A*. 1841.
LEYDSCBË
VRIJDAG,
N°. I3D,
COURANT.
19 NOVEMBER.
NEDERLANDEN.
Leyden, 18 November.
t)it 'sGravenhage meldt men van den iyden dezer:
Zijne Maj. heefc den Lecto'r in de Wis- en Natuurkundige Wetenschap,
jpen bij de militaire school te Breda, W. Wenckenbachden titel van Hoog.
leeraar verleend.
Zijne Maj. de Koning-Groot-Hertog heeft den heer Geilt, Voorzitter
der buitengewone Commissie voor de Luxemburgsche zaken te 's Graven-
hage, benoemd tot Grootkruis der orde van den Nederlandschen Leeuw.
Oe Minister van Binnenlandsche Zaken, opmerkzaam gemaakt zijnde,
dat sommige fabrikanten van gouden en zilveren militaire en andere oma.
nemen, welke niet persoonlijk goud- en zilverdraadtrekkerijen en plet
terijen bezitten, het goud en zilver in ringen (gavettes), of wel reeds ge
heel tot de verlangde dunten getrokken, van buiten 'slands ontbieden en
voor de bedoelde ornamenten bezigen; dat deze handelingen zich niet alleen
tot hard of masstef goud- en zilverdraad bepalen, maar zich evenzeer uit
strekken tot overspannen goud- en zilverdraad, geëigend tot het maken van
galonnen en borduursels, en overwogen hebbende dat, voor zoo ver van
buiten 's lands gesponnen, getrokken of geplet goud- of zilverdraad wordt
gebruik gemaakt om het in natura of tot ornamenten, borduursels of an-
derzins bewerkt, naar Neêrlandsch Indië te verzenden, daarvoor hier te
lande geene certificaten van oorsprong behooren te worden afgegeven, als
komende die certificaten ten deze alleen te pas voor goud- en zilverdraad,
hetwelk van de oorspronkelijke grondstof af san, dat is geheel en al hier
te lande bewerkt is, heeft ter kennis van de belanghebbenden gebragt, dat
door hem, voor goud- en zilverdraad-werkengeene andere certificaten
van oorsprong zullen worden geviseerd, dan waarbij, door eene der hier te
lande van regerings wege erkende goud- en zilverdraad-trekkerijen en plette-
rljen uitdrukkelijk en onder eede verklaard is, dat het in certificaat ver
melde goud- en zilverdraad onmiddellijk en geheel en al uit de grondstof,
in hare eigen hier te lande gevestigde fabrijk is gesponnen, getrokken en
geplet; terwijl, voor zoover het goud- of zilverdraad door andere fabrij-
kanten hier te lande tot galonnen, borduursels of ander werk mogt zijn
gebruikt, bij het deswege door hen af te geven certificaat, tevens wegens
den geheel en al inlandschen oorsprong van het gebruikte goud- of zilver
draad, eene in voege voorschreven opgemaakte en beeedigde verklaring van
eene der erkende goud- en zilverdraad-trekkerijeu zal moeten worden over
gelegd,
Het Bulletin des Lois van Frankrijk behelst een Koninglijk besluit,
waarbij toegestaan wordt, om aan de Fransch-Katholijke gemeente te'sGra.
venhage af te staan een gedeelte van het voormalig hotel der Fransche Am
bassadein de Casuariestraaten zulks tot het aanbouwen eener kerk.
-» Bij de opening der inschrijvings-biljetten op gisteren, te Amsterdam
voor de levering van f 300,000 3f pCt. syndic., ter vernietiging, is geble
ken, dat de minste inschrijving was voor 76! pCt. Voor zoo verre deze
inschrijving beneden het genoemde bedrag van ƒ300,000 was, is de levering
der overige stukken verdeeld tusschen de inschrijvers regen 76J,
De heer R, L. van Andsinga de Kempenaer, lid van de Ridderschap
van de Provincie Vriesland, heeft het volgend berigtonder dagteekening
van 15 November uit Parijs, in het Algemeen Handelsblad doen plaatsen;
Onderscheidene dezer dagen uit Holland aan mij en anderen geschrevene
brieven gewagen van een in omloop gebragt gerucht, dat ik, in de conspi
ratie van Belgie begrepen zijnde, dien ten gevolge alhier te Parijs zoude
zijn gearresteerd geworden.
