tstén trekken. De voofdragt strekt alzoo tot het dssrstellen eener inrigting,
bij welke zoodanig dienstbewijs tegen den vasten prijs van eene halve schel
ling betaald zon worden.
Hét tweede ontwerp is van eenen geheel anderen aard en van vrij meer
belang. Daar de korenwètten, die den invoer van het graan beperken, geen
gewag maken van den invoer van brood, zoo stelt men voordagelijks eene
feekere hoeveelheid daarvan in eene der Fransche zeehavens te laten bakken,
en regelmatig per stoomboot te laten overkomen naar Londen, om het aldaar
goedkoop aan de talrijke armen dier hoofdstad te verkoopen. Óm deze beide
ontwerpen gelijktijdig in werking te brengen, zou zich eene maatschappij
van weldadigheid vormen, die de zonderlinge benaming ïoü voeren van:
Tand- en Brood-Maatschappij
F R A N K R IJ K.
Het dagblad van Bordeaux geeft het volgeöd verhaal van eene onderno-
inen lifchtreis:
De heer Kirsch, een gewezen Officier, die zonder vermogen of middelen
van bestaan was, maar eene groote maat* van moed bezit, had de luchcrei
zen ter hand genomen om van te leven. Toen men hem den 18-ien Octo
ber 1. 1. kwam aanzeggen, dat alles tot de opstijging gereed was, irad hij,
eenigzins overhaast, in het schuitje. Men liet de tóuwen, die den lucht-
bol vasthielden, los, en het gevaarte begon te stijgen; maar terstond bleek',
dat men de koord, welke van boven aan den bol gehecht was, niet
tijdig genoeg weggenomen of geheel doorgehaald had. Het gevolg hier
van was, dat de bol op zijde raakte; het schuitje Kantelde, en de heer
Kinchdie overeind in hetzelve stond, werd er uitgeworpen, met het hoofd
naar beneden. Een angstkreet ging van onder de taliooze aanschouwers op;
dames vielen zelfs in flaauwte. De bol was op dat oogenbl'k reeds ten
minste dertig ellen gerezen, en ieder dacht dat de Ongelukkige zich, door
den val van zulk eene hoogte, de hersenpan verbrijzelen zou. Dit gebeurde
nogtans niet. Gelukkiglijkom geen ander, waarschijnlijk meer gepast woord
ie gebruiken, viel gelijktijdig met hem het ankertouw uit het schuitje. De
dreg, die aan dit touw gehechc is, en welke den luchtreiziger dient, om bij
het nederdalen zich aan eenig voorwerp vast te haken, haakte zich thans
aan den rand van het schuitje zeil terwijl het touw naar buiten viel.
Dit touw had de heer Kirsch ae tegenwoordigheid van geest om in zijnen
val, met beide handen te grijpen en de kracht om er zich aan vast te houden.
Hij sloeg het zich om den arm; en toen om de toetchouwers gerust te Stel
len, nam hij met voorbeeidelooze koelbloedigheid zijnen hoed, die hem dus
vrij vast op het hoofd moet gezeten hebben; af, en groette hen met denzelven.
Terwijl dit alles gebeurde Was de bol, zeker ook door het pitvillen van
de ballast, onbedenkelijk snel blijven stijgen, en men vreesde nu roet reden,
dat de spierkracht van den aan het touw naar boven gevoerde niet toereikend
zou zijn, om hem er aan vastgehechc te houden. Ook dit gevaar wist Kirsch
door zijne tegenwoordigheid van geest en zijn beleid te boven te komen.
Men zag hoe hij, met de eene hand, welke hij vrij had, het Ondereind van
het lang afhangende touw oppaimde, er eene lis in sloeg, en deze vervol,
gens als eene soort van stijgbeugel bezigde, om steun aan eenen zijner voe.
ten te verschaffen, In dezen toestand heeft hij de geheele reis, zonder
verder ongeval, afgelegd en is op de heide van Passac bij eenen molen ne-
dergeRomen, waar hij hulp vond. Reiziger en bol zijn beide onbeschadigd
te Bordeaux feruggebragt.
Te Algiers heeft men den n4sten twee vrij sterke aardschuddingen
gevoeld, welke echter geene schade hebben veroorzaakt.
Een Priester te Tarragona, in Spanje, welke aangeklaagd was van de
Opstandelingen, welke zich hier en daar nog als roovers vertoonenbe
gunstigd te Hebben, is te midden van een regiment cavalerie op een'ezel
rondgevoerd en onderscheidene boerenaan den opstand deel hebbende gé.
nomen, zijn, zooder vorm van proces, doodgeschoten.
