opend word),
wordenden
2y
:n van'dejj
A*, ism;
tïTDSCBÏ
m dezelve I
NSWIJK, 11
woensdag,
'B Z£j-j|
n met bit
doen byW0I
iierst aa
N
der Maait
(Boommati
DERLANDEN.
Leïdeh, 30 Jiouirtj.
jj,j. tieeft benoemd tot leden der Commiule vin Lutidboiiw In
joilind Jhi. Mr. C. L. H. Hooft en Mr. H. T. Hojer, bi] cont nuitie.
Be S(«at heeft een oud en waardin dienaar, het Land eeh' burger
ai die geheel lijn leven aan derielver belangen en voorspoed heeft
De dood heelt oen a8«ten, na eene ziekte van twee dagen, in
jutdoU vsn 65 jaren weggenomen den Generaal Graaf Van den Batch,
ktu'u iet orde van deo Nedetlandschen Leeuw, Ridder der Militaire
Biorde 3de klasse. Minister van Staat, Oud Gouverneuf-tGeneraal van
'Sériacfls-lotitê en laatstelolt, sedert 1842, ltd van de Tweede Kamer def
dc ten-Cieneranl- Men weet dat de Graat van den Botch rich in zijne loop,
ven I die gekenmerkt geworden is door talrijke werkzaamheden, waarvan
°Ptrlsnd sltijd de gedachlenii lal oewaten, tot het algemeen welnin is heiig
vcrlan{a uit. Vóór weinige dagen nog heeft hit een nieuw werkje gevoegd bij
pfegteubelangrijke stukken, sedert eenigen tijd uitgegeven, om den
Stadgenoo; „„'iLands financiën te verbeteren. Zij lelaen, die geensiins in de
'n eni len »an den schrijver deelden, bragten echter eene schitterende eerbe
Giften 10 M san zijne menigvuldige en uitgebreide kennis, san het opmerkent
■kJadigvermogen en de wijie van overreding, met welke hij zijne denk.
U,n verklaarde, slsook san zijne vsderlsndslievende gevoelens, welke
voorn», menigvuldige geschriften op iedere bladzijde ademen. Allen weten
v. HE de Grssf van den Botch gedaan heeft voor de verbetering der be.
dgenooor middel van de daarstelling der Maatschappij van Weldadig
welke de bewondering van den vreemdeling opwekt; even zoo weet
R G. 'wit Nedeiiand hem verschuldigd is, tea aiozien vao zijne administra-
HH. E, IJ"'*
BRUS «rijenden dag is in de Residentie overleden T, C. Grssf van
DEzii/s/ F.venberg, Grootkrnis der Orde van den Nederlandschen Leenw,
beiden' itioimairschslk Dij het Huis des Konings en Lid det Eerste Kamer der
n Mejufr i-Getitrssl.
•n zes ti .Uit 'sGrsvenhsge meldt men vsn den spiteni
I.Callni de lining van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van heden, zjjn
ure afji; itgen onderscheidene verzoekschriften, alst vsn L. Smit c.t grondeige-
1 ie Schijndel, Udenhoud en verschillende sndere plaatsen in Noord-
andvin Diakenen der Evangelisch-Luthersche gemeente en van de
heden jch Hervormde gemeente te Amsterdam en van ingezetenen van andere
HANN1 sen ia her Rijkhoudende bedenkingen regen her ontwerp van weerot
gend ei inschrijven eener buitengewone belasting op de berittingenvan J. Kwast,
eTtijd gt iwljitr te Hoorn, die middelen tot tedding vsn het Vaderland ïan de
e Kinds geeftt van J. Bruins, tapper te *s Grsvenhage, die zich beklaagt, over
ifgestorriiit hooge opvoeiing van het patent; van ingezetenen te Almelo, provincie
jrjutl, die bunoe bezwaren doen kennen tegen bet reglement van bestuur
.et BWi ii« plane land der gemeente, en vin iogezenen te Alphen, houdende
iittllrn tot bezuiniging. Alle deze aaressen woiden aan de daartoe
ermvm mil Commissie verzonden.
DE lv- sCommissie der Kamer, belust geweest met het ssnbleden aan den Ko.