Ik verzoek de redactie van het Algemeen Handelsbladdoor eene snoedige
opneming dezer regelen, die kwaadwillige verzinselen te logenstraffen en
voeg ik hierbij de verklaring, dat ik te veel vaderlandsliefde bezit, te zeer
van deszelfs welbegrepen belangen doordrongen ben; het ellendige tienjarige
volhardingstelsel, in deszelfs rampzalige gevolgen, zoo drukkend voor de
natie, te zeer wraak; de politiek van den daarop het meest geïnfluenceerd
hebbenden staatsmanzoo zeer in strijd met de ware belangen van mijn
Koning en Vaderland, te weinig toegedaan ben; dan dat ik een onteerend
deel zoude hebben willen of kunnen nemen aan intrigues of bewegingen
ten doel hebbende, om Belgie weder aan Nederland te 'knoeijen.
Eene daad! welke, naar mijne zedelijke overtuiging, zoowel in mijn
Vaderland als in Belgie, de misdaad van Hoogverraadjegens den Staat daarstelt.
Uit Groningen meldt men van 15 Novembe:
Men verneemt dat Zijne Maj. Koning Willem Frederik Graaf van Nassau,
aan wien hoofdbestuurders van het alhier gevestigd Instituut voor doofstom,
men een exemplaar van het laatste jaarlijksche verslag, alsmede van de
Redevoering, door den heer Mr. H, O. Feith, ter gelegenheid van het vijf
tig-jarig bestaan des Institnuts, gehouden, hadden aangeboden, deswege
aan het hoofdbestuur Hoogstdeszelfs dank heeft doen betuigen, en, laat
stelijk, met kennisgeving, dat het Zijner Majesteit had behaagd, ter onder
steuning van de pogingen in het belang der Nederlandsche doofstommen aan
gewend wordende, het subsidie, jaarlijks uit Hoogstdeszelfs bijzondere
fondsen toegestaan, met vijfhonderd gulden te vermeerderen en alzoo te
brengen op twee duizend gulden 'sjaars. Wij rekenen ons gelukkig, dit
treffend blijk van 's Vorsten weldadigheid en voortdurende hooge belangstel
ling in eene Vaderlandsche stichting aan onze lezers te kunnen mededeelen.
Volgens rapport van den loods G. Matroos, is in den avond van den
uden dezer op de Wierummer gronden gestrand eene Etigelsche schooner,
beladen met haver, komende van Leith en gedestineerd naar Londen. De
equipage,"bestaande uit vijf man, is, door schipper J. P. Visser, voerende
de vtschsnik Aurora, gered en op Oostmahorn aan wal gebragt. Het schip
is geheel verbrijzeld. De schipper Meerten Meilis Smit, voerende de visch-
schuit de Vriendschap, is bij het bergen van den mast en cenig wrakhout in
het water geraakt en verdronken.
Heden nacht is bij Defzijl het op stroom liggende schip Paradijs,
kapiten Linneman, van Emden naar Gent gedestineerd, met aardappelen en
boter, voor deszelfs anker weggeslagen, tegen den dijk gedreven en ge
deeltelijk verbrijzeld; men was bezig zoo veel mogelijk van de lading te
bergen.
Uit IJzendijke in Zeeland wordt het voigende medegedeeld
Bij den landman Jacobus Wijffels alhier, woont zékere Desiri de Boever
als koewachter, oud 25 jaren, die op zijn tiende jaar plotseling stom werd,
toen hij van de dorpschool van Waterland-Oudeman huiswaarts keerdeen
aldus, tot hunne groote verbazing en droefheid, bij zijne ouders kwam.
