A0. 1843. tBYDSCHÏ MAANDAG, M C O ÏJ R A N T* 8 M E t K E N NT I- S G V N G. ■A" S C H V T T E R. IJ. $ÜRGEMP/ESTER en WETHOUDERS der STAD LEYDEN, gezien hebbende ■foe Wet van den ndeh April '\Z±fbrengen bij deze tér kennis van de belanghebben den dat, ter voldoening -aandezelvet weder een aanvang zal worden gemaakt met de inschrijving voorde Schutïérlyke ÜiebSt f van de geilen, welke da«nóe dit jaa'r in de \trpHgting vallen. Dat deze inschrijving zal moeten ge'schieden ih tien afzónderlijke 'registers, mét dien Verstande, dat de personen, geboren in 1809 tót T817 ingesloten-, welke zich hier ter Stede, sedert de vorige rnscbryving, uit andere plaatsen inet er woóii hebben neder gezet, waaronder 'èok zijn -begrepen 'de miliniréh, dfe^sederc de laatste irischryvin® •derzelver paspoort verkregen én zicli alhier hebben gevestigd, alsmede de zich in dit en binnen deze Stad sints dè laatste inschrijving gevestigd hebbende Vreemdelingen (waardoor Verstaan worden zydie hun vónrnétöenóm zich ih dit Rijk neder te zet ten, hebben kan den dag gelegd, hetzy dóór eène uitdrukhfelke veri laring, hetzij dóór het'werkelijk overbrengen fan den zetel van fuift be'stahn-, naar herwaarts, zoiidër. dat de tijdelijke uitoefening van een bedryf of handwerk in eenige Ondergeschikte betrek king, als kooda.iig voornemen wordt aangemerktzullen wórden ïngéSchéevën achter de "registers, wa'örtoe zy vólgens hunnen ouderdom behooTeii'; terwijl de geborenen In het jaer 1818, zuHen worcteti geplaatst in eeti niéuw register, re weten: liet eerste van den jare 1843; ei» het tiende of dat der geborenen in 1808 van het vórige jaar, zal komen te vervallen Dat van de inschrijving, niemand dér bovengenoemde personen is üitgezóndefdal Vermeende hij tot de vfygesielcien of uitgesloten en 'te behoort-neh dus óok niet dié personen, Wélke reeds hun ontslag uft de Schutterlfjke dierrèt hebben bekomen. Dat de registers van inschrijving zulleri worden geopend op Dingsdag den 9den Mei en op Donderdag den istén Juny daaraanvolgende finaal zuHen worden gesloten. Dat derhal ven de persenen, welke zich vóór gemelde sluiting op den isteii funy; jlet hebben doen Inschrijven, (en dus ook ieder persoon van eiders zijnde ltomén wo nen, of de in dit jdar zich alhier gevestigd hebbénde vreemdelingen, alsmede Militairen; "welke tor de laatste ligtirig behoort hebbendederzelver finaal ontslag hebben bekotnen tn niet weder in dielist getredenbij' oiitctókfcingi als nóg achter de teéfcenirt®; tot •sluiting, door het höófd van de regering aan het einde van het register tè plaatsen zullen worden ingeschreven, met de bijvoeging van het woord: ambtshalveèn dezelve vólgens art. 9, door den Schuttersraad zullen worden verwezen tot eene geldboete, en •daarenboven dadelijk, zonder loting, bij de Schutterij ingelijfd, indien het zal blijken 'dat er-, ïijdérts de verzuimde inschrijving, geene rédenen tot vrijstelling óf uitsluiting ten IniiTTien aamtffcn bestonden; tyhrwijl in zoodanig geval het huwelijk hun ook geenè aanspraak ;geeft in ïf de tweede klasse gebragt te worden; alles onverminderd zoodanige •strafbepalingen als, iJft k-rachte der VVtefc van den 3iSten Decemoer 1832, op hun raog- "ten kunnèn Worden toegepast. Dat een iëdèr wordt vermaand, om vóór zóóveel hij van geen bewijs zijner doop öf 'geboorte voorzien is, vóór dre-, welke alhier geboren zya, hetzelve te kómen afhalen ter Secreiarie dezer Stad, van héden af aan's triorgens van 10 tot 'snamiddags 1 uur; 'terwijl diegenep welke elders gebóren zijn, zich hetzelve onverwijld vóór de inschrij ving zullen moeten aanschaffen zullende