A". 1843» LEYDSCHË PT. 139. C O IJ RAN T. VRIJDAG, Lev den, 27-October. Willem. 53 OCTOBER. NEDERLANDEN. ditefën heeft in de Sociëteit Amicitia alhier een maaltijd p1a ts gehad, waartoe het Corps Officiereó van het ïste Regement Zware I ragonaers uitgenoodigd was, met het döei om aan hetzelve, alvorens hit uit onze stad vertrekt, tióg een blijk te geven, hoezeer men op deszelfs aangenaam bijzijn en gezellig verkeer prijs Stelten daarbij tevens eene geschikte gelegenheid aan te grijpen tot het wederkeerig uitspreken vah een hartelijk vaarwel, onder de welgemeende betïiiging, dat de veeljarige, goede ver standhouding, ja, vriendschappelijke betrekking; welke tusschth dat Corps en de ingezetenen dezer stad steeds bestaan hebben, een aang namen blij vende indruk en vele genoegelijkè herinneringen bij laatstgenoemden zullen achterlaten. Behalve deescadrons lansiers nit 's Gravenhage wordt met 1 November Ook het ïste en ade escadron uit Utrecht hier in garnizoen verwacht. 'Vervolg en Slot van de bepalingen odstrent de Koninglijke Akademie të Delft, zie ons vorig Nommer. Art. 14. De leerlingen der ïste afdeeling tollen, na volbragte studie en behoorlijk kfgelegd examen, de hun toegezegde aanstellingen bekomen. Aan de leerlingen der ede en 3de afdeéfing die den voor die afdeeling bestemden studie-tijd 'volbragt hebben, alsmede san die van de 4de afdeeling, die den volledigen'vierjarigen cursus hebben bijgewoond, zullen, na behoor Hjk afgelegd eXamen, dtplomasa in forma worden uitgereikt, geteekend door den Directeur der akademie en goedgekeurd, zoo door den Bescnermheer als door'Onzen Minister van Binnenlandsche Zaken, en geviseerd, voor zoo veel betreft de leerlingen der ade afdeeling, door Ónzen Minister van Kolo- Dien, en der 3de afdeeling door Onzen Minister van Financien. Art. rj. Aan zoodanige personen welke, ofschoon hunne opleiding met op de akademie ontvangen hebbende, echter zouden verlangen, bewijzen te verkrijgen van genoegzame bekwaamheid om geplaatst te kunnen worden in zoodanige onder hét Departement van Financien ressorterende ambten en bedieningen, als zijn bedoeld in 3 van art. 12, zal tijdens het houden der jaarlijksche examens de gelegenheid worden gegeven om zich mede aan het vereischte examen te onderwerpen en, indien zij bevonden worden voldoende bekwaamheden te bézitten, zal hun worden uitgereikt het in art. 14 ver meldvoor de leerlingen der gde afdeeling bestemd diplomadoch in dier Voege gewijzigd, dat'daaruit blijkt dat zjj hunne opleiding niet bij de akade. mie hebben ontvangen. Art. id. Met overleg vkn dèn ÖireCcenr kal doör den administrateur jaar. lijks in de maand November opgemaakt Worden eenë begrooting van inkom. Sten en iiifeav— ..IganSe burgerlijk jaar. Dere begrooting zal, behoorlijk gespecificeerd, met voorkennis van den Beschermheer, vóór het einde van gelegde maand tèr goedkeuring worden ingezonden aan Onzen Minister van fiinnënlandsche Zaken. Alle uitgaven, vodr'een dienst-jaar te dóén, zullen moeten voldaan zfln vóór het einde der faaand Maart van het volgende jaar. Vóór het einde van de maand April daaraanvolgende, zal dé rekening en verantwoording van den administrateur over het afgeloopen burgerlijk jaar geviseerd door den Directeur en vergezeld van de quitantien eb veldere be wijsstukken, met voorkennis van den Beschermheer, ingezonden worden aan den Minister van Binnenlandsche Zaken. Art. 17. jaarlijks zal, vóór ultimo September, met voorkennis vin den Beschermheer, aan Onzen Minister van Binnenlandsche Zaken worden in gezonden, een door den Directeur opgemaakt algemeen verslag Wegens het onderwijs, de vorderingen en het gedrag der kweekelingen én al wat bij de akademie vermeldenswaard is voorgevallen, gedurende het laatst afgéloo pen akademie-jaar. Dit verslag zal vervolgens dóór Onzen Minister Van Binnenlandsche Za ken aan Óns worden aangeboden. Onze Minister van Binnenlandsche Zaken is belast met de uitvoering Van dit besluit, hetwelk, tot informatie en narigt, zal worden medegedeeld aan Onzen beminden Zoemden Prins van Oranje, aan Onze Ministers van Financiën en van Koloniënaan den Raad van Statealsmede aan de Al gemeene Rekenkamer. 