RüSLAN D.
Petersburg den 19 Junij. Zijne Maj. heeft bepaald, dat zoodanige eqt-
t)f drinkbare voorwerpen, welke van buitenlands, luchtdigt gesloten, inge.r
voerd worden, slechts dan zullen worden toegelaten, wanneer zij zich in
ooorzigtige glasflesschen bevinden.
In het jaar 1839 zijn van her. mannelijk geslacht tot de Grieksche ge
loofsbelijdenis behoorende, 801,926 personen gestorven, onder wslke 441 wa.
ren, die eenen hoogeren ouderdom dan too jaren bereikt hadden.
Hier, in Petersburg, dus leest men in een bijzonder berigt,:is het
geenzins zoo koud in deze maand, als het volgens de nieuwste berigten in
Midden-Europa is. Onze thermometer wijst dezer dagen bij aanhoudenden
matigen wind, en meestal bij betrokken lucht, toch altijd 15180 warmte
op den middag.
Een boer, wonende aan gene zijde van bet meer Baikal, in Si.berie,
aan de Chinesche grenzen, is, uit groote begeerte om den Keizer en zijn
Gezin te zien, van daar naar Petersburg te voet gereisd, en is na eenen weg
van 14 maanden te hebben afgelegd, gezond in de hoofdstad aangekomen,
beeft het genoegen gehad meermalen aan het Hof voorgesteld te worden, en
heeft, met geschenken overladen, vol vreugde, de terugreis over Kiew en
Woronesch naar Siberie weder aangenomen.
De krijg van Rusland tegen de Circassiers is dit jaar weder niet voor-
deeligwel zijn er eenige stammen, die zich onderworpen hebben, doch
zoodra zij hunne kans schoon zien, vallen zij weder af. Er sneuvelen nog
steeds onderscheiden officieren, op welke de Circassiers het meest mikken;
van daar de maatregel, die reeds genomen is, om aan de officieren al hunne
onderscheidings teekenen te ontnemen, ten einde hen te doen sparen.
ITALIË.
In dit land, zoowel als in Calabrie en Sicilië Is de buitengewone hitte,
welke aldaar in de eerste helft van de maand Junij geheerscht had, plotseling
met eene ongewone koude afgewisseld. In de strekenten noorden van
den berg Etna, hebben vreesselijke hagelbuijen al het te veld staande gewas
vernield. i
Men schrijft uit Rome, dat de Paus voornemens was, om aan den
Koning der Nederlanden eene rijke mozaïk te zenden, het St. Pietersplein
voorstellende. Dit kunststuk, hetgeen hoogst merkwaardig moet zijn, werd
op loco scudi geschat,
DUITSCHLAND.
In een der Duitsche bladen leest men het volgende:
De planters van de Engelsche West-Indische eilanden hadden sedert lang
verlof gevraagd om vrije negers op de kust van Sierra Leona te mogen aan
werven, doch de Briische Regering had hun dit volstandig geweigerd; zij
vreesde, niet zonder eenigen grond, dat deze geheele onderneming slechts
eenen bedekten slavenhandel ten doel had. Eenigen tijd geleden echter ont.
ving de Regering een berlgt van den Gouverneur van Sierra Leona, inhou.
dende, dat de zwarten dier kolonie, vernamen hebbende, dat zij op eenen
voordeeligen voet in West-Indiëgeplaatst konden worden, zich tot deze land.
verhuizing zeer geneigd toonden zoodat verscheidene duizenden hunner
gevraagd hadden om ingescheept te worden. De Gouverneur drukte zelf
den wensch uit, dat men dien uitweg voor het onrustige gedeelte der be.
volking mogt openen, dat zich het zij binnen 'slands het zij op de kust
heinde en verre verspreidde, en gevaar liep va» aan de Spaansche en Portu.
gesche slavenhandelaars in handen te vallen. De Marron-Negers van Jamal-
ca vooral, die vroeger paar Sierra Leona vervoerd zijn, doch niet opgehou.
