A0. 1842.
L E Y D S C I-I E
PT. 112.
CO!) E A IN T.
MAANDAG,
19 SEPTEMBER.
S G E V
I
STAD
N G.
LEYDEN, bren-
K E N N I
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS der
gen bij deze ler kennis der belanghebbenden, nat, mee overleg van H. t).
Burgemeester en Wethouders der Stad 's Cravenhagevoorloop g, te be.
ginnen met Maandag den ipden aanstaande de Schuiten in het Veer van
deze Stad op s Gravenhage zullen afvaren, als volgt!
Van LEYDEN op 's GRAVENHAGE:
's morgens ten zes ure. f
half acht ure.
half tien ure in correspondentie met
de Spoortrein van half acht ure uit Amsterdam.
's Middags ten twaalf ure in correspondentie met
de Spoortrein van tien ure uit Amster dam.
'sNamiddags ten twee ure.
vier ure in correspondentie met de
Spoortrein van twee ure uit Amsterdam.
'sNamiddags ten vijf ure.
's Avonds ten half zeven ure in correspondentie met
de Spoortrein van half vijf ure uit Amsterdam.
Leyden den 17 September 1842,
J. G. de ME Y.
Ter Ordonnantie van dezelve,
v. PUTTKAMMER.
NEDERLANDEN.
Lztden, 18 September.
Öe Holiandsche Maatschappij van Fraaije Kunsten en Wetenschappen,
hield gisteren onder Voorzitting van den Edel Achtb. Heer Mr. J. F. C.
MoLTZ&R (by ongesteldheid van den Hooggeleerden Heer M. Siegenbeek),
in de Stads Gehoorzaal alhier, hare Algemeene Vergadering, welke de
Wel-Eerw. Heer A. Doijer opende, met eene keurige Redevoering, over
deIphigetiia in Tauris van Euripides en die van Cöthe, met elkander vergeleken.
Vervolgens dtoeg de Algemeene Secretaris Mr. H. C. Huijser een verslag
voor van de handelingen en voorvallen gedurende het laatst verloopen maat.
schappelijk jaar, tevens inhoudende eene opgave van den tegenwoordigen
staat der maatschappij en eene hulde ter nagedachtenis van hare leden A. van
der HoorP. Weiland en Mr. A. H. van der Kemp.
Verder werd medegedeeld, dat er op de in den jare 1840 uitgeschrevene
Prijsvragen vijf Antwoorden waren ingekomen, en dat een daarvan en wei
de beantwoording der vraag: welken invloed heeft het Christendom gehad
op de Poezij? der bekrooning ten volle is waardig gekeurdwaarop gebleken
is dat de schrijver van dat stuk was de Wel-Eerw. Heer B. ter Haar, te
Leyden, aan wien alzoo de Gouden Eerepenning der Maatschappij is toege.
kend. De hooggeachte schrijver, in het midden der leden aanwezig, werd
met algemeene toejuiching begroet, waaraan de Voorzitter door eene harte
lijke toespraak eene gepaste uitdrukking gaf.
Voor het volgend jaar is tot Algemeenen Voorzitter der Maatschappij de
Wel-Ed. Heer D. Veegens, en tot Algemeenen Secretaris de Wel-Ed. Heer
H. C. Martyn, beiden te 's Gravenhage benoemd.
Hiermede was deze Vergadering geëindigd, maar heeft zich later een
aanzienlijk getal leden in het Logement le Lion d'Or tot den maaltijd ver-
éenigd, waar gulle vrolijkheid voorzat, en waar in den beschaafden, vriend,
schappelijke toon, die er heerschte, het beste bewijs te vinden was, hoe
beoefening of vereering van kunsten en wetenschappen in alles ook tot ver
edeling van genot kan opleiden.
Van Hazerswoude wordt berigt, dat het afgebrande Arraengesticht aldaar
door de zorg van den Ambachtsheer wederom zal worden opgebouwd, daar
Z. Ed. niet alleen daartoe een renteloos voorschot gedaan, maar ook eene
ruime gift geschonken heeft.
Donderdag en Vrijdag zijn van Katwijk aan Zee 46 schuiten ter
Steurharing-vangst uitgevaren: van deze behooren 18 aan de Maatschappij,
8 aan den heer Meerburg, 8 aan de heeren van Beeftingh Taat, 5 aan
de heeren van BeeftinghTaat Cazaux, 4 aan den heer Blokker, 2 aan
den heer Hazenoot en 1 aan den heer Foots.
Uit *5 Gravenhage meldt men van den i6den dezer:
Zijne Maj. de Koning is heden middag ten 12 ure, van H. D. reize naar
Keulen over Tilburg in deze Residentie teruggekeerd. Heden middag was
er diner op het zomerverblijf Buitenrustaan den Scheveningschen weg.
