Van het laatst dor vorige maand wordt van de Poalsche gfïBïên geschfê»
ven, dat, ofschoon de toestand van Polen geheel anders is, dan die van
posen, het echter niet te miskennen was, dat eerst de handelingen van de
Ptovinciale Steoden van genoemd Groot-Hertogdomen thans de beslissing van
den Koning van Proissen op de voorstellen dier Stenden in Polen groote be
langstelling gewekt hadden. Was namenlija, dus leest men in dien brief,
tiaar aanleiding van die beraadslagingen, bij vele opgewonden Polen de hoop
verlevendigd, dat de hun toegestane nationaliteit,vooral wat het staatkundige
betrefteerlang door de genade des Keizers eene grootere uitbreiding zou
erlangen, zoo is thans die hoep ook weder vervlogen, nadat de bedoelde
beslissing des Koning» van Pruissen het in den loop der handelingen van dett
Posenschen Landdag op verschillende punten gerezen misverstand uit den
weg geruimd heeft. Tot de uitwerkselen dier verlevendigde verwachtingen
behoort ook het in sommige kringen als zeer gegrond aangenomen gerucht
van de benoeming eens Onderkonings voor Polen in den persoon van den
Hertog van Léüchtenberg, hetwelk ook reeds minder geloof begint te vinden,
hoe aangenaam het ook in de ooren van velen klinken mogt. Desniettemin
moet men, om de waarheid hulde te doen, erkennen, dat zich in Polen in
toenemende mate zekere tevredenheid met den tegenwoordigen staatkundigen
toestand openbaart, vooral daar in den'laatiten tijd de door de RegeriDg ge
nomen maatregelen tot bevordering van de beschaving en van de materiele
welvaart dér bevolking eene ontwikkeling en uitbreiding erlangd hebben,die,
zoo het Koningrijk tot zijne eigene krachten beperkt ware gebleven, onbe.
reikbaar zouden geweeat zijn en die men dus, bij eene voortdurende afzon
dering van het Keizerrijk, zou hebben moeten derven.
De overige tegenwoordig in omloop zijnde geruchten van eene aanstaande
reis dea Keizer» naar Polen en van wapenschouwingen over de aldaar ver-
eenigde krijgsmagt, schijnen overigens niet meer gegrond te zijn, dan de
bovengemelde. Buitendien overtreffen de tegenwoordig in Polen verdeelde
corpsen, sedert verscheiden maanden geenszins de gewone sterkte, en zij
lijn bovendien, met uitzondering van eenige bij Lowicz kamperende regi
menten, zoodanig verstrooid, 'dat er zeer moeijelijke marschen noodig zou
den wezeri, om ze voor eene groote wapenschouwing, op één punt bijeen
te trekken.
De geschillen tusscben Rnsland en den Paus schijnen bijgelegd. Vol-
gens berigten uit Petersburg had onlangs aldaar de installatie plaats van den
door den Keizer benoemden en door den Paus bevestigden metropoliet der
Roomsch-Katholijke kerken in Rusland en Aartsschop vanMohilew, Ignatius
Pawlowski. Ter bijwoning dezer plegtigheid waren twee Bisschoppen uit het
Koningrijk Polen, de Bisschoppen van Kalisch en de Bisschop van Augus.
towo, naar St. Petersburg gekomen. Twee dagen na de installatie had er te
Zarskoje-Zelo eene plegtige mis plaats, gedurende welke er eene preek io
de Poolsche taal werd gehouden.
PORTUGAL.
LiSsaboN dén 28 Augustus. In de hoofdstad was een Afgezant des Kei-
ïers van Marokko verschenen, om 30,900,000 dollars van het Portugesche
Gouvernement te vordéreh, welke de Bey vermeent, dat hetzelve aan hem
verschuldigd is. Om zijne vordering kracht van betoog bij te zetten is de
Gezant met twee oorlogschepen gekomen, welke voor de kust liggen.
