zelfden dig h> de helde Ruiten vin het Pirlemeht reedi begonnen en te#
efnde pebrtgt. In het Him der Lordi is bewust adrci doof den Gnaf Duie
voorgesteld en door Lord Lurgan ondersteund geworden, en in dit der Gei
meenten i« Lord Brabazon als voorsteller en Mr. G. Berkeley lis ondersteuner
van hetzelve opgetreden. Na eene vrij lange discussie, vooral in het Hiri
der Gemeenten, in welke enkele radicale leden zich Zekere scherpe zinspelihs
gen op de gehoudene staatkunde door Harer Majs. Kabinet in het Oosten enz.
veroorloofdenis niettemin ten slotte in beide Huizen het dank-adres met
eenparige stemmen doorgegaan, daar, zoowel de Hertog van fTelllngton als
Sir R. Peel, verklaarden, zich met die staatkunde voor het oogenblikbij
«emis'van nader ter tatei te brengen officiële bewijsstukken, te kunnen ver
'enigen, ofschoon beide veel invloed hebbende Parlementsleden onder ande
ren tevens hun leedwezen te kennen gaven, dat Frankrijk niet eer/e der bé
trokkene partijen in het bewuste Julij-tractaat geweest was. Ook de Ministers
Melbourne, Russell en vooral Palmerston hebben dienaangaande hun leddwe
zen betuigd, doch eveneens ten volle aangetoond, dat Frankrijk, bij herha.
ling, te vergeefs daartoe aangezocht is; dat er verder ten opzigte van die
Mogendheid, met betrekking tót het sluiten van het gezegde Ju lij-tractaac
buiten haar, geenerlei onbeleefdheid heeft plaats gehad en ten laaste be
loofd dit punt, alsmede het geheel van derzelver gehoudene staatkunde, nog
Mder met officiële bewijzen te zullen regtvaardigen.
Ter beurze heeft de Koninglijke aanspraak niet voordeelig gewerkt,
omdat in dezelve van de betrekking tusschen Frankrijk en Engeland niet bij.
zonder gewag is gemaakt.
Het schijnt echter, dat de hoofden der behoudende en hervormingsgezinde
partijenzoowel als de Ministershet herstel der goede verstandhouding met
Frankrijk wenschen.
Sommigen meenen te willen weten, dat in den loop van dit jaar het
Parlement zou ontbonden worden, en dat bij eene nieuwe verkiezing de her-
vormingsgezinde partij op de behoudende een aanmerkelijk voordeel zou behalen.
Pe doop van de jonge Prinses schijnt op den 10 Februanj bepaald te
blijven; alsdan worden Koning Leopold en zijne Gemalin in Engeland verwacht,
en zouden Lord Melbourne en Palmerston hooge adelijke titels ontvangen.
FRANKRIJK.
Parijs den 39 Januarij. De beraadslagingen over de versterking van de
hoofdstad duren in de Kamer der Afgevaardigden nog voort; orderschei
den amendementen zijn verworpen, zoodat men zich op eene gave aanneming
der wet verwacht.
- Uit het officieel verslag wegens den staat der criminele Justitie in
Frankrijk voor 1838, blijkt, dat tic hoven van Assises in dat jaar hebben
behandeld, 5,844 zaken (39 minder dan in 1837), te weten: 1,631 misdaden
tegen personen en 4,313 tegen den eigendom. Aanklagten wegens moord
komen daaronder voor 339 (het grootste getal sedert 1835), van de 5,844
beschuldigingen, zijn 3,800 ten volle door de gezworenen aangenomen, 1,435
werden gewijzigd en 1,639 verworpen. Er bevonden zich 8,014 beschuldig
den, 6554 mannen en 1,160 vrouwen; 4,469 konden lezen noch schrijven,
3,567 konden zulks slechts onvolmaakt; 703 waren in beiden wel bedreven,
«n 376 hadden eene goede opvoeding erlangd. Van deze 8,014 beschuldig,
den, werden 5,133 verooideeld; 44 ter dood, 198 tot levenslangen zwaren
irbeid, 833 tot dezelfde strat voor een bepaald getal jaren; 933 tot gevan
genisstraf, 1 tot transporta'ie, 30 tot ontzet van burgerlijke regten, 3,072
tot verschillende correctionele straffen; 38 kinderen, beneden de 16 jaren,
werden vrijgesproken, als gehandeld hebbende zonder oordeel van onder
scheid, doch, ter verbetering, in een nuis van correctie opgesloten. De
gezworenen spraken ten behoeve van 2,775 aangeklaagden liet oordeel der
verzachting uit; 34 van de ter dood veroordeelden werden geëxecuteerd; de
veroordeeling van de 10 anderen werd in levenslangen zwaren arbeid veran
derd. De Regtbanken van corredtionelc Policie rigtten in hetzelfde jaar
144,417 correctionele zaken, en 192,354 aangeklaagdenalt 154,884 mannen
eb^37.870 vrouwen; 24,063 werden vrijgesproken. De Regtbanken van en
kele Policie spraken in 154,088 gevallen tegen 202,814 beschuldigden.