De destijds hem toegebragte geneeskundige hulp bleef geheelvruchteloos. Hec
ontbrak dezen jongeling, die zich langzamerhand aanzijn ongelukkig lot gewen;
de, overigens noch aan lust noch aan ijver, en hij ging zich, terverligting zijner
armoedige ouders, bij de boeren als koewachter verhurenhij hoorde zeer
goed, en verstond volkomen de bevelen, welke men hem gaf,die hij vlijtig
-n behoorlijk volbragt, en wegens zijne naarstigheid was hij zeer gezocht.
In den nacht van den loden op den nden dezer ontwaakt hij even voor
den klokslag van 12 ure; toen hij de klok hoorde slaan begon hij te tellen,
zoo hij vermeende in zich zelven; maar ziet hoe verbaasd was hij niet, toen-
hij meende geluid uit zijne keel tc vernemen; van blijdschap en aandoening
kon hij niet meer slapen, en siond reeds ten half 5 ure op, om zijne huis.
genooten bekend te maken wat door Gods hand aan hem geschied was. Hij
ontmoet het eerst de dienstmeid, die reecs aan haar werk was en sprak haar
toe: WantjeI verschrik niet, het is Dcsirt, die dezen nacht ten 12 ure
sprekend is geworden."
De dienstmeid was zoo hevig verschrikt en ontsteld, dat zij hem in
het eerst niet kon antwoorden, weldra evenwel wilde zij heenloopen om
het huisgezin te wekken, hetwelk Desiri echter verzocht nog niet te doen,
maar hij begaf zich naar de slaapplaats der knechts, welke hij mede aansprak
dezen hem echter niet herkennende, hielden hem voor een dief of landloo-
per, grepen hem, en waren, niettegenstaande hij hun zeide wie hij was,
niet gerust voor zij zich door het opsteken van licht overtuigd hadden, dat
inderdaad de stomme Desiri zijne spraak had terug bekomen. Eindelijk ver.
scheen ook baas Wijffels, zijne vrouw en de verdere huisgenootendie allen
met groote verwondering vernamen hetgeen gebeurd was, en allen tranen
stortten van blijdschap. Maar hoe beschrijft men de aandoening van da
moeder, broeders en zusters van dezen jongman, toen die, op een half uur
afsiands van de gemeente wonende, werden ontboden! Treffend was deze
ontmoeting, toen zij den geliefden zoon en broeder, die vijftien jaren van
de spraak was beroofd geweest, hun weder hoorde toespreken,
In 'net dagblad den Noord-Brabander leest men:
De Procureur-Generaal bij het Provinciaal Geregcshof in Noord-Braband
in ervaring gekomen zijnde, dat sedert eenige maanden in de Provincie in
omloop zijn gebragt kennelijk valsche dubbele stuiverstukken, zoo genaamd
dubbeltjes, welke bij een grondwettig onderzoek gebleken zijn meestal ta
bestaan uit geel koperen roode plaatjes, aan de werking van kwik onder,
worpen geweest; sommigen zelfs uit enkel blik, alle bewerkt ter gemid
delde giootte der oude afgesleten dubbele scuivers(dubbeltjes), zoo als die
thans in de wandeling voorkomen, en die zich op hec bloot gezigt van de
echte laten onderscheiden, omdac velen van die zelfs geen sporen van eenig
stempelwerk dragen, heeft vermeend, elk en een iegelijk oplettend te moe.
ren maken, om de zoodanige dubbele stuiver stukken (dubbeltjes) niet in
ontvang te nemen, en niet weder uit re geven; immers wil men zicb niet
bloot stellen aan de straffen bij artikel 13; van hec lijfstraffelijk wetboek
bepaald tegen dengene welke, hoezeer voor goede en gangbaar ontvangen,
die dubbeltjes, wetende dat dezelve valsch zijn, weder uitgeeft eu in ver
deren omloop brengt.
