Groningen, die met hnnnè goedereft en braftlèn op de Leeuwarder kermis Voördeelige zaken hoopten te doen, hebben in dit verschrikkelijk ongeluk gedeeld, en keeren naar hunne woningen terug, van alles beroofd, wat zij mede hebben gevoerd. De collecte, welke den volgenden dag gehoüdèn Is, heeft de aanzienlijke som van 4500 opgebragr. Door de Regering der plaats zijn de inwoners Van Nederland opgeroepen, om giften, tot leniging der rampbij te brengen. Uit Vlissingen schrijft men van den 25sten dezer: Donderdag den sisten dezer werd eene menschlievende daad, aan twee in doodsgevaar verkeerende zeelieden, bewezen, die in alle opzigten loffelijke melding verdient. Schipper Jojakim Vertindenbeurtman van Neuzen op Vlissingen, met zijnen knecht IVMem Sponselizagen op 21 dezer, van Neuzen naar Vlissingen, met zwaren wind en hooge zee zeilende, tusschen Vlissingen en Borsele, bijna op den hoek van de Spijkerplaat, twee men- «chen op die plaat, in doodsgevaar tegen de al meer en meer rijzende harén worstelen; alleen de inspraak van zijn menschlievend hart raadplegende en het gevaar voorbijziende, van met zijn vaartuigje door de hevige branding op de plaat te stooten, en aldus zijn eigendom te verliezenook welligt zijn graf in de golven te vinden stevende hij moedig de ongelukkigen ter hulp en zag zijne de menschheid vereerende pogingen, door trouwe mede hulp van zijn knecht, met een gelukkig gevolg bekrooden bragc de beide, in nijpend gevaar verkeerd hebbende zeelieden, behouden te Vlissingen; deze waren Jacobus Jansenschipper van de Barkas, en Andries Snyders beide van Zr. Ms. fregat Euridiceliggende alhier in het Dok, welke met de barkas op de reede zeilende, door het omslaan van dezelve zouden zijn verdronkenindien zij niet door zwemmen de Spijkerplaat hadden mogen bereiken, waar zij slechts voor weinige oogenblikken veilig, gewisselijk met klimmenden doodsangst zouden zijn omgekomen, indien schipper Vertin den en zijn knecht hen niec uit dezen hoogst gevaarlijken toestand hadden gered. De regerende Hertog van Saksen-Koburg heeft bijna od den spoorweg van Brussel naarOstende een groot ongeluk gehad, daardoor de onachtzaam heid van eenen oppasser de trein uit het spoor werd geslagen. Ondercus. schen heeft men geen ongeval te betreuren. T U R K Y E. Konstantinopel den 6 Julij. Ten gevolge der aan de gezamenlijké vreemde gezanten Gerigte circulaire der Porte van 26 Jnnij jl. betrekkelijk het verleenen vao bescherming aan Raja's of niet Mohammedaanscbe onder» danen der Porte heeft Mustapha-Pacha in Syrië bevel ontvangen, om van al de Consuls en Vice-Consuls eene lijst te vragen van de aldaar aanwezige onderdanen hunner natie, en van derzelver beschermelingen, opdat de Porte het aantal dier personen zoude kennen. Eenige gezanten hebben op de bedoelde circulaire reeds een bevredigend antwoord aan de Porte doen toe,, komen. Den isten dezer is de Turbsche stoomboot, Tahiri Bahri, met troepen van hier naar Syrië vertrokken, werwaarts dezer dagen ook verscheiden voor Damascus bestemde batterijen artillerie zullen worden afgezonden. Naar Rumelie zijn eergisteren weder twee bataillons landweer op weg gegaan. Voor eenige dagen heeft in de nabijheid van de hoofdstad een ver. dacht sterfgeval plaats gehad, ten gevolge waarvan dadelijk maatregelen van voorzorg genomen zijn en een naauwkeurig onderzoek ingesteld is. Ge. lukkig is het gebleken, dat hetzelve niet aan de pest was toe te schrijven* DUITSCHLAND. Volgens eenen officieel bekend gemaakten staat zijn er bij gelegenheid van den brand te Hamburg 39 menschen omgekomen, van welke 25 gestikt zijn en 14 door het instorten 'van gebouwen den dood hebben gevonden, 118 hebben verwondingen bekomen en onder deze zijn 66 zwaar gekwetst. Bovendien zijn er onderscheidene pionniers, die nit Berlijn en Maagdenburg tot hulp gezonden waren, ten gevolge van de uitgestane