In 1838 werden 119 regetings- beambten aangeklaagd wegens misdaden of
wanbedrijven in de uitvoering van hunne ambtspiigtenmaar de Staatsraad
gaf alleen last ter vervolging tegen 64, waarvan 47 werden vrijgesproken,
15 tot verschillende straffen veroordeeld, en 2 bleven te vonnissen over.
Het getal gezworenen, op de algemeene lijst, bedroeg 217,392, zijnde
10,899 meer dan in 1837, en dat der kiezers 198,609. In 1838 hadden er
3,586 zelfmoorden plaats, als 1,886 mannen en 700 vrouwen; 143 meer dan
in 1837. Van dit getal behoorden 483 te Parijs en het departement der
Seine, ot omstreeks het 15de van het geheele getal.
De Fransche dagbladen toonen zich in het algemeen zeer verstoord
over de troonrede der Koningin van Engeland, omdat in dezelve niet bijzon
der van Frankrijk wordt gewag gemaakt. Ook het Journal des Dibats kan
daarover zijn ongenoegen niet ontveinzenin hetzelve lezen wij ten dien aanzien:
In de zinsnede omtrent de betrekkingen van Groot-Britannie met de vreem.
de Mogendheden is Frankrijk niet genoemd. Wij zijn niet voornemens deze
daadzaak te vergoelijken, en nemen het stilzwijgen aan, zonder de beteea
kenis er van te verminderen of te overdrijven. Zoodanige internationale hof
felijkheden moeten geheel vrij blijven; wij hebDen het regt niet dezelve te
vorderen, en ook niet pm ons wegens derzelver weglating te beklagen. De
reeds geopende debatten van het Parlement zullen gewis een helderder licht
werpen op de gevolgen der gebeurtenissen, die Europa hebben bezig ge-
houden, en wij wachten die af, alvorens stellig te oordeelen over de ge
zindheden, welke de troonrede zich onthoudt uit te drukken.
- Den s6sten heeft er een ergerlijk tooneel plaats gehad bij de barrière
van Fontainebleau, daar er twist ontstond tusschen de aldaar dienstdoende
infanterie en een grooten hoop werklieden. Van woorden kwam het tot dade
lijkheden en weldra ontstond er een gevecht, waarbij zoowel van de soldaten
tis van de werklieden onderscheidenen gewond werden. Een detachement
der municipale garde heeft met moeite de vechtende kunnen scheiden en de
rust herstellen.
Uit Auray (Morbiham) wordt het volgende geschreven:
Den 11 den dezer, des morgens ten half negen ure werd er dienst gedaan
in de Parochiale kerk van Plusigner. Meer dan honderd menschen waren in
dezelve bijeen. Het weder was regenachtig en nieta deed eene verandering
In het luchtgestel voorzien, maar omstreeks tien ure barstte onverwachts
bene geweldige hagelbui, van stormvlagen vergezeld, over de kerk los.
Een zware donderslag deed alles dreunen en verspreidde den schrik onder
de zich in de kerk bevindenden. Dit was nog slechts een begin. De Priester
hief het sanctus aan toen eensklaps de kerk als in volle vuur scheen te staan.
Een dikke kolom bruinachtig vuur vloog met een verschrikkelijk gefluit
door de kerk, van het eene raam naar het andere heen en weder slingerende
Cn de glazen verbrekende. Een dikke rook en verstikkende zwavellucht
volgden op dit kortstondige verschijnsel. Een tweede donderslag deed zich
hooren en voerde de schrik ten top. Wanende dat zijn laatste oogenblik
gekomen was, wierp een ieder zich met het aangezigt ter aarde en hec
hartverscheurends! gejammer vervulde het gebouw. Sommigen waren geheel
Verlamd, anderen hadden de beenen verbrand. Bij anderen was het enkel
de schrikdie hen op de plek als vastgenageld hield. Aan eene vrouw is
de gansche buik verbrand, eene andere is de hersenpan ingeslagen. Maar
hCtgene ongelbofelijk zal schijnen,twee personen lagen bewusteloos op den
grond, met zware uit den toren ter neder gestorte steenen op den rug;
later zijn zij uit hunnen zwflmelslaap ontwaakt en onbezeerd opgestaan
zondes zich te ktioien. berinaerei du lui iets vtaerbda was overgekomen.
