A". LEYOSCflE v. R-ï/tëS; <s%^m 0 0 U R A fV T. MAANDAG, I d) "A j'-'S fea! f?»4' "W* 31 ME I. Uit hoofde van de komst ZIJNER MAJESTEIT den KONING in onze S ad, zal de Courant van Woensdag op Donderdag den 3den Junii worden uitgegeven. PROGRAMMA der plegtlgheden, welke zullen plaats hebben, bij gelegenheid, dat ZIJNE MAJESTEIT de KONING,op Dingsdag den i.Junij 1841de Stad Leyden met een bezoek zal vereeren. 1°. Het feest van dien dag zal worden aangekondigd door het bespelen van het carillon's morgens van acht tot negen ure. 2®. De Eerewachten uit de Burgerij en de Studenten der Hoogeschool, benevens de Schutterij en het Garnisoen, welke een deel zullen uitmaken van den trein, bij den intogt van Zijne Maj., begeven zich ten tien ure buiten de Witte Poort, zich scharende zooveel mogelijk langs den Straatweg, tot op korten afstand der Boschhuizer brug of sluis, in den rang, welken de bij art. 5 vermelde trein aanwijst. De Eerewacht uit de Burgerij zal zich alvorens naar het Raadhuis bege ven, ter afhaling van het Vaandel, hetwelk van Regeringswege aan dezelve zal worden uitgereikt. 3°. Ten half elf ure zal eene Commissie uit den Stedelijken Raad zich in Koetsen begeven naar de Eerepoort, in de nabijheid der Boschhuizer brug geplaatst, ten einde aldaar Zijne Maj. op te wachten en te begroeten. De- zelve zal, voorafgegaan door de Stads Bodens, worden geëscorteerd door de beide detachementen Dragonders, in den hierna te beschrijven trein sub La. c en p van art. 5 vermeld. 40. Zijne Maj. de Koning aan de Eerepoort genaderd zijnde, zal door de Commissie uit de Stedelijke Regering worden begroet en verzocht zich naar het Raadhuis te begeven, waartoe de navolgende weg zal genomen worden 1 Witte Poort Noordeinde, Breedestraat, Naar het Raadhuis. 5°. De trein bij den Intogt van Zijne Maj. zal zjjn zamengesteld, als volgt: a. Een Piket Dragonders. b. Muzijk der Dragonders. c Een Detachement Dragonders. d. Een half Bataljon Schmterjj met het Korps Muzijk aan het hoofd. De Stads Bodens. f. De Commissie uit de Regering, benevens de Plaatselijke Kommandanc. g. Een Detachement Dragonders. h. De Burger Eerewacht te Paard. i. Zijne Maj. de Koning te Paard, benevens Hoogstdeszelfs Staf. k. De Smdenten-Eerewacht te Paard. I. Het Korps Studenten te voet. w». Ecu Ectitcliomeni Dragonders. ss. Het Reserve Bataljon van het 5de Regiment Infanterie. e. Het Bataljon van het 9de Regiment Infanterie met het Korps Hoorn, blazers. p. Het Regiment Dragonders. 6°. Het tweede halve Bataljon Schutterijbenevens een gedeelte van het Infanterie Garnizoen zullen en haye geplaatst zijn van de Witte Poort tdt tan het Raadhuis. 7®. Zijne Maj. de Koning aan het Raadhuis genaderd zijnde, zal door de Commissie uit de Regering in Burgemeesters Kamer worden geleld en aldaar door den Heer Burgemeester en de overige Raadsleden worden ontvangen en begroet. 8". Zijne Maj. de Koning na Hoogstdeszelfs aankomst audiëntie zullende verleenenaan de Autoriteiten en personen, welke zulks verlangen, zullen daar toe van 's morgens tien ure op het Raadhui» de vereischte lijsten ter teeke- ning voorliggen; en zullen allen, welke ten gehoore wenschen toegelaten te worden, door de deur naast de Militaire Hoofdwacht toegang tot het Raadhuis hebben en vóór de komst van Zijne Maj. zich aldaar moeten be. vinden; terwijl de koetsen zullen moeten komen van de zijde van het Noordeinde, vervolgens zich naar de Langebrug moeten begeven, om aldaar te blijven wachten en voorts, op de daartoe te doene waarschuwing, na den afloop wegrijden naar de zijde van de Hoogewoerd. 