Fan t/en 14Jen Maart. Men verneemt, dat Zijne Maj, bepaald heeft,
dat de Gouverneurs der provinciën voortaan aan de verkiezingen tot leden
van de Tweede Kamer der Siaten-Generaalgeen deel meer zullen nemen.
Het adres van den Advocaat Lipman, hetwelk in de zitting van Woensdag,
den loden dezer, aan Zijne Exc. den Minister van Binnenlandsche Zaken s
„om berigtis toegezonden, fs bij missive van gemelden Minister, aan den
Voorzitter der Tweede Kamer teruggezonden, met kennisgeving, dat de
Gouverneurs der provinciën door hem, Minister, bij circulaire van heden,
zijn aangeschreven geworden, om aan de verkiezingen geen deel meer te
nemen.
Uit Dordrecht wordt van den iaden Maart gemeld:
Naar men verneemt, zal de Raad der Nederlandsche Handel-Maatschappij
den löden dezer andermaal te Amsterdam eene buitengewone vergadering hou-
den, ten einde de nadere voorstellen van het Gouvernement in overweging te
nemen. Reeds vroeger was die vergadering op dezen dag bepaald geweest,
doch later weder verschoven, uit hoofde van 's Konings voornemen, om den
I7den de stad Rotterdam te bezoeken, hetgeen dan eenige leden beletten
zou ter vergadering op te komen. Zijne Maj. heeft echter, zoodra hem dit
ter kennisie kwam, verkozen, dat de voormelde vergadering op den aanvan
kelijk bepaalden tijd voortgang zou hebben en daarom zijne komst te Rotter,
dam acht dagen, namelijk tot den 24Sten dezer, verschoven.
Men meldt uit Middelburg van den ioden dezer:
Gisteren is, in het bijzijn van eene ontelbare menigte aanschouwers, van
de werf der commercie-compagnie dezer stad, met het beste gevolg van
stapel geloopen het barkschip het Zeepaard, groot ongeveer 500 Java lasten,
gebouwd voor rekening van eene reederfj, onder directie van de heeren van
den BroeckeLutej» en Schouten, alhier, gevoerd zullende worden door Ka.
pitein J. Giltjes, en bestemd voor de vaart op de Oost-Indien. Men had het
genoegen, dat dit voorval werd vereerd met de hooge tegenwoordigheid van
Z. K. H. Prins Hendrik, welke juist met het stoomjagt Prinses Marianne van
Rotterdam alhier aankwam, en uitgenoodigd wordende deze plegtigheid bij
te wonen, daaraan minzaam voldeed; zijnde na den afloop dadelijk, verge
zeld van den heer Burgemeester dezer stad, Jhr. Mr. M. C. Paspoort van
Grijpskerke, die Hoogstdenzelven zijn rijtuig daartoe had aangeboden, naar
Vlissingeo vertrokken.
Uit Luik schrijft men, dat, dewijl er zich geene koopers hadden op.
gedaan, de verkoop van de etablissementen van wijlen Cocheriil niet was
doorgegaan.
CHINA.
De berigten uit China over Engeland ontvangen loopen tot 18 December II.
en luiden voor de Chinesche quaestie niet gunstig. Volgens dezelve schoven
de Autoriteiten van dat land de onderhandelingen met de Engelschen op de
lange baan en meenden hen aldus te misleiden, zoodat tot de genoemde dag.
teekening toe nog niets tot stand was gebragt. Den 31 November was Kapi.
tein El/iet, als parlementair, in eene stoomboot van Macao naar de forten
van Buga vertrokkenom een' brief over te brengen. Eene sloep met een
vredevlag werd uitgezonden, doch door de Chinezen met eenige schoten
begroet. De sloep keerde terug en de stoomboot deed een paar kanonschoten
tegen genoemde forten; Kapitein Elliot vertrok weder naar Macao, en wist
langs geheime wegen zijnen brief ter bestemming te doen komen. Er werd
nu opheldering gevraagd en gegeven nopens de schending van de vredevlag.
Daar echter geen antwoord op den brief kwam, maakten de Engelschen
zich gereed de forten van Buga aan te tasten. Wegens ziekte moest de
Admiraal echter het bevel nederleggen, gaf dit aan den commodore Gordon
Bremer over, en vertrok naar Engeland.
