nderder!
iniging
iets gei
ten re
n voltoi II
temen i
Dart!
bet opii
bewezj
de Spa;
ot de i
[843,
E Y D C ÏI E
MAANDAG,
N O
I fe.
en ploti beschrijving voor het REGT op de PATENTEN t voor den iare
IOeni VgEMEESTER en WETHOUDERS der STAD LEYDEN, brengen bij deze,
eene so'aanleiding van eert ontvangen besluit van 2. E. den lieer Staatsraad-Gouverneur vart
enierkt(|.^0]iand, van den 8. April jl„ N°. 3e. Afd. Provinciaalblad 1X0.44), be-
enl^gHjk de heffing van het patentregt over 1843 (dat is, van den 1 - Mei 1843, tot den
fenitApril 1844)» ter kennisse van alle de Patentpligtigen binnen deze Stad:
zake vat, met uitzondering der bedrijven, bedoeld bij de tabel Nö. 16 der Wet, 'vinden
T lipril 1823, N°. 14, houdende wijzingen en uitbreidingen van de Ordonnantie op het
van patent, van den ar. Mei 1819 (Staatsblad N°. 34) de tijd dcr uitgifie van de
!tl a' df? de patentpligtigen, in te vullen verklaringen van aangifte, voor den ja're 1843 wordt
en hadgesceld op den 8. Mei van dat jaar, en dat de vvederiiizameliug derzelve, tégen refu -t
ening k den Ontvanger of deszelfs daartoe g'equalificeerden getcekend, op den achtsten dag
hiile uitgifte zal geschieden.
int de Registers der Patentpligtigen, op den 8. Junij daaraanvolgende zullen gesloten
aSen»(jen ei) er na dien tijd volstrekt geene verklaringen meer kunnen, of zullen worden
200 benomen.
de meivordende ieder Patentpiigtige bij deze herinnerd aan art. 18 der Wet op het regt vart
I, ent, van den at. Mei 1819, inhoudende„dat zij, die bij bet aanbieden óf bezorgen
(er verklaringen van aangifte, of ook bij bet terughalen derzelve, mogten 'zijn voorbij-
"^■■^egaan, zich niet mogen beroepen op ee oF ander begaan vérzitinimaar integendeel
'èbóuden zijn om zorg te dragen, dat de bij c'e Wet gevorderde aangiftenverklaringen
mi aanvragen, welke ter inVulliüg aan het kantoor van den Ontvanger der directe be.
astingen (op het Vrouwe Klooster binnen deze Stad), verkrijgbaar zijn, door hen'in
lèrsoon of door hunnen gemagtigden 4 behoorliik ingevuld, op den daarbij bepaalden
;iid, ter zei ver plaatse moeten worden ingediend.'4
een6 urAlsïiede .Tatl art. 37 der voorgeschrevene Wet, houdende ?s de aan het regt van Patent
onderhevige personen, welke, na den afloop van den tijd, tot het doen der aangifte
pnflnldbevonden zullen worden zich niet, of door valscheönViaauwkeurige of onvol-
]vr ledige opgave, niet behoorlijk van hunne verpligtingen ten aanzien dier aangiften te
hebben gekweten, zullen telken reize, wanneer hun verzuim of overtreding wordt ont-
dekt, vervallen in eene boete van met minder dan 25, en niet trteer dan 400 guldens
Dat, met betrekking tot de schippers, schuitenvoerders enz., in de tabel N°. lÖ
r Wet, vart den 6. April 1823, ÏSf°. 14, vóórkomende, de eigenaren van schepen
p hippersschuitenvoerders en alle zoodanigen, die de administratie hebben over eènige
Leaschepenschuiten cn andere vaartuigengehouden zuilen zijn, 0111 zich Van bé-
fprlijk patent te vóórzien. Dat, tot de door hen daartoe te doéne schriftelijke aangif-
1, zal worden gevaceerd ter Secretarie alhier, van den 4, Mei aanstaande tot en met
15. dierzelfde maand, *s vóormiddags van ïo tot 12 ure, de Zondagen uitgezonderd,
ior zoo verre dat beroep niet in den loop des iaars wordt aangevangen wordende de-
lND ilve tevens uitgenoodigd om de meetbrieven hunner vaartuigen mede te brengen, en
'ie die inlichtingen te geven, die van hun betrekkelijk de vaartuigen, zullen worden
""ivorderd;-terwijl er na den 15. Mei voormeld, geene verklaringen meet kunnen of
aan "ïllen worden aangenomenen 'de pébrekigen bij ontdekking, 2ullen incurreren de
BroeJjete, bepaald bij het 37, artikel der Wet, van den 21. Mei 1819, hïervoren onïschré-
maisn. Dat echter gemelde termijn, voor de alhier niet gedomicilieerde schippers, ver-
ngd wordt tot den 24. derzelve maand, ten einde zij volgens 13 der Wet, van den
■n» April 1823 gebruik kunnen maken, om in derzelver vaste woonplaats bij termijnen
i betalen,, en dat zij dus gedurende de gebeele maand, volstaan kunnen met de vertoo-
HAASEKjijahetfcij 'van hun vorig patent, hetzij van het bewijs van gedane aangifte.
