A0. 1843,
LEYDSOïIE
N\ 104.
COURANT,
WOENSDAG,
'3i AUGUSTUS.
NEDERLANDEN.
Ley den, 30 Augustus.
Het getal der langs den spoorweg naar Arasterdam I. 1. Zondag vervoerde
personen, heeft nog omstreeks 500 meer herdagen, dan 8 dagen te voren,
zijnde toen bet getal nagenoeg 300e. Met den laatstee spoortrein kwamen
aan het station buiten de Marepoort aan, Hr 1. Excc. de Ministers van Fi
nanciën en Justitie, zich laatstelijk van Amsterdam naar 's Gravenhage be
gevende, en den volgenden dag menden eersten tr.in uit Amsterdam Zijne
Exc. de Minister van Binneniandsche Zakenook verder de reis naar de
Residentie voortzettende. Hoewel ook voorleden Zondag de drukte op weg
cn aan het station overgroot was, is de orde echter uitmuntend geweest,
hetgeen vooral ook moet toegeschreven worden aan de maatregelen door
de policie hier en elders genomen.
-De Staats-Courant van heden bevat het volgend Koninglijk beslnit:
Wij WILLEM ii enz..
Overwegende dat bet ArtseD.ijmengkundlg Formulierboek, onder den titel
van Pharmocopoea Belgica, bij Koningl^k besluit van 28 April 1821, N°. 2
'gearresteerd, thans, na verloop van zoo vele jaren, niet langer geacht kan-
worden ie voldoen aan de behoeften van Oen tegenwoordigen tijd-, en zich
ook niet op de hoogte der werenscha;» te bevinden, en dat hetzelve eene
meerdere volkomenheid en doelmatiger strekking zal Kunnen verkrijgen door
eene gepasie herziening en geheel nieuwe redactie van hetzelve:
Op de voordagt van Onzen Minister van Binneniandsche Zaken, van 19
Augustus 184b. N". 82, ade Afdeeling,
Hebben besloten en besluiten:
Art. 1. Eene speciale Commissie van zaakknndigen te benoemen tot ver
vaardiging eener geheel 'nieuwe redactie der Pharmocopoea Belgica, met in
achtneming dat daaruit worde Weggelaten hetgeen de ondervinding als over
tollig of min noodzakelijk heeft doen kennen, en daarin worde opgenomen
hetgeen voor de geneeskundige behoeften van de inwoners van Ons Rijk in
het algemeen noodlg en gepast zal erkend worden, en in allen opzigte inge-
ligt op de tegenwoordige hoogte der wetenschap.
Art. 2. Tot leden dier commissie te benoemen:
1°. De heeren Nicolaas Cornells ie FremerjOud-IIoogleeraar in de facul
teiten der geneeskunde en wis- en natuurkundige wetenschappen aan de
Hoogeschool te Utrecht2°. CerarJus FrolikHoogleer aar in de kruidkunde
en verloskunde aan het Athenaeum Illustre te Amsterdanr, beiden nog over
geblevene leden der vroegere commissie ter redactie der Pharmocopoea Belgica;
3°- r1nltr.se Hendrik van der Boon MeschHoogleeraar in de faculcetc der
wis- en natuurkundige werenschappen aan de Hoogeschool te Lepden; 40.
Gerard Jan MulderHoogleeraar in de faculteit der wis- en natuurkundige
wetenschappen aan de Hoogeschool te Utrecht50. daas Mulder, Hoog
leeraar in de faculteit der wis- en natuurkundige wetenschappen aan de
Hoogeschool te Groningen; 6°. Willem Hendrik de Friese, buitengewoon
Hoogleeraar in het vak üer kruidkpnde aan het AthenaeumUl.uscre te Amster
dam; 7C. A. J. d'AHlj, lid dér provinciale geneeskundige Commissre en
Apotheker te Amsterdam.
