eea heji.j
opgebraer,
r geen Kerki
J wordt tem
nondertoj.
iog, lit ot
rpfden ioor Albaniër, ir.^erotnsn, terwijl zij de vTiigienden ai» overwinnaar»
ritetteden. De onder hen ai hiergeK<e'rene Christenen moesten zich san e-
toorraamheid en ton den slavenarbeid gewennen; aan de Albanfërs daarén-
i^en ia het gevoel van heer en gebieder te zijn, eigen geworden, terwijl
2II verstrooid en onder vreemden wonende alle nationale deugden verloren
hebben, en thans voorzeker de verdorvenste van alle Albanische stammen
lijn, die hier Arnatiten genoi md worden,
DUITSCHLAND.
Zoo als men oic Frankfor: verneemt, 20U de electro-raachnetlsche machine
tan den heer iVagner niet aan bedoeling beantwoorden en was hem de door
de Bondsvergadering toegezegde belooning van 100,000 fl», *00 dit werkelijk
jhec geval was geweest, door de benoemde Commissie van onderzoek ge
*00 kanntj!,vejger(j geworden; zotidende hem echter eene groote belooning zijn toe-
oe trillebroi^®^ p*.JCh wordt van den 24 April gemeld, dat een persoon, die
zoo -
7.T"?!i«ich aidaar als herbergier wilde nederzetten, doch de vergunning van het
lenitelliogt| ^eiijfc Bestuur daartoe niet verkrijgende, zulk een* wrok zette tegen
een didr gevestigd herbergier, dat hij een arbeider eenlg geld gaf, om dien
gezeten herbergier eens duchtig af te ranselen, omdat hij dezen voor de
oorzaak bield, dat lijn verzoek was afgewezen. De gelegenheid bood zich
tot het afranselen weldra aan en de arbeider maakte van zijn' knuppel zuik
ten vreesselyk gebruik, dat de herbergier onder zijne slagen oezweck.
bemerkende wat hij gedaan had, ging hij naar zijne woning, nameen scheer
roei en sneed zich de keel ai; de oorzaak van dat alles, de afgewezen
herbergier dit vernemende, verhing zich zeiven. Alle drie deze menschen
vjaten io den tijd van één uur lijken
- Den Q5sien is de stad Medebach door eenen brand geteisterd, waar-
doorbijna coo gebouwen, onder welke kerk, pastorijschool, raadhuis enz.
vernield zijn; meer dan 400 huisgezinnen bevinden zich daardoor in den
beklagenswaardigsten toestand,
- Uit Neurenberg werdt het volgende geschreven:
Op bevel vïd den regereoden Vorst Hendrik LXXII J, LReutz tot
l9benttein-Ebendorf\ zijn onder dagteekening van den neen Mei verschei
dene verordeningen tegen het, voor het geluk van zoo vele huisgezinnen
verderfelijke loterijspel uitgevaardigd geworden. Het gezegde spel is op
gevangenisstraf van 3 tot 9 weken of op publieken dwangarbeid (welke
hipper wir- jaallie gcraf zonder onderscheid van rang of stand zal toegepast worden)
verboden; behaalde winsten werden verbeurd verklaard; collecteurs zuilen,
voor de eerate en tweede maal, behalve met verbeurdverklaring der ont
vangen inleg-gelden, met negen weken gevangenisstraf of openbaren dwang,
arbeid gestraft worden, en de derde maal met éénjarige tuchthuisstraf;
;eos nieu
Vereer?
van Tü
f verwotp
ark
t, minder
Ijandig
be« bentin,
«raten, httf,(
1 plegilffc
op dejnn
rootet Itfrol
Ie gelling
k, Fionut
Zr, Mi, blij
waarop n
de ouden
:r ute klit
een (d
ttavia iii|i
gezagao®
ogen rut
hipper n
nscopgeu
ebter du.
nna ooi
teworden,
n »eriek« „ten eo rondventers worden met drie weken tot drie maanden tucht
der ml. ^utss[rat bereikt; de namen der gestraften worden door het Amts und Nach.
kampen rtth:sblatt publiek gemaakt, en diegenen, welke deelnemers aan het loterij
kunnen iji 0f collecteurs en deblianten aio de Justitie aangeven, bekomen een
kanen,tn cer(|e Jer verbeurd-verklaarde inleg-gelden, en bovendien 5 iblr. uit de
lindikai, als zij hen op heeterdaad doen betrappen.
Old" Het eerne Oosienrijkscbe schip naar Ooit-Iodie bestemd, is den
'□•tigen 11 jj |yjjarl le Bombay binnengeloopen,
Zijne Maj. de Koning van Zweden heeft, op derzelver verzoek, aan
iregeldtó ..g.cheiden Minister! ontslag nit de staatsdienst verleend, en hunne posten
didelijk aan anderen gegeven.