L fiat verder alle patentpligtigen, bij tabel N°. 7 der Wet, van den 16. Junij 1832 be-
jpld zijnde inlandsche en vreemde kramers, welke met kramen, stallen, tafels enz
;sddg uinire waren in herbergen, huizen, kamers of op publeke markten en kermissen uit-
mitsgaders de debitamen in loterijbriefjes, en alle handeldrijvende en als Koop-
ieden te belastten Personen, welke hunne waren ter verkoop, hetzij in 't kleinhetzij
nfnm 'rgroottc water of te lande met zich voeren, alsmede de ondernemers van openbare
•erma'kelijkhedenirt 'tabel N°. i£ genoemdvoor zoo verre alle die patentpligtigen in
ie algemeeue beschrijving voor 1843 zullen moeten worden begrepen, gehouden zullen
;ijn zich gedurende de gehecle maard Mei, ter bekoming van hun patent, aan te melden
;er Secretarie dezer Stad*s voormiddags van, 10 tot 12 uré, de Vrijdag, Zatufdag en
n Zóo/"011^ uitgezonderd; zullende ér na dién tijd geene aanvragen meer worden aangeno
men behalve van de zoodanigen, die hun beroep of bedrijf na dien tijd aanvangen en
lizoo in de bijzondere beschrijvingen Worden begrepen, welke gehóuden zijn, zich da-
SCHUjjelijk bij dien aanvang van patent te voorzien.
0 Kul) Waarschuwende Burgemeester en Wethouders voornoemd de belanghebbenden en wel
bijzonder de schippers of schuitenvoerderskramers en débïtanten van loterijbriefjesals-
C aatl?imede de ondcrncmers van spelen en vermakelijkhedenzorg te dragendat zij hun beroep
niet uitoefenen, tenzij voorzien van hun patent, en dat hetzelve niet zal worden afg'egè-
ien ltlven dan nadathetzij voor het geheel of voor de verschenen termijnennaarmate de
1 vanparentpligtigen daartoe volgens de Wet gehouden zijn, gebleken zij, dat de belasting
ïhgtejs betaald, ten einde hetzelve, bij den eersten eisch daartoe gedaan wordende, terstond
gebakJN bunnen vértoonèn.
KLF1 opdat n'eilianc* hieromtrent onwetendheid voorwende, zal deze wórden afgekondigd
en aangeplakt alomme, waar zulks te doen gebruikelijk is; terwijl een exemplaar zal
üe8%0rden medegedeeld aan den Ontvanger der Directe Belastingentot deszelfs informatie.
Aldus gedaan en gepubliceerdbij TI. H. Burgemeester en Wethouders der Stad
Leyden% op den 26. April 1843.
DU RIEU.
Ter ordonnantie van dezelve
v. PU TT KA MME Ré
.iinlatii
jat:
3ested;
Geraei
dam
Opzietr
nd; i\
meel
NOTIFICATIE.