90. Gedurende den tijd der audiëntie, zal de Burger-Eerewacht aan de linker- en de Studenten-Eerewacht aan de regterzjjde van den grooten trap van het Raadhuis geplaatst blijven. 10°. Na den afloop der audiëntie, zal Zijne Maj. zich begeven ter be- zigtiging van de merkwaardigheden der Stad, in den navolgenden trein: a. Een Detachement Dragonders. b. De Commissie uit de Regering. c. De Burger-Eerewacht te Paard. d. Zijne Maj. de Koning. e. De Studenten-Eerewacht te Paard. f. Een Detachement Dragonders, en voorts nemen den volgenden weg: Van het Raadhuis langs de Breedestraat, het Steenschuur, het Rapenburg, over de Nonnesteegbrug, tot bet Akademie. Van daar langs het Rapenburg, tot het Noordeinde, langs de Breedestraat, naar het Museum van Oudheden. Van daar langs de Breedestraat, Hoogewoerd, door de Rijnstraat, langs den Nieuwen Rijn, de Heeregracht de Zuidsingel naar de Grofsmederij. Van daar langs de Zuidsingel, de Kalvermarkt, gt j" over de Havenbruggen langs de Haarlemmerstraatj. door de Bakkersteeg, over de Paauwbrug, langs den Ouden Singel, naar de Fabriek van de HH. J. J. Krantz en Zoon. Van daar langs den Ouden Singel, de Turfmarkt 4 Paardensteeg Kort Rapenburg, Breedestraat, naar de Scads-Gehoorzaal. 11®. Na den afloop van het Diner, hetwelk van Stadswege aan Zijne Maj: zal worden aangeboden, zal Zijne Maj. Djj het bezigtigen der Illuminauë den navolgenden weg nemen: Van de Gehoorzaal, langs de Breedestraat, het Rapenburg, de Hoogewoerd door de Kraaijerstraat langs den Nieuwen Rijn door de Watersteeg, Hoogewoerd, Breedestraat naar de Gehoorzaal, en daarbij begeleid zijn, op de wijze bij art. 10 vermeld. 12°. Zijne Maj. de Koning, de Stad verlatende langs de Breedestraat en H-> gewoerd zal uitgeleid worden door eene Commissie uit de Regering in Koetsenbenevens de beide Eerewachten en twee Detachementen Dragonders. 13°. De Rijtuigen welke van de Hoogewoerds Poort tot de Witte Poort de Stad moeten doorrijdenzullen van de Hoogewoerdsbrug langs het Steen, schuur en de Langebrug moeten rijden, en vervolgens langs het Rapenburg en het Noordeinde de Stad kunnen verlaten. Dezelfde weg zal gevolgd worden door degene die de Witte Poort binnen komen. 14°. Gedurende den intogt, zullen geene Rijtuigen, zoowel Diligences als van Particulieren, mogen rijden of stilstaan op de Breedestraat en het Noordeinde, maar moeten wachten, tot dat de trein zal gepasseerd zijn; evenmin zullen op den weg, welken Zijne Maj. door de Stad zal nemen, eenige belemmeringen of stellaadjen mogen gesteld worden; maar zelfs daar, waarstijgers voor de huizen geplaatst zijn, de planken weggenomen moeten worden, terwijl eindelijk alle Kermisvertooningen op de staten of grachten, welke Zijne Maj. zal doortrekken, moeten gestaakt worden, tot dat Hoogst, dezelve zal gepasseerd zijn. 15°. De Duecteur, de Commissarissen en verdere Beambten van Politie, zijn belast met de