De sterfte onder de Engelsche troepen bleef op het eiland Chusan steeds
voortduren.
EGYPTE.
Door hor Journal ie Smvrpe is men thans bekend geworden met den woor.
denlijken inhoud van den hatti-scnerm van oe forte aan menemea-ms ge
zonden. Als voorwaarden worden in denzelven gesteld, dat, na het overlij»
den van Mehemed-Ali, hij zal opgevolgd worden door dengene onder zijne
zonen, welken de Sultan zal verkiezen, en op die wijze zal telkens de
opvolging geregeld worden. In geval de mannelijke IQn komt uit te sterven,
zullen de mannelyke kinderen van de vrouwelijke lijn geen regt tot de erf.
opvolging hebben. De deor de Sultan gekozene opvolger zal naar Konstantino-
pel moeten komen, om plegtig met de stadhouderlijke waardigheid bekleed te
worden. Het aan den stadhouder van Egypte toegestane voorregt der erfe.
lijkheid, geeft aan denzelve geen hoogeren rang of titel, dan aan de overige
Pacha's en hij zal op gelijken voet als deze behandeld worden.
De bepalingen van het bekende bevelschrift van Gulhane, alsmede alle de
wetten van het Rijk en de door den Sultan gesloten of te sluiten verdragen
met vreemde Mogendheden, zullen ook in ./Egypte worden ingevoerd.
De belastingen in /Egypte zullen in naam des Sultans, en naar dezelfde
regelen geheven worden als in het verdere Rijk, opdat, gelijk in het bevel,
schrift gezegd wordt, de bewoners van/Egypte, die mede de onderdanen
der Verhevene Porte zijn, niet blootgesteld zouden wezen aan knevelarijen
en onregelmatige heffingen. Een vierde van de opbrengst der belastingen
zal in de schatkist der Porte gestort en het overige tot dekking der kosten
van het Egyptische bestuur gebezigd worden. Ook zal er van wege den
Sultan eene Commissie van toezigt worden aangesteld, ten einde de heffing
der belastingen te controleren. Er zullen in Egypte geene andere munten
meer mogen geslagen worden, dan welke geheel gelijk zijn aan de in Kon.
stantinopel gemunte.
In vredestijd zullen in Egypte niet meer dan 18,000 man croepen onder-
houden mogen worden. Omtrent de ligtinglderzelve en geheele dienst zullen
in Egypte de voorschriften gevolgd moeten worden, die de Sultan voor het
overige Rijk voorgeschreven heeft. De Egyptische troepen zullen dezelfde
kleeding en vaandels hebben als de Turksche; de officieren in de mindere
rangen zullen door den Pacha van Egypte, die der hoogere rangen door
den Sultan benoemd worden. Dezelfde bepalingen zijn van toepassing op de
zeemagt, omtrent welke nog bepaald is, dat de Pacüa van Egypte voortaan
geene oorlogschepen mag bouwen, dan met uitdrukkelijke toestemming des
Sultans. Het bevelschrift besluit aldus:
Daar de verleening van het erfelijk beheer van Eiypte aan de hierboven
omschreven voorwaarden verbonden is, zal de niet uitvoering van ééne en
kele derzelve de onmiddelijke intrekking van de erfelijke aanstelling ten ge.
volge hebben.
Er waren aan de Parijssche beurs berigten uit Alexandrie van den 34 Fe.
bruarij, meldende, dat Mehemed-Ali zich aan die voorwaarden niet had on.
derworpen.
AMERIKA.
De Washington Globe, een dagblad uit New-York, van den 17 Februarij,
bevat aangaande de zaak van den heer M'Leod, en het in der tijd verbranden
van de Araerlkaansche stoomboot Caroline, een uitvoerig verslag, door den
heer Pickens, lid van het committé van financien, in de Kamer der Vertegen,
woordigers uitgebragt. Dit verslag is hoogst ongunstig voor den gevangene
en vijandig tegen Engeland.
De heer Pickens wil het gedrag van den heer M'Leod In geenen deele be-
schouwd hebben als dat van eenen vijand, die tegen zijnen vijand handelt,
maar, daar de gebeurtenis in vollen vrede heeft plaats gehad, als dat van
eenen bulten de wet gesteldenen een' roover In de wettige beteekenis
dier woorden.