Er zjjn twaalf oï vijftien memched, en sommigen ds-rVsh jevaafiljlc
kwetst. De klokkenluider is de eenlge dóode, hij is gevonden met het klok.
ketomv nóg in de hand.
In den Zak van eene vrouw Is een stuk geld van 5 centimes gevonden;
hetwelk geheel glad waS geschuurd, de vrouw zelve heeft niet het minèté
letsel. Het witrooksvat is uit de handen van een der koorzangers geslagen
en verre weg geworpen. Meer dan twintig vrouwen, die klompen met spij
ker droegen, hebben zich plotseling van derzelver schoeisels beroofd gezien.
Toen de eerste vërwjrring begon te bedaren is de Priester naar het altaar
terug gekeerd, en heeft hjj de afgebroken mis geëindigd.
De toren dreigt in te Storten eh ook de gansche kerk beeft veei geleden
behalve deze zijn ook verscheiden andere gebouwen zwaar beschadigd.
Onder de verdere merkwaardige uitwerkselen van dit onweder is onder
anderen; dat er een paard daardoor niet gedood, maar bewusteloos ter aarde
is geworpen en dat hetzelve de hoeven van alie vier de beenen zijn afgeslagen;
Het Spaansche provisiönneie Regentschap heeft een besluit genomen,
waarbij alle Alcades, die gedurende 1840 in functie waren, benoemd worden
tot Commandeurs van de Koninglijke Ridcier-o/de van Isabtla, en de Regi.
dors tot Ridders dier orde.
Dezer dagen is in het klooster van St. Francesco in Spanje eene non
van 109 jaren overleden, die van haar 14 jaar af in dat klooster geleefd had;
en dus gedurende 93 jaren.
MENGELINGEN.
•CANADA'S VERHOUDING tot GROOT-BRITANNIE.
{Vervolg en slot.')
En toch is het in Opper-Kanada daarmede nog slimmer. Dkir heefc dé
enkele familie van David Boultonin alles veertig hoofden sterk, alle voor
naamste posten des lands in hare magc. Zoo groot is haar invloed daardoor,
in alle takken van beheer, dat zelfs het oppergezag des moederlands niet
meer toereikende i», dengenen te beschermen, die zoo ongelukkig wordt
van aan de Boultorft te mishagen. Daarentegen is hunne vriendschap of toe»
genegenheid alvermogend, getuige de volgende opgave'der aandeeien, welke
bij de verdeeling van gronden voor gedane diensten aan den Staat, de familie
Belton we den toegekend. Destijds kregen:
William B. Felton 14141 morgen.
William zijn zoon 1000
te'iza diens zuster1200
Char lot ta i 1200
Maria I200
Mathilda 1200
Octavia 1200
Louiia 1200
fanny 1200
Alien dus te zamen 23,541 morgen.
Hebzucht, gierigheid, heerschzucht zijn de uitstekenusce punten in heé
karakter van hen, aan ivien hec bestuur dezer landen toevercrouwd is. Maar
daarnevens verheft zich een burgerstand, magtig door deszelfs beschaving,
even als door deszelfs hulpbronnen, welke hij aan de nieuwe inrigtingen ea
den handelsgeest te danKen heeft, die onmiddellijk na de verovering des
lands zeer werden ontwikkeld. Tot dien tyd hadden deze zich vergenoegd
van de opbrengst hunner gronden te leven; onder het nieuwe bestuur kwam
eenter weldra bij hen de handelsgeest op, zoo als de veroveraars denzelven
medegebragt hadden, en spoedig werd door hem de burger-klasse even zoo
rijk als hunne heereri hei geworden waren. Met de vermeerdering huns ver
mogens begonnen oe groothandelaren en landeigenaren dan ook m te zien,
hoe belangrijk voor hen de uitbreiding hunner kennis zoude zijn; daarom
besteedden Zij al hunne zorgen aan de opvoeding hunner kinderen. Aldus
verkreeg de burgerstand eenen belangrijken invloed door deszelfs stelling en
door rijkdom én kennis* Tegenwoordig speelt dezelve eene boogstbelang-
rijke rol in fcanaria; de verkiezing der leden tot de wetgevende vergadering
berust bi) denzelven; 40 pond jaarlijks inkomen of 10 pond hour-uitgave
zijn voldoende om tot kiezer te worden benoemd. Uit hec midden der bur.
