A'. LEYDSCHË C O I J R A T MAAND AGi «wt io F F. B t! L' A R Ij. NOTIFICATIE. Ópróeping dér Vcrló'gangers voor de Nationale Militie BÜRCEMBBSTliR hn WBtrtOÜMERS drrSTA.D LtVuEN, roepen bij 'eze op, inge volge ecne aanschryvjng van Z. F, den liter Staatsraad Gouverneur van Zuid'Holland9 de verlofgangers van de Nationaje Milyie welke van hunne corpsen zijn terug gekotndi, om te compareren 'bp 'de Plaa'ts van liet Gasthuis'dith de Aalmarktlên eindeingevolge 'art. 181 dér wét op de Nationale Militie; van den 8. January 1817, in v/rband geiwagc ■met art. 10 Vl'er wet, van den/28. November 1818, door den lieer Colonel Militie-Goth* missaris te worden geinspetteerd voorzien van de kleeding- en kleine equipeaiént stuk ken, welke zij Van lniu 'corpsbehouden .hebben alsmede van hunne livrets en verlóf* •passen, en zulks óp Óon'derdag 'déh 23. February da'nstdaridc t 's mo'rgéhs ten elf ure. En geven Burgemeester en \Vethouders voornoemd Wijders bij dezen kennis, dat, by 'aldien zich thans in de/je Stad ook verlofgangers mugten bevinden, tot andere Gemeenten óf Districten bêhoorende; deze almede gehóuden zijn om tér voorschreven piantse eii tijd te compareren; Met Vferiiftitiing aa'ii'alle verlofgangers van de Nationale Militie, om naauwkeurig, aan dez.e oproeping te voldoen terwyl aan 'diegenenwelke zonder wettigeen door Burgemeester en Wethouders aangenoniene redenen'van de inspectie 'mogten "Weg blijvendoor den Meer 'Militie Commissaris een arrest vati twee tot zes da gen, -in de'naastbij gelegene militaire provoost zal wórden opgelegd. Zullende de attes ten-wegens ziekte, door Geneesheere'n of HtelnVeestersaan verlofgangers afgegeven, uit hoofde van welke zij belet m.ogren worden de inspectie bij te wonenter Secretarie moeten worden ingeleverd, uiterlijk op ÏFoénsdag den 22. 'February bevorens. Voor l'én '•uur 'des mfddagsterwijl andere wettige redenen van verschooning door de verlof gangers tnede op dien 'dag *s nrorgens ten n ureain H. H. Bu'rgemetsrer en Wethouders zullen mbetén worden voorgedragen, ten einde oVer dezelve te künhen oordeelen. Zullende er door dcti Héér Colonel Militie Commissaris aan niemand vrijstelling worden Verleend. Aldus ge'daan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leydeo-.'Ób'deh ;i3den Tebruarij 1843. DU R1EU, Ter ordonnantie van dezelve v. PUTTKAMMER. BURGEMEESTER, en WETHOUDERS der STAD LEVDÈN; 'Gehad nebbende "het ver'zoëk van de Weduwe N. de Man, wownde alhier, strek* kende ter bekomtng van de vérefschte vergunning om in de huizinge, staande en gelegen binnen deze Stad, aan het'Utrechtsche VeerWij it 3 N°. 14. een Vuring of Tabakseest te mogen doen plaatsen. Gelet op Zijner Majesteit, besluit van den ijfsten January 1824, rakende vergunningen ter oprigiing van sommige Fabrijk'en en Trafijken. Bfetigeh bij deze tér 'kennis van alle daarbij belanghebbenden, dat tot het hóóreta der 'Eigenaars en Bewoners van de naastbij gelegene en belenden Ie Pandenten opzigte der 'information de Commodo et Incommododoor de Commissie van Fabricage zal worden gevaceerd op het Raadhuis dezer Staid, op ÖingsÜag den 2isten February aanstaanden, des rfifddags ten ctoaalfüre, zullende de belahghëbbenden verpligt zijn-, hunne bezwaren tegen opgemel'd verzoek cp dien tijd bij genoemde "Commissie in te brengenterwijl 'by verzuim daarvan'zij gehouden zullen worden tegen de inwilliging van hetzelve zich 'niet te hebben verzet. Leydent den 16. February 1843* "Burgemeester en Wethouders ïoornoemd DU' R1EU Ter ordonnantie v?m dezelve, v. PUTTKAMMER. NEDERLANDEN. LtTDEN, 19 Februarij, Heden il alhier de sitfste vetjaardag van Z. K. 