handhaving der bepalingen bij art. 13 en 14 gemaakt; en zal alle resistentie als feitelijke wederstand tegen de, openbare magt worden aangemerkt en vervolgd. Aldus, behoudens de veranderingen of wijzigingen, welke daaromtrent op last van Znne Maj. mogten gebragt worden, met bewilliging van den Ed Achtb. Raad vastgesteld bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op den 29 Mei 1841. J. G. de MEY, Mij kennelijk v. PUTTKAMMER. NEDERLANDEN. Leyden, 30 Mei. Wij vernemen, dat de HH. Studenten, die tot de Eerewacht te paard bë. hooren Dingsdag morgen voor zich naar de aangewezen plaats te begeven, hunne Banier zuilen afhalen aan het huis vao den Rector-Magnificus. HH. Studenten, welke zich te voet bij den trein zullen voegen, zul. len iii het zwart gekleed zijn, met licht vest, en Oranje-ecbarpe, terwijl de Praesides der Faculteiten tevens Banierdragers zijn. Heden tnorgen om 9 ure kwam alhier aan Z. K. H. de Prins de Join ville, vergezeld van Zijne Exc. den Franschen Ambassadeur Bois-le-Camte komende van 's Gravenhage en zich naar den Helder begevende. Z. K. H. verwisselde van paarden bij den Koninglijken Postmeester W. L. Burgers, en zette over Haarlem zijne reis voort. Gisteien nacht passseerde onze stad, na van paarden te hebben ve'S wisseld, Z. D. H, de Hertog van Nassau, medekomende van 'sGravenhage en zich over Arnhem, Kleef enz. naar zijne Staten begevende. Wij meenen de aandacht onzer Stadgenooten te moeten vestigen op het Cesmorama van den heer Zavy, staande op de Ruïne bij de Koepoortsgracht, hetgeen door het fatzoenlijk en kunstlievend publiek verdient beschouwd te worden, zoowel ten aanzien van de Optische gezigten, welke alles overtreffen, als van den smaak waarmede de voorwerpen, die men be. schouwt, geschilderd zijn, en vooral des avonds een heerlijk effect doen. Onder de tafereelen, welke voorgesteld worden, merkt men op: de plegtige lukomst van HH. MM. 1. 1. 27 November binnen Amsterdam, Zijner Majs. inhuldiging aldaar, de nieuwe kerk van binnen op het oogenbiik der eeds. nitspreking, de begrafenis van Napoleon, het vergaan van een schip op de Engelsche kust en meer andere interressante stukken. Uit 's Gravenhage meldt men van den 29 Mei: Zijne Maj. heeft de heeren C. J. Feith en P.J. van Munster, Referenda, rissen bij het Departement van Binneniandsche Zaken benoemd tot Ridders der orde van den Nederlandschen Leeuw. Door Zijne Maj. is bepaald dat er bij het leger een groore staf zal worden ingesteld, en dezelve bestaan zal uit: i°. de Veldmaarschalken; 2°. de Inspecteurs-Generaals der infanterie en cavalerie; 30. zoodanige andere groote waardigheden, als in tijd en wijle zullen worden daargesteld4. de Adjudanten, Ordonnans-en andere Officieren, bij Zijne Maj. en HH. KK.HH. de Prinsen dienstdoende. In de zitting van de Eerste Kamer der Staten-Generaal van den 28sten dezer, heeft de centrale afdeeling verslag gedaan op het ontwerp van wet, houdende bepalingen omtrent de gestichten voor krankzinnigen en de wijze hunner opneming in en ontslag uit dezelven. De beraadslagingen over dat ontwerp zijn op morgen bepaald. I11 ous vorig nommer hebben wij met een woord melding gen akt vats

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1841 | | pagina 1