A°. 183». LET S C I! E C O II A N Tu MAANDAG, iji iZJ 1 4 lKtr 5 AUGUSTUS. [aanéa; Eet'. Noord Twa* bur get AllEfl MOfl von D' KÊNNIS GEVtNG. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, gelee hebbende op het 2de én 3de Hoofdstuk van het Reglement voor het Bestuur dezer Stadgearresteerd bij Zijner Jlnjesteits besluit van den 4den January 1824, N°. 108; brengen bij deze ter kennis van derzelver Ingezetenen, dat, ten einde het Kies-Collegie voor het, ingevolge Art. 22 van genoemd Reglement, op den posten September aanstaande aftredende één derde ge deelte der Kiezers, en tevens ingevolge Art. 20 voor nog daarin, door overlijden, ver oorzaakte buitengewone vacatures weder aan te vullen, óp dentisten Augustus, aanslaande aan de stefngercgtigdeuBiljetten ter invulling ztillen worden rondgezondenbenevens eene Naamlijst der personendie de vereischtcn bezitten dm tot Kiezers te kunnen wor den benoemd; welke stembiljetten, na 'behoorlijk te zijn ingevuld, eigenhandig geteekend en gesloten, op den vierden dag na de rondzending, van wege dit Collegie, door de Stad's Boden, aan de huizen zulten worden opgehaald in eenè gcslotene kist; terwijl degcen welke zijn biljet niet gereed ter afgitte zal hebben, gehouden wordt ditmaal te hebben afgezien van.de uitoefening van zijn stemregc. Dat gemelde Naamlijst, zoowel als die der stemgerëgtigdenvan heden tot den 19de n Augustus aanstaandede Zondagen uitgezonderd, deS morgéns van 1 n tot 1 uur, tér visie zal liggen ter Secretarie dezer Stad, ten einde aan een ieder, welke vermeencn most tèn onregte daarvan te zijn afgelatengelegenheid tot doleantie te gevenfeil alzob zijnen jlaam nog óp dezelvè, of op eene van beide zoude kunnen worden geplaatst; docli welke lijsten op den ge melden ipden Augustus finaal zullen worden gesloten. En opdat niemand onwetend zoude zijn, zoo van hetgeen vereischt wordt om sremge- regtigd te zijnals om tot Kiezer te kunnen wórden benoemdwordt bij dezè herinnerd aan de navolgende Artikelen van het meergenoemd Reglement: Art. 2. Voor sremgerbgtigden worden gehóuden zijdie ten minste gedurende het kiatst verlöopene jaar ingezetenen der Stad of van derzelver grondgebied geweest, en nog werkelijk op liet oogenblik zelve Ingezetenen daarvan zijn, den ouderdom van 23 jaren hebben vervuld, jaarlijks in de verponding en verdere beschrevene Rijksmiddelen, buiten hét Pateiitfegt, betalen biet benedén_de zeven en twintig guldensaan de wettelijke ver plantingen aangaande de Nationale Militie, naar aanleiding der Grondwet, op hun gelegd, tot op het oogenblik toe, hebben voldaan, en niet vallen in de termen van uitsluiting, bij het volgende artikel bepaald. „Art. 3. Van de uitoefening van het stemregt zijn uitgesloten zij, die 111 dienst zijn, of pensioen genieten van eenige vreemde Mogendheid, buiten autorisatie deSKómngs; dis zich in staat van geregtelijke interdictie bevinden, alsmede die, aan welke geregtciijk een raadsman is toegevoegd; die in staat van faillissement zijn; die cessie van hunne goe deren gedaan hebben; die een crimineel vonnis hebben ondergaan, door gcenc nadere uit spraak of beslissing krachteloos gemaakt; die ten tijde der stemopneming nog in staat van criminele beschuldiging zijn. „Art. 4. In de beoordeeling der al of niet bevoegdheid tot uitoefening van liet stéfti' regt, ïiaar gelang der betaald wordende jaariijksche som in de bovengemelde belastingen, zal alleen in aanmerking worden genomen het montant, waarop men in die belastingen is aangeslagen, onverschillig, of de goederen in de Stad zelve, of elders binnen het.Rijk gelegen zijn, en of de daarvoor te betalene belasting, al of niet, 111 eéne andere gemeente woédt voldaan; zullende fcchter die genen, welke derzelver belasting-betaling in eene an dere gemeente ten deze zullen willen doen gelden, verpligt zijn, om daarvan vooraf aan het Stedelijk Bestuur kennis te geven, en, des gevorderd, aan dat Bestuur de bewijzen van die betaling te vertooncn. „Art. 5. De belasting wegens panden, in compagnieschap bezeten, opgebragt vvor. dende. zal aan ieder eigenaar voor zijn aandeel Worden toegerekend, mits dc personen, welke daaruit hunne siemgcregtigdheid of bevoegdheid tot het Kiezerscbap, zouden willen ontleeiicn, werkelijk als mede-eigenaars van zoodanige panden op de Registers der Ont vangers van de Directe Belaitingeii bekend staan. Art. 6. Wat aangaat het bedrag van belastingen wegens verhuurd