A\ 1840. LEYDSCHE WOENSDAG, aa APRIL, ftj 'COURANT. NEDERLANDEN. DUITSCHLAND. Leydkn, 21 April. Men meldt nit 's Gravenhage vin den ijkten dezer: Zijne Maj. en tl de overige leden van het Koninglijke Gezin hebben heden morgen de dienst van hec Heilige Nachtmaal in de Grootc Kerlt, onder het gehoor van den Wei-Eerwaarden heer DermoutHofprediker, bijgewoond. Voor de eerste maal was ook H. K. H. Prinses Sophiaeenige Dochter van Z. K. H. den Prins van Oranje, bij deze plegtigheid tegenwoordig. Hoogst- derzelver Vorstelijke Moeder, H. K. K. H. de Prinses van Oranje, hoezeer niet tot het Hervormde Kerkgenootschap behoorende, bevond zich gedurende bet vieren van de dienst ter keike. Toen H. K. H. Prinses Sophia van de tafel terugkeerde, had er in de kerk eene aandoenlijke ontmoeting tusschen Moeder en Dochter plaats. H. K. K. H. sloot Prinses Sophia in hare armen en omhelsde haar met al het gevoel der moederlijke liefde. Des middags tlgtten de leden van het Koninglijke Gezin hunne dankzegging ten Hemel. Te dien einde bevonden Hoogstdezelve zich in de Kloosterkerk, alwaar de Wei-Eerwaarde heer Timmert Verhoevende dienst waarnam. Naar men verzekert, zullen HH. KK. HH. de Erfprins en Erfprinses van Oranje zich eerstdaags naarStuttgardt begeven, alwaar Hoogstdezelven, naar men wil, omstreeks zes weken zouden verblijven. Bij Koningljjk besluit is bepaald, dat de kleeding, het hoofdtooisel en bet équipement van de muzijkanten bij de afdeeling grenadiers zullen bestaan: wat betreft het groot tenue, uit een klein kolbak van beerenhuid, met zwart lederen bodem, waarop eene regtopgaande pluim in een rooden bal me: tulp een lakensche pantalon, met halve laarzen, en een donkerblaauwe rok, zoo als thans in gebruik, doch op de borst een losse overslag van ponceau rood laken, met twee rejjen, ieder van zes knoopen, naar de kraag oploopende, en met een driekop gesneden, waarvan de middelste punt door een knoop en de beide andere met een haalt zullen worden vastgemaakt; de kraag, de over. jlag en de opslagen omzoomd met een goud galon, en .op iederen schouder een klaverblad van goud galon op rood laken. De élève-muzijkanten zullen even eens zijn gekleed, doch, in plaats van goud, zich onderscheiden door galon van kemelshaar. In het klein tenue is geen verandering gemaakt, dan alleen dat de schakot zal zijn zonder vangsnoeren. Bij voornoemd corps zijn de horenblazers en mitsdien ook de korporaal- horenblazers gesupprimeerd. Bij een dezer dagen genomen Koningljjk besluit is de heer A. A. van Loon, Consul der Nederlanden te la Rochelle, benoemd tot Ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw. Naar men verneemt, moet de Regering dezer dagen aan de heeren A Schoneveid van der Ctoet, te Gouda, en IV. A. de Garde en Comp., te Rot. terdam, vergunning verleend hebben tot den aanleg van eene stoombootdlenst, tusschen de steden Rotterdam en Gouda. Naar mén verneemt, zijn thans bij de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal van Regeringswege ingekomen de antwoorden des Gouvernements op de laatstelijk bekend geworden bedenkingen der sectien nopens de ontwerpen der Staatabegrooting voor het loopende jaar. Men verzekert, dat de ant. woorden niet zeer uitgebreid zjjn, maar men spreekt er van, dat de Rege ring eenige wijzigingen in de bedoelde ontwerpen zou gebragt hebben. In de 'rGravenhaagtche Nieuwsbode van den 14 April leest men: In een onzer vorige Nummert maakten wij eene oppervlakkige melding over de Patentdaken, Vloeren enz. van C. Soetentde lezing van bet met zoo veel juistheid en kennis van zaken geschreven werkje met platenden titel voerende van Patentdekhing door C. Soetent, had onze aandacht onmidde. lijk gunstig opgewekt; dan hoe steeg niet onze bewondering ten top toen wij in loco als het ware de proef op de som mogten gade slaan. Verdienste lijk is het zulk eene vinding geheel op eigen kosten tot stand te brengen, en men behoort inderdaad bezield te zijn met eene onbegrensde zucht tot ver. betering van het bestaande gebrekkige en begaafd met taai geduld, om gedu. rende eene reeks van zoo veel jaren, onder gestadige pogingen, het oog op het beloofde voorwerp gevestigd, de overwinning geduldig te verbeiden. Wij zeggen overwinning om dat wjj ons verbeelden met hoeveel moeijelijk. heden de heer C. Soetent heeft te kampen gehad, om uit bestanddeelen, die men zich in een ougenblik door geheel Nederland kan aanschaffen, niet alleen waterdigte, maar als het ware onvergankelijke daken en vloeren tot stand te brengen. Na eene aangename bezigtiging der alhier op de Prinsengracht, W, N°. 