vermoeijenissen bezweken, ook vooral, omdat zich onder die corpsen, na derzelver terug, keer, eene gevaarlijke rotkoorts had vertoond. Volgens berigten uit Hamburg van den 22sten, zou de Commissie, belasc met den herbouw van het afgebragte gedeelte der stad Hamburg, uit hoofde van de menigvuldige zwarigheden daartegen, besloten hebben, om van haar vroeger deswege, dadelijk na den brand, gevormd pian af te zien, en zou genoemde Commissie er thans meer en meer voor zijn, om de oude rigting der straten zooveel mogelijk te houden, en alleen daar, waar het noodig is, wezenlijke veranderingen te maken. Voor het overige zou men zich bepalen tot verbreeding en verevening der oude, en tot verhoo ging der aan overstrooming onderhevige straten. Bereids hebben een aantal burgers verlof bekomenom hunne afgebrande woningen in den Jungfernstieg, op den Houtdam en in de Leliestraat weder op te bouwen. Den 34 julij is des avonds te Koblentz de rust op eene ernstige wijze eestoord geworden. Een twist voor eene buitenherberg tusschen eenige burgers en soldaten ontstaan, was in eene vechtpartij ontaardwaarin de soldaten het onderspit dolven en mishandeld werden. Een onder-officier, die toevallig voorbijging, snelde zijne soldaten te hulp, trok den sabel en had het ongeluk van eenen der burgers te verwonden, waarop dadelijk een vrees, seiijke oploop ontstond; de wacht aan de naoijgelegen poort, werwaarts de onder-officier vlugtte, werd door een hoop gepeupel belegerd en met steenen geworpen, zoodat men het raadzaam oordeelde den vlugteling onder goed geleide naar zijne woning in de stad te brengen. Daardoor nog meer aange moedigd volgde het woedende graauw hem ook daarheen; eene hagelbui van steenen overstelpte de in dienst zijnde politie-beambteneen gendarme viel, door een steenworp doodelijk getroffen, voor de deur van het bedoelde huis neder waarvan in een oogenbllk alle glazen ingeslagen waren. Midderwijl was eene kompagnle infanterie en eene afdeeling pionniers onder de wapenen gekomen en aan deze gelukte het eerst de straat voor het geteisterde huis te zuiveren en vervolgens de zamenscholingen uiteen te drijven, die zich op verscheiden andere plaatsen gevormd hadden. Omstreeks tien ure was de orde hersteld. Omtrent de handelingen van den Zwitserschen Landdag kunnen nog geene belangrijke bijzonderheden medegedeeld worden. De kloostervraag is nog niet aangeroerd. Zijne Maj. de Keizer van Rusland heeft tijdens het verblijf van Zijne Maj. den Koning van Palissen aan het Russische Hof. alle Russische onder, danen, die wegens smokkelarij tot deportatie naar Siberie veroordeeld wa- ren, genade geschonken en de noodige bevelen gegeven om hen dadelijk in vrijheid te stellen. Men meldt uit Venetie het volgende: De algemeene belangstelling wordt hier door een verschijnsel bezig gehou. den, dat waarschijnlijk zonder voorbeeld is, te weten: de geheele vernieu. wing van het gebit eener vronw van ruim negentig jaren, geestelijke zuster in het Carmelitenklooster dezer stad. En wat het verschijnsel nog belang, wekkender maakt, is, dat die vrouw vroeger nog tweemaal nieuwe tanden heeft gekregen, namelijk in haar zeven en veertigste en in haar drie en zes tigste jaar, zoodat zij vijfmaal nieuwe tanden heeft gehad. De geneesheer van het klooster, die zeven en tachtig jaar oud is en het klooster twee en vijftig jaar heeft bediend, zal eene brocnure in het licht geven, waarvan hij exemplaren aan de voornaamste medisc.ie Hoogesclioien zal zenden. Brieven uit Athene melden, dat de Grieksche schatkist bijna uitgeput was ea de Ministers gereed stonden van de Fransche Regering het sluiten eene' nieuwe leening te vragen; alle lieden, die hunne belasting nog niec betaald hadden, werden in hechtenis genomen; hun getal beliep te Messenia alleen 3000.De Ministers waren bij het volk zeer iu baat. GROOT- BRITANNIE. Londen den 27 Julij. Uit de