tÖ 6 to R A N T» A\ 1840. LEYDSCHE N\§89. VRIJDAG, NEDERLANDEN. Letden, 23 Julij. Heden morgen te icht ure is Z. K. H. Prins Alexander der Nederlanden in deze stad wedergekeerd van het inspecteren der cavalfóiie in onderschei 'dene plaatsen van ons Vaderland. Dezer dagen ia alhier aangekomen Z. H. E. G. de Luitenant-Generaal Baron van Geen, om eene groote inspectie óver de infanterie, alhier in be Zetting, te houden; dezelve heeft heden plaats gehad. Gisteren is een detachement curassiers van hier naar Zevenhuizen ver trokkenzoo men wilzouden aldaar eenige botsingen tusschen het arbei dende volk ontstaan zijn. Onze stadgenoot, de heer J. Pierot, Med. Doctor, voor het tegenwoor dige nog werkzaam bij 's Rijks Herbarium alhier, is door Zijne Maj.den Ko ning benoemd tot Oost-Indisch ambtenaar der iste klasse. Men meldt uit '1 Gravenhage van den 22Sten Julij: B(j besluit van den 2isten dezer, heeft Zijne Maj. bepaald, dat, t'e reke- tien van den 10 Augustus aanstaande-, het bestuur over de zaken v»h Marine én Koloniën onder dén hoofd zal worden vereenigd, met den titel van Minis ter van Marine en Koloniën, en dat onder de bevelen van dien Minister twee Directeuren zullen werkzaam zijn, een voorde Marine en een voor de Koloniën. Bij andere besluiten van dezelfde dagteekening heeft Zijne Maj. aan den Vice-Admiraal C. J. IVolterbeek met bovengemeld tijdstip eervol ontslag ver- leend als Directeur-Generaal van Marine, ónder dankbetuiging voor zijne, ook in die betrekking, aan den Koning én aan het Rijk bewezene goedé diensten; terwijl Hoogstdezelve heeft benoemd tot Minister van Marine en Koloniën, den Staatsraad J. C. Baud, thans ad interim belast mét de directie Van het Departement van Koloniën, alsmede tot Directéuren, ad interim, voor de Marine, den Adjudant van Z. K. H. Prins Frederik der Nederlanden, E. B. van den Bosch, Kapitein ter zee, en voor de Koloniën, den heer B, J, Elias, thans ad interim, belast met de functien van SeCretaris-Generaal bij het Departement van Koloniën; Jonkheer J. J. Quarles van Uford, thans Secretaris-Generaal bij het Departement van Marine, is terzelfder, tjjd be noemd tot Secretaris-Generaal bij het bestuur voor de Marine en Koloniën. Zijne Maj. heeft dezer dagen benoemt! tot buitengewóón Gezant en gevolmagtigd Minister bij het Russische hof, den heer iC.J. Baron Schim nttlpenninck van der Oye, laatstelijk Minister-resident bij het Badensche hof, cn dit ter vervulling van de door Graaf G. Schimmelpenninck bekleede be. trekking als zoodanig; hebbende Z. M. denzelven eervol daaruit ontslagen. Men verneemt, dat'Zijne Maj. den Colonel Baron V, van Tuyll van Se. rctskerken benoemd heeft tot HoogstdeSzelfs Kamerheer. Zijne Maj. heeft benoemd den heer P. C. C. Poelman, Inspectenr- Essayeur-Generaal der Munt, tot Muntmeester van 's Rijks Munt te Utrecht, en in diens plaats tot Inspecteur-Essayeur-Generaal, den heer A. Vrolik-, Doctor in de wis- en natuurkunde en adsistent-adriseur bij het departement Van Financien. Den 2osten dezer beeft op het raadhuis te 's Gravenhage plaats gehad de plegclge uitdeeling der eereteekenen en belooningen, welke de prijzens waardige milddadigheid van het Fransche Bestuur toegedacht had aan 'sGra- venhaagsche ingezetenen, die zich verdienstelijk gemaakt hebben, dbor de redding