Twee Deensche fregatten, van Slankenesse naar Altona stevenende,
lijn den 19 Mei In het kanaal tegen elkander gestoten en omgeslagen; een
Noorweegsch schip van Havre komende, heeft echter nog bij tijds de
equipage en passagiers kunnen redden. De Kapiteins van beide de fregac-
ten herkenden elkander, na hnnne redding, als zwagers, en beider vrou
wen, onderling zusters, hadden voor deze keer de reis medegemaakt. Het
tooneel van herkenning der geredden was zeer treffend,
GROOT-BRITANNIE.
Londen den 49 Mei. Den jysienis Zijne Maj, de Koning van Saksen,
Hetzelfi vergezeld door zijnen eersten Minister en een met talrijk gevolg, van Os-
onlangi tende te Douvrei asngekomemen en aldaar door zijnen Gezant aan het
en noes Engelsche hof ontvangen. Zijne Maj. is van Douvres naar het landgoed
de stad vin den Loid Kamerheer gereden, aiwaar Prins Eduard van Saksen-Weimar
oorbijgti en verder hoog aanzienlijk gezelschap hem afwactmen. Den 49iten zou
e partij, Zijne Maj. aan de Koningin te Brighton een bezoek brengen,
een op Men meent, dat te Dublin in de zaak van CConr.ell c. r. nog voor.
ijn in eerst tal gepleit worden, om de straf ie doen verminderen; waarna men
irlorcai eerst in het begin van Juny de regterlijke uitspraak eerwachten kan.
lang 1 Voor het gedenkteeken, ter eer van W. Scott op te rigten, komen
nog 1000 jte kort, doch daar in de laatste 3 maanden nog voor 4000 is
Ingeschreven, hoopt men de som weldra voliallig te zien.
De heer Maj, Consul-Generaal der Nederlanden, heeft dezer dagen
ten regterlijk bevel gevraagd tot het onderzoek bij de heeren Taberrer en
Collej Comp., waar eene aanzienlijke.hoeveelheid nieuw vervaardigd Ne
derlandich geld en eenige muntstempels werden gevonden en in beslag
genomen, De vervaardigers beweerden ter goeder trouw te hebben gehan
deld, en ten bewijze hiervan gaven zij den heer Maj alle gelegenheid om
bonne boeken te doorzien en de personen te leeren kennen, die hen orders
gegeven hadden. De strafbepaling is 10 pond voor elk muntsiuk; doch
het is oog niet uitgemaakt, welken weg ten deze zal gevolgd worden,
Het Ministerie in Portugal is wederom gewijzigd, doch de Minister
van Binneolsndsche ZakenCosta Cabral, blijft aan het hoofd van hetzelve,
Voor omstreeks 9 jaren is zekere Chalker te Londen beschuldigd gewoiden,
eenen boschwachter in bet boich van Hinleshem ce hebben doodgeschoten;
er is vonnis tegen hem gegaan, en hij is ter dood gebragt, eene vrouw en
een aantal kinderen In diepe armoede achterlatende. Thans zijn vao den
Colonel van het 41ste regiment Engelsche troepen in Indië de officiële stuk
ken ontvangen. Dit welke blijkt, dat de ware dader van gemelden moord
geweest ia zekere William Towns, faselier bij genoemd regimenr, die in der
tfjd den ellendigen moed heeft gehad, het ter dood brengen van Chalker by
te wonen; maar die thsns, door zijne wroegingen gefolterd, pogingen tot
nieuwe moorden heeft gedaan, ten einde alzoo de reeds lang verdiende straf
over zich te halen.
F R A N K R IJ K.
In de Kamer van Afgevaardigdenalwaar thans beraadslaagd worde
Over het toestaan van buitengewone credieten voor de buitenlandsche aan
gelegenheden, heeft het lid Lamartine een verzoekschrift ingediend van den
Kaonnnik Chavet de St. Geniez, waarbij de zoogenaamde kanonieke emanci
patie der mindere Romnsche geestelijken worde verzocht; en wel bepaal
delijk wordt aangedrongen op het invoeren van een vergelijkend examen
voor het verwetven van Pastoorsplaatsende onafzetbaarheid van Pastoors,
onafhankelijke regtspleglng in disciplinaire zaken, die de Priesters betreffen,
en op bet verkiezen von Candidaten voor de Bisschoppelijke waardigheid
door de geestelijkheid van het Bisdom.
