«steef bestrijdt dat gevoeleb, Het voorstel U hoogst eetiboudig. Commissie tot onderzoek te benoemen. Elk lid blijft daardoor in ■eene geheel om zich later al dan niet met den uitslag van dat te bewerk Ut" onderzoek te vereenigen. De vraag of er zoodanige Commissie zal 5en benoemd, kan geen onderwerp van overweging in de afdeelingen [heer Kniphorst stemt volkomen met dat gevoelen in. De benoeming 327,005»Commissie is eenvoudig een middel, om, zoo noodig, tot een voorstel 02ooaKe'r van Akerlaken gelooft, dat de uitlegging, die de beide laatste tets aan het voorstel geven, niet die is, weike de voorstelier zelf daar «geven heeft. Ware dit het geval, hij zon minder zwarigheid tegen «dioe voorstel hebben. bheer van Goltstein licht zijn vootstel nog nader toe. Het is zijn oog- s Jat de Commissie onderzoeke of er noodzakelijkheid bestaat, om het Jent te herzien en, zoo ja, om, in dat geval, de noodige voorstellen bieden, om de gebreken, die men .mogt ontdekken, uit den weg te 265,8or„ pe Int, die aan de Commissie wordt opgedragen, is van deh meest estrekten omvang en nogtans blijfc het gevoelen van elk 1id der vèrgade [»3oo,ooj geheel onaangeroerd, leder iid kanbij gelegenheid van het behan. 98oo-n vin het rapport der Commissie, zijn gevoelen kenbaar maken, en zich niet met hetzelve vereenigen-. 8,0000# heer van Akerlaken verklaart thans na de bekomene ophelderingen, j bet voorstel te zullen stemmen. :n vo,8ave |,eer van Giltstein legt het voorstel schriftelijk aan de vergadering ovet V4I> «rindert daarinop verlangen van den heer Gevers, nog eeoige woorden j van tot 'lende hetzelve thans woordelijk als volgt: inwijziii ee|jencje S!e|c voor benoeming eener Commissie, ten einde RegeriTondwoelten de noodzak- akelijkheid voor de herziening van het 'regleoienc rt« 32 en om, daartoe termen vindende, de noodige voorstellen tot ver 'e p0or gfjfjg van hetzelve aan de vergadering aan te bieden. Ver stemming overgegaan zijnde, wordt hec voorscel met algeffieene stem- Vermf\mSe^rnen. !grootlD{Ljentengevolge wordt door den Voorzitter eene Commissie benoemdwelke wneesreld is aic de heeren; van Goltstein, LuzacGeven, Schooneveld en nweg 1 fhffi oordrajt ^aa[ vergadering uiteen. Na den afloop derzelve zijn de afdee. op de air(n vergaderd geweest en hebben zij eenen aanvang gemaakt met het on- lje j ioek tan eenige der ontwerpen, welke gisteren aangeboden zijn. 'ekeninir-Wij vernemen dat de heer va» Dam van Isselt afstand heeft gedaan ksce i, 1 het ttactement en toelage, door hem, «Is Heraut van Wapenen van begroot!Koningrijk der Nederlanden, tot dus verre genoten, aende tw [)e afdeelingen van de Tweede Kamer hebben zich in de laatste dagen eenig tijj gehouden met het onderzoek van de ontwerpen van wet, die laatste. voltoo|(,n dezelve zijn aangeboden. Ook de centrale afdeeling is dienaangaande de voorbidt vergaderd geweest. Aanstaande Maandag zal de Tweede Kamer weder ig, doon. lining houden. zoodn^ pe aan ,je Tweede Kamer voorgestelde veranderingen in het eerste ''""ik vin het Wetboek van Strafregt zijn voornamelijk het gevolg van het hit der Regering, om, bij de inrigting der strafgevangenissen, aan het oting ot^iy|vlnische stplsel van eenzame opsluiting de voorkeur te geven. Het eca"n8Ituen van dit stelsel heefc het veranderen van een aantal bepalingen van me"belli «noemde iste boek, met het gevangenisstelsel in verband staande, hee'"f:Wzaltelijk gemaakt. In de memorie van toelichting, welke de ten dezen 300 öe5"lget)odene ontwerpen van wet vergezelt; komt onder anderen het volgende 'j. za' '"kt,met betrekking toe het genoemde Pennsyivanische stelsel: idea's»"' «'eemeene regtsveiligheid te bevorderen, en diensvolgens het plegen nraiddtliIIB"''"',en v00r le '50men, 's ongetwijfeld het eerste vereischtewastop lost vojicles