a". 1842. lêtdsche n*. 53. WOENSDAG, COURANT. 4 MEI. NEDERLANDEN. tÜBLiCATIE. Burgemeestbr en Wethouders der Stad Lf.yden, waarschuwen bij dezen een ieder, wien het zoude mogen aangaan, dat ingevolge de bestaande wet;en, op de aan- staande Kermis geene Horooskobptrekkers Planeetlezers Dobbelaars Rijmelaars Draaibordenof diergelijke schadelijke spelen zullen worden toegelaten, en dat o..d,r voorwent:sel of schijn van iets te vertoonen als anderzins, geene bedelaarsyerminkte of gebrekkige personen alhier zullen worden gedoogd, maar d.. del ijk door de Agenten der Policie opgevat, ten einde omtrent dezelVe naar bevind van zaken'zoude kunnen wordtn gehandeld Terwijl wijders aan allen die in de Vermen der wet op liet Patent-regt val len bij deze nadrukkelijk wordt herinnerd, dat zij niet zuilen worden toegelatenten ïii van een behoorlijk Patent voorzienWaaruit tevens blijkt dat het diensvolgtrtS door hun verschuldigde regt is betaald. Dat eindelijk, niemand, gedurende deze Kermis, niet iets zal mogen voorstaanop de straten vertoonenof daarmede rondgaanzonder daartoe niet alleen het vereisthce consent verkregen te hebbenmaar ook bet deswegens verschuldigde markt geld aan den Marktmeester te hebben betaald. Wordende de Heer Directeur en Commissarissen van Policie bij deze geqüalificeerd, om voor de executie dezer ie zorgen. Aldus gedaan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op den a8. April 1842. J, G. DE ME y. Tet ordonnantie van dezelve v. püttkammbr. Letden, 3 Mei. 'Reden morgen ren 8 urewerd alhier het lijk van den Wel-Edelen Ge- airengen Heer F. C. Olievier, 2den Luitenant bij het iste bataljon 8ste regi. ment infanterie, pltgug ter aarde besteld. Nadat het lijk van utt de behutzinge op de draagbaar was geplaatst, werd «r een eeresCnot uit 50 geweren gelost, waarop de begrafenisstoet zich vohenderwijee in beweging sreldes Is. Vier tamboers, voorafgegaan door eenen korporaal-tamboer; 2J. Het corpi muz Ijk van het iste regiment zware dragonders; 3°. Een gewapend detachement van 50 hoofden, gecommandeerd door een ufficier 40. 'Het Ijjlt, gedragen door onderofficieren; de vier slippen van het lijk. kleed vastgehouden door even zoovele Officieren; 50. Twee bloeders van den overledenen in diepen rouw; 6°. De Hoofd- en verdere Officieren van het garnizoen; 1°. Aanzienlijke ongewapende detachementen van verscnillende corpsen. •Op het kerknof aangekomen zijnde, werd het lijk met een tweede salvo begroet en vervolgens tot het graf gebragt, aldaar nedergezet zijnde trad een der vrienden van den overledene voor, en deed eene korte toespraak, waar- mede tui de verzamelde krijgsmakkers aanspoorde, de nagedachtenis des overledenen, om zijne goede hoedanigheden en beminnelijk karakter, steeds onder ken te doen voortleven, 'Hierna werd het lijk in den grafkuil neêrge. laten, door de .broeders en ieder der aanwezige Officieren eene spade aarde op de kist geworpen, en een derde salvo, als laatste eerbewijs aan den over. ledene, gelost, waarop de trein bijt» in dezelfde orde als boven naar hec gie'ftlUis terugkeerde. Innige be atigstelltng was op het gelaat 'der krijgslieden en dat der zoo talrijk zaamgevloeide menigte geteekend terwijl innige deelneming in den zoo jong gestorvenen zich door de plegtige stilte b\j zijn graf deed kennen, (Ingezonden.) Uit '.«Gravenhage meldt men van den aden dezer: Zijne Maj. de Konin; vertrekt heden nacht uit deze Residentie naar Til. turg, om aldaar gedurende eenige dagen door te brengen, Zijne Maj. heeft goedgekeurd het door den Kerkenraad der Hervormde Gemeente van Stitiwaard, classis Middelburg, uitgebragt beroep op den Can. didaat bij het Provinciaal Kerkbestuur van Drenthe, T. IV. van Sonsbeeck. Zijner Majs. stoomschip ie fie/tla was den 12 Januarij behouden aan •de Kaap de Goede Hoop aangekomen en had van daar naar Batavia den J4den de reis voortgezet. Zijne Maj. heeft den Fransche Kapitein Lugeol benoemd tot Ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw. tZ. K. H Prins Henditk heeft zich gisteren middag, uit deze Residentie, naar den Helder begeven. Zijne Maj. Koning fVi'.lem Freierik, Graaf van Nassau, heeft aan het Israëlitisch Oude Mannen en Ziekenhuis f 200 geschonken, v In de Slaats-courant van heden leest men: Wij achten ons gelukkig te kunnen berigten, dat, volgens