B E L G I E.
Men begon zich ongerust te maken over het lot van de stoomboot British
i\ueenwelke van New-York reeds moest aaDgekomen ziindaar eene andere
Engelsche stoomboot, die later afgevaren Was, reeds in Engeland was aange.
komen. Men bragt zich nu wederom het lot van den President te binnen.
De vrees is echter gebleken geheel ongegrond te zijn, daar het stoomschip
den g.den dezer te Antwerpen is aangekomen; het had vele en zware stor
men moeten doorstaan en 5 dagen te Fayal moeten blijven, om steenkolen
in te nemen.
PROMOTIEN «is de LEYDSCHE HOOGESCHOOL.
Den 3isten October, de Heer S. P. ven Heemstramet Theses
Op dienzelfden dagde Heer C. C. P. van Gilsmet Theses.
MENGELINGEN.
OVER DE OORSPRONKELIJKE BETEEKENIS EN DE
UITGESTREKTHEID DES TITELS VAN KONING.
[Vervolg en Slot.')
De man door de Franken hoofd of koning genaamd, zelfs in den hoogSten
graad, handelde nooit zonder hunnen raad, en onderging hun oordeel over
zijne daden. Verscheidene Koningen van het eerste en tweede ras werden
wegens onbekwaamheid of slecht gedrag van het opperbevel ontzet. Maar
sedert de verkiezing van Hugo, bijgenaamd Capet, verslapte de oude tucht
der Franken, zij lieten de opperhoofden zich afzonderen, hunne magt naar
willekeur behouden, eb dezelve ionder toezigt van hunne zonen overgeven.
Van toen af aan ook ondernamen zij hunne makkers ie onderdrukken, en
hunnen maitschappeHJken toestand te vernietigen. Dit plan, door hen ge*
durende verscheidene een wen vervolgd, werd met den besten uitslag be
kroond. Zij versterkten zich in hun erfgoed, door, met eenen beteren staat
van dienstbaarheid, de mannen te winnen, waarvan de verovering hun eigenaar
had gemaakt. De zucht naar dergelijke concession won hun eene soorr van
vertrouwen van de zijde van geheel het overwonnen volk; en met behulp
van dit vertrouwen en hunne eigene kracht, eigenden zij zich het uitsluitend
bezit van het volk toe, als een axioma van aloud regt verklarende, dat het
overwonnen land aan den Koning was. In het tijdsverloop van eenige
eeuwen* werden de mannen, die onderdanen van alle Franken waren, bij
haam en regtens, de onderdanen van het eenig hoofd der Franken.
Te zwak of te vreesachtig om dien naam van dienstbaarheid, Welke hun
de verovering had medegebragt, af te schudden, werkten zij uit wraak, om
dezelve aan de mannen te doen deelen wier vaderen hunne vaderen hadden
overwonnen; zq hielpen den Koning om de zonen der vrije mannen te on
derwerpen, en deze, op hunne beurt overwonnen, vielen in de slavernij;
welke hnhne voorvaderen hadden opgelegd. Alzoo werd, in de Fransche
taal, het woord sujets, onderdanen, het eenige, waaronder het geheele
volk begrepen werd. In de taal der Frankische vrijheid gebruikte men de
enkele benaming van mannen, leude% of die van gezellen, ghesellen welke
de Latijnsche taal in de barbaarsche woorden vznleodes en vasalli veranderde
Bij deze twee namen voegde zich nog die van afstammelingen van het
vrije ras, gentiles homines
Alzoo heeft het woord Koning alleen deszelfs tegenwoordige uitgestrekte
beteekenis verkregen, door het toeval eener gewapende verovering, eersc
van volken op andere volken, vervolgens van de hoofden der overwinnrars
op de overwinnende volken zeiven.
BLIK OP DE Ö'ÊSCHIEDENïS VAN SPANJE.
De bevolking van Spanje werd vroeg door eene groote algemeene FcÊn$>
onderling verbroederd, en door hetzelfde belanehetzelfde gevoel d-.n-
zeltden toccand, dezelfde zeden vereenigd. In 712 namen de Arabieren het
geheele land in, uitgezonderd eene kleine woestijn ten noordwesten, tuS-
schen de zee en de bergen fl), eenig verblijf overgelaten aan hen, die niet
het regt der overwinnaars op de woonplaats hunner voorvaderen erkenden.