groote fabrijksteden is eene deputatie bij dé leden van het bestuur toegelatenom hun den heerschenden nood op dé donkerste wijze voor te stellen. De Ministers hebben te kennen gegeven, dat de reeds in het werk gestelde pogingen der Regering, ook vooral hec nieuw ingevoerde tarief, spoedig goede vruchten zouden dragen en dien nood verminderen. Uit eed dezer dagenjdoor eene Commissie van het Huis der Gemeenten gedaan onderzoek, omtrent omkoopingen bij de jongste verkiezingen, bleek dat een der leden voor zijne benoeming te Nottingham 7000 betaald had* -Het regtsgeding van Bean, die laatstelijk een pistool tegen de Koningii gerigt heeft, zal den 8 Augustus behandeld worden. Uit Birmingham en Burslera wordt gemeld, dat de mijnwerkers nog niét tot den arbeid waren teruggekeerd en de beter gezinden onder hen nog dwongen, geen werk te verrigten. -Een aantal aanzienlijke personen van Londen heeft aan Mehemed- Ali een dankadres toegezonden en eene groote gouden medaille, prijkende met zijn gelijkend beeld, ten oorzake, dat hij in 1840 de gemeenschap in .ffigypte beeft opengehouden. In eene redevoering, onlangs te Londen gehouden, door een dér leden van de anti-korenwet-associatie, kwamen de volgende sterke uitdrukkin gen voor: Het rijk der misleiding snelt ten einde. De ellende omgordt ons lancl al enger en enger en dringt steeds nader op den rijken, in vreugde en gedachw teloosheid levenden aan. De honger, die verdragen is met een geduld, hetwelk de rijke met koele bewondering heeft aanschouwd, is op het punk om zijn werk te voltooijen. Hij houdt de kinderen uit de school, drijft de dochters tot zedeloosheid, doet den man tot goddelooze en eerlooze daden overslaan en verandert hem in een roofdier. De wet. diejhem verbiedt re stelen, doemt hem terzelfder tijd tot den hongerdood. Hij bekreunt zich niet meer om dezelve, welras zal hij ophouden haar re gehoorzamen. De middenklassen, die tot dusverre de beschermster der aristoitratie waren, zijn tot de overtuiging gekomen, dat het rijk van schrik den terugkeer der regt. vaardigheid moet voorafgaan en maken zich gereed om als neutrale toeschou. wers den vreesselijken strijd aan te zien, die ontstaan zal wanneer de onder, drukkers ongewapend tegenover de verdrukten zullen staan. Onder deze omstandigheden laten wij nog eenmaal onze waarschuwende stem hooren aan hen, die het volk het koren onthouden, en bezweren hen, zich het loc te herinneren, hetwelk de onregtvaardige aristokratie van andere landen heeft vernietigd. Wanneer al onze pogingen niets baten, zullen wij ten minted den troost hebben, onzen pligt betracht te hebben. Wij hebben verstand en ondervinding opgevolgd; wij hebben vrede gepredikt en denzelven be. W3ard; wij stonden tusschen den hongerigen en hem, die de ellende veroor. zaakt; indien, in weerwil hiervan, de aristokratie van dit rijk haren onder, gang wilalsdan moge op haar hoofd nederkomen haar bloed en het bloed van hen, die in den strijd om brood, hetwelk God heeft gegeven en zij hun onthouden, zullen vallen. Te Dorchester had men onlangs bevel gekregen om een gevangens die voor schulden zat, vrij te laten; maar hij bevond er zich zoo goed, dat de congierge genoodzaakt is geweest om de geheele wacht der gevangenis te hulp te roepen, ten einde hem dezelve te kunnen doen verlaten. De fruithandel neemt jaarlijks eene meerdere uitbreiding in Engeland* In het begin van het tegenwoordig saizoen, werden 2,000 manden met kersen uit Frankrijk en Nederland ingevoerd. Het gevolg van dezen invoer heefc zich vooral in het zuiden van Engeland doen gevoelen, waar de kersen zeer goed geslaagd waren. Meer dan 20,000 pond kersen werden per spoorweg van Kent op de markt van Leeds gebragt; hetgeen de prijzen zeer drukte. Groote voorraad van roode aalbezien, uit het buiten land ingevoerd, zijit ook in Londen en de steden der provinciën aangebragt; zij worden