Art. 3, Dezelve Commissie zal haren arbeid zooveel mogelijk bespoedi
gen, zoodanig dat nog in den loop van het jaar 1843 de nieuwe Pharmoco
poea kan worden ingevoerd.
A". 4. De Pharmocopoea op voorschreven wijze vervaardigd, zal onder
den titel van Pharmocopoea Belgica nova, aan Onzen Minister van Binnen
iandsche Zaken worden overgelegd en door denzelve, voorzien van zijne
aanmerkingen, aan Ons ter goedkeuring worden aangeboden.
Onze Minister van Binneniandsche Zaken is belast met de uitvoering dezes,
'sGravenhageden eisten Augustus 1842.
WILLEM.
De Minister van Binneniandsche ZakenN
schimmelpenninck van der. olje.
Bij Koninglijk besluit van den ipden dezer, N°. 51, is de Commissie
uit den Raad van State, voor de zaken van de Roomseh-Kaiholijke Eere-
dienit, ingesteld bij Koninglijk besluit van den 16 September 1815, N°. 62,
en permanent verklaard bij dat van den 17 September 1827, N°. 94, opge.
lieven en dien ten gevolge van den Staatsraad in buitengewone drenst jhr.
Mr. P. A. van Meeuwen, in hoedanigheid van lid en aan den Referendaris,
Mr, P. G. van Ghtrt, in hoedanigheid van Secretaris dier Commissie, een
eervol ontslag verleend.
Door Zijne Maj. is, bij beslnit van 21 Augustus 1842, N°. 41goed.
gekeurd het door den kerkeraad der Remonstrantsche Gereformeerde ge
meente te Moordrecht uirgebiagt beroep tot Predikant bij c/ie gemeente op
den beer G. Weeraat, Proponent bij de Remontstrantsche broederschap.
Uit eene door den Minitcer van Staac, belast met de Generale Directie
voor de zaken der Hervormde kerk enz. aangebodene nominatie tot vervul
ling der predikantsplaats in de Hervormde gemeente van Oosterhout, zijnde
tene koninglijke collatie, heeft Zijne Maj., bjj besluit van 21 Augustus
1843, N°. 57, benoemd, den heer J. P. H. vast Hulsteijn, Predikant té
BeJterke.
Z. K. H. Prins Hendrikderde Zoon des Kordngs, is heden7middag,
vis zijne zeereize naar Petersburg en laatst komende van Vlissingen, in de
tlstidémie aangekomen.
Zjjne Maj. Koning Willem Frederik Graaf van Nasiau heeft deelge.
Koen voor tien aandeelen, ieder van ƒ250, in de geprojecteerde provinciale
Ibboiager stoomsleeptnaatschappjj tusschen Groningen de Zoutkamp en de
Zse.
Men verneemt, dat het Zijne Maj. Koning Willem Frederik Graaf
vin Nassau, op H. D. verjaardag, behaagd heeft, den heer L. C. Mus,
fibrlkant in Marmerwerken te Utrecht, te vereeren met eene gratificatie
Iviti f300, onder betuiging van H. D. welgevallen over de door gezegden
fabrikant uit Carrarisch marmer gebeitelde zeer wel gelijkende bifste van
Zijne Maj. Koning Willem Frederik en door denzelven aan H. D. ten ge
schenke aangeboden.
Sedert de laatst gedane bekendmaking, zijn door de belanghebbenden
[tligt, de navolgende door Zijne Maj. verleende octrooijen:
Een octrooi, in dato 23 Junij 184a, voor den tijd vin tien jaren, gere-
ïnd van den 14 Julij 1839 af, verleend aan G. Watson, woonachtig te
-onden, domicilrum gekozen hebbende bij CC. Uilenbeek, vroeger te Am.
itrdaro iu te Delftop de invoering van eene nadere verbetering door hem
mgebragt aan de verbeterde wijze om loodwit te vervaardigen
Een octrooi, in dato als voren, voor tien jaren, gerekend van den
28 December 1839 af, verleend aan .7. C. Robertson, woonachtig te Londen,
domicilium gekozen hebbende bij Mr. J, W. Gefken, Advocaat te '3 Graven,
hage, op de invoering van nadere verbeteringen, aangebragt aan de verbe.
kerde werktuigen om te wegen.