RUSLAND.
De stad Orel Is in het midden der vorige maand door een hevlgen brand
getroffen geworden, zoodat meer dan 700 huizen eene prooi der vlammen
geworden zijn.
Omtrent de beweging, welke in de vorige maand in Lijfland zou ont
staan zijn en waarvan wij in een onzer vorige nommers eenige melding heb.
ben gemaakt, deelt een Diinsch blad het volgende officiële berigt mede:
De Russisch-Grieksche B'.sschop ce Riga, wien de vrijheden der Duic.
schers in de Oostzee-provincien een doorn in het oog waren, en die hec
aantal zijner onderhoorlgen ten koste der Duitschers wenschte te vermeer,
deren, gaf in hec geheim op allerlei wijzen voedsel aan de oncevredenheid
der Letten en Esthen, die wel de vrijheid genieten, maar geen land in
eigendom kunnen bezitten, en beloofde hun, zoo zij tot de Grieltsche kerk
wilden overgaan, vrye landerijen in het binnenste van Rusland. Eene groote
menigte Letten liet zich door deze belofce misleiden, om hunne godsdienst
te verzaken en wilde naar de Russische provinciën verhuizen; maar nu
bleek hec dat de Bisschop zonder roagtiging of voorkennis der Regering
gehandeld had, en dat er geen land aan de landverhuizers kon worden toe.
gestaan. Deze, ten hoogste verbitterd over de ondervonden teleurstelling!,
gaven nu gereedelijk gehoor aan onruststokers, die hun voorstelden dat zij
eigenlijk de meesters van het land en door de Duitschers verdrongen en
onderaruk: waren; en zoo kwam het tot buitensporigheden, die ligtelijk
van een bedenkelijken aard hadden kunnen worden, zoo de Regering niec
dadelijk krachcige maatregelen daartegen genomen had. Eenige honderden
kozakken waren genoegzaam om de boeren tot hunnen pligt te doen terug,
keeren. De Bisschop is afgezet en in een klooster opgeslocen geworden,
en de overgang der boeren tot de Grieksche kerk voor nietig verklaard.
SPANJE.
Het Regeringsblad bevat een vertoog omtrent de redenen, waarom het
jaargeld van de gewezen Koningin-Regentes is ternggehouden. Zij wordt
in hetzelve beschuldigd iedereen, ook zelfs hare getrouwste aanhangers te
hebben bedrogen, opgezet te hebben tegen den wettig gekozen Regent
Espartero, en van plan te zijn geweest, om hec vaderlijk erfgoed van Ko.
ningtn Isabella II door gifceh aan hare gunstelingen ce verspillen.
Het reeds medegedeelde berigt, dac de Generaal van Halen re Barce.
iona met een gedeelte zijner troepen binnengerukt was, is bevonden on.
waarheid re zijn, hij stond den 8 nog met 4000 man te Soia, op een uur
afsiands van Barcelona en de Junta aldaar had verklaard de poortenniet re zul.
len openen, voordat of de citadel geslecht was, of van Haten vrijheid had
gegeven, om met dat werk voort te gaan. Ondercusschen had die Generaal,
welke het fort Monjouy In zijne magt had, hetgeen ook de stad bestrijkt,
eene proclamatie aan de stad uicgevaardigd waarin hij onder anderen zege,
dezelve te zullen bombarderen, indien men hem niet binnen liet. Daarop
heeft de Junca aan hem vrijheid gegeven, om alleen binnen de stad te ko
men, zullende zijne troepen ook toelaten, zoo verlof gegeven werd tot slech.
ting der citadel. Ook te Valencia was men nog bezig de citadel te
vernielen.
De Junta's der provinciën Valencia, Alicante en Badajoz hadden zich,
na hec ontvangen bevel van Espartero, ontbonden.
DU1TSCHLAND.
Zijne Maj. de Koning van Pruissen is den 11 November te Munchen aan;
gekomen en bewaart het scrikst incognito.