R A N T A 1HAS. L E Y D S C H E .iTVA VRIJ DAG, tïëcr Wastes'' !'A:,- 'lij r-4f: *•-■ jff.-hs&Jf 30 JULIJ. NEDERLANDEN. Leyden, 29 Julij. •ferwljl wij ons in Europa beklagen over de vochtigheid en de koude, on dervindt men aan den anderen kant van den Atlantischen Oceaan, in de Ver eenigde Staten, buitengewone hitte. In Nieuw-Orleans zijn vele menschen, door de sterke zonnehitte omgekomen. Ondertusschen schijnen de van alle kamen ontvangen tijdingen, omtrent de schade door het weder veroorzaakt, overdreven te zijn, daar alsnu berigten inkomen, dat er nog zeer veel zal teregt komen. De speculatie overdrijft de ongunstige berigten uit hoop op cvergroote winst. Het Algemeen Nieuws en Advertentieblad der provincie Noord-Bra- band, sedert bijna een jaar te Tilburg uitgegeven, zal voortaan, indien er een genoegzaam aantal geabonneerden zich opdoet, eiken Woensdag en Za- turdag verschijnen, onder den titel van Echodagblad voor Nijverheid, Han iel, Landbouw enz. De prijs is f 1. 75 voor drie maanden. Uit 's Gravenhage meldt men van den 28sien: Bij Koninglijk besluit is onlangs bepaald, dat, met wijziging, in zooverre van de besluiten, van den loden April 1819, No. 57, van den I3den Fe bruarij 1820, N°. 22, en van den 26sten Maart 1840, N°. 115, aan de Luitenants-Colonels, aan wie respectivelijk het bevel over een regimentvan bet wapen der infanterie, artillerie of cavallerie is opgedragen, wanneer zij zich in deze hunne dienstbetrekking op reis moeten begeven, de schadeloos stelling voor reis- en verblijfkosten voor eenen Colonel bepaald, zal wor. den goedgedaan. Zijne Maj. heeft Dr. L. F. Kervel te 's Gravenhage benoemd tot lid der Provinciale Commissie van Geneeskundig Onderzoek in Zuid-Holland, Gisteren is in deze Residentie overleden Zijne Exc. J, C. Graaf van By landt, Commandeur der orde van den Nederlandschen Leeuw en van den Rooden Adelaar met de Ster, Opperkamerheer van Zijne Maj. den Koning. Sedert de laatst gedane bekendmaking zijn door de belanghebbenden geligt de navolgende door Zijne Maj. verleende octrooijen: Een octrooi in dato 11 Augustus 1840, voor den tijd van vijftien jaren, gerekend van den 18 Maart 1838 af, verleend aan de Leutre de Gueymard, Fransch onderdaan, domicilium gekozen hebbende bij Soetens et fils te's Gra venhage, op de Invoering van eene nieuwe wijze om zeewater en ook an. dere soort van water te zuiveren, gezond en drinkbaar te maken. Een octrooi in dato 23 Maart 1841, voor den tijd van 'vijf jaren verleend aan Abm. Dixon, woonachtig te Brussel, domicilie verkozen hebbende bij A. Ferrier, Consul van Groot-Britannie te Rotterdamop de invoering van verbeteringen in het bewaren van aardappelen, en andere tot het plantenrijk behoorende zelfstandigheden. Een octrooi in dato 30 April 1841 voor den tijd van vijf jaren verleend aan H. Schijf te Rotterdam, op de uitvinding van eene verbeterde wijze om parniken en valsche toupetten te vervaardigen. Een octrooi in dato 29 Mei 1841. voor den tijd van tien jaren verleend aan B. Meidrum, woonachtig te Londen, domicilium verkozen hebbende by A, Ferrier, Consul van Grcot-Britannie te Rotterdam, op de invoering van zekere verbeteringen in luchtwerktuigen. Een octrooi in dato 29 Mei 1841, voor den tijd van tien jaren verleend aan T. Spencer, woonachtig te Londen, domicilium gekozen hebbende als voren, op de invoering van verbeteringen in de wijze om