den hebben de West-Indiesche eilanden als hun vaderland te beschouwen,
wenschten daarheen terug te keeren, wetende dat de slavernij thans aldaar
niet meer bestond. De Minister van Koloniën, deelde deze depêche aan de
Gouverneurs van Jamaica, Trinidad en Britsch Guyana mede, de drie Kolo
niën, waar de behoefte aan nieuwe werklieden zich het levendigst doet ge-
vóeien. Gepaste waarborgen tot verzekering van het lot der Afrikanen
werden vastgesteld, en alle moeijelijkheden opgeheven zijnde, erlangden de
nil Jamaica en Guyana afgezondene agenten voor de landverhuizing verlof
om vrije werklieden in Sierra Leona aan te werven en schepen voor hunne
overvaart af te zenden.
Van den Moezel schrijft men, dat, hoewel de maand Junij over het
algemeen koud was geweest, echter de druiven in grootte en rijpte verder
gekomen waren, dan men in vele jaren beleefd had. In het schoone jaar
van 1811 zouden eerst den 24Sten Junij zulke druiven zijn gevonden geweest
als thans op den loden.
F R A N K R IJ K.
Parijs den a9sten Junij. Men verspreidt wederom geruchten van eene
verandering in het Ministerie; een deel van hetzelve, en daaronder de hee.
ren Duchatel en Martin Ju Nord zouden aftredenen voor de heeren Du.
faurc en Passy plaats maken.
Door den Admiraal Duperri, Minister van Marine, Is aan de twee
smaldeelen, elk uit drie schepen bestaande, bevel gezonden, om binnen
het korst mogelijk tijdstip zee te bouwen. Het eene is naar de Levant
het andere naar Tunis bestemd.
Tot het oprigten van een standbeeld voor Moliire, waarvoor reeds
211,000 fr. verzameld was, heeft de Gemeenteraad van Parijs de nog ont.
brekende 132,000 fr. toegestaan.
Er wordt steeds een groot gedeelte der krijgsmagt tot het aanleggen
der vestingwerken gebruikt, hoewel de soldaten weinig lust tot den arbeid
schijnen aan den dag te leggen; van daar dat de Generaal Schneiderwelke
over al die troepen bevel voert, reeds eene dagorde heeft uitgevaardigd,
bij welke hij de officieren vermaant, hunne soldaten tot het werk aan te
sporen.
Men vindt bij het graven tot daarstejling der vestingwerken rondom de
hoofdstad uitgebreide steenlagen, welke grooten voorraad van zeer bruik
bare metzelsteenen opleveren.
Er is eenige moeijelijkheid voorgevallen tnsschen den Franschen Ge-
zant in de Republiek Texas in Amerika, den heer de Saligny en de Rege
ring van dat Gemeenebest. De oorzaak is daarin gelegen, dai de Saligny
eenen Tcxiaanschen burger, wegens eenig misdrijf door hem aan het Gezant
schap gepleegd, dadelijk wilde straffen, zonder dat hij door de Juiy veroor.
deeld was, hetgeen de'Regering niet kon toestaan. Die Regering heeft daarom
aan de Fransche verzocht haren Gezant terug te roepen, hetgeen deze
toegeataan heeft.
In den National vindt men een breedvoerig artikelwaarin hij de po.
gingen opgeeft, welke door de naar Frankrijk gevlugte Spaansche Carlisten
worden aangewend om eenen nieuwen burgeroorlog in Spanje te verwek,
ken. Het getal der geëmigreerde militairen, die van de amnestie geen ge-
bruik hebben gemaakt, bedraagt 16,000 en met de officieren ruim 21,000
man; het Hof van Bourges-onderhoudt dit legertje, teu einde zich des noods
van hetzelve te bedienen en met het geld der Fransche legitimisten in de
maand Augustus langs drie verschillende punten eenen inval in Spanje te doen.