Beschrijving voor het REGT op het PERSONEEL, voor den fare 1843,
Van i Mei 1843 tot 30 April 1844).
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der STAD LEroEN, brengen bij dezen,
fe beiiDaat aanleiding van een ontvangen Besluit van Z. E. den Heer Staatsraad Gouverneur van
(Puid-Hóllandvan den 27. April jl. N®, 3e. Afdeeling 'Provinciaalblad N°. 33),
10GE! tcr kennisse van den Ingezetenen dezer Stads
ik Mn' ^at' ,nf€-Y°lg® Art. 30* 1 der Wet op het Personeelvan den 29. Maart 1823
(Staatsblad N°, 4^, in verband met de wijziging van sommige bepalingen derzelvevast-
mgepl gesteld bij de nadere Wet van den 29. December 1835 Staatsblad N°. 43) de Ontvan
ger der Directe Belastingen dezer Stad, onder toezigt van den Controleur dier belastin
gen, aan de Woningen van alle Ingezetenen, op den 7. Mei aanstaande en volgende dagen,
t gemagtigden, zal doen bezorgen een beschrijvingbiljet, bevattende eene beknopte
opgave van de voornaamste bepalingen der Wet en de door dezelve aan de belasting
schuldigen opgelegde verpligtingen, geschikt tot aangifte, bij wijze van antwoord op de
vragen, daarbij voorgesteld, en wel bijzonderlijk van het'bedrag der huurwaardehet
iuiziül 3anral tJeuren> vensters en haardsteden, mitsgaders van het verlangen, oin de waarde van
hun mobilair bepaald tc zien op den voet des tariefs, bij Art. 28 3, vastgesteld, of
gsCM tot het vragen van schatting en telling dier voorwerpen, op den voet als bij 2 en
Doof 3 van Art. 28 is bepaald; van het aantal en de klasse der in dienst of m gebruik gehon»
dngei dene dienst- en werkboben en paarden; alles voor zoo verre, wegens ieder dier voorwer-
Booiflf ,Pen» de belasting op 1 Mei dezes jaars was verschuldigd, met aanwijzing van alle zqoda-
ïilge verdere bijzónderheden, als waarvan de kennis, volgens de bepalingen dezer Wet,
,j wordt vereischt tot regeling der verschuldigde belasting.
Dat volgens 3, 4, 5 6 en 7, een iegelijk aan wiens woning een biljet als voren
is bezorgd gehouden zal zijn de daarbij voorgestelde vragen behoorliik stellig en zonder
3 Dl ee"ige voorbehouding te beantwoordeu zullende het nogtans aan de belastingschuldigen
SXüi 5,3,1 mior rtpfrplrlrinir fnr rtp nnnrriffp kot<ieE5nrT&_\jr»r»rijrompi-» non». Aa
an t
ÏN.i
de)<
eydea
vrijstaan, zich, met betrekkina tot de aangifte der belastingS-voorwerpen naar de drie
eerste grondslagen (namentlijk HuurwaardenBeuren en Vensters en Haardsteden) der
hij hen in gebruik ziinde percelen, te gedragen naar den aanslag van het vorige dienst
jaar, zonder dat zulks evenwel zal kunnen verhinderen het gelasten eener herziening
volgens Art. 52.
Ingeval iemand wegens meer dan één perceel in dezelfde gemeente dc belasting ver
schuldigd is, zal hij wesens ieder dier percelen de opgaven betrekkelijk de huurwaarde,
deuren en vensters, haardsteden en mobilair afzonderlijk doen.
Bijaldien in een perceel begrepen zijn een woonhuis of woning, een zoodanig pakhuis,
solder of kelder als by Art, 6, 2, en bij Art. 28, §.3, dezer Wet is bedueid,
W. 58.
COURANT.
>5 M E L
behoort de huurwaarde Van het Woonhuis of de wónlng én die van het pakhuisd'ert
zolder of kelder afzonderlijk te worden opgegeven.