vloeistoffen te doen stijgen en door kracht te leiden. Een octrooi in dato 5 Junij 1841, voor deii tijd van vijftien jaren, gere kend van 8 October 1839 af, verleend aan H. G. J. Gregoire, woonachtig te 's Gravenhage, op de uitvinding van een nieuwe en verbeterde wijze om de kracht van stoom en gaz aan te wenden in het nieuw uitgevonden rond. draaijend stoomwerktuig, waarvoor aan hem den 8 October 1839 een octrooi is toegestaan voor den tijd van vijftien jaren. Men verneemt dat aan de debiteurs van cijnsen, uitgangen, erfpachten en dergelijke jaarlijksche prestatiën, ten behoeve van het Domein, gelegen heid Is gegeven om dezelve, op den daarvoor vastgestelden voet, af te koopen, en dat bij de Agenten van het Domein registers zijn geopend, ter inschrijving van de opgaven dergenen, Welke daartoe geneigd mogten zijn. Bij de jongste vergadering van de Algemeene Synode der Hervormde Kerk in Nederland, en wel in hare zitting van den 19 Julij, is rapport nit- gebragt, ter zake van een adres, ingeleverd door den Predikant E. MoorreesCz. alsmede door den Kerkeraad van Nijkerk, Oosterwolde, Elspeet en's Gre- velduin Capelle, strekkende „ter haudhaving van de leer der Hervormden." Dit rapport is thans, ter Algemeene Lands Drukkerij gedrukt, In het licht gegeven. De Synode heeft zich, als harer gevoelens behelzende, met een parige stemmen, met dat rapport vereenigd, en heeft dien overeenkomstig besloten, te weten aldus: De Algemeene Christelijke Synode der Hervormde Kerk in het Koningrijk der Nederlanden, ontvangen en overwegen hebbende een adres van E, Moor rees, predikant te Wjjk In het land van Heusden, benevens hem nog door vier Predikanten en vele andere personen geteekend, en waarin verlangd wordt: „Dat de Hooge Kerkvergadering de Gereformeerde Kerk op hare oude en „vaste grondslagen daarstelle, door het handhaven van de Formulieren van „Eenigheid, door het herstellen van het oude formulier tot onderteekening „van aankomende leeraren en herziening der Kerkelijke Reglementen en ver „ordeningen, ten einde dezelve in overeenstemming te brengen met Gods „Woord en de Kerke-orde van Dordrecht;" Heeft, met voorbijzien van al hetgeen in dit adres ongefundeerd gesteld onbewezen getuigd, en voor het wettig bestaande Kerkbestuur beleedigend gezegd is. Vooreerst, geoordeeld, dat de oude en vaste grondslagen der Gereformeerde Kerk, bi) de tegenwoordige kerkinrigting, op geenerlei wijze zijn losgerukt. Ten tweede, verklaart zij, uit hoofde daarvan, met bekrachtiging der reglementen en verordeningen, die van haar zijn uitgegaan, de vorderingen der Adressanten voor onaannemelijk; en zegt zij Ten derde goed te vinden, van dit een en ander aan den eersten der adres tinten, en verder door middel van de Boekzaal, of het Tijdschrift voor de Erotestantsche Kerken in Nederland, aan allen die het aangaat, openbare kennis te geven. Hiermede, zeggende drie rapporteurs, ons rapport en de adviesen, daarbij voorgedragen, aan de beraadslagingen der Hooge Kerkvergadering onderwer pende, bidden wij U Hoog Eerw. de wijsheid toe, die van boven is, waar- door wij ons benaarstigen, om, door den band des vredes, de eenigheid des geestea te behouden. De rapporteurs waren de Hoog Eerw. DD. I. J. Der mout, C, L, van den Broek en A, Francken. De heer da Costa, te Amsterdam, is voornemens te zijnen huize, of; ingeval van genoegzame deelneming, in een locaal meer