der equipage van de Fransche brik ia Providence, op de kust van Scheveningen, den 22 Januarij II. gestrand, en wijders voor de verpleging en bijstand aan dezelve aan wal verleend, te weten, ingevolge de aanschrijving Van den Franschen Gezant: aan Mevrouw Maas, geb.Grant, op het Badhuis te Scheveningen, welke gedurende acht dagen de Fransche schipbreukelingen gehuisvest en gevoed heeft, en daarenboven een van die, den heer Vstasse, gedurende drie weken zijner ziekte en tot aan deszelfs einde, tën haren huize verzorgd heeft; aan den Pastoor Quant, welke niet alleen aan dien zieke de geestelijke vertroostingen heeft toegediend, welke aan zijne roeping eigen waren, maar daarenboven denzelve bezocht heeft met al die volharding, welke de Christelijke liefdadigheid medebrengtaan den Commissaris van Politie Behr, die den grootsten ijver heeft aan den dag gelegd, met aan de Fransche zee lieden alle mogelijke hulp te bewijzen, zoo in als na het gevaar; aan den Medecinae Doctor van Renesse, die aan den zieke geleverd heeft de ver- eischte geneesmiddelen, zonder daarvoor, evenmin als Mevr. Maas, éehige geldelijke vergoeding te vorderen; aan ieder van welke eene gouden medaille is uitgereikt,, op de eene zijde versierd met de afbeelding van den Koning der Franschen, en op de keerzijde met den naam van den begiftigde, met de omschrijving vin de daad, welke het Fransche Ministerie van Marine.heelt aargespoord, om vermelde eereteekenen voor denzelven te vragen. Wijders vier zilveren medailles van gelijken aard: voor den stuurman Job den Duik, die al zwemmende en ondanks de onstuimigheid van de zee, het reddings- anker ettelijke vademen voorbij het vaartuig heeft gebragt, en daarbij eene opmerkelijke onverschrokkenheid heeft aan den dag gelegdaan Arie Verbaan, die; toen de reddingsboot met de Franséhe ecjuipagie omsloeg, van onder het waker haalde éh aan wal bragt den Kapitein, die reeds geheel buiten kennis was; aan Cern'eiis den Duik, welke ten gevolge der vetmoeijénissen, eene zeer ernstige ziekte heeft doorgestaanaan den matroos Zier Pronk, die aan wal zijnde, en de reddingsboot ziende omslaan, zich ijlings in zee begeven heeft, en het geluk gehad heeft, van onder Watfcr een dér Fransche matro. zen te grijpen en te redden; en eindelhk aan de zeven stuurlieden en matro zen, welke met Verbaan en C. den Duik dé reddingsboot voerden, en die bij het omslaan van dezelve In zee gevallen zijnde, zich meer beijverd heb ben voor het behoud der Fransche equipagie, dan voor dat van hun eigen leven, de helft eener som van 600 frs., door den Franschen Admiraal Rous, tin bij de medailles gevoegd, en waarvan de wederhelft toegedacht en uit gereikt ia aan de weduwe van den matroos Kuypers, die bij die gelegenheid het leven verloren heeft. De gevoelens van erkentenis wegens dit edelmoedig betoünen der Scheve- ningsche menschllevendheid; zijn op eene welsprekende wijs, doör den Pas toor Quant uitgebragt, met verzoek om dezelve aan den Franschen Minister wel te willen kenbaar maken. Zoo men verneemt, heeft de Fransche redding-maatschappij, la Société Cinirale dés Naufrages dans Pinter ét de toutes les Nations, welke onder be scherming van den Koning der Franschen staat, en den Maarschalks Grouchy tot Président heeft, de opgemelde personen, te weten: den weleerw. heer Quant, mevrouw Maas, de heeren Behr en Renesse, benevens elf Scheve, ningsche visichers, haar lidmaatschap eershalve opgedragen. *4 J U L IT. Uit Amsterdam rneldt men van den 22Sten Julij: Wij vernemen, dat zich alhier eene Commissie heeft gevormd, bestaande uit de heeren H. Ameshtf, J. J. Uytwerf Sterling, R. ie Chevallier en fj°. V. H. van Berck Colenbrander, ten einde, bij wijze van ifischrijving, een fonds te verzamelen, om de Amstelkerk van een doelmatig Orgel te voor zien, terwijl tevens, ten gevolge van de weldadige Uiterste wilsbeschikking van mevrouw <5e weduwe Tonisdoor de zorg van de kerkelijke Commissie, het bedoelde kerkgebouw eerlang inwendig aanmerkelijk zal verbeterd en verfraaid zijn; met welke laatste werkzaamheden alreeds een begin is ge maakt. Door deze vereenigde pogingen verwacht men, dat de Amatelkerz, die in den beginne slecht» als een hulpgebouw (eene preekschuur volgens IVagenaar) moest dienen, binnen Weinig fijdi op eene onbekrompen wijze tot een voegzaam kerkgebouw zal zijn ingerigt. p® ïaaiiifg, o» Va n 1,070 tonnenvvairvari de laatste thans in de eerste hand verkocht' prijs is heden: volle haring per ton f 60, per f 4; maatjes dito per ton 90, per f 5J. De berigten omtrent de visscherij, door de laatste jagers raedegebragt, luiden tamelijk gunstig, zoodat men weldra vanger» verwachten kan. De ansjovis-viss'cherlj ia geëindigd; de overgebleven voor raad is zeer gering en de prijs thans f 55 per anker. Nadat Z. K. H. Prins Alexander der Nederlanden te Utrecht nog de Veeartsenijschool met een bezoek had vereerd en den 20Sten dezer een uit stapje naar Soestdijk gedaan had, is Z. K. H. dienzelfden dag naar Arnhem vertrokken, en heeft den 2isten aldaar ook de lanciers geinspecteerd. De Kamer van Vacantie voor correctionele zaken te Arnhem, heeft den i8den dezer den elfjarigen knaap J. J. Veenendaal veroordeeld tot eene gevangenisstraf van acht dagen, omdac hij andere kinderen genoodzaakt had voor hem boschbessen te plukken en hen dezelve daarna had ontnomen- De berigtgever van deze zaak aan het Algemeen Handelsblad meent, dat hec gepleegde eerder eene ernstige vaderlijke bestraffing, dan een regterlijk on derzoek en Vonnis vorderde. T U R K Y E. Üit Konscantinopel meldt men van den neen Juljj, dat op den 28iten jnnlj bevorens de uitwisseling der ratificatien had plaats gehad, tusschen het Ko- ntnglijk Nederiandsché hof en dePorte, van het handels-tractaat tusschen die beide landen. De verloving van den Minister van KoophandelFethi-Ahmed-ViChs met de zuster van den bultan; Prinses Atie, heeft den 25 Junjjia het serail; mét de iUeeste plegtigheid plaats gehad. De bruiloft en de daarbij vastge stelde feestvieringen zullen binnen 3 maanden plaati hebben. De geschen. ken, die de bruidegom aan de bruid heeft toegezonden, bestaan in eenèn prachtigen met paarlen en diamanten rijk veriierdén sluijer, ter waarde van 300,000 piasters, pantoffels met edelgesteenten omzet, diadeem», shawl? en stoffen, twee groote kisten met parfumerien; 150 mandjes confituren en lek. kernjjen; eenen prachtigen ipiegel met eene menigte edele gesceenien inge legd. De Sultan heeft den Pacha eene sabel van groote waarde, en een rijk met edelgesteenten versietd zadel; een meeste/nuk van kunst, vereerd. Men berekent