'RFPuili "D eene van drie Candida ten, tot het vervullen der betrekking
ld van den iloogen Raad, doet, bij monde van den heer Romme, ver.
imenioe, j( commissie is op de gebruikelijke wijze bij den Koning ontvangen,
mbiediog der lijat, heeft het Hoogstdenzelven behaagd te kennen te
la, dat Zijne Maj. zich spoedig met het doen eener keuze zou bezig
schultDi De Commissie wordt voor de door hare volbragte taak bedankt.
;p\j j, centruie afdeeling brengt verslag uit op het ontwerp van wet tot rege-
'L.de'n vin den achterstand over 1840 en vroeger; worde besloten dat verslag,
rij 1844 uitgebreid Is, te doen dtukken en ronddeelen.
ft Voorzitter zegt, dit hij voornemens was, den dig, waarop de he
ldingen over dsc ontwerp zouden aanvangen, te bepalen, doch de loop
t eene■nksaamheden laat die nog nier toe, zoodac hij voorstelt de .discussiëd
ft'ne puld nit te stellen. Dien overeenkomstig worde besloten,
geloge mm worde de vergadering gescheiden.
70. .Thans is door de centrale afdeeling van de Tweede Kamer der Staten-
nul opgemaakt haar voorloopig verslag over het wetsontwerp, houdende
p Ditengewone belasting op de bezittingen, enz. Daaruit blijkt, dat zich
Ijk In de afdeelingen de vraag heeft voorgedaan, of namelijk de nood
hnifa 'Ükhe<d bestaat tot het nemen van eeoen .buitengewonen maatregel ter
1 Aliening in den geldelijken nood, welke vraag, door 3Ó leden toestemmend
imwoord. De overgroote meerderheid der Kamer wenschte het lijdanp
■Igeheele regeling van 's lands finantie-wezeR niet langer verschoven te
uur verlangde integendeel, ook met het oog op eene door baar
wenschelijk geachte vrijwillige conversie van schnld, daartoe Zoo
«lig mogelijk over te gaaD; die meerderheid kan het allerminste beslui
EN.
'LËRi
hier
TSCH|
mede te werken tot het daaritellen van eenig tijdelijk redmiddel,
<lk slechts voor het oogenblik verademing aanbrengen, maar overigens,
N, «loop van ettelijke jaren, den staat in dezelfde of nog grootere ongele-
en Prj M sou doen vervallen, en waardoor aizoo de toekomst van het vader.
Verkit zou worden in de waagschaal gesteld.
aarii| 'I «u betreft de bij het onderhavig wetsontwerp voorgedragen middelen,
beeft de groote meerderheid verklaard, dat, behoudens de noodzakelijk
hit wijzigingen, wat de bijaonderheden der voordragt aanbelangt, zij
tou kunnen besluiten, om aan dezelve hare goedkeuring te verleeuen
iWoiii bet voorstel der Regering in dier voege worde veranderd, dat niet de
'e '"'Hing, maar de geldleening op den voorgrond worde geplaatst, en de
'n Lij- uing daarentegen bestemd worde, eersteljjk en voornamelijk, om, als
nerdu middelhet deelnemen asn de geldleening op eene krachtige wijze te
«meld, aderen, en vervolgers, is het noodig, om, bij het onverhoopt misluk*
junpm «m deze laatste, als principaal middel ter verkrijging van de benoodlgde
■sen ssugewend te worden. Zoo ais de voordrage thans ligt, schijot het
ff de belasting het hoofddoel der Regering wire geweest, en of dns de
billigë geldleening niet zoo zeer voorgesteld is met het oogmerk om de
ivetkelijke heffing der belasting voor te komen, als om de daaraan ver-
pto bezwaren op eene voor den Staat voordeelige wijze te matigen,
jtuetn toch waa men vin oordeel, dit de leening, op den voorgeatelden
it, weinig deelneming zil vinden en dos het gewentchte doei daarmede
til kunnen bereikt worden. Het vertrouwen der Regering te dien op-
'■"■11e scheen voornamelijk te berusten op de geoeigdheid der Nederlanders
jjbei Vaderland ie hulp te komen. Doeh, hoezeer men van de vader
eyuc*Uiliefde der ingetetenen met regt de grootste verwachtingen mag koeste
op' Dili
RSTAr
van Wf
2N,-t
ober lil
1, cot
n\ n.