wetgevers, bij het daarstellen van een Wetboek van Straf- ijJ,moet zijn gevestigd. Tot de krachtdadige werking der sttaf behoort af- dg'Jlik aan den gevangene, opdat hij van het plegen van nieuwe wandaden wen(jejl|(ie wêcrhouden; afschrik van anderen, opdat de vrees voor de straf ddeliikertefen hel: betir"ven van bÜ de wet verbodene handelingen waarschuwe, lnde d(l talking van dit doel schijnt het PenDsylvanische gevangenis-stelsel bij voorgeif1««cWdt. ■oordipsDeveroordeelde zeif zal,door het gewigt eener voortdurende eenzame op tal betafie» we' niet all0d lot be®ef zijner misdaad en berouw worden gebragt, kunuetpr zeker <c-oc de overtuiging van de zwaarte der straf, die op de misdaad vooriiifel etii eenmaal aan de maatschappij teruggegeven, zal deze overtuiging f meestal van de herhaling van misdaad terughouden, ran 281 Ook tot waarschuwing van anderen zal het stelsel van voortdurende ge- ing vu afzondering krachtig werken. oorziey De |0[ beden toe gevolgde wijze van titchtiging deed velen zonder de ide burgermaatschappij voor eene kleinere maatschappij verruilen, waar !e dere verbroedering dikwerf de mindere genoegens des gezelligeo levens illioen 1 ^de. De eenzaamheid der cellulaire opsluiting, ofschoon dan ook voort» door bet dagelijksch bezoek der beambten,- waarop het onderba ontwerp wijst, zal een iegelijk', door de enkele gedachte van den toe er wet' waarjn z{j gevangenen verplaatst, met schrik vervullen, en daar- ",en' iven zullen velen door hen, die het sirafgescicbt hebben verlaten, op vereven- mchtige werking der straf worden gewezen, tot waarschuwing en be tling. i e"wo'i ®°'1 ,evert de eeBza,ne "beid bijzondere voordeelen op. De ondervin Jléeft in andere landen een groot aantal bedrijven geleerd die gemakkelijk iPennsylvaDische gevangenissen kunnen worden ingevoerd. De mindere ag van buiten leidt tot meerdere ijveren tot naauwkeuriger arbeid; sdadiger leert het weldadige van den arbeid kennen, en zal zich, na len ontslag, te gereeder bij denzelven houden. Daarenboven heeft hij tioep geleerd, dat door éénen persoon kan worden uitgeoefend, en zal s ligter werk vóór zijne handen vinden. fichoon het te weeg brengen van afschrik voor de misdaad door de Ige werking der strafhei hoofddoel der tuchtiging zijn moet, dat de beginselen der geregcigheid gebouwde wet zal bereiken, vordert niet- het doel van den Staat, dat de wetgever voor de zedelijke en maac- lelijke ontwikkeling van al deszelfs leden wake. e onafgebrokene afzondering des misdadigers, Onttrokken aan alle ta nking der buiten-wereld, zal hem de gelegenheid verschaffen, om na te denken, niet alleen over het harde van zijnen toestand, maar ver deszelfs oorzaken. De gedurige overpeinzing dezer zelfde denk in zal wel [niet allen, maar toch menigen misdadiger tot zich zeiven 'Linkeeren, en de zedelijke noodzakelijkheid doen gevoelen, dat hij, al teruggekeerd in het maatschappelijk leven, zijn inwendig bestaan Here. Ook de bereiking van dit nevendoel der bij de wet vastgestelde in zal der regtsveiligheid in den Staat tot onraiddelijk voordeel verstrek, het getal der herhalingen van misdaad zal afnemen, althans in verhou- tor het aantal der ontslagene misdadigers. Daarenboven iaat de oogen- mnt zoile'ijke krachtige werking van het voorgedragene stelsel evenzeer eenen eren duur der opsluiting toe, dan deszelfs aard zulks gebiedend vorderde; held eafdoor het getal der gevangenen geringer en in vervolg van tijd ook de et regliFi toe derzelver onderhoud benoodigd, minder aanzienlijk zuilen zijn, js dadojEindelijk zijn aan het Pennsyivanische stelsel twee eigenaardige voordee ïetgeeoiverknocht, waardoor hetzelve zich boven alle andere gevangeaisstelsels orden ilpig onderscheidt. tegingi aDj eenzame opsluiting verhindert zoo wel de onderlinge kennismaking de redt heeft wijfel Ier well vordt du een der gevangenen in het strafgestiebt, als hunne bekendheid mee elkander, wanneer zij de gevangenis hebben verlaten. 