'H den Prina van Oranje 'op de gebruikelijke wijte gevierd geworden De op Donderdag avond II, den idden deier gehonden groote bijeen 'komst van de Zangvet eeniging der MaaUchappij voor Toonkunst te Leyden, heeft In alle opzfgten aan de verwachiing beantwoord, welke men door vroegere ondervinding geregtigd was daarvan te voeden en beeft aan de [alrijke en aanzienlijke schaar van toehoordeneen avond van waar en verheven genot verichafr-, hetwelk zeker nier een der minste voordeelen is, welke wij aan het blöeijen dier voor onze Stad zoo belangrijke Inrigring verschuldigd zijtj. 7 Door een koor van ruim 80 Zangels en Zangeressen, werden, onder leiding van den verdienstelijken en ijverigen Directeur van de Muzijkschoól en Zangvereeniging der Maatschappij, den Heer A. Lz Lièvre, en mei bege leiding van een dubbel bezet quartetde navolgende zangs ukken uitgeroeid De 115de Psalm {Non noils Dmine) van Mendelssohn Barthoidt; oe 103de Psalm van Fe»ca, en Schiller's Lied von der Giockevan A. Rom ■berg. Over de uitmuntende uilvoering zoowel van de koren, all van de solo's behoeven Wij geene get-uigens sf te leggen, dair zoo velen die met bewondering hebben sangeboordmaar wij mogen de verzekering geven, dac de ledtn der Maatschappij met erkentelijkheid en wezenlijke volaoening ook op di feeit kullen terugzien Aangenaam ia het ons te vermelden, dat niet. tegenaiaande de minder gunitige omstandigheden waarin, ten gevolge van een onlangs door de S ede lijk e Regering genomen maatregel, de Maatschappij zich, altham tijdelijk bevindt, en niettegenstaande dezelve thans niet als vroeger, de Zingvereeniging met eenen geldelijken onderstand in de noódza. beltjfa.ee uitgaven kan te gemoet komen er evénwel Oitzigt bestaat, dat dè Leden der Zangvereeniging in die voorjaar nog eene tweede grooce bijeen komst zullen houden, tot het Uitvoeren vtn twee groote zsngstukken, mee welke beoetening zijn éerlsng een begib zullen maken. Uit Gravenhtgé meldt men vtn den iBden dezer r Men verneemt, dat het Zijne Majesteit goedgunstig behaagd heeft, den Nederlsndschen componist, den heer A. Beslin, vergunning te verleenen Om op Woensdagden sasten dezer, iu de fraaqe Gotbische zaal van 's Ko. uings paleis, eene aoirée musicale te geven. De heer Berlin zal door de ïrtistet en het orkest van den Koninglijken Franschen schouwburg dézer Residentietot het hoiiden vin die sottée, worden ohdersteund, De heeren Bischofheim en ReJenhuis zijn lis Belgischen 'Consul efi én Vice Consul te Amsterdam en Harlingen erkend Het gisteren nopen» Zijne Maj. Koning Willtm Fredersi, Graaf vao Nassau, uitgegeven bulletin luidt als volgt; „De voornacht wat onrustig; In den nanacht heeft Zijne Maj. bU tus.chen pooling geslapen de ziekte-verschijnselen blijven dezelfde. (Get.) Beciers, Everard, Nature." Het heden uitgegéven bulletin luidt; „Zijne Maj heeft eenen goeden nacht gehad én bevindt Zich in éènen keet kalmen toestand, (Get.) Beckers, Everard, Natore. Van den 191Un deur. Het bolletln van lieden, nopens Zijne Maj, Koning Willem Frederik, Graaf van Nassau, ia van den volgende inhoud: „De toestand van Zijne Maj. Is heden ochtend vrij gunstig. CGet.) Beckers, Everard, Natore.' Zjjne Exc. dé Minister van Financiën heeft ter kennis van net alge rreen gehragr, dat, even gelijk er reeds sedert eenigen tijd, 'nu éh dsA brieven uit de'Ocn-IiiOi-che/oo Nederlandsche ais Engelsche koloniën