C O L R A i\
31 JANUARI].
ten4 inéer.de tneti tiogran* té moeten betwijfelent>f de Inspraak vao dit
gevoel zich ih dit geval ae?k genoeg zou doen vernemen, om eeneti maat
regel aannemelijk ce doen achten, waarmede een vrfj belangrijk geldelijk
verlies, door «een enkel voordeel cpgewogen, gepaard zoude gam, en
waaraan, uc den aard der zaak, slechts een betrekkelijk klein gedeel e der
natie 2ou deel hemen, Bvrmnim schijnt he tiiizigc op eene latere e rij w.Iligé
conversie als een afdoende dangmiddel beschouwd te kunnen worden, ooi
de deelneming in de geldleening aan re moedigendaar integendeel te ver
wachten is, dat juist dit nitzigi op ^en toekomstig aanzienlij* verlies vat*
inkomsten, de houders van Nederlands he schuldbrieven zat terughouden
van eene deelneming, welke reeds dadelijk voor hen eene belangrijke op
heffing ten gevolge zou hebben.
Men meende, dar, indien niét aan de inschrijving eenlge voordeelen ver
bonden wordenof de deelneming door dwangDepalingen bevorderd moge
worden, de uitkomet niet twijfelachtig kan zijn, en men dus onvermijdelijk
toe het invoeren van de buitengewone belasting zoude moeten overgaan*
Dit intussChen wenschte men voor te komen, daar de groote meerderheid,
of>choon verklaard hebbende, zich in beginsel met de heffing eener belas,
ting op de bezittingen te kunnen vereenigen, evenwél zich niet heeft
kunnen ontveinzen, dat aan zoodanige heffing vele en gewigtige bezwaren
verbonden zijn, en hét door vele leden zelfs voor twijfelachtig gehondeo
werd, of die belas.ing bg de uitkomst wel aao de verwachting zonde be
antwoorden»
De groote meerderheid intusscheu heeft, bij haren weoschdat de In
schrijving in de geldleening meer aangemoedigd worde, tevens het verlangen
te kennen gegeVen, dat men dit doel niet zoo zeer trachté te bereiken,
door de leening voordeelig in geldelijke uitkomsten voor de deelnemers,
en daardoor schadelijker voor de schatkist te maken, als wel door eeneti
prikkel tot deelneming daar te stellendoor middel van dwangbepa-
Iingen, toepasselijk op hen, die in de geldleening niet zouden hebbea
deelgenomen. De hoofdzaak toch, waarom het voornamelijk te doen
is, is eene som van ƒ35,000,000 renteloos eo zonder bezwaar voor de
schatkist te bekomen, netzg dat de som door de Ingezetenen vrijwillig
of «Is belasting opgebragc, hetzij dat dezelve verkregen kuonen worden door
de oitgifte van schuld tegen lagere rente en vernietiging van hooger rente-
gevende schuld.
Er zgn in de afdeelingen onderscheidene voorstellen door de leden in hec
midden gebragt mee betrekking tot de wijze waarop de geldleening zoudt*
behooren te woruen Ingengt, om aan het oogmerk te beantwoorden. Die1
middelen, welke in het centrale verslag worden opgenomen, worden ge
splitst in middelen van Uitlokking en middelen van dwang. Tot de eersten
worden gebragc al de zoodanige, welke streken om de geldleening minder
bezwarend voor de inschrijver» te doen zijn of daaraan regtstreeksche voor
deelen te verbinden; terwijl onder de middelen van dwang diegenen worded
opgenomen, die streken om het deelnemen aan de leening te bevorderen*,
door middel van dwangbepalingen tegen hen, die niet hebben ingeschreven.