Een octrooi, ip dato 14 Jul® 1842, voor den tijd van tien jaren verleend
aan M. Pcole, woonachtig te Londen, riómiciliura gekozen hebbende bij A.S.
Preston te Rotrerdaoi, op de invoering van verbeteringen in de zamenstelling
van ketels ter voortbrenging van stoom.
Een octrooi, in dato 15 Ju lij 1842, voor den tijd van vijftien jaren ver.
ieend aan H. Gregoire te 's Gravenhage op de uitvinding van eene nieuwe
wijze om het beenzwart, nadat het reeds een of meermalen heeft gediend,
deszelfs vorige ontkleurende eigenschappen terug te geven.
Een octrooi, in dato 15 Julij 1842, voor den tijd van tien jaren verleend
aan G. Using, woonachte te Beernum bij Brugge, domicilium verkozen
hebbende bi) A. Ferrier, Consul van Groot-Britannie te Rotterdam, op de
invoering van een percussie-slot voor geweren en andere vuurmonden.
Een octrooi, in dato 7 Augustus 1842, voor den tijd van vijf jaren ver
leend aan C. F. Latris, woonachtig te Parijs, domicilium verkozen hebbende
bij H. Gregoire, Advocaat te's Gravenhage, op de invoering van eene nieuwe
wijze om azijn te maken,
Zijne Exc. de Minister van Financien heeft bepaald, dat voortaan de
reclamatien wegens grondlasten, even als die in zake van patencen, als aan
her zegel onderworpen moeten worden beschouwd, terwijl de ingezetenen
worden gewaarschuwd en herinnerd,om hunne reclames, in zake van grond,
belasting en patenten,op formaatzegel te schrijven en in te dienen;zullende
op requaesten, op ongezegeld papier geschreven, geene beschikking kunnen
plaats hebben.
Men verneemt dat bij de ontwerpen van wet, betrekkelijk her nog
niet gearresteerde gedeelte van bet wetboek van strafregc, welke binnen korf
aan de leden van de Siaten-Generaal zullen worden toegezondeu onder anderen
bij eenen afzonderlijken titel, vrij strenge strafbepalingen tegen het twee
gevecht worden bedreigdgelijk bekend is, wordt van deze geheele materie,
in bet nog in werking zijnde Code Penal met geen enkel woord gerept,
hetgeen dan ook aanleiding heeft gegeven, dat die in allen gevalle in eene
welgeotdende maatschappij hoogst laakbare en onzedelijke daad, jaren lang
ongestraft is gebleven. Eerst in de laatste tijden is de Jurisprudentie des.
wege in Frankrijk veranderd, ten gevolge waarvan het tweegevecht met den
moedwllligen manslag of moedwillige verwonding (afhankelijk van den uit.
slag) is gelijk gesteld.
Uit een berigt, door bestuurderen van het Instituut tot onderwijs
van blinden te Amsterdam, aan belanghebbenden toegezonden, blijkt, dac
het getal der tegenwoordig verpleegd wordende kweekelingen 51 bedraagt,
welk getal eerstdaags met nog drie zal worden vermeerderd; en dat de zot
gen van bestuurderen zich meer en meer bepalen tot eene uitbreiding, waar
door hunne kweekelingen, na verkregen onderwijs, het middel tot eigen
onderhoud zullen kunnen vinden. Verder behelst het betigt een gunstig
ve.'siag' van het financiewezen der inrigting, dat bij een volgend openbaar
Verslag nader zal worden toegeiicbr.
Volgens aanteekeningen, kan de weersgesteldheid van 1842 alleen
met die van 1793 vergeleken worden, wat de aanhoudende droogte betreit.