Zij, welke, bij het bezorgen der biljetten, of ook bij het terughalen van dezelve
mogten zijn overgeslagen, zullen zich 111 geen geval, mogen beroepen óp zoodanig
verzuim maar integendeel gehouden zijn om de vereischte en behoorlijk ingevulde verkla
ringen tn te dienen ten kantore des ontvangers, alwaar de biljetten ter invulling steeds
verkrijgbaar zullen Zijn.
Een ieder is gehóuden de te dóene aangiften met zyne handtéekening te bekrachtigen.
Ingeval iemand betuigt niet te kunnen schrijvenzal de ontvanger of zijn gemagtigde,
des gevraagd de invulling in dtszéifs naam 'zonder daarvoor eenige betaling te kunnen
eischenvèirigienmet vermelding der redenen waarom; en za) de aangifte door dei»
Ontvanger of deszelfs gemagtigde, in tegenwoordigheid van een derden persoon en met ea
benevens dezeworden geteekend na voorafgaande voorlezing.
De belastingschuldigen zullen de door hen in betrekking tot dé belasting óp het perso
neel te doene aangiftenin het algemeenbehooren in te leveren in die gemeentenalwaar
de belasting is verschuldigd.
Denzulken, echter, wier bélastiilgs-voorWerpen naar de vier eerste grondslagen, alle ot
gedeeltelijk gelegen zijn of zich bevinden 111 eene andere gémeente dan die, waarin zij hua
verblijf hebben, zal hét vrijstaan de aangifte voor alle dezelve, mits alsdan voor elkö
gemeente afzonderlijk, ïer plaatse hunner woning of van hun verblijf te bewerkstelligen.
Zoo wanneer paarden der vierde klasse door een zelfden belastingschuldige in verschil
lende gemeenten worde» gehouden, zal hy in elk van deze, het aldaar gehouden wordend
aantal behooren aan te geven.
Eindelijk worden de Ingezetenen verwittigd, dat tot tegenschatters voor meergenoemde
belasting zijn benoemd de navolgende personenals s
PAULUS FRANCHIMON fANSZOON*
WILLEM LEONARD ULJEEen
JAN WILLEM SCHAAP.
Wordende een iegelijk mits deze aangemaand -9 zich ten stipste naar de bovenstaande
bepalingen te gedragen, ten einde, zoo veel hem betreft, de orde en naauwkeurigheid in
de beschrijving van voormelde belasting te bevorderen en zich voor schade te wachten.
En opdat niemand hieromtrent onwetenheid Zoude kunnen voorwenden, zal deze wor
den afgekondigd en aangeplakt, alomme waar zulks te doen gebruikelijk is; terwyl een
exemplaar dezer zal worden medegedeeld aan den Ontvanger der Directe Belastingea tot
deszelfs informatie.
Aldus gedaan en gepubliceerdbij H. H. Burgemeester en Wethouders der
Stad Ley den, op den 4. Mei 1843.
van HOORN, fVeth. L. B
Ter ordonnantie van dezelve,
v. P U T T K A MM E R.
ÉURGEMÉËSTER en WETHOUDERS der STAD LEYDEN;
Gehad hebbende de verzoeken tot bekotning der vereischte vergunning:
1®. Van CoRNELis de Keyzrr, wonende alhier op de Haarlemmerstraat, Wyk 6>
N°. 295tot plaatsing eener KoJJïjbraitdertj en een Tabakseestin deszelfs gemeld woon
huis. En
2°. Van Leendert Oostveen mede alhier woonachtigtot plaatsing eener Oven
in deszelfs huizinge, staande en gelegen in de Kóornbrugsteeg Wijk 4 N°. 42*
Gelet op Zijner Majesteit besluit van den gisten January 1824, rakende vergunningen
tér oprigting van sommige Fabrijken en Trafijken.