Ihgesloten op dat kleine plekje, he welk voor hen geheel het vaderland gé*
worden was, vergaten Gothen en Romeinen £2), overwinnaars en overwon,
nenen; vreemden en inboorlingen, meesters en slaven, allen in l'ieczè fdé
ongeluk vereenigd, hunne óude haat, hunne oude verwijdering: er bestónd
slechts één naam, ééne wet, éèn staat, ééne taal; allen werden ih iiezè
ballingschap gelijk.
Zij verlieten van tijd tot tijd hunne hoogten en verschoven in de vlaktè
de grenzen van hun Verblijf, zij bouwden vestingen om hunne vorderingen
te verzekeren, en de naam van kasteelen-land (3)blijfc nog aan twee pro
Vlnciên; welke achtereenvolgende de grenzen van het herwonnen grondgebied
Uitmaakten. Zij verbonden zich voor deze togteh met hec oude ras der
inwoners van de Pyrenëen, dat ten allen tijde onafhankelijk was geweest
dat zich niet aan de Romeinen had onderworpen, wier taal bec nooit had
gesproken dac niet voor de woeste dapperheid der Franken had ondergedaan,
wier achterhoede het te Roncevaux verdelgde; dat de stroom der dweep -
zuchtige krijgslieden van het oosten te vergeefs aan deszelfs voeten had ziert
bruischen. Deze vereeniging ontnam in het begin der twaalfde eeuw aati
de Mooren de groote steden Saragossa en Toledo; andere steden ondergin
gen weldra hetzelfde lot. Hec schoonste gedeelce der geschiedenis van
Spanje is de staatkundige geschiedenis dier steden achtereenvolgend door dè
oude bevolking vao het land heroverd. De geiij kb e id welke in de vader-
landsche legers van Asturiën in Leon heerschte, kon door de overwinning
niet vergaans het waren volmaakt vrije mannen, die de door den vijand
verlatene huizen en wallen bezetteden hec waren geheel vrije mannen dié
burgers en ingezetenen werden. De stedelijke en landelijke eigendom steldé
tüsschen hen geen verschil van rang daar. De graad of de persoonlijke on
derscheiding gingen niet van den bezitter op het domein over; en get n
domein kon aan den gene, die het voor zijn loc kreeg, regten óp de grondeii
of op de mannen rrtededeele». Niemand kon van een ander dan eerbied voor
Zijne wettige regcen vorderen; niemand kon uit eens anders handen de wape
nen rukken, welke zij te zamen hadden gedragen.
Dus leefde de buitenman en de stedeling, de kastelein en de boer, even
vrij in hunne verschillende bézittingen, als buren en niet als vijènden. Hec
was niet dat deze mannen hier beter dan eldérs waren; het is dac dadr alles
op eenen alouden voet van gelijkheid en broederschap werd gesteld terwijl
de omwentelingen in de naburige landen in tegendeel op eenen girond vad
volstrekte ongelijkheid rustten, door de verovering daargesteld en langza
merhand verminderenden zonder ooit te verdwijnen.
Elke door de Christenen weder bevolkte stad werd eene gemeente, dat is
te zeggen eene gezworen vereeniging onder vrijelijk gekozen overheden: die
alles werd zonder moeite, zonder twist door de eenige daad der bezitting
geboren. De ingezetenen hadden niets dan de burgerlijke belasting te betalen;
zij hadden geene verpligcing, buiten die van hunne maatschappij te handha
ven, en haar grondgebied te verdedigen. Zij moesten zich in de gemeene
gevaren mee het opperhooFd der landstreek vereenigeneed ieder genoor-
zaamde aan zijne oproeping, onder de bannier der geiUeente, en hec bevel
van hoofden hunner keuze. Al wie een strijdros en de volledige wapenrusting
van eenen strijder te paard bezat, was, voor deze dienst, van de oorlogs
belasting vrijgesteld; de overige waren eene geringe schaccing schuldig:
alzoo verdeelde zich de bevolking, volgens hunne uitdrukking in ruiters eti
belastingschuldigendeze onderscheiding was ook de eenige. De invloed dér
vreemde zeden kwam eï leter regten bijvoegen, welke daar niet van aifitomi
Stig waren.