De Kamer der Afgevaardigden ging voort met de behandeling der 12
finantiële wetsontwerpen, waarvan, na warme debatten, dat betreffende de
vermindering der salarissen van staatsambtenaren en het heffen van 10 pCt.
op' dé coupon der binnénl. schuld werden aangenomen. De ontvangsten van
het Lissabonsche en Portoschè tolkantoor, gedurende de maand Julij, hadden
10,702 I sh. opgebragt. De gesteldheid der betrekkingen tnsschen Spanje
en Portugal opzigtelijk het wegruimen der aan de grenzen gedeponeerde goe.
deren, welke in Spanje zijn verboden, was het onderwerp vanalle gesprek,
ken. Deze eisch is gegrond op het tractaat van Badajos van 1801, waarbij
Spanje, in verbond met Frankrijk, Portugal noodzaakte de havens te sluiten
voor de Engelschen en alle opstapeling van goederen op de grenzen na te
laten. Sedert echter werd dit tractaat door Spanje zelf nul en van geene
Waaide gemaakt, aangezien het, in stede van dit tractaat na te leven, door
onder anderen de integriteit van Portugal te waarborgen, deel nam aan het
geheime trlétdat van Fohtainebleau met Napoleon, ten gevolge waarvan Por.
tugal in drie stukken zoude worden verdeeld. Het 'Portugesche Gouverne
ment heeft eën beroep op Engeland gedaan, en op Lord Howard de Walden'*
raad geweigerd aan Spa'njei eischte voldoen. Het was nog niet stellig be
paald óf de Maarschalk Saldanha met eene speciale zending naar Madrid
zoude gaan.
De Minister van Financiën heeft verklaard de pensioenen aan weduwen
en weezen, die aan afgedankte officieren der land- en zeemagt, aan uitge
wekenen, ïti één woord geene liefdadigheids-gelden dit jaar te kunnen
voldoen.
SPANJE.
Espartero heeft den isten dezer een besluit genomen, bij gelegenheid van
den eersten verjaardag van de tegenwoordige orde van zaken, waarbij de
amnestie van 30 November I, 1. tot de Catlisten van alle kategorien, met
uitzondering der Colonels, hoofdofficieren en daarmede gelijkstaande burger.
Hjke en militaire beamtenwordt uitgestrekt.
De nieuwe bepalingen van het toltarief, waarhij de fneros in de Bas.
kische provinciën worden afgeschaft, zullen den 1 November van kracht zijn.
In eene bekendmaking van het stedelijk bestuur van Barcelona om den
eersten bovengenoemden verjaardag te vieren, leest men het volgende:
Het volk had gedurende eenigen tijd met berispelijke onverschilligheid en
traagheid de ergerlijke dubbelhartigheid en kwade trouw der Regering, de
ontbinding der Wetgevende Kamers, de weigering van bekrachtiging, door
de Koningin-Regentes, van populaire wetten, het in staat van beleg stellen
van verscheidene steden, de verbanning van achtenswaardige patriotten, de
vervolging der drukpers en zoo veel meer kunnen aanzien. Maar toen dat
zelfde volk de vernietiging der stedelijke raden zag, door middel eener wet
die de slavernij voorbereide; toen het slechts een der artikelen van de staat,
regeling van 1837, die door een onverwinnelijk zwaard, aan het hoofd eens
legers, dat schrik in de gevechten inboezemde, werd verdedigd en bekrach.
tigd, zag ondermijnen; toen het in één woord zag, dat er niets anders over.
schoot dan te bukken onder het juk, achtte het de maat ten boorde toe ge
vuld. Het stedelijk bestuur van Barcelona was het eerste, dat den 18 Julij
1840 het: niet verder uitsprak en dat woord wis genoegzaam, om een Mi.
nisterie te doen vallen!, dat de stem der bevolking had versmoord en den
(Igemeenen kreet, de wet wegens de stedelijke raden, in den wind geslagen.
De eischen van hovelingen, de inblazingen van eene heillooze zamenspanning
konden nog eenigen tijd de stem der vaderlandsliefde doen miskennen. De be
ruchte wet wegens de ajuntamientos was zelfs op het punt om ten uitvoer
gelegd te worden, toen het populaire bestuur van Madrid den 1 September
den eersten stap tot het pronunciamiento (de uitdrukking van den volkswil)
deed, en daarin door al de provinciën des Koningrijks werd gevolgd. Uw be.
■tuur trad den 4den toe, en verklaarde zich den éden op de krachtigste wijze.
GROOT-BRITANNIE.
Londen den 9 September. De jonge Prinses is een paar dagen vrij ern.
stig ongesteld geweest, maar nu weder aan de beterhand.
Er hebben nog gedurig veranderingen plaats in de personen, die tot
het Hnis der Koningin behooren, welke van Wighs met Torys verwisseld
worden, zoowel ten aanzien van mannen als van vrouwen.