1802 en 1811 hebben eenige dagen gehad van hoogeren warmtegraad, doch
niet de tegenwoordige aanhoudende hitte. In 1802 heeft de thermometer
den hoogsten warmtegraad bereikt, die in deze gewesten bekend is sedert
dat daarvan aanteekening wordt gehouden.
Omtrent de reis van Zijne Maj. oen Koning in Gelderland wcudt nog
het volgende berigt:
Donderdag vertrok Zijne Maj. uit Zutphen naar Borculo, waar Hoogsc-
dezelve zich eenige uren ophield ter bezigtiging van de Koninglijke stoeterij
wordende begeleid door den heer Directeur dier stoeterij, den Luitenant-Co
lonel van Kretschmar van Wiek en Aalburg, Daarna gebruikte Zijne Maj.
het middagmaal bij den heer Gouverneur Staatsraad van Gelderland, op zijn
buiten te Ruurloo, waar Zijne Maj. ook vernachtte.
Vrijdag bezocht Zijne Maj. Doesburg, Enghuizen en andere gedeelten van
het voormalig Graafschap Zutphtn, reed naar Zevenaar, en begaf zich tegen
den avond over Arnhem naar Velp, waar H. D., op zijn te kennen gegeven
verlangen, zijn intrek nam Op den hoize Billioen, bij den Baron van Spaan,
Aldaar waren ettelijke der aanzienlijkste bewoners van de omstreken genoo-
digd op een prachtig diner, hetwelk door den Baron van Spaan voor Zijne
Maj. was aangerigt. Tegen half achc.ure ging men aan taielen nu ver
toonde zich uit het kasteel een schilderachtig gezigt, als zijnde de groote
ijzeren brug en de oranjerie met ontelbare lampions verlicht, welker terug,
kaatsing in het water tusschen het zwaar geboomte een tooverachtig tafe
reel opleverde, terwijl aan het eindë van de groote laan het huis van me
vrouw de Baronnesse Hardenbroek mede geïllumineerd was, en de schoonheid
van het schouwspel, dat door het heerlijkste weder begunstigd werd, ver.
hoogde. Van tijd tot tijd liet zich eene fraaqe muzijk hooren, en duizen
den wandelaren, zoo uk Velp zelve, als Uit Arnhem en andere nabij gelegen
plaatsen, doorkruisten tot Iaat in den nacht de schoone dreven van Billioen.
Saturdag morgen tegen 9 ure nam Zijne Maj. de terugreis aan.
Uit Tilburg schrijft men van den 27Sten dezer:
Men zegt, dac zich in de Residentie binnen eenige weken verschiliehde
Vorstelijke en andere doorluchtige personen zullen vereenigen. Ónder deze
noemt men onder anderen den Koning van Wurtemberg, den regerendeu
Hertog van Saksen-Weimaren sommigen voegen er Keizer Nicolaas bij.
Hoewel wij voor de echtheid van dit gerucht niet instaan, zullen wij toch
doen opmerken, dat er sinds lang sprake geweesc is van eene zamenkomsc
van een groot aantal aanzienlijke personaadjen aan het hof van's Gravenhage.
Men vleide zich, daar ook den ongelukkigen Hertog van Orleans te zien,
die zulks, naar men verneemt, tijdens hun zameaireffen te Luxemburg,
aan Koning Willem beloofd bad.
SPANJE.
Omtrent eene zekere oneenieheid, welke tegenwoordig tusschen Spanje
en Portugal bestaar, wordt in een bijzonder berigt het volgende medegedeeld:
Tijdens de erkenning van Don Miguel door Koning Ferdinand I'll zijn door
een bepaald verdrag aan Spanje aanmerkelijke voordeelen betrekkelijk de
yaari op den Taag toegekend; Dac verdrag is bijna geheel onuitgevoerd
g •bleven en de Spaansche Ministers, die elkander sederc eenige jaren hebben
opgevolgd, lieten deze zaak rusten, welke de diplomatie toch niet tot een