Onder de middelen, welke strekken kunnen om de belasting bezwareoder
te maken, en daardoor den prikkel tot deelneming in de leening te ver-
meerderen, behoorde, om de belasting niet van alle belastingschuldigen naar
denzelfden maatstaf te heffen, maar «n eene opklimmende verhoudingzoodac,
bfj voorbeeld, de 10 eerste klassen ij pCc., de 11de en 12de, 5J pCc.,
de 13de en 14.de klasse 2 pCr,, en zoo vervolgens tot de 21ste klasse»
welke 3 pCc, zoude moeten betalen. Dit denkbeeld, betwelk in de mces<£
afdeelingen ter sprake gekomen is, heeft bij zeer vele Jeden bijval gevonden.
Men was van oordeel, d#t heizelve volkomen zou sirooken roet het stelsel
der voordragt van de Regering, om van de belsstiog vrjj te stellen ailen,
die gerekend worden niecs te kunnen missen, waaruit dao ook moest volgen,
dat de meest gegoeden een betrekkelijk groocer aanóeet in de belasting zou
den moeten dragen dan de mmgegoeden.
Ten opzigte van de considerans is aangemerkt, dat bij denzelven behoorde
te worden uitgedrukt, dat de beraamde maatregelen van voorziening slecht»
voor eens zullen behoeven genomen te worden. Men stelt daartoe voor»
om, in plaats van maatregelente sceilen: Afdoende maatregelen
Art. 9, houdende bepaling, dat die voor 300,000 inschrijftk van de be*
taling der belaatiog is vrijgesteld, is door 38 leden afgekeurd.
- Heden middag ten een ure, beeft door het Kantongeregt te *s Graven-
hage plaat» gehad de ontregeling, zoo wel in het paleis id het Nocrdeinde
als ten huize van den heer Thesaurier van *s Kontngs huis, der goederen
pap eren. enz. toe deo boedel en nalatenschap van wijlen Zijne Maj. Koninfc
Willem Frederik% Graaf van Nassau* behoorende, welke aldaar aanwezig
zijn en door hetzelve Kantongeregt zijn verzegeld geweest.
Men verneemt, aac de overblijfselen, alsmede het slotje van de blik
ken doos, waarin de effecten Van Zijne Exc. deo Minister van Msrine( Rijk
geborgen waren, bij hec opgraven van het puin ,zijn gevonden. Er valt der
halve aan geen diefstal meer te denkenen de in het Handelsblad van deü
203ten en 22Sien dezer geplaatste advertentien schijnen dus geen ander doel
gehad ce hebben dan om met het ongeluk, dat een zoo algemeen eu ce regc
boog geacht man trof, te spottan.
Bij de opgravingen zijn oog vele zaken van waarde gevonden, waaronder
ook goud en zilver,
Het is thans zéker, dac, gelijk wij reed» eenigen tijd geleden gemeld
hebben, bfj deze stad in hec duin niet vér van het Scheveningsche Kanaal»
een gesticht voor krankzinnigen zal worden gebouwd,
Vrijdag II. Stond alhier voor hec Provinciaal Geregtihof vaii Zuid-
Holland teregt, zekere Marinut van der Sluitsjouwer» woonachtig oodef
Heenvliet, beschuldigd van moedwillige brandstichting, door den brand ce
steken ih een houtstapel, zoodanig, dac dezelve tot gebouwen moest over
slaan. Uit de debatten bleek, dat deze man, op den 26 Mei 1843, in een
staat van dronkenschap, eeoe glimmende torfkool heeft gelegd in een hout
stapel gelegen achter en tegen de woning van zijnen buurman Sa Brouwer,
Op de door den Voorzitter aan den beschuldigde gerigce vragen, gaf hij geen
ander antwoord, dan dat hij niet wist, wat hij had gedaan, omdat bij zoo
beschonken waa; dat hij nuchter zijnde voorzeker zoodanige daad niet zoudo
hebben gepleegd; dac bij daartoe ook volstrekt geene reden had, en dat,
indien bfy al eenige reden mogt gehad hebben, hg het misdrijf dan wel bij
nachtmaar geenszins op deo helderen dag zoude hebben bedreven.
De Edel Groot Achtbare heer Mr. V. La Grappa Dominicuswaarnemende
hei Openbazi Ministerie, hensneide het Hof ai het treurige van de reeds