een ieder 'verantwoordelijk Zijn voor de gevol gen, wanttefcr hijbij gethis Zijner dóop- of geboort'e acte, dóór eene verkeerde ópgavé ven hèt geboorte jaar, abusivelyk wierë ingeschreven. Dat de belanghebbenden bij deze nog worden herinnerd, dat.zy bij de inschryving tevens zullen mfoeten opgeven hunne woonplaatsbenevénp het Wjjk en Nommer hunner ïiuizen, éeraelver beroep en dat van hunne Ouderszoo die ;nog in leven zyn, alsmede den tijd van derzelver inWoning alhier en éindelijk of zij irigesclireverten gehuwd óf 'ckgchuwd zijnén in hét eerste géval óf zij kinderen hebbenzoo jahóe veel van elK geslacht; wordende de gehuwden kangemaandoin zich van een éxiïkct uit het hu- wel (jks-regiscer te voorzien, oi\i daarop door den Heer der Gebuurte j waarin zij wonen het getal hwnner kinderen te doen certificerenten einde daarvan bij de inschrijving te doen blijkën, zullende almede rót dè afgifte dier huwelijks-extracten Worden gevaceenl Ter Stads Sécretarle, v'ah hedcfi af, des voorrniddags van 10 tot 'snamiddigi ten 1 pur. Dat eindelijk studentengcBmpfoifecrdch in huizen van nègótiebedienden en Werklieden, moeten ingeschreven worden in de Geióeenteïi, waar zij hnnfie studiën of werkzaamheden uitoefenenof dienstbaar zijnzoo als zulks pok het geval is van klerken van advokateh én notarissendat ambtenaren en geëmployeerden (at worreh zy elders) zich inoeten laten Inschrijven in de plaats, alwaar zy hunne ambtsbetrekkingen uitoefenen; dat zij, wélke buiten *s lands werkzaam zyn, of zich aldaar Óp de stridïen róelèggen, in dé Gemeente hunner vorige wöonplaats, en laatstelijk schipperster plaatse Waar kij het laatst gewoond hebben, of de belasting voor hun vaartuig betalen, ingeschreven moéten worden. Dat ten 'einde deze inschryving geregeld afloope, een iegelijk in dé termen van dezelve vallende, bij deze wordt opgeroepen* era zich te vervoegen in een der vertrekken van het Raadhuis, en wele Op "Dingsdag den 9. Mei 1843; 's Voortniddags van 10 tot 1 uur, De bewoners van Wyk I,.ÏI en IJl. Op Woensdag den 10. Mei 1843 *s Voormiddags van 10 toe i uur, De bewoners van Wijk IV, V en VÏs Op Donderdag den iï. Md 1843, ,*3 Voorraidtlags van ïo tot 1 üur; De bewoners van Wijk Vil én Villi inët ui'tnoodigingófri op den bepaalden dag zich stiptelijkter aangeduider plaatse aan te hielden, ten einde men zich niet te wyfen hébbe de gevolgen; welke uit liet achterblijven zouden ontstaan; zullende wijders het tijdstip, dat de registers ter bezigtiging zulleó leggen, en de dagen der loting, welke volgens de Wet, vóór den i. Julij aanstaande, geheel zal moeten zy'11 afgeloope'nnader worden bekend gemaakt. En Verder gelet hebbende op art. 7 van Zijner hïajesteits besluit, van den 7 September 1828, Staatsblad N°. 55) roepen bij deze op alle personen, welke als gehuwd of als ÏVeduwenaars met kind of kinderen, in het afgelóopen jaarin de termen zijn geweest, om uit dien hoofde in de tweede klasse van de algeme'ene rol der Schutrery te worden ge bragt, doch sedert dien tyd door het overlijden van derzelver vrouwen öf kinderen, dé bevoegdheid hebb'eh vetloreti, om in dié klasse té verolijven, en dus als nu in de eerste klasse der voor dit jaar daar te Stellen algemeène Schutters-rol geplaatst moeren worden om van dusdanige verandering van omstandigheden schriftelijk kennis aan Hun Ed. Achtb, te geven, of zich daartoe ter Stads Secretarie aan te melden, des morgens tusschen 10 en X ure, vóór de aan te vangen inschryving, en dus uiterlijk tot den 8 Mei aanstaande; Zullende, Wanneer deze Kennisgeving door den belanghebbenden mogt zijn verzuimd, en hy dus, dien ten gevolge niet bij de Schutterij zoü zijn ingelijfd, dóór Burgemeester eii Wethouders procesverbaal tegen hem móeten worden opgemaakt en aan de Regtbank toe gezonden, ten einde op de nalatig.en toe te passen de strafbepaling van art. i der Wet, vanden 6 Maart 1818, Staatsblad N°. 