de gezamenlijke waarde dezer geachenken op 6 millioen piasters. De Porte zou aan de Gezanten van de Europescije Mogendheden ver. klaard hebben; dat zij aan de dwangmiddelen, welke Engeland tegen Mehe- med-Ati zon aanwendengeen deel zou nemen. De gewezen Groot-Vizier Chosrew-Pacha ia door Z. H. benoemd toe hoofd van de karavane, die de jaarlijksche geschenken van de» Sultan naar Mekka overbrengt. Men heeft aldus een voorwendsel gevonden; oin died liitigen staatsman voor eenigen tijd althana te verwijderen. GRIEKENLAND-, Uit Athene meldt men ?an den 27 Junij: Naar men verneemt heeft Koning Of/a, die thans alhier terug is, op Zijne rondreis in de provinciën doorslaande bewijzen ondervonden, hoe sterk aldaar de partijen tegen elkander woelen. Y*u den kant der oppositie wéttlen Dij hem eene menigte klagten ingebragr, hetgeen ook hier en daar Het heilzame uitwerksel gehad heeft, dat eenige misbruiken ontdekten pligtvergeten amb- tenaren verwijderd of gestraft zijn- Zoo zijn te Patra» drie regters afgezet en de Gouverneur van Messenie, benevens den KóningUjiten Procureur; wegens bet begunstigen der roovers, in staat van beschuldiging gesteld. Sedert schijnen inderdaad de ongeregeldheden, door rooverbenden gepleegd, verminderd te zijn; Als een bewijs, hoe hét vplk over het algemeen tot orde en regt gezind is, zelfs daar, w»»r naauwe famlllie-banden enkele per sonen aan de rustveritoorders verbinden, wordt, het volgende voorbeeld aan gevoerd- Zekere rooverbende had zich omstreeki Thebe gevormd en strekte hare rooverijen, gedurende den «fgeloopen winter tot in het gebergte tus schen Megara en Eleusi» uit, werwaarts te voren nog nimmer roovers door gedrongen waren. Deze bende stoiid opder bevel van zekeren Mameldki, een jong mepsch van 22 jaren, die naderhand bij net verdelgen der bende sneuvelde. Zijn hoofd werd naar Thebe gebragt;, en zijne aldaar woonach. tige moeder vödr den regeer geroepen; ten einde het geregtelijk bewijs te verkrijgen, dat dit inderdaad MainelakPs hoofd was- Eerst wee» men, to; eene proeve; haar een anderen kop, en toen zij deze ontkennend ter zijdé legde, gaf men haar den warefi in bahden. Zij keerde hém naar alle zijden, beschouwde hem naauwkeurig; en zeide toen bedaard en met waardigheid „O zóóno mijn Konstantijn, was dit dan de bescherming, die ik in mijne oude dagen van u verwacht had? Doch loon naar werk. De Koning heeft Zegt geoefend, de KoUlhg level" Hierop begaf zij zich naar hare woning^ trok, volgens landa gebrüik, hare beste kleedereri aan, én beweende, 111 den kring harer zaamgeroepen bloedverwanten, haar verloren kind. SPANJE. Een bijzondere brief uit Barcelonawaar zich de Koninginnen thatia be. vinden, van den 17 Julij, bevat het vólgende: De Generaal Espartero is; na de voorhoede van zijn leger te Martorell te hébben achtergelatenwaar thans zijti hoofdkwartier gevestigd is gisteren op den middag te Barcelona aangekoinen. De Ayuntamiento (stedëüjké raad) is hem op den weg te gemoet gegian, om hem te begroeten. Eene overgroote volksmenigte wachtte hem aan de poort San Antonio af, door welke hij zijne intrede heeft gedaan. Ten zes ure heeft de Hertog der Overwinning zich met zijne gade en mee zijne Adjudanten mar het paleis bè«

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1840 | | pagina 1