7, aanwezige proefdaken, gevoelden wij ons aangespoord om het bedoelde werkje andermaal te doorlezen, en nu bevonden wij deze verhandeling (die slechts 75 cents kost) zoo voortreffelijk, zoo schoon zoo uiterst nuttig en er de patentdekking zoodanig in uiteen gezet, dat wij niet weten wat in deza zaak meer te bewonderen, den schepper van eene der nuttigste vindin gen onzer eeuw, die zjjne herhaalde proeven steeds met eigen handen daar- stelde, of de behendige schrijver die zijne uitmuntende methode op zulk «ene beknopte wijze in de taal aan het vak eigen, heeft weten voor te dragen. Hij die zoo veel technique kennis met zoo veel talent vereenigt, verdient met alle regt door zijne landgenooten te worden vereerd en hoog geschat. Wij houden het er voor dat de patentdekking van C. Soetent, een der ge. lukkige denkbeelden onzer eeuw, niet alleen bestemd Is om het Vaderland In het algemeen maar duizende ambachtslieden in het bijzonder veet voor deel aan te brengen. De wijze om zijne vinding spoedig en algemeen te verspreiden is niet minder nieuw en doelmatig dan de vinding zelve en is in gemeld werkje, dat alom ter secretarij van elk gemeente-bestuur voorhanden is, en voorts alom bij alle de boekhandelaren des Rijks verkrijgbaar is gesteld, zoo belangwekkend uitgedrukt, dat wij ook hierom de lezing dier Verhandeling ter sterkste aanbevelen. Twee geachte Predikanten zijn dezer dagen overleden, te 's Graven, hage namelijk Ds. Noordink, Theol. Doet. en Ridder der orde van den Ne derlandschen Leeuw, in den ouderdom van 84 jaren, en te Amsterdam Ds. Hachenberg, in den ouderdom van 82 jaren. Den aden Paaschdag zfln over den Haarlemschen spoorweg heen- en wedergevoerd ruim 5000 personen. Te Alkmaar is in den avond van den I4den dezer, omstreeks half negen ure, brand ontdekt in eene der lijnbanen, toebehoorende aan de Erven J. Ibink, welke zich in den beginne zeer ernstig liet aanziendoch gelukkig door de vigilantie van het op de plaats aanwezig zijnde werkvolk, dat juist bezig wis dg fabrjjk te sluiten, en eenige op het gerucht toegeschoten personen, bin. nen de wanden van dat ééne geboUw bepaald bleef, en spoedig daarop, zon. der vele hulp van de vele inmiddels aangevoerde brandspuiten te behoeven, geheel gedempt werd. Men mag zich verheugen in het behoud eener voor die stad belangrijke fabrijk, doch moet het lot betreuren van den meester, knecht W. Kant, die in zijnen ijver voor het behoud der eigendommen van zijne meesters zich welligt te verre gewaagd en op eene zoo deerniswaardige wijze gebrand heeft, dat hij vier dagen later aan de gevolgen zijner beko. men wonden is overleden. -■ Het Belgisch Ministerie is werkelijk zóó zamengesteld, als wjj in ons vorig nommer hebben medegedeeld. RUSLAND. Den 8scen dezer is H. K. H. de Hertogin van Leuchtenberg, geboren Grootvorstin van Rusland, gelukkig te Petersburg van eene dochter bevallen. Hoewel door Duitsche dagbladen veel in den laatsten tijd geschreven was over het geheel mislukken der Russische expeditie naar Chiwa, zoo vindt men thans in de Ruttische Invalide een berigt ten aanzien dier expedi tie, waaruit men tot zulk een besluit nog niet kan komen; dit berigt is hec volgende: Uit vroeger medegedeelde berigten is bekend, dat het detachement der Chiwasche expeditie bij de magazijnen bij de verschansingen aan de Etnbi zou bijeentrekken. Thans berigt de Generaal Perowtky, dat de troepen van het detachement den 18 Februari) (1 Maart) deze verschansingen gelukkig bereikt en langs de Emba in de aan beestenvoeder en brandstoffen rijkere streken een leger betrokken hebben. Op dezen marsch heeft het detachement nog eenige vreesselijke steppen-stormen door moeten staan en over het algemeen is de koude niet afgenomen; bij feilen wind klom dezelve somtjjds tot boven 25 graden Reaumur. De gezondheidstoestand bij het detachement is over het algemeen voldoende; de vijand heeft zich tot hiertoe niet vertoond en zelfs bq geruchte heeft men niets van hem vernomen. SPANJE. Door de Koningin-Regentes is aan den ijver en trouw van het Ministerie, aanhetwelke zij dezer dagen het ontslag verleend beeft, openlijk hare tevre. denheid betuigd. Het