Tegen dien tijd zal Cabrera zich ook te Perpignan bevinden, als getuige in
de zaak tegen Picola, die beschuldigd wordt hem 50,000 fr. ontroofd te
hebben. Tevens wordt te Bourges een ontwerp gesmeed, om den oudsten
zoon van Don Carlos heimelijk naar Spanje te voerenen hem daar aan het
hoofd der contra-revolutionaire beweging te plaatsen. De jonge Prins doet
dagelijks alleen wandelridden te paard, buiten de stad, doch de gendarmeiie
verliest hem nimmer uit het oog. Voor eenigen tijd heeft de policie een
paar Spaansche Monniken, die instructiën bij Don Carlos waren komen ha.
lan in hechtenis genomen. Ook tc Bayonne is een priester gevangen geno.
men, die eene relt naar Bourges had gedaan. Bayonne is overigens vol
Ptiesters, die druk In de weer zijn, en de policie-agenten en tolbedienden
handen vol werks geven; deze laatste hebben onlangs op de grenzen zware
wagenvrachten salpeter en öoo kilogrammen zwavel in beslag genomen.
Óók in de maanden April en Mei hadden zij verscheiden duizende ponder,
aangehouden.
De berigten uit Lissabon van 21 Junij melden, dat de Ministeriele
voordragt, om öoo Contos de Reis af te zonderen ter betaling der buit. n-
landsche schuld, met eene meerderheid van 41 stemmen in de Cortes aange
nomen en ook reeds door den Senaat was goedgekeurd.
PR IJS-COURANT
Amsterdam
Nederlanden. Gebl.
'Wgijk.el.Schuld 2jpC. 51
Dito5 ioOfhjoóJ-
Uitg.j 51 4
Kans-Biljetten 24fJ4 24I
Artiort.Syndic. 4J"~3i
■r t 1 I er
Hand.-Maats. 41621i 1Ó3J
O. I. Leening. 5 97r3s4
Aandl.H.Spoorw. 4
Rijn-Spoorw. 4} 4
Haarl. Meer.100 4
Frankrijr,
inschr. Grb, 3 pCt, 4
Rusland.
Gb.//.&C°.i798 5pCt.i05{4l05j
18}; 5 105 4
ins. en Certii. 66844
8 a 1 -
ti
I8H59744
24ré
9° a
I«3l
van EFFECTEN.
30. Junij 1841.
Pruissen.
Geldl. te Lond. 4 pCt. 4 -
iVandeelen van dito4
Spanje,
Nieuwe 1835^8j5pCt.2l/44 -
Dito onbep. st.4-
Dito passive4-
Dito uitgest544-
Coupons Ardl8Ja-
Oostenrijk.
Obl. Colltk C°. 5 pCt. 4 -
Certificaten.2J4 -
Neg. Metaliek2j4 -
Idem5 10344 -
Dito in Lond. 5 4 -
Bank-Aktien.3 4 -
Napels.
Certificaten.5 pCt. 4 -
Dito in Napels. 5 4 -
Gebl.
ECHTSCHEIDING.
Bij Vonnis der Arrondissements Regtbank te Leyden, in dato 30 Maart 1841,
behoorlijk Geregistreerd en Beteekend, is het huwelijk, op den 12 Angus'
tus 1830, tusschen MARIA ELISABETH PROST, zonder bepaald Beroep
wonende te Leyden, op de Garenmarkt, en JEREMIAS van OOSTEN,
Metselaarsknechtwonende te Leyden, in de Oosterkerksttaat, aangegaan'
ontbonden met alle de gevolgen van dien.
De Procureur der Eisscheresse
P. K. D O E F F,
Ondertrouwd)
Leyden
den 2. Juiij 1841.
Eenige en algmeene Kennisgeving.
A. P. FORTANIER
en
A. W. F. BOO V.
Getrouwd:
leiden
39 Junij 1841.
B. W. WTTEWAAL
en
M. C. HARTEVELT,
Wed. van T. C. M. Mispelblom beijer.
V Mijne geliefde Vrouw A. C. P. HASEBROEK, verloste heden door
Gods goedheid van eene DOCHTER.