wordende huizen of andere eigendommen, waarvoor de eigenaars zijn aangeslagen, docli door de huurders frui hun restitutie geschiedt, zal dit .bedrag onder den opbrengst der eigenaren blijven, als alleen daarvoor bij de Ontvangers bekend staande Art. 7. Zij welke gehuwd zijnhetzij in genieenschap van goederen of daar bui ten, met vrouwen, die de bepaalde sommè in de bovengemelde belastingen opbrengen zullen, ofschoon ter zake van bunnen eigen aanslag niet bevoegd, niét té min ter uitoe fening van het sremregt worden toègelaten, wanneer zij de overige vereischtcn in zich vereenigen; zoo als ook de vader van een minderjarig kindhetwelk dc bepaalde somme in de belastingen opbrengt, wanneer hij uit eigen aanslag niet reeds tot het stemregt mogt bevoegd zijn, tot de uitoefening van hetzelve zal toegelaten worden, indien hij de overige vcrciscbten bezit; hetgeen evenzeer het geval zal zijn ten opzig'te van een meerderjarigen zoon, of eenen der meerderjarige zoons van eene moeder-weduwe, welke zich in gelijk geval bevinden mogt. „Art. 8. Zoodanige moeders-weduwen, welke verlangen zouden, dat die uitoefening geschiede, zullen verpligt zijn dengenen van derzelver zoons, door wien zij, hij voor komende gelegenheden, de uitoefening tot wederopzeggings toe zouden bégerén \crrigt te hebben, aan het Stedelijk Bestuur kenbaar te maken, om daarvan de noodigc aailcecke- ning te kunnen houden tot narigt; terwijl het voorschreven Bestuur de moeders-weduwen, voor zoo vérre die aan hetzelve mogten bekend zijnof door hetzelve ondersteld worden In de termen te dezen te verkeerenmet de vorenstaande bepaling za! bekend maken. „Art. 9. Het zal onverschillig zijn, of de opgegevene zoon gelui vd of ongehuwd is, en al of niet bij de moeder-weduwe inwoiie, mits hij den ouderdom van 23 jarefi vervuld hebbe, en alle verdere vtreischten, (dat omtrent de bélasting-betaliilg alleen uitgezon derd), in dé stemgeregtigden gèvorderd wordende, bezitte, voor zoo verte hij namelijk niet reeds uft eigen hoofde ligt stemfegt uitoefent, daar er door eenen persoon niet meer dan eene stem kan worden uitgebragt. „Art. io. De zes voorgaande artikelen zijn ook tot de bevoegdheid, om tot het Kie zerschap te worden benoemd, toepasselijkbehoudens de verdere vereischten dér Kiezers, volgens dc bepaling van Art. 23 vari dit Reglement. „Art. 20, Indien er, ter gelegenheid der stemming voor Kiezers, ter vervanging van het gewone aftredende één derde, ook tevens voor de vervulling van buitengewone vaca tures in het Kiezers-Collegie wordt gestemd, en er dus wordt cestemd voor een getal Kiezers-plaatsen dat der gewone aftreding te boven gaande, zullen de personen,, ten gé» talie als de gewone vacatures bedragen, welke de meeste Stemmen zullen hebben bekomen, beschouwd worden als ter vervulling der gewonè vacatures te zijn benoemd, en diegenen, welke op dezelve personen in betrekkelijke meerderheid van stemmen zullen volgen ten getalle als de buitengewone vacatures bedragen, worden beschouwd ter vervulling'dier bui tengewone vacatures te zijn benoemdmet dien verstaodedat wanneer de nog overge blevene termijn van zitting van de gewezene Kiezersdoor wier gemis de buitengewone vacatures zijn ontstaan, verschillend mogt zijn, alsdan diegeen der benoemden voor deze buitengewone vacatures, welke bet eerst invoege vorengemeld, de betrekkelijke meerder heid Zal hebben bekomengeacht zal worden verkozen te zijn ter vervulling van de bui tengewone vacature, waaraan nog 'de langste termijn is verknocht, en zoo vervolgens bij afdaling. „Art. 22. Een derde deel der Kiezers zal om de drie jaren naar toerbeurten aftreden; de aftredende zijn echter weder verkiesbaar, enz. „Art. 23 Niemand kan binnen de Stad Kiezer zijn, tenzij hij den ouderdom van 25 jaren heeft vervuld, binnen het Rijk of deszelfs Koloniën geboren is, of brieven van naturalisatie bekomen heeft, of wel bij wetduidiug voor Nederlander gehouden wordt, binnen de Stad siemgeregtigd is, en voor een inboorling der Siad, of met ccne burger dochter gehuwd zijnde, gedurende de laatste drie jaren, en voor een inboorling van het Kijk of genaturaliseerdeti gedurende de laatste zes jaren, Stads Ingezeten is geweest, (zon der dat echter afwezendheid ten gevolge van bedieningendoor of van wege den Koning opgedragen, in deze hinderlijk zal kunnen zijn), en voorts jaarlijks in de verponding Gn verdere beschrevene Rijksmiddelenbuiten het Patentretrtop