3, Den verstokten booswicht, die in elke, op eenige wijze ingerigce gevau. genis, den jeugdigen misdadiger telkens aanschouwt, en hier door woorden, ginds door gebaren, aiiengskens de laatste indrukken van zedelijkheid enmen- schenwaarde in zijn gemoed verdooft, is in het Pennvyivanische sirafgesiicht de gelegenheid benomen, eenig verkeer met zijne medetuchteiingen te on derhonden. Is eenmaal de kennismaking der misdadigers in de gevangenissen volko men uitgesloten, zoo zal ook van derzelver onderlinge bekendheid, na hec verlaten van het strafgestiebtweinig of niets zijn te duchten. Terwijl elders die bekendheid, door eene gelijktijdige opsluiting verkregenalieen kan strek ken om den grondslag te ieggen voor verbindtenissendie het leven en da bezittingen der goede ingezetenen in hernieuwd gevaar moeten brengen, zal de geheele afzondering ten eenen male verhoeden, dat immer het tuchthuis tot eene school van misdadigers worde vernederd, ja zelfs hen, die onder ling vroeger in betrekking stonden, door langdurige scheiding hoe langer hoe meer van elkander verwijderen. taDeze en andere gronden, in menigvuldige geschriften ontwikkeld en iti ofhcieële rapporten buiten 'stands met veelzijdige bewijzen gestsafd, prijzen het thans voorgestelde stelsel ten dringendste aan." Ten gevolge eener circulaire van hec Departement van Blnneniandsche Zaken, van 29January 1838, N°. 214 (7de afd.,) .zijn de gemeentebesturen op's Konings last verzocht, om de Besturen der Godshuizen en instellingen van liefdadigheid nit te noodigen, om, in navolging van hetgeen toen reeds op enkele plaatsen geschiedde, de vereischte schikkingen te maken, ten einde in den nood van vele Rijks gepensioneerden door hec verstresken van voorschot op derzelver pensioenen, tegen onderpand van het certificaat van inschrijving, zooveel mogelijk, ter hulp te komen, waartoe destijds van Gouvemeroentswege getracht is mede te werken, door, in plaats van de vroegere halfjarige voldoening, vast te stellen eene drie maandelijksche betaling der pensioenen en gagementeDdie in de grootboeken der pensioenen zijn ingeschreven. Ten gevolge der bovenbedoelde nitnoodlgingzijn vele besturen van lief dadige gestichten en instellingen tot het verstrekken der bewuste voorschotten overgegaan, en hebben zich andere daartoe, des gevraagd, bereid verklaard. De ondervinding heeft nogtans doen zien, dat, ter bereiking zoo veel mogelijk van het doel nog andere voorzieningen noodig zijn, welke in den laatsten tijd bij het Gouvernement in overweging zijn genomen en thans zijn vastgesteld, bij 's Konings besluit van den 5 October li., N°. 56, waaronder deze is, dat alle pensioenen gagetnenten en onderstanden, onder de Depar. tementen van Oorlog eu Marine ressorterende tot en met 200 beloopende, die door versterf of andere oorzaken (de gevallen, dat het tijdstip der ophou ding van het pensioen of gagetnenc in het certificaat van inschrijving is uitgedrukt, of van weder indiensttreding uitgezonderd}, komen te vervallen over het volle ingetreden kwartaalzullen worden voldaan, waardoor voor degenen, die voorschotten doen, de waarborg ontstaat, dat de bedoelde pensioenen en gagetnenten tot dus verre slechts tot den dag van het overlijden van den titularis verschuldigd voor het volle ingetreden kwartaal zuilen te goed gedaan worden Het is Zijne Maj. daarbij ter verdere bereiking van het oogmerk wen- schelijk voorgekomen, dat bij de besturen der steden, gescichten en instel lingen van liefdadigheid hec kosteloos of tegen eenen geringen interest verstrekken van maandelijksche of driemaandelijksche voorschotten op