'j Gravenhage20 October 1842. Do Minister van binnenlandsche Zaken SCHIMMELPENNINCK VAN DER OlJE. Uit 's Gravenhage meldt men van den 2&sten dézer: Namens Zijne Maj. ia onlangs bij Kabinetschrijven, dén heer Spa- nier, schoonschrijver te *s Gravenhage -, dank gezegd voor het door denzelven vervaardigd en aan den Koning aangeboden cachet met Koninglijke wapen. Dit wapen is gesneden in iitographischen steen. Zijne Maj. heeft den jeug digen kunstenaar eene gratificatie doen toekomen ten bltjke van Hoogstdea- zelfs tevredenheid over het door denzelven geleverde werk, hetwelk zich door zuiverheid en fijnheid van bearbeiding ondericheidt. Zijne Maj. heeft aan den beurtschipper van Sneek op Amsterdam J. van Dijk, wegens bet redden eh verplegen van twee visschers, welke Zich door het omslaan van hun vaartuig tusschen de Lemmer en Schokland in doodsgevaar bevonden, verleend eene bronzen medaille en een loffelijk getuigschrift. Gisteren avond heeft Z. K. H. de Pi ins van Oranje eene luisterrijke soi- ïée-musicale gegevenwelke door HH. MM. en de andere leden van hec Koninglijke gezin en een aantal der aanzienlijksten uit deze Residentie is bijgewoond. De beroemde toonkunstenaren Ernst en Franco Mendes hebben Zich daarop doen hooren en behaalden weder den meesten lof door hun spel. De eerste voerde viriatien van Maisseder en eene eigene compositie tiit de Pirate, de tweede zijne Fantaisie op de PUritains, Elegie en op bijzonder verzoek zijn Ave Maria uit. Beide deze veel begaafde toonkunstenaren; mitsgaders de zanger Leon-Fleur], eerste tenor-léger van onzen Koninglijken Franschen schouwburg, werden door den heer van der Does geaccompagneerd. Men verneemt dat Z. K. H, de Prins van Oranje aan Ernst eene prachtige gouden snuifdoos, prijkende inet het naamcijfer van den Prins, in edel ge zteenten omzet, heeft doen ter hand stellen. De heer Franco-Mendes heeft ook eenen kostbaren ring van edel gesteenten ontvangen, en de heer Leon- Fieury eene prachtige gouden snuifdoos. In de ritting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van lieden, zijn ingekomen twee adressenals t een van den heer S. A. van Hoogstraten lid der Staten van Zuid-Holland en een van den heer V. A. Jusi de ia P,.i - sier es. Commies by de Provinciale griffie van Zuid-Holland, mé verzoeken bij de te doene keuze tot Griffier der Kamer in aanmerking te komen. Dunne namen zullen op de lijst der sollicitanten worden geplaatst. Zijn ontvangen twee verzoekschriften, als: i°. Een van eenen landbouwer ie Lunjebert, die zich beklaagt over eene verkeerde toepassing van art. iff der wet, houdende een accijns op het gemaal, en s". den uit Harderwijk houdende aanmerkingen op hei wetboek van strafregi.Worden in handen der daartoe bestemde Commissie gesield. 'Is ingekomen een brief van Mr. H. J. DijckmeesterOnd lid van de Ka. mer, cie gebragt is op hét Zestal personen door den Hoogen Raad voorge. steldom bij de verkiezing van drie Candidaten voor de betrekking van Raadsheer in den Hoogen Raad in aanmerking re komen. De heer Dijck meester verlangt bij het opmaken door de Kamer van het drietal Candidaten voor die betrekking niet in aanmerking te komen. Aangenomen voor kennisgeving. De Voorzitter geeft kennis dat de Commissie tot de verzoekschriften den heere v<s» Panhuis tot haren Voorzitter benoemd heeft. Öp voorstel van den Presidentwordt bestoren tot het benoemen eener Commissie welke belast zal zijn met het opstellen van eene nieuwe instruc tie voor den Griffier der Kamer, waarvan het ontwerp aan de Vergadering zal worden voorgedragen. Deze Commissie wordt zamengesield uit de heeren van Rappard, van Akerlaken, LuzacSnouck Hurgronje en van Pan huis, zijnde de Commissie, welke zich vroeger met bet vervaardigen van een nienw reglement van orde voor de Kamer heefc bezig gehouden met uitzon dering van den heer van Panhuis, die thans optreedt in de plaats van den heer Star Busmanwelke ten gevolge van voortdurende ongesteldheid ver hinderd wordt de Vergadering bij te Wonen. Daarna wordt de openbare zitting veranderd in eene bijeenkomst mee gesloten deuren, waarin weder over bet ontwerp van adres in antwoord op de Troonrede is gehandeld. De in die bijeenkomst is het ontwerp van adres, in antwoord op de Troonrede, aargenomen en aan de Eerste Kamer verzonden. Men ver neemt, dat de Eerste Kamer tegen morgen bijeengeroepen is, om zich mee dit onderwerp bezig ie houden. Mórgen zullen de afdeellrfgen van de Tweede Kamer der Sraten- General vergaderen, ten eide het onderzoek aan te vangen over het ontwerp van wet, bepalende de verandering vkn art. 12 der wet op de Regterlijke organisatie en hec beleid der Justitie. Daarna zal de centrale afdeeling 'eene bijeenkomst houden. Ter Voldoening aan eene aanschrijving van Zijne Exc. den Minister van Financien, van 29 September jl-, is de aandacht van de ambtenaren der directe belastingen gevestigd óp de bepalingen van art. 27 der wét óp hec Notarisambt, van 9 Jnlij laatstleden, mee ultnoodlgingom ieder, voor zoo veel hem betreft, de behoorlijke toepassing daarvan te willen helpen verze keren. Het gemelde art. Inidt als volgt: Indien door eenen Notaris eene acte wordt verleden in eene plaats, welke, volgens de wetten op de paten ten is van hoogeren rang dan die, waarin zijne standplaati is gevestigd,zal hij verplrgc zijn, van het in die plaats verkregen suppletoir-patent in hec hootd der acie melding te maken, op eene boëte van ten minste 23 en ten hoogste 400, voor iédere overtreding, onverminderd deszelfs gehou denheid tot volvoering der suppletoire regten, voor een vol jaar." Bij eene 'notificatie van den Gouverneur der provincie Zuid-Holland is in aanmerking genomen, dac bij eene notificatie van 19 Maart 1828 de ge- heeïe aanslag Wegens de verschillende soorten van direcie belasting aangeno- mefi is als maatsiaf voor de berekening der kosten van sommatie of beteeke* ning van dwangbevel en renovatie Of bevel, terwijl het salaris derdeutwaar». ders, evenzeer 'als het op dé vervolgingen verschuldigde zegel- en registra- tieregcnaar de bespande verordeningen, zich regelen moet naar hetbêlOop der belasting, waarvoor de vervolging plaats heelr. Voorts is in aanmerking genomen 'de noodzakelijkheid, om den tot nu toe gevolgden maatstaf, ter berekening der bovengemelde kosten, met den evengemelden regel in over eenstemming te brengen. Ten gevolge van een en ander heeft de Gouver neur ter algemeene kennis gebragt, dat, te rekenen van en met 1 November aanslaande, de kosien van vervolging, bij de notificatie van 19 Maart 1828 voormeld wegens de sommatien en renovatien bepaald, zullen verschuldigd zijn en betaald moeien worden naar den maatstaf en een bedrage als volgt: Wanneer het beloop der belasting, waarvoor de vervolging plaata heeft, minder bedraagt dan 2.50, zullen de kosten deir sommaiie 5 Cents en der renovatie 20 cents beloopen; van f 2.50 tot beneden de 5, sommatie ld Cents en renovatie 30 Cents; van 5 tot beneden de ƒ15sommatie 20Cents en renovatie 50 Cents; van 15 en daar boven, sominaue 40 cents en reno vatie f 1. Blijvende het tarief, bij de gezegde notificatie vastgesteld, voor het overige in zijn geheel. Heden nacht is er ih de schuur eener prachthoeve op den Loosduin. «CheD weg brand ontstaan. De schuur is geheel afgebrand, doch door spoe. dig aangebragte hulp en het beleid der brandgasten is de boerderij voor alle schade bewaard gebleven. De oorzaak van den brand schijnt te moeten worden toegeschreven aan de onvoorzigtigheid eener behoeftige vronw, die met eene stool met vuur haar nachtverblijf in de schuur had genomen; men heeft het lijk dier ongelukkige, deerlijk verbrand, onder de puinhopen ge vonden. -De ijzeren boot van Delft op Rotterdam, I. I, Zaturdag namiddag ten 4 ure van eerstgenoemde siad vertrokken, beeft omstreeks Overschie hec ongeluk gehad van op een zeilschip te stooten, waardoor de boot over dac schip geschoven Is en een gat in de boeg gekregen heeft» Een dertigtal passagiers is behouden aan wal gekomen, twee derzelven zonden zich mee zwemmen gered hebben. Het ongeval is, nsar men verneemt, aan de be sturing van het zeilschip te wijten, terwijl de spichtige ijzeren schuit, in hare snellen vaart, en onder eenen vrij llevigen storm de beloopen schade met heeft kunnen ontwijken. Intnsscben zal dien ten gevolge de vaart mee de schuit noodwendig eenigen tijd gestaakt moeten blijven, hetgeen voor menigvuldige reizigers, welke zij gewoonlijk overvoert, eeh groot ongerijt te weeg brengt. Het is echter te wenschen, dat men uit het voorgevallene aanleiüihg zal nemen om te bepalen, dat bij bet waaijen van zwaren wind en storm de beurt der ijzeren schuit door gewone trekschuiten zal waarge nomen worden. Uu Amsterdam meldt men van den asscen: Onder de gratifiicatiënmet welke men Zijne Maj. Koning Willem Frederik, Graaf van Nassau nog al gedurig Nedfcrlandëra te hulp ziet komen, kunneu u ij er ook eene vermelden, welke het Hoogsidenzelven behaagd heeft, on. langs aan uen heer F. A. kosenveidlgewezen acteur aau den voormaligea

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1842 | | pagina 1