12) houdende eene geldboete van ten hoogste ƒ50; én eene gevangenis uiterlyk van drie dagenhétzy afzonderlijk, of wei beide de straffen te zamén genomen. En opdat iemand hiérvan önweieriheid zoüde kiinneti voorwenden, zal deze worden ge drukt, afgekondigd en aangeplakt, ter plaatse waar zulks gebruikelijk is. Aldus gedaan en geppbliceerd bij H. H, Burgemeester en Wethouders der Stad Leydenop den 24 April 1843- DUR.IEÜ. Ter ordoniiantie van dezele, V. PUTTKAMMÈR. N T t r 1 C A I htschrijving vóór het REGT op ie PATENTENvóór den iare BURGEMEESTER en WETHOUDERS der STAD LEYDENbrengen b(j deze naar aanleiding van een ontvangen besluit van Z. E. den. Heer Staatsraad-Gouverneur van fcuid-Holland, van den 8. April jl, N°. 3e. Afd. Provinciaalblad N*. 44), be trekkelijk de heffing van het patentregt over 1843 (dat is, van den 1. Mei 1843, tot deh 30. April 1844), ter kenniSse van alle de Patentpligtigen binnen deze Stad: Dat, met uitzondering der bedreven, bedoeld bij de tabel N°. 16 der Wet, van den 6. April 1823, N°. 14, houdende wyzingen en uitbreidingen van de Ordoinianrie op liet regt van patentvan den ai. Mei 1819 CStaatsblad N°. 34), de tijd der uitgifte Van de door de patentpligtigen ih te vullen verklaringen van aangifte, voor den jare 1843 wordt vastgesteld op den 8. Mei van dar jaar, en dat de wederinzameliug derzelve, tegen rèfu door "den Ontvanger 'of atszelfs'daartoe genualificeerden géteekend, op deh achtsten dag na de uitgifte zal geschieden. Dat de Registers der Patentpligtigenop den 8. funij daaraanvolgende zullen gesloten worden, en ér ha dien tijd volstrekt geené verklaringen meer kunnen, of zullen worden aangenomen. Wordende ieder Patentpligtige bij deze herinnerd aan art. 18 der Wet op het regt van Patent, van den 21. Mei 1&Ï9, inhoudende': dat zij, "die bij het aanbieden of bezorgeiï M der verklaringen van aangifte, of ook bij liet terughalen derzelve, mogten zijn voorbij- „gegaan, zich niet mógen beroepen .op ée 'of ander begaan verziiiitimaar integendeel „gehóuden Zyn óm zorg te <iras'én dat de bij de VYet gevorderde aangiftenverklaringen „en aanvrèeenwelke ter invulling aan het kantoor van den Ontvanger dér directe be. lastTngen (óp het Vrouwe Kröosiér binnen deze Stad), Verkrijgbaar zijn, door hen m persoon of, door hunnen gemagtigdénbehoorlijk ingevuld, op den daarbij bepaalden tyd, ter zeiver plaatse moeten Wórden iiigediënd.'* Alsmede aan art. 37 der voorgeSchrevenc Wet, houdende: de aan het regt van Patent „onderhevige personen, welke, na den afloop van den tijd, tot het doen der aangifte „bepaald, bevonden zullen worden zich niet, ot door valscheonnaauwkeurige of onvol- „ledige 'opgave, niet behoorlijk yan htfnne verpligtingen ten aanzien dier aangiften te „hebben gekweten, zullen telken reize, wanneer hun verzuim of overtreding wordt otii- „deVt vervallen in eene boete van niet minder dan 25, en niet meer dan 400 guldens b?t, met betrek l>ihg tot do. schipoersschuitenvoerders enz., in de tabel N°. 16 der Wet. van den 6. April 1823, N°, 14, voorkomende, de eigenaren van schepen, schippersschuitenvoerders en alle zoodanjgertdie de administratie hebben over eenige binnenschepen, Schuiten en andere vaartuigen, gehouden zuilen zy'11. 