Den 3osten heeft te Parijs de plegtige begrafenis vin Jacques Lafste
plaats gehad. De toeloop der meoigte op alle punten, die de lyitstatie pas
leerde, vooral aan de begraalplaats van Pere Lachalse is buitengewoon groot
geweest, doch de tuit is niet een oogenblik gestoord geworden. De lijk-
statie was zeer groot; vooraan ging de ruiterij der municipale garde, een
eskadron van ieder kavalerie-regimenc, een bataljon van het 4de en 43ste
regiment van linie eo detachementen van het 4de legioen der nstonaie game.
Daarop volgden de rijtuigen, waarin de geestelijkheid, de lijkkoets, gevolgd
oordig i
ngrijlt 1
teden
ooordtt
binoei
eo me:
go<M
's gedrt
Toskli
de Gt
rekttt
lofziuk
liet it
■teljli
;d
tiaV
eeir
tbbert)
b eal
laste
ten-bi
roljes
binstt
Vu
•Is Hi
e t"
ook >1
te bi
en vu
Bold
e heil
rvial
en 1I1
:n vil
Ideljl
wade
irdei
mie.
via
pk
door'het dienstboden-personeel van den .-verleden?, v'if.kof koersen, rouwkoet,
sen. de twaalf Malrea van Parijs, de Kamer'der G.' 'epöree'dennations',»
garden ongewapend, een zeer groor aantal Studente» der reg'sgeleerde eu
geneeskundige faculteiten, de onderscheidene nandwerks colleglën, bataljons
Infanterie en eene sectie artillerie me: 4 stukken gerchut, dragonders en
huraren. Ook 'nel-ben de Ministers van Oorlog, van Finantiën en van Koop.
handel, verscheiden Adjudanten van Ziine Maj, en depuratiën aan onder
scheiden scholen door den heer Arago geleid, de plegtigncfd bijgewoond.
Wijlen J. Lafste heeft eenen dag voor rijnen dood alle büzondere
schuidbekentenisse, ten bedrage van ruim 1,000.000 fr. vernietigd, om daat.
door de vervolging de schuldenaars na zijnen dood te voorkomen.
Prinses Clementine is met haar gemaal, Prins August van Sakaen-
Koburg, naar Brussel vertrokken, om er eenige dagen te vertoeven.
De bibliotheek van den heer C/i. .Vodier te Parijs, slechts 1,450 nom-
mers nevattende, is voor 68,000 fr. verkocht. De Enropesche naam van
dezen man heeft diet weinig toegebragt, om de boeken, die in de boek
geschiedenis beroemd zullen blijven, eenen hoogen prijs te doen gelden.
Een werk onder andere, hetgeen gewoonlijk niet meer dan 50 fr. kost, is
voor 547 fr. verkocht.
Het dorp Villon, In het departement Tonnere, is door eenen vrees-
selijken brand geheel verwoest; van de rnim 200 huizen, zijn er slechts 12,
en deze nog meer of min beschadigd, staande gebleven; meer dan 600 men.
schen zijn hierdoor zonder woning geraakr.
Wederom is den I7den Mei een gevecht door den Gouverneur-Ge
neraal in Algerie tegen de Kabylen in de rigting van De.'lys geleverd eu
zijn er van deze 3 a 400 op het slagveld gebleven; de Franschen hidden
40 dooden en 60 gekwetsten,
PROMOTIEN aan de LEYDSCHE HOOGESCHOOL.
Den 31 Mei, de Heer D. van Meurtvan Harderwijk, in de Regten, na de verde-
diging zijner Dissertatie: ai eoi. de rejud. in cans. civ. Lib. Ill Tit. Illqui est it
cesstone bono rum.
Den 1 Juny, de Heer A. Scholtenvan Harderwijk, in de Medicijnen, na de verde
diging zijner Dissertatie: duo febris intermlttentis larvatae exemplabrevi comm>ntctioni
illuslrata
MENGELINGEN.
DICHTERLIJKE GESCHIEDENIS VAN ROME,
door
MACAULET.
QFervoig vast N'. 61.)
In de eeuw vsn Augustus gaf men den titel van vader der Latijntchs
dichtkunst aan Ennius, die tijdens den tweeden Punischen oorlog bioelde.
InderdaadEnnius was de vader der tweede school van de Latijnsche dicht
kunst, van die eeoige school, waarvan wij thans de werken bezitten; maar
hij leert ons zelf, dat andere dichters hem waren voorafgegegaan. Ennius
spreekt insgelyks van de verzen, welke de faunussen eo barden 'vatesiu
de eerste tijden van Rome zongen, toen de taal noen gevestigd noch beschaafd
was, toen geen dichter de bergtoppen, aan de godheden derGrieksche dicht
kunst gewijd, had durven bestijgen. „Waar zijn, vraagt Cicero zich met
smart af, waar zijn thans onze oude dichtstukken
Quid? nostri veteres versus ubi sunt?