h er te lande over Marseille en Alexandrte, In JE ypte, werden ontvangen; ook than,-, volgens een ontvangen ber'et van oe Fiat sche post-admtntsrratte, Se gelegenhéid Vesiaar, om langs denzelfden weg brieven uit de Neuerlan oen naar de 'Oost ïnd-ëti te verzenden. De belanghebbendendie van deze gelegenheid mogtén willen gebruik maken, zon vérp'igt, Oté wrze vab ver zending op de itdresaen hunner brieveh aait te duiden, en vooits dezelve op de pos.kantoren hier re lande te doen trankeren tot AieXmdrie, op denzeif dén voet en tot denzelfdeb pr(s, als teb aanzien 'der verdere briefwisseling door micfoel der F ansthe s oum-paketbooten in de Mindellandrcne zee bepaald is: dienende verder fot hiin n'arigc, dar het - eitrek der paketboot met de Indische brievenmaal tttsséhen den /ien en 8sten van elke masnd uit de haven van Marseille plaaii indr. - De memorie van toelrchung, betrekkelijk het bij de Tweede Kamer ingediende ontwerp van ee tarief van juftitie-Rosien en salarissen in burgers lijke isiten, behelst de volgende al^emeene aanmerkingen: Ter al^emeene toelichting der wet ontwerpen, bevattende de onderschei dene rife is van fiet tarief van justitie koisten en salarissen in burgerlijke 5>3keó 'meent men te moeten opmerken dat, hoezeer, zoo wel de aard aer zaav, ais het deel waarom het tarief voorloopig bij 'een reglement van algemeeft bestuur is ingevoerd, medebragten, dat hetzelve bij de 2amensre'ling vin die wettelijke bepalingen tot grondslag en leiddraad verstiekt de Regering: echter van oordeel is geweest-, dat aan hec óógmérk waa-mede aan het alzoó bestaande tarief siecnis eenen bepaalden tijd van duur was aangewezen niec "beaatwoord zou woraen, indien hetzelve a<tn de eene zijde niet ivierd ge 2Üiverd van die gebreken, welke tóen gemeend beëfr daario gedurende des zelfs werking te beoben opgemerkt of indien daarib han de andere zij ie niet wierden gebragt die verbeteringenwelke ue ondervinding als nuttig eó werscheiijk had doen beschouwen. Ten einde roet beide zoo naauwkenrig mogelijk bekend te worden, heeft men gemeend de regterlyke autoriteiten in de verschillende oorden des R jkï 'daaromtrent te moe'.en raadplegen, en de daarop ingekomen berigtën hebbel tot belangrijke wijzigingen aanleiding gegeven. Een eerst vrij algemeen tegen hec in werking zijnde tarief geuit bezwaar bestónc! in het óedrag der voor de versch llëndè werkzaamheden tóègekcndé beiooningen, welke bijna eenparig geoordeeld werden te hoog gesteld té zijn en de Regering mèènt te mogen vértrouwen, dat dit bezwaar zal zijn me den weg geruimd, door de niet onbelangrijke verminderingen, welke meest al de in het bestaande tarief vermelde posten hebben ondergaan. Een tweede ftiec minder eenstefnmig geuit bezwaar bestond in de gelijk stelling der be'loonfngeh In alle plaatsen des Rijks, zonder dac daarbij w?s gelet óp de meerdere of mindefe kostbaarheid der levensbehoeften-, en ne? verschil der lasten aan bet verblijf ih de vèrschillènde plaacsen en oorden des Rijks verbönden-, waaruit het denkbeeld is ontstaan, dac de b j het tarief toegekende be'iooniftgen naar gelang van dat verschil behoorden te worden geklass ficeerd, ih verbind mét dé akn de ambtenaren deï regtèrlijke ma^r in de verschillende 'plaatsen, bij de wé: toegekende tractementenen aan dat denkbeeld is bij de onderscheidene tarieven gevolgd gegeven. E nJelyk zijn tegen de algemetie bepali genwelke in bet eerste hoofdstuk van het in werking zijnde tarief zijn vervat, en vooral ten aanzien van de wijze waarop de vereffening der kosten daarbij was geregeld, veelvnldigf bedenktngeh aangevoerd, terwijl men aigemeen van ge/oelen was, d.t daarbij niet genoegzaam was geiec op het belangrijk verschil, hetwelk cr bestaat tusschên dé betrekking van den regterlijken ambtenaarpraccizijn of deurwaarder, tót diens fas^e-er of CUent en fusschen de geding vuerende partijen onderling, op den mee «nuider belangrijken invloed, welken dit ver schil óehö rt uk re oefenen op de wijze waarop de kosten 'In beide gevallen kunnen en beho.ren te wo.aên vereffend en verhaald, Ue Regering, van de ge^roDdheid dezer bedenkingen overtuigdis daardoor tot het besluit gekomen, dat ue onderscheidene tite 8 van het tarief behóór den te behelzen bepalingen-, waardoor de las gevers of clienten aan de eenê zijde werden gewaarborgd tegen de mogelijkheid, dat door de rêgrerliikè ambténaren, practizijns of deurwaarders, voor hunne werkzaamheden eene hoogére belooning zoiide worden gevorderd, dert waarop men meent, dat zij billijk aanspraak mogen maken, en tevens, aan de andere zijde, aan die regterlijkè am-ueharen, practizijns de deurwaarders, dé middelen wórden verseUafcom het aan hen wètt'ig verschuldigde door eenvoudig en sp-oedig werkende fhiddeïen. Van hunne lastgevers of'clienten te kunnen verhalen, en allé VerschilTèn óvër het verschuldigde, buiten den vorm van een eigenlijk: regtsgeding te doen beslissen. Men is verder van óórdeel geweest, dat de wijze, waarop in deze aange. legenbeid behóórt te worden voorzien, te zeer m verband staat mer dé verschillende betrekkingen der regterlijke amotenarén en practizijns, dan dac zulks bij algemeene bcp.ilir.gen zoude kunnen worden geregeld, en men heefc daarom gemeend, deze onderwerpen bij de onderscheidene titels, naar gelang van de verschillende betrekkingen; te moeten behandelen; en voorts <ié wij Zéwuarop de kostèn, waarin eene der parrijen,ra een ten einde gebragc regis geding, is veroordeeld, behóorén te worden vereffend en begroot, eff het bedrag daarvan door de èene op de andere partij zal kunnen worden verhaald, bij eeneo afkjnaerlitken titel te moeten bepaleh. Bij den boekhandelaar K, Fuhri alhier, is in hec vorige jaar hec na. volgende belangrijke werk uitgegeven: Bibliotheek voor Genees*Heel Schei- én Artienijmengkundeof Alphabetise he Naamlijst van alle boeken geschriften en stukken betredende OntleedkundeGeneeskundeHeelkunde Verloskunde ArtsenijmengkundeVeeartsenijkundewelke in Noord-Nederland verschenen zijn van het jaar 1790 tot 1840; zoowel afzonderlijk uitgegeven als in tijdschriften verspreid of in de werken dtr onderscheidene Genootschap - pen opgénmen% voorzien van i°. een Latijnsch systematisch zaakregister2°. eene Hollandsch Latijmche woordenlijst30. eene althabetische naamlijst van vettalas en schrijvers van bijvoegselen en aanteekeningen op werken van ande ren 'dsor L S. A. Hol erop, M^d. Docter ie 's Gravenhagegr. 8°. XVI I[ 427 bi», behalve de indices; waarachter nog volgc eene naamlijst vaa ,le- vensberigfën en lofredenen, alsook de overgeslagen en niet gevonden wer» ben, te zamën 197 bt; beslaande, Un Ams'.eroam sthrijfc men het volgende: Naar men verneemt ts er omtrent den brand, in den nacht van den ijjdetf dezer plaats gehad heDnende in het huis N° 9, in de Beerenscraateed geregtelijk onderzoek aangevangen, en zouden de bewoners van het winkel- iiuiszynce Ji.ccb Firdtsk Sweris en Anna Jacoba Leortara Peptaweduwe

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1843 | | pagina 1