De acte van beschuldiging tegen den heer MLeod, is in de groote Jury,
met eene meerderheid van 19 tegen 1 stem, goedgekeurd. DenödenFebruaiij
was de gevangene voor een crimineel Geregtshof gebragt, alwaar hem de
acte van beschuldiging is medegedeeld, waarna hij weder in de gevangenis
is gebragt, tot dat de zittingen van het Hof van Assises zullen geopend
worden, hetwelk op den 22sten dezer moet hebben plaats gehad.
Nog nadere berigten van den aosten Februarij melden, dat in het Con
gres een zeer vijandige geest tegen Engeland hegrscht en dat onderscheiden
voorstellen ter tafel zijn gebragt, strekkende om zich dadelijk te wapenen,
waarvan één reeds was aangenomen. Verder was bepaald, dat de Engelsche
bezetting uit het betwiste grondgebied van de Maine, met kracht van wape
nen zou verdreven worden, omdat men niet langer staat kon maken op hec
woord van eene Mogendheid, die hetzelve reeds zoo dikwijls verbroken
had. Men beschouwde eenen oorlog met Engeland als onvermijdelijk.
De directie van de Bank der Vereenigde Staten heeft aan de wetgevende
vergadering eene memorie gezonden, in welke zij de oorzaken opgeeft, die
hare laatste schorsing van betalingen in specie hebben te weeg gebragt.
Üe Eagelsche Courier zegt: De Amerik. bladen voeren gelukkig eene
veel gematigdertaai, welke in gunstige tegenstelling is met het verslag in het
Huis der Vertegenwoordigers. Tegen dat de laatstgezonden depeches van
Lord Palmerslon aan onzen Gezant, den heer Fox, te Washington zullen1
ontvangen zijn, heeft de Generaal Harrisson den heer van Buren vervangen
en de staatkundige inzigten van den eerstgenoemde en van zijn Kabinet geven
ons hoop,dat het verontrustende vraagstuk op eene vriendschappelijke wjjze
zal worden opgelost.
ITALIË.
Rome i Maart. De kerkelijke betrekkingen met Portugal zullen zoo
goed als geregeld zijn. Wat Don Miguel betreft, zoo zullen de aangelegen,
heden van dezen geheel daarvan verwijderd blijven. Hij, zoowel als zijn
Ambassadeur Don Antonio, hebben eene lange zamenspraak met den Paus
gehad, waarin over zijne toekomende betrekking hier te Rome gehandeld is.
Men heeft daarbij wederom de grondstelling geldig gemaakt, dat de eenheid
der Kerk door de Regering eens lands niet moest lijden.
Zoowel de Koningin-weduwe van Napels, als de Koningin-weduwe
van Spanje hebben bij den Paus hare afscheids-bezoeken afgelegd en zullen
binnen weinige dagen Rome verlaten.
In den nacht van den 2osten Februarij had men te Napels vrij sterke
schokken van aardbeving gevoeld, die, hoewel op zich zeiven van niet veel
belang, echter bekommering verwekten, omdat de Vesuvius sedert eenigen
tijd van binnen in hevige werking was zonder iets op te werpen.
DUITSCHLAND.
Den 3den Maart is te Weenen in hoogen ouderdom overleden Baron de
Spa envoorheen Gezant van Nederland bij het Oostenrijktche Hof. Sedert
tien jaren was hij op pensioen gesteld en leefde in genoemde stad in stilte.
Oostenrijk, hetwelk tegen de afschaffing der kloosters in het kanton
Aargau, in Zwitserland, had geprotesteerd, en tot grond had aangevoerd,
dat het, als erfgenaam van het huis van Habsburg, regten op dezelve had,
heeft tenantwoord op zijn protest ontvangen, dat die aanspraak zoowel daad
werkelijk als regtens reeds sedert jaren vervallen was.
Uit Berlijn meldt men van den 8sten dezer:
De verlenging van het handelsverdrag met Nederland is hier voortdurend
een onderwerp van levendige gesprekken. Over het algemeen verheugt zich
het consumerende groote publiek over een verdrag, dat hetzelve een der
gewigtigste levensbehoeften, de suiker, tegen zoo billijken prijs verschaft;
maar de koopstand, vooral de suiker-fabrjjkantenvaren hevig tegen hec
verdrag-uit, bewerende, dat de hoogste belangen des lands er aan worden
opgeofferd. Wie echter over handelbelangen met onpartijdigheid kan en wil
oordeelen, begrijpt, dat de meest mogelijke vrijheid haar dient. Elke ver.