Bij Koninglijk besluit van den 30 JulijN°. 66, is bepaald, dat, te
beginnen met den isten October, in de Staats-Courant zullen mogen wor
den geplaatst, bijzondere advertentien van den volgenden aard, als: berigten
van buitenlandsche geldleeningenaflossingen, rentebetalingen, enz.; van
verkooplngen en verpachtingen van vaste goederen door Notarissenenz.;
van ondernemingen van stoombootenpostwagensenz.; van boek- en kunst,
handelaars, wegens de uitgave van boek- en kunstwerken, enz.; en alle
Zoodanige verdere berigten waarbij het publiek geacht kan worden belang te
hebben; een en ander ter beoordeeling van Zijne Exc. den Minister van Bin.
ntnlandache Zaken en met uitdrukkelijke uitzondering van bekendmakingen
van geboorten, huwelijken en sterfgevallen.
De prijs dier advertentien blijft, buiten het zegelregt, bepaald op 25 cents
voor deu regel, bij iedere plaatsing, waarop aan boekverkoopersdie de
idvertentien ter plaatsing inzenden, een rabat wordt toegestaan van vijftien
len honderd.
Men verneemt, dat het Zijne Maj. behaagd heeft den wei-edel geb.
heer Mr. H.Hoeujft, Ambachtsheer van Velzen en de Zandpoort, te verhef
fen tot den adelstand der Nederlanden, onder bepaling nogtans, dat, ingeval
de oude adel van Z. Eds. geslacht nader op eene voldoende wijze aangetoond
kan worden, het diploma van verheffing in eene van inlijving of erkenning
verwisseld zal worden,
HH. KK. HH. de Prins en Prinses Frederik der Nederlanden, die,
volgens de meeste dagbladen, den jgden in deze Residentie moesten terug-
heeren, hebben, naar men verneemt, nog een uitstap naar een aan den
Rijn gelegen lustslot gemaakt, zoodat de juiste dag der terugkomst van
HH. KK. HH. nog met geene zekerheid kan gemeld worden.
HH. KK. HH. de Prins en Prinses van Oranje zijn gisteren avond,
Bede van Keulen, in deze Residentie teruggekomen.
Heden heeft Z. K. H. de Prins van Oranje aan onzer scadgenoot, den
kunstschilder Charles Rocf.u seneenen, met brillanten omzetten en met H. D.
naamcijfer versierden snuiidoos ten geschenke doen toekomen, als een blijk
van bijzondere tevredenheid, over de door ZEd. keurig geteekende modellen
van bekers, waarvan de vervaardiging is opgedragen aan den zilversmid Meijer
te dezer stede, en welke bij het ophanden zijnde St. Huberts feest gebruikt
moeten worden. Dit Vorstelijk geschenk is den kunstenaar, bij eenen eigen,
handigen brief van den Prins aangeboden geworden.
De Majoor Miellet van Coehoorn en de Kapitein HeemskerkAdjudanten
des Konings, die Zijne Maj. naar Keulen vergezeld hebben,.tot bijwoning
der groote manoeuvres, welke in de nabijheid dier stad voor den Koning van
Pruissen hebben plaats gehad, zijn door Zijne Pruissische Maj, tot ridders
der orde van den Rooden Adelaar, 3de klassebenoemd. De General-Majoor
Nepveu, chef van den generalen staf, is tol Commandant dier zelfde orde
bevorderd. Aan allen is dadelijk door Zijne Maj. den Koning der Nederlanden
toestemming verleend om de versierselen dier orde te mogen dragen.
Uit Amsterdam meldt men van den iöden:
Gisteren avond tussehen 10 en lij ure, is Mietje Meijer Pruim, huis.
vronw van David Mazes Ferschwaterwonende alhier in de Weesperkerk.
straat, boven N°. 68bijgestaan door de Vroedvrouw A. Forst Bleekrode,
na eene zwangerschap van ruim zeven maanden, van drie welgeschapene
kinderen verlosczijnde twee dochters en een zoon. Omtrent de bijzondere
vruchtbaarheid dezer vrouw, is het opmerkelijk, dat zij reeds vroeger, en
wel op den den J4den April 1839, van een' zoon en eene dochter is beval
len; vervolgens op den I2den Maart 1840 van een' zoon, en op den joden
Mei 1841, van twee dochters; en zij alzoo, in ruim drie jaren tijds, achc
kinderen ter wereld heeft gebragc. De kraamvrouw en kinderen zijn alien
naar omstandigheden welvarende; doch de behoefte, waarin dit gezin ver.
keert, verdient allezins de welwillende aandacht onzer meer bevoorregte
stadgenooten.