0111 zicli van be hoorlijk patent te voorzien. Dat, tot de door hen daartoe te doene Schriftelijke aangif ten, zal worden gevaceerd rer Secretarie alhier, van den 4, Mei aanstaande tot en met den 15. dierzelfde maand-, *s voormidetags van 10 tot 12 ure, de Zondagen uitgezonderd, voor zoo verre dat beroep niet in den loop des iaars wordt aangevangen wordende de zelve tevéns uitgënoódigd óm d'e meetbrieven hunner vaartuigen mede te brengenen alle die inlichtingen te geven, die van hun betrekkelijk de vaartuigen, zullen worden gevorderdterwijl ér na den 15. Mei voormeld, geene verklaringen meer kunnen of zulTeYi worden aangenomen, en dé gebrekigen by ontdekking, zullen incurreren de boete', bepaald by het 37. artikel der Wet, van den 21. Mei 1819, hiervoren omschre- Verr.. Dat échter gétnelde termijn, voor de alhier niet gedomiciliëerde schippersver lengd wordt tot den 24.» derzelve maand, ten tinde zij volgens 13 der Wet, van dert '6 April 1823, geb'rüik kunnen maken, om in derzelver vaste woonplaats bij termijnert. te betalen, en dat zy dus gedurende de gehe'ele maand, volstaan kunnen met de vercoo- ning, hetzij van hun Vorig patent, hetzij van het bewijs van gedane aangifte. Dat verder alle patentpligtigen, bij tabel N°. 7 der Wet, van den ió. Junij 1832 be doeld zijnde inlandsch'e en vreemde kramers, welke niet kramenstallen, tafels enz., hunne waren in herbergen, buizen, kamers of óp publéke markten en kermissen uit stallen, mitsgaders de debitanten in loterij briefjes, en'alle handeldrijvende en als Koop lieden te belasten Personen, welke hunne waren ter verkoop, hetzij in 't klein, hetzij in *tgroot, tè water of te lande met zich voeren, alsmede de ondernemers fan openbare vermakëfijkhéden., iiï tabel N°. 15 genoemd, voor zoo yerre alle die patentpligtigen in de aigemeene, beschrijvingvoor 1843 zullen moeien worden begrepen, gehoiiaén zullen zijn zich gedurende de geheele maard Mei'ter bekóming van hun pat'ent, aan te melden ter Secretarie dezer .Stad*s voormiddags van 10 rot 12 ure, de Vrydag; Zaturdag en Zondag uitgezonderd; zullende er Oa dien tijd gefen'e aanvragen meer worden aangeno men, behalve van de zoodanigendie hun beroep of bedrijf na dien tijd aanvangen en al zoo in. de v bijzondere beschrijvingen worden begrepen, Welke gehouden ztfn, zich da delijk bij dien aanvang van patent te voorzien. Waarschuwende Burgemeester en Wethouders voobióèmd de b'elaneheSbéndéri en Wel bijzond'er tfc stffiippeTs of schuitenvoerderskramers en debitanten Van lotertjbrie/fesals mede de ondernemers Van spelen eh vermakelijkheden'zorg te dragen, dat zij hun beroep 'niet uitoefenen, tenzij vootzien van bun.patent, én.dat hetzelve niet zal worden afgege ven dan nadathetzij voó'r hét geheel of Voor dè verschenen termijnennaarmate de patentpligtigen daartoe volgens de^ Wét gehóuden zijn, gebleken zij, dat de belasting is betaald, tén einde hétzelve, b§ den eersten éiscfi daartoe gedaan wordéndè, terstond te ktinnén Veft'oOnen. En opdat niémand hieromtreót onwetendheid 'voórwendezal deze worden afgekondigd én aangeplakt arofiimé, waar zulks te doch gebruikelijk iSterwijl een exemplaar zal Woéden medegedeeld aan den Ontvanger dér Directe Belastingen, totdeszeifs informatie. Aldus gedaan en gepubliceerdby H. H, Burgemeester eh Wethouders 'der Stad Deyctcn'óp deir 2Ó. April 1843; DU RIEU. Ter ófdónnantie vari dezelve v; jPÜtTKAMMER. N O T I F C a T t e; beschrijving vóór het REGT óp het PERSONEEL, voor den jare 1843, {Van 1 Mei 1843 tot 30 April 1844), 'BURGEMEESTER en WETHOUDERS der STAD LEYDEN; brengen by dezen, naar aanleiding yan een ontvangen Besluit van Z. E. den Heer Staatsraad Gouverneur van Zuid-Holland; Van den 27, April jl, N". JJI» 3e« Afdeeli'ng Provinciaalblad N°. 