Den 7den heeft de nieuwe Minister van Buitenlandsche Zaken, Graaf
Aberdeen, de gelukwetischingen van het Corps Diplomatique ontvangen.
De belde Parlememstiblien *(jn feeds een en mifëteal «fgadefd g«a
Weest, zónder dat er eenige belangrijke zaken verhandeld zijn,
De Ministeriële, thans de Tory-bladeii bevatten uitvoerige redenerin
gen omtrent de gedragslijn der Minister#, die In groote mogelijkheden gekomed
zijn wegens de door de vorige Ministers in het bestunr begane fouten. On
der anderen zullen Zij de politieke betrekkingen met Frankrijk moeten her.
stellen, zooals die voor 1840 beitondeb. met dat Rijk, even als met Spanje,
Portugal en Sicilië verdragen slniten, en de belangen ran Griekenland vooral
op het oog houden, omdat de Koning van dac land met de thans bovendrijvende
partij niet in eensgezindheid leeft,
Men is voornemens, den isden dezer dé ijzeren kisting, waarop eeu
lichttoren opgerigt moet worden, van Deal naar de Goodwinsands te bren.
gen, ten einde die zoo gevaarlijke banken van eene vuurbaak te voorzien.
De Ingenieur Brush rekent dertig voet beneden het zand eenen vastet»
rotsgrond te vinden. Hierop zal men de kisting doen zinken, en vervolgens
op dezelve eene hooge steenen zuil oprigten, die op haren top het licht zal
voeren, hetwelk uit hoofde van daszelfs nut het licht aller natiën genoemd
zal worden. Het moet mede dienen om de invaart aan te wijzen van de rul.
me, achter de Goodwin gelegen, 30 h 40 toet diepe baai, waar schepen
van alle zijden veilig kunnen liggen, doch die wegens het gevaar der banken
thans niet gebruikt werd.
FRANKRIJK.
Parijs den 10 September. Zijne Maj. de Koning houdt op de Tuilerien
onderscheidene Raadsvergaderingen met zijne Ministers.
De Koning en Koningin der Belgen, die zich met de Koninglijka famielje
nog te Sr. Cloud bevindenreizen de volgende week naar hunne Staten af.
Men wil weten, dat bij bet Kabinet een plan zou bestaao hebben, om
eene amnestie af te kondigenwaarin Prins Lodewijk Bonaparte ook zou
begrepen zijn, doch dat de voorgekomen moeijelijkheden daarvan hebben
doen afzien.
Zes oorlogsschepen, die uit Toulon naar Brest vertrokken zijn, meent
mendat naar Noord-Amerika zouden stevenenom een toezigc te hou
den op het gedrag der Engelschen, tusschen wie en de Vereenigde Staten
een oorlog hoe langer hoe minder onwaarschijnlijk wordt.
Z. K. H. de Prins de Joinville, aan boord van het fregat la Belle Poule,
bevond zich laatstelijk te New-Fouudland en zou van daar naar Halifax,
Boston en New-York vercrekken.
B E
L G I E.
De September-feesten zullen, als naar gewoonte, wederom dit jaar vooral
te Brussel gevierd worden. Den 23scen wordt er eene lijkdienst voor de
gesneuvelden in 1830 gehouden en daarna inwijding van de nienwe noorde
lijke station van den spoorweg, harddraverij en plegtige intogtder harmonie-
societeiten; 24sten, wedstrijd der harmonle-societeiten 25sten, voortzetting
van den wedstrijdwijders het schieten met karabijnhand- en voetboog en
andere volksspelen; uitdeeling der prijzen; tweede harddraverij; nésten,
wedstrijd der zanggennotschappendes avonds algemeene verlichting van het
park, van de place des Martyrs en van alle openbare gebouwen. De zalen
der tentoonstelling, de Botanische tuin en alle andere openbare inrigtingen
zullen gedurende de genoemde vier dagen geopend blijven.
«y-im-i—n11 1 I I I I
MENGELINGEN.
HET GRAF van ACHILLES.