over het algemeen boven die van Engeland verkozen. Men ontlaadt thans appelen en peren van Hamburg en Rotterdam, en aanmerkelijke aankoopen worden gedaan, waarvan de aanvoer later geschieden zal. Deze handel van fruic wordt zoo aanzienlijk, dat men verzekert, dat vele personen van den omtrek van Londen voornemens zijn om zich gedurende den zomer in Frankrijk, Nederland en Hamburg cc vestigen OBJ uun u^» CCKOXTpcii cu naar land te verzenden. FRANKRIJK. Paiijs den 29 Julij. Omtrent de plegtigheid bij het openen der Kamers, welke reeds in ons vorig nommer is medegedeeld, wordt het volgende ge. meld: Die indrukwekkende plegtigheid had reeds vroeg geheel de bevolking der hoofdstad fn beweging gebragt. Ieder scheen van niets anders vervuld dan van de gewigtige roeping, die de Kamers thans te vervullen hebben. Het allemoodlotcigst toeval, dat Frankrijk van eenen zoo te regt beminden en de toekomst, die hem wachtte, zoo waardigen Prins berooft, leefde meer dan ooit in ieders herinnering. Algemeen sprak men van de diepe smart, die het Koninglijk gezin vervult; ieder was begeerig om het gelaat van den geëerbiedigden Monarch te aanschouwen, om aan den in rouw gedompel» den vader eenig blijk van deelneming te geven. De Koning is ten half twaalf ure van hec kasteel van Neuilly vertrok, ken; de Koningin, de Hertog van Nemoursde Prins van Joinvillede Hertog van Aumale en de Hertog van Montpensier bevonden zich in zijn rijtuig. De Hertogin van Nemours de Prinses Clementine en mevrouw Adelaide volgden in andere rijtuigen. Hunne Majesteiten en HH. KK. HH. hebben den ouden weg van Neuilly gevolgd, om niec voorbij de nederige woning te rijden, waar de Kroonprins den laatsten adem uitgeblazen heeft. Een vierendeel unis na den middag kwamen zij aan het paleis der Tuille» nën. Van daar af tot aan hec paleis Bourbon, de vergaderplaats der Ka» mers, stonden de nationale garde, van welke ieder legioen een bataillott geleverd had, en de troepen aer bezitting, te weérszijden der straten eiï kaaijen in drie rijen geschaard. De municipale wacht te voet en té paard' was met het handhaven der orde belast. Toe den middag toe was de toegang tot de kaaijen van Orsay en van de Tuilleriën, alsmede van de beide na. 1 burige bruggen over de Seine geheel vrij; doch van dat oogenblik af wer. 5 den die punten afgezec. j Tegen dén ure heeft de Koninglijke stoet zich op weg begeven. Eeo 1 escadron lansiers, met muzijk aan het hoofd, en een escadron nationale gardes te paard, openden den optogc. De stoet werd door een escadron 'j, dragonders gesloten. De Koning en de vier Prinsen waren in cweè rijtuigen t gezeten; hebbende Zijne Maj. den Hertog van Nemours aan zijne zijde. De stoet bewoog zich zoo langzaam, dat hij bijna een half uur noodig j heefc gehad, om van de Tuilleriën naar hec paleis Bourbon te komen. Overal waar Zijne Maj. zich vertoonde, weergalmde de lucht van de dui zendmaal herhaalde kreeten: Leve de Koning l Leve het Koninglijk gezint De vergaderzaal van hec paleis Bourbon was even zoo als bij vroeger? openings-zittingen ingerigcbehalve dat thans een rouwfloers ora al de 1 driekleurige vlaggen gewonden was. Ten twaalf ure begonnen zich daar de Pairs en de Afgevaardigden te verzamelen. Zij vereenigden zich in zoo overgrooten getale, dat er geene zitplaatsen genoeg waren en sommige leden der Kamers gedwongen waren, op de trappen tusschen de banken plaats te nemen. Ook de tribunes waren spoedig deels mee hec Corps Di plomatique deels mee andere toeschouwers, opgevuld. Hec rouwgewaad, waarin allen zich vertoonden, gaf aan de geheele vergadering een somber 1 voorkomen. De tribune, waarop ander bij znlke gelegenheden de Koningin en de Prinsessen zich vertoonenwas, daar deze Vorstinnen op het paleil der Tuiileriëu gebleven waren, door audere toeschouwers ingenomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1842 | | pagina 2