Brengen bij deze ter kennis van alle daarbij belanghebbenden, dat tot het hooren der
Eigenaars en Bewoners van de naastbij gelegene en belendende Pandenten opzigte der
ïnformatiën de Commodo et Incommododoor de Commissie van Fabricage zal worden
gevaceerd op bet Raadhuis dezer Stad, op Dingsdag den lóden Mei aanstaanden,
des middagsten twaalf ure, zullende de belanghebbenden verpligt zijnhunne bezwaren
tegen opgemeld verzoek op dien tijd by genoemde Commissie in te brengenterwyl
bij verzuim daarvan zij gehouden zullen worden tegen de inwilliging van hetzelve ziet}
niet te hebben verzet.
Leydenden 11. Mei 1843.
Burgemeester en Wethouders\voormetnd
van HOORN, Weth, L. B.
Ter ordonnantie van dezelve
v. PUTTKAMMER.
NEDERLANDEN.
let den, 14 Mei.
Wij vernemen dat ome stadgenootJonkheer F. P. von SieBold, dirt
gerend Officier van Gezand/leid oij het Oostindisch leger, door Zijne Majeiteic
den Koning van Frankrgk is benoemd geworden tot Ridder der Orde van
het Legioen van Eer.
Gisteren morgen is alhier binnengemarcheerd, om garnizoen te hon
den, het 3de regiment infanterie, ter vervanging van het 8ste regiment,
hetwelke heden morgen vertrokken is, om te Breda garnizoen te houden.)
Zijne Exc, de Minister van 3tnnen!andsche Zaken heeft ter kennis
georagt van degenen, die mogten verlangen tot den, op I September 1843
aan te vangen volgenden cursus der Kontnglijke Akademie ter opleiding vat»
burgeritjke ingenieurs, zoo voor *s lands dienst als voorde nijverheid, en
van Itweekelingen voor den handel, te worden toegelaten, dat de Commis
sie, belast met het onderzoek der Candidaten, bare zittingen zal houden
in het Akademie-gebouw te Delft, in den loop der volgende maand junij.
op de dagen en nren, welke zullen wOTden bekend gemaakt aan al de per.
sonen, die zich tot bekoming van berigt dienaangaande vóór den 25Sten
der tegenwoordige maand Mei schriftelijk aan den Directeur der voormelde
Akademie zullen hebben aangemeld.
De Minister van Financiën, in aanmerking genomen hebbende, dac
van tijd tot tijd ongezegelde requaesten aan zijn departement worden Inge
diend, heeft de belanghebbenden aan de voorschriften der bestaande wetten
op het zegel herinnert!, volgens welke, met uitzondering der requaesten van
onvermogendeomits van dat onvermogen door eene verklaring van hec
bestuur hunner woonplaats blijke, en die verklaring aan het reqnaesc worde
gehecht, alle verzoekschriften, memorien, zelfs in den vorm van brieven,
ingediend bij den Koning, de departementen van algemeen bestuur en verdere
openbare autoriteiten, besturen en instellingen, op zegel moeten worden
geschreven, waarvan echter zijn vrijgesteld de reciamatien tegen den aanslag
in de personele belasting, volgens are. 45, I der wet van den 29 Maarc
1833 in te dienen, zoo mede de verzoeken tot het bekomen van acten voor
de jagt en visscherij en tot registratie van eigen jagten aan de houtvesters,
in te leveren ingevolge de wet van den 11 Julij 1814, N°. 29; zullende
degenen, welke desniettemin hunne requaesten op ongezegeld papier indie
nen, bet aan zichzelven te wijten hebben wanneer daarop geen regard worde
geslagen, of die requaesten aan hen en te hunnen koste worden teruggezonden.
Een bij de Kamer ingediend gewijzigd ontwerp van wet, betreffende
de boeaelscheidingen, bevat, onder anderen, de navolgende bepalingen:
Indien een of meer der belanghebbenden weigeren of nalatig blijven tot
de boedelscheiding mede te werken, nadat die bij regterlijk vonnis bevolen
ls geworden, benoemt de Arrondissements-Regtbankindien deze benoeming
niet reed3 bg het vonnis heeft plaats gehad, op hec verzoekschrift der meest
gereede belanghebbenden» voor de weigerachtlgeo of nalacigen, of, voo?
zoo verre zij fégeustiijdire belangen hebben, voor ieder hunner, een onïijs