i dag Mu- over* aan-i isen4 onrief tierert veer, ebreli n op. zou it toe op te lends. 1 met ogne) orden. I, dieti armen grijsaard niet oltl Danken wij liever God, dat h0 niê> van Engeland is geworden!" Dit gezegde werd door een luid ge- begroet. Er is nog nimmer een dergelijk onthaal opgemerkt. De van Hanover, op zijnen geboortegrond voet aan wal zettende, had llioed afgezet, doch niemand der aanwezigen volgde zijn voorbeeld. Men heeft ofnerent de bewegingen in Ierland geene nadere berlgten j,enj alleen wordt gemeld, dat het bij Dungannon tot eeö gevecht ge i is tusschen de Protestanten of zoogenaamde Orangisten èn Katho- laf voorstanders der herroeping der Unie; deze laatste zijn op de vlugt ■jen de eersten hebben daarop 17 woningen van Katholijken vernield, |ter uit wederwraak eenige Protestantsche woningen hebben aangetast jischen mishandeld. .Berlgten uit Lissabon tot 09 Mei spreken van het plana om 'D Neder. jene leening van 600,000 aan te gaan. F R A N K R ÏJ K. Hoewel 200,000 fr. aan de Kamers zijn aangevraagd tér viering der .feesten, meent men echter, dat deze zioh dit jaar alleen zullen bepa- w het vieren van Ipmissen, en dat hec overige geld aan de armen zal honken worden. .Zoo men wil, zon onder de genomene papieren van Abdcl-Kader eene 'wisseling met den Keizer van Marokko gevonden zijn, uit welke blijkt, je;e san Abdel Kader ondersteuning toezond en den vervoer van wape- (o immuniile, meestal van Engelachen oorsprong, over zijn grondgebied lood. .De Minister van Oorlog heeft bepaald, dat 600 militaire veroordeelden '8 had je[ depót van Belle Isle naar Algerie zulten verzonden worden, om <'eh |t sin de openbare werken te arbeiden, dat de een 8|0tsom van proefnemingen te Lansanne in het werk gesteld ivoor ,e„ngenen; die eenzaam opgesloten iwaren, en diegenen, welke ver. e!ne°t Jeeld waren tot gemeenschappelijken arbeid met stilzwijgen, wordt hét 'eljn" pende bekend gemaakts fan 1 November 1834 tot 1 Januarij 1842 zijn 580 gevangenen, 458 man. U122 vrouwen, tot gemeenschappelijken arbeid veroordeeld, 103 gevange snheid 1. Op voort, heef igo in tionale ongres 85 mannen en 18 vrouwen, tot eenzame opsluiting. Van de 458 man- ,'sijo er 13 gestorven, hetgeen 2,83 sterfgevallen geeft op 100 gevange. ïiD de 122 vrouwen is 1 gestorven, dus 0,82 op de 100. Te zamen 'omen is dus de sterfte bij beide geslachten in evenredigheid geweest als j tot 1000, hetgeen minder Is, dan de sterfte te Lausanne In hec alge. «D, waar zij is 2,53 op 100. ntrold. |B welfde tijdsverloop zijn er van de 85 eenzaam opgeslotene mannen vl,erii lenorven, dat is 7,06 op de 100. Bij de vrouwen is de scerfté nog grooter IEe ge"weestvan de 18 eenzaam opgeslotene vrouwen Zijn er 3 overleden, dit ge j0r' 16,66 op de 100. an den jr wamen j„ dien tijd 31 gevallén van krankzinnigheid voor; vijf daarvaö ar niet worden afgerekend, omdat zij vóór hunne laatste gevangenneming me had jd, [eekenen van krankzinnigheid gegeven hadden. Van de 26 overigen lien al mannen en 5 vrouwen, op 683 gevangenen, hetgeen eene verhou. 'e Pro' ig geeft van 38,06 krankzinnigen der beide kunnen op iooo gevangenen. grond-a2I mannelijke waren er 12, behoorende tot de 458 veroordeelden tot Beesrchappelijken atbeid, dus 26,20 op 1000 gevangeoen van deze klasse; behoorden tot de 85 eenzaam opgeslotenen, dus 105,58 op 1000 gevange- lederen aidns behandeld: lijt vrijyln je j vrouweD, behoorden 4 tot de 122 gemeenschappelijk arbeiden, en zult,f dus op iooo; i vrouwelijke krankzinnige behoorde tot de 18 :n» "Piisam opgeslotenen, dat is 55,55 op 1000 gevangenen. Opmerkelijk zijn cf°°n,|e hooge getallen in vergelijking van hec aantal krankzinnigen inhetgeheele 'O'dMigon, hetgeen in 1826 bedroeg 3,90 krankzinnigen op 1000 inwoners van "t'tl'ijletlet geslacht, of 4,08 op 1000 mannen en 3,69 op iooo vrouwen. Nog >en v:o(t w0,jen gemeld, dat bij de 10 krankzinnigen onder de eenzaam opgeslo m I v" tn de langste duur der opsluiting slechts 