de thans uit Berlijn omvangen tijdingen, het gevaar, hetwelk de dagen van Zijne Maj, Koning Willem Frederik, Graaf van Nassau, bedreigde, als geheel geweken eb de Vorstelijke grijsaard als nagenoeg hersteld beschouwd mag worden. Het laatste bulletin is den 28sien April uitgegeven en luidt als volgt: 2ijne Maj, de Graaf van Nassau heeft een zeer goeden nacht gehad en met kleine tusachenpoozen gerust geslapen. Alle de tigchamelijke fnnctien zijn bijna in den gewonen natuurlijken toestand. De verdere uitgifte van een bulletin ia bij gevolg overbodig. Nog leeit men in dac blad: De Tijdgenoot van den a8sten April jl. maakt de aanmerking, „dat de ge lijktijdige benoeming van twee Roomsch-Kacholijken in den Raad van State „en de benoeming van een Roomach-Katbolijken Gouverneur, hoe men de- „zelve ook beschouwe-, vernederend is voor de Protestanten," Men zoude kunnen vragen, wiar geschreven staat, dat de door den Tijd genoot bedoelde heeren hunne benoeming nn hunne godsdienstige belijdenis en niet bij uitsluiting aan hunne kunde en geschiktheid ie danken hebben. Mogen er niet achtereenvolgend drie staatsambtenaren van dezelfde gods dienstige gezindheid benoemd worden, wat wordt er dan van de benoemin gen van zoo vele Protestanten, die uit den aard der zaak achtereenvolgend moeien plaat» hebben? Maar de zaak uit het oogpunt van Godsdienstige belijdenis beschouwende is er niets vreemds in, dat de Roomsch-Kitholijke Gouverneur van hec Rpomsch-Katholüke Noord-Braband door een Room.ch-Katholtjk vervangen wo;dt, wanneer 9 provinciën van de i! Proteatamsche Gouverneur» heb. beV; terwijl door den dood van den beer van Keverberg en de benoeming vip den. heer Borrel tot Gonvernenr, de Raad van State, zonder de benoe. ming, waarop than» aanmerking worde gemaakt, geen enkel Roomsch-Kacho- lijk lid, op het geheeld getal van twaalf zonde bezitten. De aangeheven klagte is onbillijk, wanneer men moet erkennen (gelijk de Tijdgenoot in hei bewuste artikel, zelf schijnt te doen}, dat de benoemden in hooge mate met de vereiicbte hoedanigheden begaafd zijn; zij is onregt. vaardig, daar zij, onder den schijn van onpartijdigheid, iets broog', het- we'U van grooie partijdiglé d zou getuigen. Toon en strekking van eten Tijdgenoot zijn ie degelijk en te echt nationaal, om niet te óe.leurendat ook dit blad nu en dan niet van eenzijdigheid is vtij te pteiten, M.irgen ten 2 lire za! de Tve-de Kamer der Staten-Generaal eene zitting houden, waann, naar men verneemt over het hii weltjks-ontwerp van H. K. H. Mevtouw de Prinses Sophia der Nederlanden met Z. K. H. den Erfgroothertog van Saksen Weimar zal worden gehandeld -Alle de afdee. Iingen der Kamer zuilen morgen ochtend vergaderen over het gewijzigd one- werp van wet nopens de pensioenen, waaromtrent men eerlang de beraadsla gingen te gemoet ziet. In het Dagblad van 'sGravenhage leest men het volgend ingezonden stuk „Wat wij nog voor weinige dagen hoopcen, dat zich niet mogt verwe zenlijken, is, naar wij thans vernemen, eene waarheid geworden. De hoog edel gestrenge heer Mr. J. van 's GravenweertStaatsraad in buitengewone dienst, Ridder enz., enz., had besloten, ons (ook zijn) Vaderland, welligc voor altijd, re verlaten, en aan dit besluit heeft zijn hoog edel gestrenge reeds gevolg gegeven. „Het is ons niet bekend, wat daarvan de oorzaak zij; maar, voor de eer van ons land, hopen wij, dac de volvoering van gemeld besluie niet moge zijn gegrond op de laatste 4 of 5 regelen der door zijl hoog edel gestrenge uitgegeven Reisherinneringen, getitelde Het Noorden en het Oosten. Dan, hoe dit ook zijn moge, het blijft eene treuiige gedachte, dat de heer Mr. J. van 's Gravenweerteen man van het edelsL karakter, van Oud-Holland, sche opregtheid, uitgebreide kennis, buitengewone calenten en verdiensten, van welke onze geëerbiedigde Koning nog zoo veel nut kon trekken, hec blijft, zeggen wij, eene treurige gedachte, dat zulk een man zijn Vaderland verlaat, om in een vreemd land de schatten van zijnen geest als hec ware te gaan begraven. „Zijne ware vrienden nogtans en ook velen der door hem beweldadigde inwoners dezer stad roepen hem met ons een hartelijk en dankbaar vaarwel toe, en wenschen hem nog een lang en vergenoegd leven, maar hopen tevens, dat zich weldra voor hem eene even aangename als dringende