in het midden van de stad, lessen te openen, in den vorm van collegien aan Akademien ot Athenaea, ten behoeve van jongelieden, tusschen de 14 en 18 jaren, over Algemeene, Vaderlandsche en Bijbelsche Geschiedenis en over Nederland, sche en andere Letteren. Het doel, hetwelk de heer da Costa zich daarbij heeft voorgesteld, béstaat hierin, om aan eene algemeen erkende behoefte te dier stede te voldoen, door eene geschikre en weinig kostbare gelegenheid aan te bieden aan jonge lieden, die niet bepaaldelijk tot eene wetenschappelijke of geleerde loopbaad worden opgeleid, om zich, onder eene gepaste leiding, in hoogere letter, kunde en geschiedenis verder te oefenenna het volbrengen van het elemeh. tair onderwijs op de scholen. Men verwacht HH. MM. en verdere Koningiijke famielje Vrijdag te Amsterdam. Hare Maj. en H. K. H. Prinses Sophia zouden den nacht over aldaar verblijven, maar Zijne Ma], en Z. K. H. Prins Alexander dadelijk naar 's Gravenhage doorrijden. Men meldt uit Nijmegen van den 24sten: Naar men verneemt, is heden alhier in het huis van arrest gevankelijk binnen gebragt een persoon, op heeter daad betrapt, en beschuldigd van het afsnijden der staarten van paarden. Deze, in andere oorden van ons Vader land zoo veel gerucht gemaakt hebbende misdaad, welke om onderscheidene redenen afschuwelijk is, schijnt dus ook hier navolging te vinden, en het is bij gevolg te hopen, dat dezelve, door de vigilantie en gepaste maatre. gelen der justitie, geenen verderen voortgang zal hebben. Uit Leeuwarden schrijft men van den 25sten Jniij: Heden morgen hebben HH. MM. benevens HH. KK. HH. PrinJ Alexander en Prinses Sophia (H. M. de Koningin en Hoogstderzelver Door. luchtige Dochter altijd in Viiesche kleederdragt), de openbare Godsdienstoe- fening bijgewoond in de Groote of Jacobijner Kerk alhier, onder het gehoor van onzen Leeraar L. Proos, die bij deze gelegenheid predikte naar aanleiding der woorden van I Joh. 2 vs. 17. Zigtbaar had het gesprokene des waardigen mans eenen weldadigen invloed op het gemoed der Koningiijke toehoorders, zoowel als op de geheele gemeente, die gewis wel eens willens geweest zijn in het gemeenschappelijk gebed met hem, die, ook bepaaldelijk voor HH. MM. en liet geheele Koningiijke Huis, den dank toebragt aan den God huns heils, die Hoogstdezelven tot hiertoe tot huipe was geweest, en nim* mer eenig schepsel, ook den Koning niet, in zijne hoop en verwachting beschaamd zal doen uitkomen, of hem begeven of verlaten bij volstandige volharding in den wille Gods. Tegen den avond, ongeveer 7 ure, behaagde het HH. MM., benevens HH. KK. HH. en gevolg, de kermis alhier te gaan bezigtigen; na door de retien kramen, die meerendeels allen met vlaggen waren versierd, te hebben gewandeld, en het een en ander opmerkzaam te hebben beschouwd, retour neerden Hoogstdezelve weder naar het paleis, met het voornemen om nog heden avond de Stads of Prinsentuin met een bezoek te vereeren, waartoe reeds alles is voorbereid om Hoogstdezelve op eene wijze, den hoog vereer den Koning en Koningin waardig, te ontvangen; ten welken einde de geheele tuin prachtig zal zijn geïllumineerd en een even precieus als brillant vuurwerk zal worden afgestoken. Het is te wenschen dat het weder, hetwelk trou wens zich op dit oogenblik niet zeer gunstig laat aanzien, zich herstelle, om ook aan dit feest al dien luister bij te zetten, dien men teregt hiervan kan verwachten. Naar men verneemt heeft het Zijne Maj. behaagd den heer Mr. J. G. van IVageningen, Commandant der eerewacht, met eenen brillanten kostbaren diamanten ring tot een vereerend aandenken, te begiftigen, en Z. Wel-Ed.