten-

Gecerëai zich bezig gehouden met het nader onderzoek van de ontwerpen
van wet betrekkelijk' oe uit lozing voor de Vlaaitische Wateren eh- ten 8 an zien
van den Zuidpias van SckielandDe penirafe aldeeling is vergaderd geweest
zoo wei over de bovengemelde .o At werpen van wet, éis over dat wegen»
hec batig slot der OverzeetChe geldmiddelenwaaromtrent bet voorloopig
vlr*lag wordt opgemaakt*

Morgen zal de centrale sfdeeling aanvangen met bet zamensie.'len van
hare voorloopige verslagen wegens de ontwerpen nopens hét fonds van den
Zuidpias en ten aaozi^n der uiilozmg van de Vlaamscne wateren,

De Regering heeft thans geantwoord op de bedenkingen t welke io

de afdeelingen van de Tweede Kamer der Staten-Generaal genia&kt zijn
ten aanzien van het ontwerp van wet, wegens het zegelregi van de Certi-
jicaten van de Nationale Schuld.

Nog is -uoor de Regering geantwoord op de bedenkingen, w^lke ia
de afdeelingen der Ramer gemaakt zijn, ten aanzien van het ontwerp tot
opheffing van hu for ds voor ac droogmaking van den Zuidpias

Bij deze antwoorden is Jgevoegd een gewijzigd ontwerp van wet,
hetwelk gegrond is op oe overweging, dat het noodzakelijk ia geworden,
bij aaovullipg van het bepaalde in art, 21 der wet van den 3 October 1843
Staatsblad N°. 47,) he: bearag vast te stellen van het zegelregtwaaraan
ce certificaten van drie en van vier pCts. Nationale Schuld ondeihevig zijn.

-Vrijdag 11, is de a&te vergadering der Evangelisch-Luihersche Sy-
neoe re 's Gravenhage op ae gewone wijze gesloten.

Van den 11 den dezerHoé kort van dunr ook het verblijf moge
zijn des Keizers van Rusland in deze Residentie, heeft het Zijne Maj.
toch behaagd heden voormiddag de groote wapenschouwing bij te wonen,
welke Zijne Maj. onze Koning ter Hoogaideszelfs tere had verordend.
Dezelve had. piaats in het ruime veld voor de nieuwe cavalene-kazerne
nabij hec zomerverblijf van Zijne Maj. Deze revue ving ten e!f ure aan en
duurde ruim anderhalf uur. Zij was algemeen luisterrijk,, en werd door
Hare Maj. de Koaipp.in, en H. K. H. ae Prinses van Oranje in rijtuigen
gezeten bezigtigd. Bij deze prachtige wapenschouwingen waren ook tegen
woordig HH. KK. HH. de Prinsen.

-TIn het HollandïChe Diep sloeg den 7'den dezer een vaartuigje mee
mest beladen, van de Do^dsche Kil komenoc, en waa op zich J. K.y er,
me. zijne zuster bevonden', door een hevigeo wiodvlaag om, en hoewel te
t foeder zijne zuster door zwemmen trachtte te redden, zouden zij, oaar
zij reeds begonnen te zinken, in het water zcRer hunnen dood gevon. ei
hebben, indien niet twee vissciiers, in de nabijheid zijnde, het ongel, k
hidden gezien, en bij tijds ter hulp waren toegeschoten; de namen eer
redders zijn H. van Dam en J. van Driel.

Te Vinkeveen, provincie Utrecht, zijn den 6den Junij door eenen';

brand eéii huis én koetshuis van dé weduwe C, Koot cn deu heer J. Deugd
vernield geworoen.

Ten behoeve van den Arnhemscben spoorweg is wederom aanbe
steed voor eene som van 103,700 voor hec vervaardigen vsn vter<i*n, era
voor het oraerhoud vsu werken tot 1 Juiij 1845 voor eece sum var 65,200,,
te rarrtn l'6f,pcoI