Quos olim fauni vatesqne canebant, Cum neque
musarum scopulos qaisquam superarat, nee dicti studiosus erat
Cic. in Brut. cap. XVIII (O-
Quintus Fabius, de oudste van alle Romeinsche jaarooeksenry'vers, was
tijdgenoot vao Ennius; Denis beeft ons zijne geschiedenis der kindschheid
van Romulus en Remus bewaard en die verhaal bevat eene zeer belangrijke
plaat» voor de geschiedenis der oude Latijnsche dichtkunst. Fabius leerc
ons dat in zijnen tijd zijae landgenooten de gewoonte hiddeo, balladen
op de tweelingen van Rhea te zingen,
Calo de Censor, die ook ten tijde des tweeden Punischen oorlog leefde,
heeft deze verloran letterkunde in zijn thans mede verloren werk over de
oudheden vin zijo land, vermeld.
„Verscheidene eeuwen vóór zijnen tijd, bestonden er, zegt hij, baiiad-o
ter eere der doorluchtige mannen, en aan alle feestmalen hadden de gasten
de gewoonte deze balladei met fluitspel te zingen (2)."
Valerius Maximus vermeldt eene volaaagt gelijke daadzaak, zonder ech
ter eenige autoriteit aan te halen; volgens zijne meening, oefende de oude
Romeinsche ballade eenen meer heilrijken invloed op den geest per jeugd
uit, dan alle lessen der Atheensche Professoren Het is de nationale dicht.
Unnat die aan Rome helden ais Camillas, Fabrscius, Scipis, Macellus en
Fabius geeft.
Faro, wiens autoriteit in alle geschillen over de oudheden van zijn land
door niemand zal betwijfeld worden, leert ons, dat het langen tfjd gentu:-
kelijk was, gedurende de maaltijden, oude balladen, met of zonder verzei
ling van speeltuigen, ter eete der 0:1de helden, door jongens te doen zin
gen. „Deze jonge zangers, voegi hij er bij, hadden eenen vleltkeloozeu
naam." De getuigenis van Horatius, noewel wat algemeen, komt de open
baringen van Cato, Falerius Maximus en Faro bevestigen. De dichter voor.
zegt, dat onder fle vreedzame regeling van Augustusde Romeinen, met
volle bekers in de hand, bij fluitspel, volgens de gewoonte hunner vaderen,
de heldendaden der dapperen en de oude legenden betreffende den oorsprong
vsn Rome zullen bezingen (3). Het is dus niet alleen waarschyniijk
maar zeker, wij henben daar onwederlegbare bewijzen vangegeven.dat
Rome, vóór den tweeden Punischen oorlog, eene volksdichtkunst had.
Deze daadzaak bewezen zijnde, zal men zonder moeite begrijpenwaarom
de geschiedenis der eerste tijden van de eeuwige stad een zoo treffend
contrast met alle overige onderwerpen der Latijnsche letterkunde oplevert.
Wat ons betreft, wij aarzelen niet te verklaren, dat deze schoone en
pathetische nationale legenden, zoo verschillend van alle gedenkteekenen
der Romeinsche taal, slechts overblijfselen d>er oorspronkelijke dichtkunsC
zijn, welke reeds ten ijde van Cato den Censor oud geworden was, en
waarvan Cicero nimmer een enkel vers gehoord had.
Deze dichtkunst is vergtan; maar moeten wij daarvan verwonderd zijn,
zoo wij aan de volledige zege denken door het Grieksch vernuft op den
algemeenen smaak in Italië behaald? Homerus en Herodotus moesten waar
schijnlijk, van de eerste tijdeo vaa Rome af, eenige denkoeelden aan de
(15 De muzen, bet kan nuttig zijn dit te doen opmerken, zijn Grieksche godinnen.
Te Rome werden de godinnen der dichtkunst eerst Camoenae genaamdlater
bediende men zich onhepaaidelijk van de beide woorden Musae en Camoenae.
maar ten tijde van Ennius werden zij uog onderscheiden. I11 het grafschrift van
Naevius. den vertegenwoordiger der oude school van de Itaiiaansche dichtkunst,
betreuren de Camoenae den dood van haren leerling. De musarum scopuli zijn
blijkbaar de bergtoppen van den Parnassus.
Scaliger leert ons, in' eene noot op Faro (De lingua iatina Lib. VI dat de
faunussen door bet bijgeloof der vorige eeuwenals'een ras monsters, halfgod
half dier, voorgestelddegelijke mannen waren, die in het Latiitmop een zeer
verwijderd tijdstip, functien gelijk aan die der Perzische geleerden en Gallische
harden uitoefenden.
f:0 Cicero haalt de te belangrijke plaats der oudheden van Cato tweemaal aam Tutas
quaest. Itr c. eu Brut. cap. XIX.
(3) ilo.tii. cam:, IF. 15.