gei sell a p benoemen deze hunne vertegenwoordigers, eene zuiver democrat!,
sche wetgevende verzameling, waaruit een eeuwigdurend conflict ontstaat;
een conflict zoo als men in geenen anderen constirutionelen Staac weder vindt.
In den loop van 14 jaren werden toch meer dan 216 door de wecgevende
vergadering aangenomen bills, in den wétgévenden en uitvoerenden raad ver
worpen, en 86 andere ondergingen zulke groote veranderingen, dat het huis
der gemeenten er niet van af kou, ook van hare zijde déze te verwerpen.
In Neder-Kanadü werd de zitting van 1835 tot 1836 geheel noodeloos be
steed, want ook in deze werden van 107 door het huis der gemeenten goed
gekeurde bills dadelijk 34 bij de discussie in don raad zoodanig gewijzigd,
dat ae ontwerpers de voorstellen weder in rtioesten trekken. Men geloove
nu niet, dat de vorderingen der wetgevende vérgaderisg overdreven waren*
Men zoude zich vergissen. Een dier bills, b. v., zoude bepalen, dat elk
lid van het huis, dat een staatsambt aannam, zich weder tot zijne kiezers
wenden moest, opdat deze j naar bevinden,- hec nogmaals verkiezen zouden
of niet. Een ander dezer bills drong daarop aan, dat van de plaats alwaar
de veikieziógen worden gedaan, de troepen 'terug getrokken moesten wor
den. Altcos heelt de wetgevende vergadering den grootsten ijver tot verbe
tering der opvoeding en vin het onderwijs onder alle klassen des volks aan
den dag gelegd. Eindelijk wilde zij ook, naar het voorbeeld van het Schot-
sche systema, lagere scholen oprigten, en, in de zitting van 1814, leverde
een harer leden een bill in, waarbij het volk opgeroepen werd, tot uitvoe
ring van dit plande benoodigde Commissarissen te benoemen. Maar ook
deze bill werd verworpen; ja, zes jaren lang werd een groot aantal bills,-
welke allen de oprigting van scholen in de beide provinciën ten doel hadden,
achtereenvolgend door de wetgevende vergadering ingeleverd en door den
Raad afgestemd. Eerst in 1820 behaalde de standvastigheid der voorstanders
van verlichting en beschaving, tot groote vreugde der Kanadasche bevolking
de overwinning: eene school-bill werd aangenomen, en dientengevolge geno
ten reeds in datzelfde jaar, 14,753, in 1835 echter 37,658 kinderen vrjj
onderwijs. Ongelukkigerwijze was echter de acte niet voor onbepaalden cud
verleend, maar verviel reeds in 1836, en de Raad stond de verlenging niet
toe, zoodat op éénen dag, meer dan 1600 scholen gesloten, meer dan 40,000
kinderen van onderwijs beroofd werden.
De voornaamste der door de Kamer in Kanada gevorderde hervormingen,
bestaan alle in de daarstelling van eenen verkiesbaren uittfoerèndèn raad, ed
in hec regt eerier volstrekte contróle over de ontvangsten en uitgaven varf
het plaatselijk Bestuur. Reeds in 1810, toen het inkomen der provinciën ojJ
gelijke hoogte van ue uitgaven gestegen was, deed dé wetgevende vergade*
ring den voorslag, de heffing en het georuik der koloniale géiden zelve ns
te gaan. Hoe dienstig dit tegen kwade praCtijkén zoude geweest zijn, heb»
ben een aantal voorbeelden bewezen. Doch, het oude syscema getrouw,-
wees men in Londen den voorslag af. Hiermede niet te vredendeed men
nog méér. Men klaagde den ontwerper van den voorslag, met al degenen
dié denzelven onöerSféilttd hadden, van hoog verraad aan,.en wierp hen alle*
in dè gévahgefris* Niettèïrtin-bleef de vergaderiug volharden en éindeljjls
verkrègg ó<Al. meening de bovenhand.