Zutphen 29 Junij 1841. W. G. BRILL.
Eenige Kennisgeving.
V 1JPENBURG onder Rijswijk, 25 Junij 1841. Heden overleed alhier
in den ouderdom van bijna 32 Jarende Hoogwelgebore Heer Ionkheer
Mr. willem van der goes, Lid ran den Raad der StaDelft, ge-
liefde Echtgenoot van Vrouwe M. F. H. Hubrecht.
Gevoelig voor de menigvuldige hartelijke deelneming bij het afster
ven van mijne geliefde Echtgenoot JOHANNA WILLAERT, betuig ik bij
deze mijnen hartelijken dank.
Leyden den 28 Junij 1841. M. FRANCHIMON.
Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, zijn van meening,
met bewilliging van den Ed. Achtb. Raad, in het bijzijn der Commissie
van Fabricage, in het OPENBAAR AAN TE BESTEDEN:
i°. De Vernieuwing van de BRUG over de Haarlemmer Trekvaart, In
den Singelweg builen de Mare Poort.
20. Het Opvoegen en Repareren van eenige gedeeltens der gemetselde
WALLEN binnen de Stad.
En zulks op het Raadhuis binnen gemelde Stad, op Maandag den 12. Julij
1841de! voormiddags ten 12 ure.
Zullende de Bestekken van heden af, dagelijks (uitgezonderd de Zon- en
Feestdagen) ter Rekenkamer dezer Stad ter lezing liggen, van 's voormid
dags ten tien tot 's namiddags ten twee ure. Alsmede bij den Stads Archi
tect, van 's voormiddags ten tien tot 's namiddags ten vier iir», zullende
alleen door laacstgemelde de verlangde ophelderingen en aanwijzingen wor
den gegeven.
NEDERLANDSCHE HANDELMAATSCHAPPIJ.
De Directie brengt ter kennisse van de Stemgeregtigde Deelhebbers, dat,
ingevolge het 9is:e der Artikelen van Overeenkomst, de, in de Vergade
ring van Commissarissen goedgekeurde BALANS over het ZESTIENDE
BOEKJAAR, geëindigd zijnde met ultimo December 1840, van den 29sten
Junij tot den i2den Julij 1841, voor hun ter visie zal liggen ter Secretarie
van de Directie te Amsterdambij de Agenten der Maatschappij te Rotter
damMiddelburg en Dordrechtaan het Locaal der Kamer van Koophandel
en Fabrijken te Leyden, en op het Raadhuis der Stad 'sGravenhage.
Amsterdam den 25Sten Junij 1841.
Van der HOUVEN, President.
KOOY, Directeurfung. Secretaris.
De President der Kamer van Koophandel en Fabrijken te Leyden
verwittigt de Stemgeregtigde Deelhebbers in de NEDERLANDSCHE
HANDELMAATSCHAPPIJ, dat de BALANS over het ZESTIENDE
BOEKJAAR dezer Maatschappij, voor hen van den 29sten Junij tot den
I2den julij aanstaande, dagelijks, van éën tot twee ure, Feestdagen uitge
zonderd, ter visie zal liggen in het Gebouw de Lakenhal, op de Oude Vest.
Leyden den 2Östen Junij 1841.
De President voornoemd:
PAUL du RIEU.
Aan bet geëerde Publiek word bekend gemaakt, dat de POFFER
TJESKRAAM, van ouds de Weduwe KLINKENBERG, thans JOHANNiS
van der PLAS, nu nog staande op de Beestemark, nog zal Bakken Vrijdag
den idenZaturdag den %dcn en Zondag den ijlen Julij, bedankt het Publiek
voor de gunst gedurende de Kermis en afloop derzelven aan hem bewezen,
verzoekt verder een ieders gunst, van eene goede en zindelijke bediening
kan men verzekerd zijn.
Leyden den 2den Julij 1841.
Bij de Wed. ANTHONY de KLOPPER en ZOON, te Leyden,