12} jaar was, terwijl de meesten erherjt T slechts eenige maanden (het minimum was 6 maanden) hadden verduurd m heinde krankzinnigheid zich openbaarde. hoo[i[rij wenden ons thans tot de berekening aangaande recidiven, Van den November 1834 tot aan den 31 December 1842 waren van de 458 mannen «reniat,, ]5j vrouwen, tot gemeenscnappelijken atbeid veroordeeld, 388 mannen 1107 vronwen ontslagen. Van de 388 mannen zijn 45 weder in hechtenis tomen, hetgeen maakt 11,59 recidiven op 100 ontslagnen. Van de 107 «a»en zijn 14 weder gevat, dus 13,08 en 100 ontslagene vrouwen. iPWaSut de 85 eenzaam opgeslotene mannen zijn 59 ontslagen, en van deze komeio weder gevat; hetgeen 50,84 maakt op 100 ontslagene; 18 ondergingen andgoelene iweede, 11 eene derde, 1 eene vierde gevangenisstraf; hetgeen dus ederlio<3 gevallen van recidive maakt. Van de 18 eenzaam opgeslotene vrouwen (n ij ontslagen, en van deze 8 weder gevat; hetgeen dus eene verhouding roïioclrjefc van 66,66 recidiven op 100 ontslagenen; 6 ondergingen eene tweede ekomns s eene derde gevangenisstraf, te zamen 10 gevallen van recidiven. Ge ran ont-ieeltelijk is deze ongunstige verhouding toe te schrijven aan de vroegere ed laintrdoivenheid dezer gevangenen, hec uicschoc natuurlijk der gehëële gevan n gehet(bisdoch daarbij moec men in het oog honden, dac men in de gevangenis van Genève sederc 1833, eene afzonderlijke afdeeling toe recidivisten heeft van eetavormddie tot gemeenschappelijken arbeid zijn veroordeeld, en dac daar I verirbt aan Jaouarj] 1838, op de 100 ontslagenen slechts u,ii recidivén voor- iiimen, »»I B L I van dn Se dagbladen géven berlgt van de plegtlge ontvangst van HH. MM. In aëlietnlet Belgisch gedeelte van Luxemburg, waarin zij thans eene reis doen. en afgiOfschoon de Minister van Binnenlandsche Zaken herhaaldelijk de stedelijke retboelf landelijke Regeringen in die provincie had aangeschreven, om HH. MM., wlgens hunnen wensch, niet feestelijk te onthalén, zoo schijnc de geeste- homesHkheid echter alle moeite aangewend te hebben, om dat onthaal geheel an- en mwlmte doen zijn, dan de wensch van HH. MM. was. Ehts efl_— Dezer dagen Is door den Bisschop vao Luik, in navolging van die van "Dien Lyon, aan de ondergeschikte Belgische geestelijkheid een mande- ent gezonden, waarin hun aanbevolen wordt, zich zoo min mogelijk met uikundige aangelegenheden op te houden. Uil Brussel meldt men van den 9den: Voor eenige weken werd een door Belgie reizend jong Hollandsch ilierkondige, met name persei, doot krankzinnigheid aangetast en naar hec "ipitaal St. Jean te Brussel gebragc. Die gekkenhuis is van eenen groocen lio voorzien, waar de krankzinnigen op bepaalde oren onder opzigt mogen «dwandeleo. Op eene zoodanige wandeling rukte de ongelukkige jonge tel zich van den arm zijns geiijderi los en klouterde met de snelheid van eekhoorntje eenen der hoogste popolierboomen op. Aan den top Van eten boom gekomen, die dezen last naauwelijks meer konde houden zonder bezwijkenbreidde de krankzinnige de armen uic en riep: ik moet nog geieger- «o^erik moet naar den Hemel vliegen. De oppassers zagen met angst bi oogenbiik te gemoe;, dac de krankzinnige naar beneden stortten en zich tpletter vallen zoude. Men haalde met den meescen spoed uic het hospi. Éei tl matrassen en dekens en was zoo gelukkig den grond rondom den boom geilla-dezelve te beleggen voor dat de val plaats htd. Weinige oogenblikken "tas brak de tak. Persei stortte met het hoofd vooruit van de verbazende ,n opéKte op de beneden liggende matrassen. Gedurende eene maand bleef hij persoDM'1 dood in het hospitaal liggen, hief zich vervolgens van lieverlede over. gte, eijtdstreek zich de haren uic het gezigc en staarde verbaasd in het rond. oor oif' ijzingwekkende val had hem zijn verstand terug gegeven, en weinige voegen'!