den voet der stemgeregtig den betaalt eene som van ten minste honderd en vijf guldens. „Tot Kiezers zullen daarenboven niet kunnen worden benoemd zij, die van ccnig ambt, post of bediening, door den Koning mogten zijn ontzet, ofwel ontslagen, anders, dan tii et vermelding dat zoodanig ontslag op hun verzoekóf honorabel is gegeven, zoo lang zij door den Koning van de onbevoegdheid out benoemd te worden, niet zullen zijn ontheven. „Ook zal tot Kiezer niet kunnen benoemd Worden'hij, die aan eenen reeds benoemden Kiezer in den eersten of tweeden graad van bloedverwantschap, of zwagerschap bestaat. Twee personen, zich zoodanig bestaande, te gelijker tijd wordende benoemd, zal bet lot tusschen hen beslissen; terwijl voorts de bepalingen van Art. 43, 49 en 50, ook in deze zuilen toepasselijk zijn. Art 4?». Voor aan elkander verzwagerden zullen tc dezen opzigte niet gehouden worden zij, wier huisvrouwen clkandfer in een der gemelde graden bestaanenz. „Art. 49. Opkomende verzwagering, gedurende het zitting hebben, zal van het ge volg zijn, bat hij, die de verzwagering veroorzaakt, zal moeten ophouden verdere zit ting te hebben. „Art. 50. Indien de vrouw, door wélke de verzwager! ng is ontstaan, overleden I- zal tic zwagerschap gerekend worden op te houden." Aldus gedaan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op den 29Sten Julij 1839. J. G. de Me y. Ter ordorinantic van dezelve, Paul d-u Rieu, WethouderLS. NEDERLANDEN. Leyden den 4den Augustus. De 21ste verjaardag van Z. K. II. Prins IVittem Alexandertweeden zooti van 7„ K.'H. den Prins van Oranje, is den ideti dezer alhier, zoo als ge. wooiili'k, lierdacht geworden. Men meidt uit 's Gravenhagedat, naar men verzekert, het Zijne Maj. behaagd heelt, Z. K. H. Prins Alexanderbij gelegenheid van zijnen 2tsten verjaardag, te benoemen tot Generaal-Majoor over decavallerie hier te lande. Tevens verzekert men, dat Zijne Maj. de Keizer van Ruslandaan Z.K.H. Prins Alexander het commando over een corps cavallerie heeft opgedragen. - Den sisten Julij heeft Z. K. H. de Prins van Oranje zich naar het locaal van het Departement van Oorlog begeven en aldaar, vergezeld van den Directeur-Generaal en den Secretaris-Generaalde verschillende bureaux der afdeelfngeii bezocht en zich met dè meeste werkzaam zijnde ambtenaren onderhouden. -- Z K. H. Prins Frederik der Nederlanden is in deii vroegen morgen van den 2den dezer uit 's Hage naar Duitschland vertrokken. Z. R. H. Prins Hendrik is den 2den dezer uit Vlissingen in de Resi. dentie teruggekeerd. Naar men verzekert, wordt II. K. H. Mevrouw de Prinses Albert van P.'uisseh in de eerste helft dezèr maand op het Huis ten Bosch verwacht. Bi) Zijner Majesteits besluiten van den 29sten Julij, N°.24en25, zijn de hèeren J. L. iValterbeekPredikant bij de Nedertiuitsche Hervormde ge. meehte te Amsterdam, en Friederich de LeuwGeneesheer te Griisrath, bij Solingcn, benoemd tot Ridders der orde van den Nederlandschen Leeuw. Nog heefc Zijne Maj., naar men verneemt, dezer dagen benoemd: tot Ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw, den heer Scholte van Oud- HaarlemPresident van het Hoog Militair- en Civiel-Geregtshof in Indië, thans met verlof in Nederland aanwezig. Zijne Maj. heeft den Majoor A. IV. H. Nolthenius de Man benoemd tot Luitenant-Colonel bij den genetalen staf en denzelven tevens belast mee de dienst-correspondentie bij dezelve staf. Bij Zijner Majs. besluit van den 24Sten Julij, N°. 93, is tot vierden Regter-plaatsvervanger bij de Arrondissements-Regtbank te Rotterdam be noemd, Mr. J. A. M. Bichon van IJsselmondc. Zijne Maj. heeft benoemd tot Kantonregter in het 4de kanton der stad Amsterdam, opengevallen door de benoeming van den heer Mr. C. Schim melpenninck Janszn., tot lid der criminele Regtbank in Holland, den heer Mr. IV. Serrurier, thans Regter-plaatsvervanger in de Arrondissements-Regt. bank te Amsterdam. De Staatscourant van den 3den dezer bevat twee Koninglijke beslui, ten, een van den 15 Julij, houdende ampliatie op liet bijzonder reglement voor het loodswezen van de Goedereede en Maas, (besluit van den sden Julij 1835), door instelling van eene provisionele loodsdienst voor het zee. gat van Brouwershaven; en een van den ïSden Julij, houdende, onder an. deren, wijziging van dat van den tsten September 1837, bevartende amplia. tie op het bijzonder reglement voor het loodswezen van de Goedereede en de Maas. De heer .7. Z. