.j De voordcelige voorwaardenop welke een aanzienlijk liCcfrag vati de ongevestigde schuld in vasce siaatssclnildbrieveii is veranderd, hebben een voldoend bewijs opgeleverd van liet vertrouwen, dat zoowel op bet crediet en op de hulpbronnen des lands, als op xjvv vast besluit om de nationale goede trouw ongeschonden te bewaren, gesteld wordt, Mylords en I-I eer en! „Met groot leedwezen heb ik mij zelve gedwongen gezien, om de kracht der wetten te doen werken tegen dezoodanigendie niet langer hun opzet verheelden, om met ge weld de wettige Overheden te wederstaat! en de staatsinstellingen des lands omver te werpen. De plegtigc regrsbeieeling voor de Hoven van Justitie en de onverschrokken^ toepassing der wetten door allen wier pligt zulks medebragt, hebben dadelijk de pogingen tot stoornis der orde doen ophouden, en ik vertrouw vastclijk, dat het gezond verstand van mijn volle en deszeifs gehechtheid aan de staatsregeling, tot de verdere handhaving van wet en orde zal medewerkendie voor de bescherming des behoeftigen even noodza kelijk is, als voor het welzijn van de meer gegoede standen der maatschappij." Het Parlement is tot den 24 October aaanstaande geprorogeerd geworden. De Timeshet voornaamste orgaan der Torysvalt de aanspraak met voorbeeldelooze schamperheid aan, en steekt daarmede den draak, plaacsende tusschen elke zinsnede het refrein: Vest VamourT amour Tamour Qui fait le monde ct la ronde vergetende aldus die achting, welke hij zoo bij uitstek betuigt voor de Son- vereine te hebben. AI heefc hij aanmerkingen tegen het stuk, natuurlijk uit de pen der Ministers voortgevloeid, dan nog stoot het dengeen, die het waarlijk met het land wèl meent, datgene, wat de Souvereine gesproken heeft, te hooren verguizen en bespotten. De afgetreden Minister van Financien, Spring Riceis werkelijk door Hare Maj. de Koningin tot Pair van bet Rijk verheven, onder den titel van Baron van Mont eagle. Niet alleen de Minister van Financien is afgetredenmaar ook die van Koophandel, PoulettThomsonen is vervangen geworden door den vice-Voor- zitter van den Raad van Koophandel, LabottchèreP. Thomson is tot Gou verneur-Generaal van Kanada benoemd, en in de plaats van Labouchère is de bekende Iersche redenaar Sheil vice-Voorzitter van den Raad van Koophandel geworden. In de zitting der beide Huizen van den otfsten hebben sommige leden nog eenige ophelderingen wegens de buitenlandsche aangelegenheden gevraagd, doch meest ontwijkende antwoorden erlangd. De eerste Minister heefc alleen eenige geruststellende verzekeringenwegens de handhaving der rust op de grenzen van Kanada gedurende den aanstaanden winter gegeven, en ook de hoop uitgedrukt dat de oneenigheden tusschen Frankrijk en Buenos-Ayres spoedig zouden worden bijgelegd. F R A N K R IJ K. Parijs den 30 Augustus. Te Toulon is per telegraaph het bevel overge. hragtom zoo spoedig mogelijk vier linieschepen uit te rusten en te beman, nen. Er zou eene buitengewone iigting in de naburige departementen voor de zeedienst gedaan worden. Door den Moniteur is een rapport bekend gemaakt van den Minister van Justitie Teste, omtrent de criminele justitie in Frankrijk gedurende 1837. Daaruit blijkt onder anderen, dat de hoven van assises met 5873 zaken belast zijn geweest en over 5300 uitspraak hebben gedaan 8094 beschuldigden heb. ben te regt gestaan, zijnde, behalve in het jaar 1832, het hoogste getafdac men in 12 jaren tijds gehad heefc; 1425 vrouwen zijn van misdaden beschul digd geworden, derhalve 18 vrouwen op de 100 beschuldigden; 4601 be. schuldigden konden lezen noch schrijven, 2530 konden lezen eh een weinig schrijven; 254 hadden eene zeer goede opvoeding genoten; 5117 personen zijn veroordeeld, waarvan 33 tot de doodstraf, zijnde dezelve aan 25 perso. nen voltrokken, 177 personen werden tot levenslangen dwangarbeid veroor. deeld. Het aantal staatkundige en drukpers-misdrijvenwaarmede de hoven van assises in 1837 belast zijn geweest, heefc bedragen 71, zijnde het tiende gedeelte van het getal in 1831 en 1832; van de 96 beklaagden zijn 68 in staat van beschuldiging gesteld en 28 veroordeeld. Van de 27 vervolgingen tegen de dagbladen, waren er 14 tegen de Parijsche bladen gerigt. De regt- banken van correctionele policie hebben in 1837 over 140,247 zaken uitspraak gedaan; het getal der te regtstaariden bedroeg 193,065, zijnde bijna 12,000 meer dan in 1836, en 22,000 meer dan in 1835; 164,524 personen werden veroordeeld. De regtbanken van gewone policie hebben in 1837, 137,737 vonnissen geslagen, 180,248 personen stonden te regt, zijnde omtrent 9500 meer dan in 1836 en 12,000 meer dan in 1835, 150,528 werden tot boete en 6325 tot gevangenis veroordeeld. De criminele kamer van het hof van cas. satie is in 1837 met 1200 zaken tot herziening belasc geweest; 84 vonnissen zijn gecasseerd. In 1837 hebben erin Frankrijk 1443 zelfmoorden plaats gehad, waarvan 1811 mannen en 632 vrouwen, zijnde 103 meer dan in 1836. Alleen in het Seine. Departement hebben 437 personen zich zeiven het leven benomen. De beroemde violist Lafont is, op éene reis, die hij door het Zuiden van Frankrijk deed, door het omslaan eeuer diligence, eeuen plotselingen dood gestorven, B E L G I E. Men heefc den 25sten Augustus te Oscende te vergeefsch de Koningin der Franschen, voor wie reeds vertrekken gereed waren gemaakt, gewachc. Er is later van haar berigt gekomen, dat zij zich niec naar Oscende zou bege ven. Men meende, dat Koning Leopold en zijne Gemalin den 28sten naar het kasteel van En gaan zullen. HH. MM. zijn dan ook werkelijk in den morgen vari den 29Sten naar Eu vertrokken. Men gelooft dat zij een veertien daag zullen afwezig blijven. De jonge Prinsen zijn te Ostende gebleven. Eerstdaags zullen uit het paleis van Z. K. H. den Prins van Oranje te Brussel de schilderijen naar de Nederlanden worden overgebragt. Het Ministerieel blad de Independant meent, in zijn nommer van den 2gsten, te kunnen aankondigen, dat Prins Joseph de Chtma-j tot buitengewoon Gezant en gevolmagtigd Minister van Koning Leopold bij Koning Willem benoemd is. De bekende Franschman Jacquemin heefc dit jaar eene reis door Belgie gedaan; het Journal Generaal de France bevat in zijn nommer van 29 Augus. tos, een uittreksel van het verhaal dier reis, hetgeen ons doet zien, dat voornoemde niet zeer hoog met Belgie loopt. Het verhaal begint aldus: lk haastte mij Belgie te verlaten, dit basterd land, hetwelk niets eigens heeft, noch in zeden, noch in gewoonten, noch in gedachten; waar men het Fransch, het Vlaamsch, het Breconsch en het Duitsch spreekt, maar nergens iemand of iets tegenkomt, waarvan men zeggen kan: dat is Bel gisch. In de logementen, in de koffijhuizen, in de schouwburgen, in één woord, overal had ik gezocht, of ik niet ergens ten minste eenig spoor van nationale oorspronkelijkheid zou kunnen ontdekken; maar al mijn pogen en nasporen is vruchteloos geweest. Te Brussel, te Mecheien, te Luik, altijd was het Frankrijk, of liever een namaaksel van het Fransche, dat ik,voor oogen had. In navolgen en namaken steekt al het vernufc der Belgen. Treedt gij eene leesinstelling binnen, en vraagt gij om een maandwerk: men brengt u de Revue BrittaniqueBelgische uitgave, de Revue Frangaise, Belgische uitgave; uitgaven, welke van die van Parijs enkel door de dagtee. lening, den naam der stad en den naam der'boekverkoopers verschillen. Zelfs de Charivaridat zuiver Fransche dagblad, hebben de Belgen zich liet ontzien na te drukken. De Charivari bij de Belgen, dat logge volk, hetwelk niet anders dan bier drinkt, welk eene vreemde tegenstrijdigheid! Maar wat zal men er van zeggen? alles bij hen is namaaksel; de boeken, de spoorwegen, de stoo.mbooten, de wetten, de omnibussen, hnn Gouver nement en hun bier zelfs is niet anders dan namaaksel. O vervelend land! 0 vervelend volk! wat was is gelukkig toen ik de grenzen was overgetrok ken en mij op den weg naai Alten bevond. MENGELINGEN. PERZISCHE GENEESKUNDE. Mostier geeft in deszelfs Hadschi-baba een duidelijk denkbeeld van den toestand der genees- en heelkunde in Perzië. Niets leert ons liet karakter van den Mahomedaan beter kennen, dan zijn achterblijven in elke weten schap, in weerwil der zoo talrijk getvordene betrekkingen tusschen het morgen- en avondland. Niet te min zijn de meeste, den Islam vereerende volken in den waan, dat zij hunne niet Mahomedaansche tijdgenootennu nog,even zoo in beschaving overtreffen, als in het bloeijendsce tijdvak van het Califaat. Zoo de genees- en heelkunde in het Ttirksche Rijk en in Egypte snelle vorderingen hebben gemaakt, is men dit aan de bemoeijiiigen van werkzame en verlichte Europeanen verschuldigd; de Perziërs moeten echcer tot op he. den in alle bedenkelijke ziekten met de voorzeggingen hunner Muneddschims (sterreltundigen) en de mystieke bezweringen hunner Hakims (^doctoren) genoegen nemen. De avontuurlijke leer van heece en koude, vochtige en drooge ziekten, van mannelijke en vrouwelijke geneesmiddelen, welke zij uic oude Arabische werken hebben geput, en hunne volslagene onwetend, heid in Anatomie, Physiologie en Chemie, maken het hun onmogelijk, eene schrede voorwaarts in de geneeskunde te doen. Wanneer niet vroeg of laac een ondernemend Vorst de godsdienstige vooroordeelen te nedervelt, dan zal de nuttigste wetenschap daar altoos zoo blijven als zij vóór zes of zeven eeuwen was. De Perzische geneesheeren voelen zich zeer gelukkig in hec bezit hunner verjaarde kennis, en wijzen elke poging om hen op hec spoor der ware beginselen te brengen, vol afschuw van de hand. Elke ontleed, kundige zoude men voor een gevaarlijk mensch houden, wiens omgang men moest vermijden. Hij die Chemische proeven zoude doen, werd ongetwij. feld voor eenen toovenaar en bondgenoot des duivels verklaard. De geneeskundige faculteit van Perzië wordt verdeeld in drie takken: medicijnverkoopers, barbiers en doctoren. De eerstgenoemde klasse heefc kleine winkels in de bazars, waarvan de voornaamste artikelen in gedroogde kruiden en planten voor baden, berookingen en ook voor sausen bestaan. Eerst sedert weinige jaren trekken zij kleine hoeveelheden Chemische prae. paraten uit Europa, als daar zijn: zwavelzuur, ijzeren koper, aluin, borax, koolzuur, soda en pocasch, wijnsteenzuur, enz. Ook vindt men in hunne winkels soms kalomel, dat zij onder den naam van „witpoeder" verkoopen; zeer zelden echter praeparacen van antimonium. Verder bezitten zij eupho. rium, elaterium, ricinus, sene-bladen, rabarber, wijnsceenzouc, gom en ze. kere aromatische bergkruiden. Het eenige werk waar zich de Perzische apotheken naar regelen, en waar, van alleen geschrevene exemplaren bestaan, heeft eenen zekeren Nureddin- Muhammed-Abdallah-Ain-el-Melek-Schirasi tot schrijver. Alen vindt daarin eene menigte onnutte wetenschap, welke uit Arabische, Grieksche en La. tynsche schrijvers is te zamen gebragt. De meeste kennis bezitten zij van giftenwelke grootendeels uit planten, stoffen getrokken zijn, hoewel zij ook metalen giftsoorten kunnen bereiden. Men roemt in het Oosten hunne geschiktheid in chemische combinatiënen in de aanwending derzelvemaar gewoonlijk is de artsenij-menger slechts een passief werktuig in handen van een groot personaadje, dat hem voor zijne diensten goed beloont. Eenige onder hen, beroemen zich iemand in eenen zekeren cermijn de wereld te doen verlaten; zij mengen van tijd tot tijd eene hoeveelheid gift in de spijzen huns offers, om de verlangde werking niet te doen falen. Een hunner giftmengsels, waarin veel amaril komt, ver oorzaakt eenen bijzonderen buikloop, welke, eerst na langen tijd, met den dood eindigt. Een andere helsche mixtuur, waarvan de bestanddeelen wolfs, melk, plantensap, vergiftige insecten en intestinaal slijm uic de ingewanden eens, aan buikloop gestorven, persoons zijn, openbaart hare kracht onder verschillende kenteekenendaar zij dan waterzucht, dan eene darm-ontste. king of eene boosaardige zenuwkoorts veroorzaakt. Een der artikelen, hetwelk men by de Perzische droogerij-handelaren meest vindt, is de Kina-bast, waarvan zij in ziekten van allen aard gebruik maken. De krachten van dit algemeen specificum zijn in een Perzisch ge. schreven boek, dat den naam des basts voert, aangeprezen. Wanneer men de zieken dit middel ingeeft, moeten vensters en deuren gesloten zijn, opdac er geen buitenlucht inkome. Heeft hij de dosis ingenomen, dan bedekt men hem met kleedingstukken, tot dat hij zwaar uitwazemt. Hec belangwekkendste echter in de winkels dezer lieden zijn de beschut, middelen tegen ziekten, gewoonlijk bezoaren en heilige, door Molla's en Derwischen gewijde steenen, uit Mekka. „De bezoar," zeggen de Perziërs, is de koning aller geneesmiddelenen de krachtigste beschermer des levens nooit waagt zich een vergiftig insect aan den gelukkigen sterveling, die eenen bezoar bezit; de schorpioenen vermijden hem zorgvuldig en sidderen alleen op hec gezigt; de slang vermijdt den weg, welken hij bewandeld heeft." Men verkoopt deze zelfstandigheid dikwijls zeer duur, vooral ten tijde eener heerschende besmettelijke ziektedezelve wordt nit Boebara en Indië getrokken. Eens had ik de eer eene operatie met den bezoar bij te wonen. De droo. gist legde den lijder, die door eenen schorpioen gestoken was, de edele zelf standigheid op de wonde, nadat hij dezelve beademd en in versche melk gedoopt had. Daarbij sprak hij, op eenen feestelijken toon, de geloofsbelij denis en den zegen: „In den naam Allah's, den barmhartigen, den genadi- gen!" uit; alle aanwezenden waren door de plegtigheid zeer gesticht, en ik met hen, doch kon geene verandering in den toestand des kranken be. merken. Somtijds hebben de Perzische apothekers, onder hunne kruiden, kleine hoeveelheden sarsaparil, welke plantenstof men sarsa en kaskarilla noemt; somwijlen laten zij ook uit Tifiis kleine voorraden eens praeparaats komen, dat bij hen dschehennum (hel) heet; dit praeparaat is onze lapis infernalis, welke, zoo als bekendis, zulke gevoelige en waarlijk helsche pijnen ver oorzaakt. In de laatste jaren hebben Engelschen en andere reizigers de droogisten van Ispahan en Bagdad met ipecacuanha en braakwijnsteen voor zien, welke zij met ongehoorde winst weder verkochten. Eens moest ik twee greinen braakwijnsteen met twee gulden per grein betalen. De Perzische droogist heeft ook verschillende hooggeroemde schoonheids middelen. Een derzelve heb ik chemisch onderzocht; het is een zeer werk zaam gift, waarvan een weinig in rozenwater, dat men te voren met rood mankop gekleurd heeft, opgelost wordt. Die mengsel verwekt een hevig prikkelen op de huid; de huidvaten verdroogen, en 24 uren na de aanwending van het middel, lost zich de oude opperhuid geheet op, waarna eeDe nieuwe, zeer zachte en fijne te voorschijn komt. Andere cosmetische middelen zijn de hennawaarmede men de haren zwarter maakt, en het zwavelzuur anti monium, tot verwring der wenkbraanwen. Dit laatste middel heeft eene zoo prikkelende eigenschap, dat de meeste Perzische vrouwen aan huidziekten lijden, maar hare behaagzucht en de magt der gewoonte werken zoo sterk, dat niets haar kan weerhouden baren blik met dit mengsel levendiger te maken, hoewel hare schoone oogen dit niet behoeven. De Perzische artsenij-handelaar zit gedurig, neergehurkt in zijnen winkel, tscbibuk te rooken. Hij ontvangt zijne kalanten met waarlijk Fransche be- leefdheid, en gaat zelfs zoover van te zeggen, dat hunne tegenwoordig» heid van zijnen winkel een paradijs maakt, en hem meer dan alle schatten van Arabie waard is. Is men coevatlig een geneesheer, dan zegt hij: „Uwe wetenschap doordringt mijne artsenyen, en uwe inschikkelijkheid mijn hart,".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1839 | | pagina 3