- Gestr. te benoemen tot Hoogstdeszelfs Adjudant in buitengewone dienst. Uit Leeuwarden schrijft men nog van den 2Östen dezer: Heden morgen ten half 9 ure verlieten HH. MM. benevens HH. KK. HH. en gevolg deze stad, om Hoogstderzelver voorgenomen reis naar Groningen te vervolgen, vergezeld door den StaatsraadGouverneur, Provincialen Com mandant en Burgemeester dezer stad, benevens de eerewacht, dewelke de Koningiijke familie zullen vergezellen tot Buitenpost, alwaar Hoogstdezelven voornemens zijn een door den heer Mr. D. de Blocq van Haersma de With, Grietman van Acht-Karspelenop deszelfs buitenverblijf, aldaar beleefdelijk aangeboden, en door HH. MM. minzaam aangenomen dejeuné te gebruiken, en daarna de reis vervorderen. Aanstaanden Donderdag avond verwacht men HH. MM. hier weder terug, om, zoo men verneemt, in den vroegen morgen van den daarop volgenden Vrijdag over Harlingen naar s Gravenhage terug te keeren. Zijne Maj. heeft nog tot Ridders der orde van den Nederlandschen Leeuw benoemd, de heeren: Mr. J. SchikGriffier der Staten van VrieslandH.kVel lan, Provinciale Inspecteur der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen in Vriesland; T. Tjallingii, Ridder der Militaire Willems-orde, Arrondissements-Inspectenr dier middelen, te Sneek; G.D. Simon, mede Arrondissements-Inspecteur dier middelen, te Heerenveen; Mr. A. van Hal ssoael Jun.Auditeur-Militair in de Provincie Vriesland; enJ.Simons, Deken en Aartspriester te Sneek. Ook heeft Zijne Maj, f 3,000 gegeven tot gemoeikoming in de gelde, lijke behoeftentot het zoo noodige herstel der respective kerken te Leeuwarden. Uit Groningen meldt men van den a/sten dezer de aankomst aldaar op den vorigen dag, omstreeks half drie ure, van HH. MM. en Hoogstderzel ver Kinderen. De stad had overal een feestelijk aanzien en de Vorstelijke perionen werden mee gejuich ontvangen. De trein, waarmede HH. MM- werden binnengeleid, had de volgende orde: i°.Een detachement van hec 8ste regiment; 20. het regter half bataljon der schutterij met de muzijk en tamboers; 3°, de koetsen der Commissie uit de stedelijke Regering; 40. de koets van den Staatsraad, Gouverneur der provincie Groningen50. het eerste peloton der burger Eerewacht; 6°. Zijne Maj. de Koning en Z. K. H. Prins Alexander, Hoogstdeszelfs gevolg te paard en de plaatselijke staf, benevens de officieren zonder troepen; 70. het tweede peloton der burger Eerewacht; 8°. Hare Maj. de Koningin 90. de Eerewacht der Studenten io°. het gevolg van HH. MM. in koetsen of rijtuigen gezeten; is°. het linker half bataljon der schutterij. Achter dit half bataljon sloot zich het llankbataljon van hec 9de regiment infanterie, hetwelk zich vooraf op de vischmarkt in orde van parade geschaard had, in koionne aan. HH. MM. zijn afgestapt aan de woning van Zijne Exc. den Gouverneur der provincie. Het weder was zeer gunstig. Des middags hebben de Vorstelijke personen bij den Gouverneur gedineerd, des avonds was er eene prachtige illuminatie. De Groninger courant, welke dat alles in het. breede bevat, eindigt aldus zijn berigt;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1841 | | pagina 1