33), ter kennïsse van den. Ingezetenen dezer Stad; DatIngéyolge Art. 30, x der Wtt op het Personeelvan dén 29. Maart 1823 £$taütibiad N°, in verband met d'e wijziging van sommige bepalingen derzelve, vast gesteld bij de nadere Wet van 'den 29. December 1835 CStaatsblad N°. 43) de Ontvan ger der Directe Belastingen dezer Stad, onder toezigt van den Con.troleur dier belastin gen, aan de woningen van alle Ingezetenen, op den 7. Mei, aanstaande en volgende dagen, door geniagtigdenzal doen bezorgen, een beschrijvingbiljetbevattende eene beknopte opgave van 3e voornaamste bëpalin^en der Wet en de door dezelve aan de belasting schuldigen opgeleg'de verplïgttngengeschikt tot aangifte, bij wijze van antwoord op de vragen, daarbij voorgesteld, én wel bijzonderlijk van het bedrag der huurwaarde, het aëntal deuren, vensters en haardstedenmitsgade.rs vari het verlangen, om de waarde van, hun mobilair bepaald te zien -op den voet des tariefs, bij Art. 28 3, vastgesteld, of wel tot het vragen van schattirig en telling dier voorwerpenop den voet als bij 2 eri 3 van. Art. 28 is bepaöld van het aantal en dè klasse der in dienst of in gebruik gehon- dene dienst- en we'rkboben en paardenalles voor zoo verrewegens iedër dier voorwer pende belasting op x Mei dezes jaars waé verschuldigdmet aanvVijzing van alle zooda nige verdere bijzonderheden, als waarvan de kennis, volgens de bepalingen dezer Wet; tvordt vereischc. tot regeling der verschuldigde belasting. Dat volgens 3, 4, 5 6 en 7,^eeh iegelijk aan Wiens woning een biljet als voren is bezorgd, g'ehoudèn zal zijn de daarbij voorgestelde vragen behoorlijk, stellig én zonder eenige voorbehoudirig té beantwoordeu zullende het nogtans aan de belastingschuldige^ vrijstaanzichmet betrekking tot de aangifte der belastlngs-voorwetpen naar de drie eerste grondslagen (namentlijk HuurwaardenDeuren en Vensters en Haardsteden) der by hen in gebruik zijnde perceleh, te gedragen naar den aanslag van het vorige dienst jaar, zondet dat zulks evenwél zal kunnért Verhinderen het gelasten "eener herziening» volgens Art. 52. Ingeval iemand wegens méér dan één perceel in dezelfde gemeente de belasting ver schuldigd is, zal hy wegens ieder dier percelen de opgaven betrekkelijk de huurwaarde; deuren en vensters, haardsteden eri. mobilair afzonderlijk doen, Bijafdien in eeri perceel begrepen zijn efen woonhuis of woning, een zoodanig pakhuis; zolder of kelder als by Art. 6, 2, en bij Art. 28, §.3, dezei* Wét is bedoeld, behoort de huurwaarde Vari het woonhuis of de woning en die van het pakhuis, ded zolder of kelder afzonderlijk te worden opgegeven. Zij, welke, hij het yeèorgeri der biljetten, of ook by het terughalen van dezelve, mogten 2ijn overgeslagenzullen zicHin geen gevalmogen beroepen, op zoodanig verzuimmaar integendeel gehouden zijn om de vereischte en behoollijk ingevulde verkla ringen in te dienen ten kan.fOTe des ontvangers, alwaar de biljetten ter invulling steeds VerkrygUaal" züllen zijn. Een ieder is gehouden de.tè dóehe aangiften met zyne bandteekening te bekrachtigen. Ingeval iemand betuigt niet te kunnen schrijven, zal de ontvanger of zijn gemagtigde; des gevraagd de invulling, in deszèlfs naam zonder daarvoor eenige betaling te kunnen eischenveirigten, niet vermelding der redenen waarom; en zal de aangifte door dcit Ontvanger of deszelfs gemagtigde, in tegenwoordigheid van een defden persoon en inet ei beucVens dezeworden geteekend na voorafgaande voorlezing.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1843 | | pagina 1