Zoo ais was aangekondigd is de tentoonstelling van kunstwerken
door levende meesters 11. Maandag te Amsterdam geopend. Het getal der
aldaar aanwezige stukken bedraagt reeds 460, en nog meerdere worden er
verwacht. Onder de schilderijen, die de algemeene aandacht tot zich trek.
ken, behoort, in de eerste plaats, het afbeeldsel van Zijne Maj. den Ko.
ningten voeten uit, door den heer J. Kruseman. Verder vindt men er
onderscheidene stukken van andere verdienstelijke meesters, 200 als van ten
Sande Bakhuizen, Bloemers, Couwenberg, Dreibholtzvan Schendet, Schotel
Waldorp, Cornet, enz. doch tot dusverre zoekt men te vergeefs naar schil,
derijen van de beide heeren Pieneman, C. Kruseman, Schelfhout, Koekkoek
en andere eerste meesters, doch men vleit zich, dat dezelve nog zullen
inkomen. Daarentegen worden er met genoegen opgemerkt eenige fraaije
stukken van vreemde meesters,
De korenmolen de Batavier, tegenover Weina, In den grooten Dui.
vendrechtschen polder, niet ver van Amsterdam, waarin zich behalve eene
hoeveelheid graan, ook aardappelen van eenige boeren bevonden, is den
I5den tot den grond afgebrand dezelve was tegen brandschade verzekerd.
Uit Haarlem schrijft men van den löden dezer:
Gisceren avond is een der conducteurs op den ijzeren weg, bij den togc
van den laatscen trein van Haarlem naar Amsterdam, en bij het vertigten van
zijne dienst buiten om de rijtuigen, zwaar aan eene zijner handen gekneusd
geworden, zoodat hij is nedergevallen, en vervolgens de hand, benevens
een gedeelte van den vooratm, heeft moeten worden afgezet.
Men schrijft uit Apeldoorn van den iöden:
Hier heeft in den nacht van Woensdag op Donderdag jl.eene inbraak
plaats gehad, en wel in het nieuwe kerkgebouw der Hervormde Gemeente,
hetwelk zeer afgezonderd staat, en waarvan men gisteren ochtend eene der
buitendeuren vond opengebroken, alsmede al de kasten in en bij de Consis
torie-kamer, die bestemd zijn tot berging van het Nachtmaals-zilver, of
tot gebruik van Diaconie; doch waarin gelukkig niets van geldswaarde aan.
wezig was; zoodat de schade zich bepaald tot eenige flesschen wijn, en de
kosten van herstelling van het verbrokene. Voor zoover bekend is heeft men
de dadersondanks daartoe aangewende moeitenog niet op het spoor.
Uit Vlissingen schrijft men van den I3den deter:
Zijne Exc. de heer Schout-bij-NachtJ. C. Rijk, Directeur-Generaal
voor de Marine, benevens deszelfs Adjudant, de Ridder Huyssen van Kat-
tendyke, kwaaien Maandag jl. alhier aan, om 's Rijks schepen, en de mili.
taire etablissementen in oogenschouw te nemen. Z. K. H. Prins Hendrik,
Kapitein ter zee was insgelijks, met 's Konings stoomjagt de Leeuw, aange
komen, en bevond zich aan boord van het door H. D. gecommandeerd wor
dende fregat, de Ryn, ter reede dezer stad. Zijne Exc. inspecteerde het
fregat, met de kennis en naauwgezetheiddien edelen rijk begaafden man
zoo eigen, deed met het geschut exerceren, en sprak Z. K. II. Prins Hen
drik, na het kanongebulder, in zielroerende woorden, in echte ronde zee
manstaal, hartelijk toe, en zeide ten slotte, dat alles wat hij aan boord van
de Rijn gezien had overtuigde, dat de Kapitein ter zee, die het fregac
kommandeerde, ziine roeping volkomen had begrepen, dat, vorderde de eer
van het dierbare Vaderland zulks, de vlag die 250 jaren, door alle natiën
werd geëerbiedigd, in H. D. een waardigen verdediger zou vinden, en de
wapenroem die Nêerlands Koning op verschillende slagvelden had gestaafd,
ook door den Doorluchtigen zeeman op verschillende wereldstroomen ge
handhaafd zoude worden; de algemeen beminde en met zoo veel regt hoog
geachte man, verliet daarna het iregac, terwijl Z. K. H. Prins Hendrik, in
den namiddag met het stoomjagt naar 's Hage terugkeerde.
Uit 's Hertogenbosch schrijft men van den I4den:
Men verneemt, dat het gebouw, bestemd voor de Zusters van Liefde,
hetwelk m den afgeloopen zomer gedeeltelijk is afgebrand, wederom zal
worden opgebonwd en aanzienlijk vergroot. Dit gesticht, daargesteld om
oude vrouwen te ondersteunen, zieken te verplegen, kinderen te verzorgen,
en weldadige werken te verrigten, verdient een groot en prachtig gebouw,
geschikt om ongelukkige naiuurgenooten op te nemen, die door milde bij-
dragen van liefdadige burgers en ingezetenen worden geholpen. Het weder
opbouwen en veranderen van dit menschlievend gesticht is door den heer
Staak, te Halder, voor de som van f 25,475 aangenomen.
Volgens berigten uit Tilburg is Zijne Maj. de Koning aldaar met de
grootste geestdrift, onder het luiden der klokken, het wapperen dernationale
vlaggen van alle openbare en particuliere gebouwen door de ingezetenen,
die zoo veel prijs op iloogstdeszelfs verblijf stellen, ontvangen. Zijne Maj.
is aan zijn paleis aigestapt, waar eene eerewacht uit de stedelijke schutterij
pust liieid.