®" later verliet hij het hospitaal geheel hersteld. PROMÖTTEN aan.DE LETDSCiTU HOÖGESCHOOt. Den 6 Jénij, de Heer Abr. des Amorle ven der Uneven, Air. Jz., van Rotterdam, met twee Disscrtatiënna de verdedieing dor eerste in de Godgeleerdheid: de Philippe Limborch theohgoen den tweede in de Letteren: de Jeanne Clerico Literaruin Iltima- ntorum et Philos phiae cultore Den 7 lunij, de lieer J. A. Schelleken!, van Rotterdam, m de Medicijnen, na de ver- dediging zijner Dissertatie: de Bronrhitidc Acuta. Dien zeilden dag, de Heer B. C. van Eetenvan Gorinchem met Theses. .Den 10 Junijde Heer J. van Velden, van Deventer, in de Regten.na de verdediging zijner Dissertatie de Prtvtlegiisquae rerum inyentoribus conceduntur octrootjen. ag reed 1 gepi" i in hall is del! rwijl I' scheen keasd ras vol- dellngei liscervol e' Min'11 n MENGELINGEN, ZWEDEN EN NOORWEGEN, IN DE 19e EEUW. IjPetvolg van N°. 67.) De kroon was verkiesbaar, en elke nieuwe Koning, In toom gehouden door de harde conditiën, waarop men hem tot den croon riep, zocht door geweld of door list er zich van te ontslaan. Reeds In de derciende eeuw behandelde een Regeringsraad, onder den naam van Senaat, de zaken van hec Gouverne ment; maar zoo de Koning er de leden van benoemde, konden de Staten- Generaal dezelve afzetcen. Zoo waren de voornaamste elemencen der oude Zweedsche constitutie. Gedurende vier eenwen van binnen- en buicenlandsche oorlogen miskend en uitééngerukt, bezweek hunne ihagc onder het oorlogzuchtig despotismus van Karei XII. Na zijnen dood bragt eene democratische reactie de vermaarde declaratie van 1719 te weeg, welke aan de Koningin Ulrika-Eleonora werd opgedrongen. Volgens deze beschikkingen, moesten de Staten, minstens alle drie jaren, vergaderen. De magt des Konings en van den Senaat, ge durende eiken Rijksdag opgeschort, werd door eene Commissie, uit de Senatoren gekozen, vervangen. De Staten hadden alleen het regt vrede of oorlog, belastingen en algemeene wapening voor te schrijven. Zij droegen de Candidacen tot den Senaat voor. Dit staatkundig ljgchaam had de uitvoe rende magt, en gaf er rekenschap van aan de Staten, Wat den Monarch betreft, hij had geene andere voorregcen dan de onkrenkbaarheid van zijnen erfelijken persoon, het regt om tot den adelstand te vetheifen, en dac van gratie té verieenen. Ten gevolge der worstelingen tunchen de respective aanhangers der En. gelsche of Franiche Bondgenootschappen, verbrak Gustaaf III hec conscitu- tionneel verdrag in 1779, en scelde daarvoor eene toegestane charte in da plaats. Öeze acte ontnam dén Staten het initiatief der weccen, hec regt van zich te vereenigen b(j mangel aan Koninglijke bijeenroeping, en gaf den Koning geheel de uitvoerende magt terug, het regt daarbij voegende van belaatingen daar te stellen of te vermeerderen, onder gehondenheid alleen om daarvan tot hec volgend wetgevend ligchaatn te refereren. Men weet dat Gustaaf III vermoord werd. Gustaaf IP, met zijn dertienden jaar den troon hebbende bestegen, wikkelde zich zoover in de belangen van Grooc-Brittannië, na den vrede van Tilsitc, dac hij zich de vijandelijkheden van Rusland, van Denemarken, en vooral van Napoleon op den hals haalde. Een militaire opstand verbrak den schepter in zijne handen, en stelde in zijne plaats den ouden Hertog van Sudermaula, zijn oom, die den 6 Junij 1809, eene nieuwe charte, of liever eene verbeterde uitgave van die van 1779» aannam. Zetten wij hare voornaamste beschikkingen uiteen: De Staten bestaan uic vier Kamers, de adel, de geestelijkheidde burgerij en de boeren. Zij vereenigen zich alle vijf jaren. Zij hebben alleen hec régc de belastingen toe te staan en de gewone en buitengewone uitgaven té regelen. De Rijksdag stemt bij orde. De eenvoudige meerderheid van twee stemmen in eik der drie orden, winc het düs op de eenstemmigheid der vierde, gevoegd bij de indrukwekkende minderheid der overigen. Het Ministerieel Kabinet bestaat uit negen leden. Eene afwezigheid van één jaar van de zijde des Konings, geeft den Rijksdag hec regt om over den troon te beschikken. Eene regtbank van twaalf leden, door