De heer A. F. Mauduit, oud bouwmeester van Keizer Alexanderheefc
een werk uitgegeven van het hoogste belang, getiteld: Découvertes dans la
Treade. Deze geleerde beschrijft de gedenkteekenen van Troje en de ligging
der stad. Het is een kostbare arbeid voor de oudheidkundigen. De schrij
ver heeft belangrijke inlichtingen verzameld omtrent de sporen der Homer!,
acher. gedenkteekenen. Wij nemen er het volgende uit over, omtrent hec
graf van Achilles:
Het merkwaardigste graf onder die, welke de reizigers gaarne op het voor
gebergte van Sigea, dat hetwelk het verhevenste, het meest zlgtbaar van
zee is, bezigtigen, Is wel het graf van Achilles, ten minste dat hetwelk
Homerus als zoodanig heeft aangeduid. Van de beide andere gedenkteeke.
nen, welke de dichter vermeldt, ais ook op deze plaats opgerigt zijnde, en
welke door Pockocke en Chandler gezien zijn, bestaat het eene nog, en dit
is zeer opmerkenswaardig; het andere biedt nog slechts onbeduidende sporen
aan, welke men zoeken moet nabij de brug welke naar de oude begraaf,
plaats op den regter oever van den Simoïs leidt; het zoude kunnen zijn, dac
het merkwaardigste dezer beide laatste gedenkteekenen, het graf van Patrocles
w«s; maar zekere uitdrukkingen van Homerus doen mij veronderstellen, dat
het in tegendeel dat is, waarvan men slechis zeer flaauwe sporen ontdekt,
hetwelk aan een zoon van Moenltius werd toegewijd; in dat geval zoude
het gedenkteeken, dat nog bestaat, dat van Antiloques zijn.
Het ander groot gedenkteeken, dat aan deKaapRhetea schijnt opgerigt te
zijn, om, met dat van Achilles, de opmerkzaamheid der zeevarenden te dee.
len, dat gedenkteeken hetwelk de Turken Aijant Tipi noemen, is een Ro-
meinsch metselwerk, en daar de inwendige inrigting geen twijfel overlaac
dat het een graf is, kan men het zelfs niet, gelijk de heer Choiseul veron.
dergtelc, ais een gedenkteeken aanzien, dat ter eere van Ajax, na den oor.
log van Troje, zoude opgerigt zijn. Er is rede om te veronderstellen, dac
het op bevel van Caracalla werd opgerigt, om de asch van zijnen gunste
ling Festus te ontvangen, die te IliumRecens gedurende een verblijf dat deza
Keizer in die stad hield, toen h|j in die streken kwam om het graf van AchlU
les te vereeren, stierf. Men kan hopen de overblijfselen van het Aijanteinta
aan den voet van dienzelfden heuvel te vinden, welke het Romeinsch ge.
denkteeken, waarvan wij gesproken hebben, draagt, en wel nagenoeg op
het punt door de kaart aangeduid.
Het Phrasmos moet inderdaad de verhevene vlakte zijn, waarop men Es
kessi Keus ziet, eene stelling, welke de Trojanen niet hebben kunnen ver.
onachtzamen, toen zjj besloten buiten hunne muren te overnachten, terwijl
de Grieksche magt naderde, welke zij bij het nnbreken van den dag gereed
waren aan te vallen.
Het gedenkteeken door de Turken Udjek-Pipi en door de Grieken Otafos
llon genaamd, zal dus het groote graf van Ilus, itichter van Ilion zijn, en
dat, hetwelk den tegenovergestelden oever van den Simoïs bezet, vereenige
alle vereischten om het te doen aanzien als het graf van Aesjétis.
Er moetenmijns Inziensverscheidene graven aan het gros der Grieksche
krijgslieden zijn opgerigt geworden, ea deze gedenkteekenen stonden op de
vlskte. De heer Choiseul plaats er één boven Koam-Keuien Lechevalier
duidt er een ander op den regter-oever van den Mendere, beneden den weg
naar Koum-Keui, aan; ik ben zeker dat daar een tumulus heefc bestaan;
dezelve was nog vrij zigtbaar toen ik de overblijfselen in 1811 zag, en alles
doet gelooven, dac het inderdaad gemeene graven waren.
Wat de overblijfselen betreft, welke men aan den voet der verhevene
vlakte ziet, tusschen de oude vervallene brng en de gewezene ztmenstroo.
ming der beide rivieren, daar waar men op de kaart eene gedaante van tumulus
getrokken heeft, zonder naam, deze overblijfselen, welke ik eerst als hec
graf van Ilus had beschouwd, komen mij thans voor tot construcriën van
eenen anderen aard te behooren. Hetgeen Ik voor hec voecscuk genomen
had, die marmer blokken, welke Lechevalier nog op die plaats gevonden
heeft, waren misschien de grondvesten en overblijfselen van eenige tempel»
Ut de stad AthilUa beboerende, welke op dat punt heeft kunnen staan.