omstandigheid moge opdoen, om tot ons terug te keeren." Onaer de openbare vermakelijkheden, die op de aanstaande kermis ter bezigiiging zullen worden gesteld, bevindt zich ook eene fraaije inéna. gene van wilde dieren, toebehoorende aan de heeren Sontenac en Ponsolla, en staande op de Paardenmarkt tegen over den Koninglijken schouwburg. Van den 'óden dezer. Zijne Maj. de Koning is In den afgeloopen nacht uit deze Residentie naar Tilburg vertrokken. -In de zitting der Tweede Kamer van de Staten-Generaal, van heden, is ingekomen een Kouinglijke boodschap, ten geleide van een ontwerp van wet, strekkende tot den aanleg van een ijzeren spoorweg van Maastricht naar de Pruissische grenzen met eenen zijtak naar Kerkroede. Bij dit one. werp is eene memorie tot toelichting gevoegd.Verzonden aan de afdeelingen. Zijn ingekomen drie verzoekschriften, als: 1°. van Ingezetenen mt Oro- ningen en Drenthe, die hunne bezwaren tegen den bestaanden accijns op den ttirf doen kennen; 2°. van Notarissen re Heerenveen, die hunne beden kingen op het ontwerp nopens de hypothecaire inschrijvingen voordiagen ;en 3®. een adres uit Gelderland, waarbij op nieuw de ongrondwettigheid van het poider-reglement in het gewest ontvou ivd wordt. Verzonden aan de Commissie. Aan de orde wordt gesteld het ontwerp van wet, betreffende de toestem ming in het huwelijic van H. K. H. Mevrouw de Prinses Sophia der Neder landen, welk ontwerp met algemeetie (43) stemmen wordt aangenomen. Hierna is de vergadering gescheiden. Laatstleden Donderdag heelt Hare Maj. de Koningin, vergezeld van H. K. H. Mevrouw de Prinsen Sophia aer Nederlanden, zich naar hei bad huis begeven, om de aldaar door Hare Maj. opgerigre school, voor behoef, tige Scbeveningsche meisjes, gedurende den winter, te sluiten. Met de meeste dankbaarheid werd Hare Maj. door eene der scholieren, namens de overigen, toegesproken, en het behaagde de Koningin, haar verlangen uit te dtukken, dat deze nuttige inrigung gedurende den volgenden winter weder geopend wierd, zoodat alzoo door H. D. ondersteuning op nieuw verzekerd zal worden de verzachting van het lot van zoo vele ongelnkkigen op jeugdigen leeftijd. Er zal te Middelburg een stedelijk Gymnasium en een instituut van middelbaar onderwijs worden opgerigc, ter vervanging van de tegenwoordige Latijnsche en Fransche scholen. Te Hilvarenbeek bij Tilburg heeft den 3oscen een hevige brand ge. woed, waardoor 13 huizen, door 18 huisgezinnen bewoond, eene prooi der vlammen geworden zijn. Men heetc allen grond van te vermoeden, dac er brandstichting heeft plaats gehad, wegens de sederc een paar maanden bij gegoede lieden bezorgde bedreigingsbrieven. Den iden dezer waren de Effecten aan de Beurs ie Amsterdam, ais volgt: de 2j pCt. Werk. Sch. 52^, 5pCc. ioi|; Kansb. a6,'f» Hand.- Maatsch. 154!Ard. Coup. 27§. SPANJE. Men schrijft uit Barcelona van den nsten Aprils In Kataioniën vertoonen zich op nieuw Carlistische benden, die den schrik onder de plattenlands bewoner» verspreiden. Zoo het Gouvernement niec onverwijld de krachtigste maatregelen ter beteugeling neemt, kan er eene hernieuwing van den burger-oorlog te vreezen zijn. De strengste orders, die in de provincie van de Gtronne uitgevaardigd zijn, hebben tot dus verre nog niets nitgerigt. Het hoofd der benden Ramon Felip doorkruist de provincie aan de spita van 150 man. De overheid heeft eene premie op zijn hoofd gesteld; hij heeft zulks met wedervergelding beantwoord en bij proclamatie oitloving gedaan van honderd oneen gouds, voor wie den polieken Gouver. nenr der provincie, Don Franfois Bruguera levend in zijne handen zou leve. ren, van twee oneen gouds voor ieder onder-officier en van eene once voor het leveren van ieder soldaac of nationale garde. De voornaamste Carlistische officieren van den laatsten burger-oorlog zijn op nieow in de gebergten rondom Berga verschenen en onder anderen noemc men met namen, Ttislany, MuchacoBoqusca. Burjo, PepdelOli en Zorilla. De Kamer van Afgevaardigden heeft in hare zitting van den 20sten een voorstel der Regering verworpen, hetwelk strekte om verlof ce beko men tot uitgifte van 160,000,000 realen aan schatkistbiljetten. Na bad de Regering om de helft gevraagd en daarover zon de Kamer wederom be raadslagen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1842 | | pagina 1