den Koning be. noemd, fungeert als hof van cassatie. Hare leden staan onder het regtsge- bied van den Rijksdag, en, in zekere gevallen, van een Hoog Geregcshof belast mee de Ministers te vonnissendie van verraad of concessie worden beschuldigd. De wet verzekert de persoonlijke vrijheid en die der godsdien. sten. Wat de vrijheid der drukpers aangaat, dezelve wordt door verschrik, kelijke wetten gekluisterd, die de beoordeeling der Ministeriële daden met gekwetste majesteit vermengen, en eene menigte slecht uiteengezette delicten daarsietlen, welke aan eenen specialén Jnrij opgedragen zijn. Om zich hier van te vrijwaren, hééft de schrijver geen ander middel dan ora zijn werk aan eene faculta ive censuur te onderwerpen, door eene Commissie, welke de Rijksdag benoemt, uitgeoefend wordende. De Staten bestaan uit 718 leden. De Kamer der Burgers telt er 74, waar van bijna de helft loontrekkende ambtenaren zijn; 25 leden hoogst genomen in die Kamer, 18 in die der edelen, 122 in die der boeren, waren in 1816 in eene van het Gouvernement onafhankelijke betrekking. De orde der edelen is thans zoo arm, dat vele barer Afgevaardigden buiten staat zijn de tijd der zittmg te Stokholm te gaan doorbrengen, en toch is bijna geene der voorregten van den ouden 4del afgeschaft geworden. De vrijdom van belas ting bestaat nog altoos, niet Voor de personen zeiven, maar voorde adelijke gronden, we ér ook de tegenwoordige eigenaren van mogen zijn. De Zweedsche constitutie biedt, door hare eigenschappen en gebreken een juisc midden aan, van waar het GoHvernemenc den scaatkundigen evenaar, links of regts, naar dén adel en de geestelijkheid, of naar de burgers en en boeren kan doen overhellen. Haar hoofdgebrek is van de maatschappij in vier caaten te hebben afgedeeld, waarvan de minst talrijke in de natie die is, welke de meeste stemmen op den Rijksdag telt, en welke uitsluitend de hooge burgerlijke of militaire betrekkingen en de ambteo aan het hof bekleedt; het is de adel. Eenige van deszelfs leden zijn eigenaren van uitgestrekte domeinen; het overige leeft van het budget of de civiele lijst. Toen hec Luteranismus zich in het Scandinavische Schiereiland vestigde, waren dé geesten er niet toe voorbereid. Deze revolutie was het uicsluitend werk van het Gouveruemenc. Het volk ontving dezelve met onverschillig, heid. Het zag eerst in bet Lutheranismus slechts eene meer eenvoudige en strenge liturgie. De denkbeelden waren nog niet verlicht genoeg om het onderscheid tusschen de KstholijEe en Protestantsche dogma's te kennen. Gustaaf I verdedigde zich van eene nieuwe leer ingevoerd te hebben, en de boeren geloofden in ernst, dat net eenigste onderscheid tusschen hen en de andere leden der Rootnsche leer bestond in het aanhooren der mis in de Zweedsche taal. Men begrijpt dat de hervorming vooreerst geenen invloed op de zeden van het land hebbe uitgeoefend. Zij vond den nationalen geest opgewonden door de omwenteling, welke Gustaaf op den troon bragt, maar onverschillig omtrent il het overige en van Oe godsdienst alleen de plegtigheJ den kennende. De geestelijkheid heeft zorg gedragen deuzelven in die stem. tning te houden. Nergens geschieden de kerkelijke ceremoniën met meer luister. De kerken zijn er fraai gebouwd en goed onderhouden; de Priesters, voegzaam beloond, wonen in goede pastoriën. Zij zijn over bet algemeen mannen van kennis en verstand, en toch zijn er weinig Christenlanden, al waar de godsdienst minder invloed op de algemeene zedelijkheid uicoefenc. De eerediensc kost aan hec land 1,780,393 rijksdaalders; de leeraren ver bruiken daarvan 1,309,489, da kapellaans 284,05)0 en de mindere geestelijken 186,814. Dit cijfer bevat niec de toevallige baten, welke men niet juisc begrooceo kan. Het tractement van den Aartsbisschop van Upsal is van circa 100,000 golden, dat vaa den Bisschop van Linkioping (hec belangrijkst®

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1843 | | pagina 3