->1— -.yu.ij .cbr.odc nader. en het verdr-o
is, uit dat oogpunt, niet, zoo als men het wil doen voorkomen, alleen voor
Nederland, maar voor het geheel tolverbond gunstig, ook zonder dat men
nog in aanmerking neemt de voordeelen, die voor de bewoners van het ver.
bonds-gebied wederkeerig bedongen zijn, en waarvan beide de koop- en
fabrijkstand de baten genieten.
De Roomsch-Katholijke Hofprediker te MunchenEberhard, is voor*
loopig in zijne dienst geschorst, omdat eenige aanzienlijke inwoners uit ge-
noemde stad tot de Protestantsche kerk behoorende en ook hetProtestantsch
Opper-consistorie bij den Koning van Beijeren eene aanklagt tegen hem had
ingeleverd, omdat hij zich sedert eenigen tijd niet ontzag, in zijne predika.
tien de Protestantsche leer en derzeiver belijders op eene heftige en schan.
delijke wijze te smaden. De Regering heeft nu een onderzoek naar de zaak
laten doen.
Al de regimenten en afzonderlijke bataljons van het Beijersche leger
hebben last bekomenom zich onmiddelijk de vereischte heelmeesters werk.
tuigen enz. voor de velddienst aan te schaffen.
Uit Bieberich wordt gemeld, dat de verstopping der rivier door de
Hessen-Darmstadschen geen hinder of vertraag heeft veroorzaakt aan de
stoombooten van de Dusseldorfsche maatschappijdaar deze eenen anderen
weg gekozen hadden, welke tot hiertoe nog niet bevaren was geworden.
Het getal ingezetenen van Koppenhagen bedroeg in het voorleden jaar
120,819; in 1740 telde die stad 64,711$ inwoners.
Uit Konstantinopel schrijft men, dat de langdurige vijandelijkheden
tusschen de Russen; en Circassiers eindelijk zouden ophoudendaar bij de
laatsten zich de begeerte had geopenbaard om te onderhandelen, ziende dac
zij het op den duur tegen de overmagt niet konden volhouden.
GROOT-BRITANNIE.
Londen den 10 Maart. Het lid van het Lager-Huis, ViUicrt, heeft in
de zitting van den nden verklaard, dat hij in deze zitting van het Parlemenc
wederom eene motie zou doenomtrent de afschaffing der graanwetten.
De beraadslagingen over de armwecten zouden den I2den hervat worden,
en in dezelve aanmerkelijke veranderingenin den zin van Sir Peel, worden
voorgeslagen.
Sedert eenigen tijd was de Lord-Kanselier zeer ernstig ziek geweest,
doch zou eerstdaags zijne bezigheden hervatten.
De Herald had onlangs gemeld, dat te Londen gehandeld werd over
eene nieuwe conventie tusschen de groote Mogendheden, betrekkelijk de
Oostersche zaken. Het Ministeriele orgaan, de Morning Chronicle, spreekt
dit berigt volgenderwijze tegen:
Het is hoogst onwaarschijnlijk dat een tractaat, omvattende al de, verle
den week door den Herald vermelde bedingen, immer door eenige der vijf
Mogendheden was voorgesteld geworden. In allen gevalle is het niet denk
baar, dat een zoodanig tractaat wordt tot stand gebragt. Wel mag het zeer
wenschenswaard zijn, dat door de vijf Mogendheden eene overeenkomst
werd getroffen voor een bepaald oogmerk, de regeling namelijk van de door
vaart bij de Dardanellen; indien de Porte mogt gezind wezen om de oude
wet des Ottomannischen Rijks, welke dien waterweg voor de oorlogschepen
van alle natiën sluit, te handhaven, wanneer de Porte niet oorlogvoerende
is, en indien de Europesche Mogendheden die wet wilden eerbiedigen, zoude
zulks eenen gegronden waarborg opleveren voor het bewaren van den vrede
in de Levant; maar door een artikel van een tractaat de integriteit en onaf.