nieuwe Ministerie, dat uit twee Afgevaardigden bij de Cortes, een' Brigadier en een particulier persoon bestaat, heeft, volgens berigten van den 11 April uit Madrid, aan de Cortes verklaard, dat het pro. gramma, in de troonrede vervat, geenzins door het tegenwoordig Ministerie zon veranderd worden; dat ook tevens de wetten, door het vorig Ministerie reeds aan de Cortes aangeboden, als door hun zeiven aangeboden moesten beschouwd worden, om dat de invloed en het opzigt der algemeene Regering op de plaarselijke Besturen noodweedig was. Volgens eene telegraphische depêche te Parijs ontvangenzijn weder een paar forten door de Christinos aan de Carlisten in Arragon ontweldigd. ITALIË. Napels den 9 April. Volgens berigten uit die stad, heerschte aldaar om. trent den staat van het geschil met Engeland nog groote onzekerheid. Vol. gens de meening van sommigen zou de Engelsche stoomboot Hydra met een ultimatum der Engelsche Regering voor den Koning van Napels eergisteren aangekomen zijn, op hetwelk binnen 24 uren een beslissend antwoord werd gevraigd. Die stoomboot was echter den 8sten vertrokken, zonder dat men wist, welk antwoord zjj van de Napelsche Regering aan de Engelsche moest overbrengen. Anderen echten meenen, dat de depêches door de Hydra aan. gebragt van meer vredelievenden aard waren, omdat de Engelsche Gezant nog altijd te Napels zijn verolijf bleef houden. Ondertusschen zijn ouder, scheiden Engelsche particulieren reeds uit Napels vertrokken en maken ande. ren zich gereed hun voorbeeld te volgen, om alle onaangenaamheden, bjj eene mogelijke uitbarsting van den oorlog, te ontgaan. Den 16 April heeft te Darmstadt de plegtige verloving van Prinses Maria van Hessen met den Grootvorst-Troonopvolger van Rusland plaats gehad. Nadat de Groothertog van Hessen zijne toestemming had verleendheeft hij dit heugelijk berigt aan de leden van zijn Huis en aan de hooge militaire en burgerlijke beambten medegedeeld. De Vorstelijke personen hebben zich daarop naar het paleis begeven, om er de gelukwenschiogen te ontvangen en des middags is er ten Hove groot diner geweest. Het bedroevend schouwspel heeft te Munchen plaats gehad, dat de Minister van Binnenland«che Zaken, von Abel en de gewezen Minister van dat Departement, von IVallertteingeduelleerd hebben. De oorzaak daartoe is geweest een hevige uitval, welke eerstgenoemde zich in de Kamer der Atgevaardigden veroorloofde tegen den laatste. Den volgenden dag is een der leden hierop teruggekomen, en toen heeft de Minister, wel verre van zijn gezegde te wijzigen ofte matigen, zijnen uitval met vernieuwde hevigheid herhaald, daarbij voegende, dat het gelukkig was, dat slechts één zulk een individu als Vorst IVallerttein in Beijeren gevonden werd. Hierop is eene uitdaging van den laatstgenoemde gevolgd, en de beide hooge staatslieden hebben dadelijk het tweegevecht met pistolen aangegaan, in een afgelegen gedeelte van eenen tuin, die, naar men meldt, een der leden van het Ko ninglijk geslacht toebehoort. De getuige van Vorst IVallerttein was een der werkelijke Ministers; die van den heer von Abel een Staatsraad. Nadat de pistolen beiderzijds gelost waren, zonder dat eene der partijen getroffen was, moet de heer von Abel schriftelijk eene verklaring hebben gegeven, dat hec karakter van zijne tegenpartij zuiver en vlekkeloos was, en dat de Vorst va» Octtingen-lVallerttein niet in staat was zoodanige schanddaad te begaanals hij (von Abelin de Tweede Kamer denzelven had verweten. Na den afloop van het tweegevecht, heeft Vorst IVallerttein een bezoek van Prins Karei en. andere aanzienlijke personen ontvangen, en des avonds is hij bij den Kroon prins op een groot gsstmaal genoodigd en ter regeer zijde nevens Z. K. H. geplaatst geworden. De Prins heeft bij die gelegenheid op eene zeer veree- rende wijze eenen toast ingesteld op „den edelen Vorst von IVallertteinen denzelven de hand gedrukt, waarop al de aanwezigen met geestdrifc een vreugde-gejuich aanhieven. Het voorgevallene heeft in de diplomatieke kringen eenen smartelijken in. druk gemaakten de volksmenigte zoowel als de hooge Adel met de Kroon, prins aan het hoofd hebben zich tegen von Abel verklaard, wiens val men als Minister thans te gemoet ziet. Men meldt uit Baden van 5 April, dat de Polen, die zich aldaar be-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1840 | | pagina 1