Dikwijls stichtten de hoofden, die op uitgebreide grónden gevestigd waren;
óm voor de algemeene verdediging te waken, ook steden, door onder de be*
ècherming hunner sterkten de Christenen te roepen, die de Moorsche heerschap
pij waren oncvlugt, en die, welke geen vast domicilie hadden. Hier weraen
overeenkomsten gesloten, die de regten der coekomscige stad uiccr.ukcen, eti
den prijs der gronden bepaalden, voor een ieder die er zijn verblijf zoudé
vestigen (4). Hec charter bond, ten eeu-vigen dage of toe een nader accoórd
de burgers en hunne zor.en, gelijk mede de zonen van den geenen die de
gemeente gesticht had; de steden hadden rondom dezelve eene groote u,c.
gestrektheid gronds, weke aan hare regtsoefening onderworpen was; haar
regt strekte zich ook over de kasteden uit, die het ontvingen in plaats van
hetzelf te bedeelen. Er bestonden voor de landbouwers noch dienstbaren
Staat, noch dienstbare werken. Het scheen dat al die hec vaderland haad -n
heroverd, de een voor den ander heilig waren: wederzijdsche eerbied, we ef»
zijdsche trots, beschermde hen; en de sporen van dit karakter wó deh oog
in de fierheid van den Casnhaanschen boer wedergëvonden.
De streken, welke verscheidene steden bevacteden, die, vólgens het ge
bruik van dien tijd den naam van Koningrijken aannamen, hadden toe al
gemeene regeling, die der steden zeiven, verkiesbare opperhoofden (5)* en
eene groote algemeene vergader ng. De waardigheid van opperhoofd werd
met den ijd erfelijk, door den invloed der feodale zeden, welke in geneel
Europa waren aangenomen.
Wat de algemeene vergaderingen betreft,men behoeft niet te vragen óp welk
tijdstip de vertegenwoordigers der steden er zitting kwamen nemen. De
steden Waren de Uasceelen waardig; hetzelfde menscher ras bewoonde dezelve,
een ras geheel gelijk aan het andere, door deszelfs oorsprong zeden en wa
penen. Zoodra, er raad meest genomen worden, gaven de steden hun ge
voelen (6). Zoo, In vervolg van tijd, een groot getal steden van haar
natuurlijk regt, om mandatarissen (7) te zenden, beroofd werden, was dit,
omdat zij dit regc in onbruik hadden laten geraken, voldaan zoo als zij wa
ren met de enkele onafhankelijkheid van hun inwendig bestuur (9). De
dispotische magt nam deze nalatigheid te baat, om dezelve, in haaai der
verjaring, mee eene eeuwigdurende onbevoegdheid te straffen.
De eb en vloed der feodale erfopvolgingen, bragt Koningen van een
vreemd ras in Spanje 0<0> ZÜ voleindigde de daad van dwingelandij, welke
de slechte genius der natiën reeds aan de eerste hoofdeu had ingeboezemd,
die geheel het land onder eene enkele magt vereenigden. De vërgaderinge.
waren slechts eene schaduw meer voor de degelijkheid der magt. Niettemin
gingen de cortès van Castilie tot hec midden der 17de eeutV voort me'
hunne klagten, op eenen soms krachcigen toon, in te brengen, en de eigen
dunkelijke daden der Koningen onwettig te noemen: maar deze moedige
Stemmen verloren zich in het stilzwijgen van geheel Europa er was nergens
echo voor de coönen der onafhankelijkheid meer te vinden.
Zoo was de locsbesiemming van het land, heroverd door de zonen der
gezellen van dien door vaderlandsliefde bandiet geworden Koning, aao wien
(i) Dé provinciën der Asturiën.
(2.) Dit was den naam, welke liet Gothische aan het Spaansche ras gaf, gelyk de.
Franken dien aan de Galliërs gaven.
(3) Castilla.
(4) Libert semper et ingenui ma neet is reddendo mihi ei succes sor.ihus meisin unoquo-
que annoin die Pentecostesde unaquaque domoia denarios. (Charter door
Stallam111 zijn Europe in the middle age aangehaald.
(5) Defuncto in pace principe, primates totuïs regni una cum sacerdotibus succes so rem
regtil concilio cèiiïmuni conslituant QConcil Solet.')
(6) De Consejö e con ötorgam'tento de las clodades e villase de sus procurr.dores edf
su nömbre
(7) Pröcur adores.
Las cónès.
(9) Kene Spaansche gemeente werd Consejoraad genoemd;
(10; Ka tel en zijne opvolgers;