pensioenen, gagetnenten of onderstanden worde bevorderd. Daardoor zoude door particulieren hiermede dikwerf gedreven wordende woeker, zoo veel mogelijk worden tegengegaan, en hierbij hebben de gemeenten en de arm- besturen in de daad belang, want de voorbeelden zijn niet zeldzaam, (da vele gegageerden, die zich in de bedelaars-gestichten bevinden, kunnen onder anderen, ter bewijs er van strekken) dat de onderhandelingen, welke gega. geerden met particulieren aangaan, hen tot volslagen armoede doen verval, len, hetgeen niet anders dan tot bezwaar der armen- en gemeentefondsen kan strekken. Naar aanleiding eener bij de Gouverneurs ten dezen ingekomene missive van Zijne Exc. den Minister van Blnneniandsche Zaken van den Aden Nov.. is de voormelde gunstige beschikking des Konings ter kennis van de gemeen tebesturen gebragt mee verzoek, om daarvan meaedeeling te doen aan de bestoren der godshuizen en instellingen van liefdadigheid in hunne gemeen, ten, en om tevens diegene hunner, welke tot het doen der bedoelde voor. schotten tiog niet zijn overgegaan of zich daartoe nog niet bereid hebben verklaard, bij vernieuwing en met gepasten aandrang daartoe uit te noodigen; zijnde ook bet hoofdbestuur der Maatschappij Tot Nut van V Algemeen andermaal verzocht om bij hare onderscheidene Departementen tot hec geven dier voorschotten nader aanzoek te doen. Uit Leeuwarden meldt men van den 23sten dezer: Wij vernemen met smarc, dat zich in deze provincie weder een voorbeeld heefc ongedaan van vergiftiging. Weder eene vergiftiging, zoo men zegt, van de eene echtgenoot jegens den anderen. Naar luid van ons toegezonden berigten, is dezer dagen een arbeider onder Boornbergum, door zijne huis vrouw onthaald op eenen dikken koek, en weinige uren daarna gestorven, onder verschijnselen, die allezins aan de werking van hec Arsenicum doen denken. De regter van instructie en de ambtenaar van het Openbaar Mints, terie hebben zich, zoo men zegt, naar de plaats van het voorval begeven, en na voorloopig onderzoek, het lijk des mans en twee doode kippen, die van zijn uilbraaksel etende .dadelijk zijn gestorven, medegenomen. Wij zullea op deze zaak, zoo zij waar mogt bevonden worden, later terng komen. Te Groningen is den aosten dezer in de Martini-kerk een vokaal en Insrrumentaal-concert gehoudeu, met het doel om de opbrengst daarvan ta doen strekken tot het daen onderwijzen van en voegzame kleederen te be. zorgen aan arme kinderen, welke ten getale van 200 op zulk eette hulp rekenden! Dit Concert was aangelegd door eene Commissie van het te Groningen bestaande Departement der Maatschappij: Tot Nutvan't Algemeen, en heeft zuiver de aanmerkelijke aom van 660.40 opgebragc, na aftrek van alle onkosten. De Vlissingsche loodsboot N°, 6, heeft op de hoogte van Ostende gered een jongenbehoorende tot het scheepsvolk van het pleitscheepje CommerceKapitein H. J. Nickekenvan Londen naar Antwerpen, hetwelk in het gezlgt van de loodsboot en voor zij hetzelve kon bereiken, zonk; zoodat de Kapitein en 4 man der equipage verdronken zijn. De jongen, dia re Antwerpen i'huis behoort, was dryvende op een der riemen en reeds bewusteloos opgevischt. SPANJE. MadrIö den 14 November. De Koningin heeft gisteren een groot gast maal gegeven, waarbij, behalve de Ministers, verscheidene leden van deil Senaat en van de Kamer van Afgevaardigden tegenwoordig waren Da Koningin was gezeten tusschen den heer OitisVoorzitter van den Senaat, en den Heer Olozaga, Voorzitter der Karaer van Afgevaardigden. Da heer Lopen, Vootzttter van den Raad van Ministers, was tegenover de Koningin geplaatst. De afwezigheid vat) den Generaal Narvaez, die zich wegens ongesteldheid verontschuldigd had, heefc eenig opzien gebaard; de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1843 | | pagina 3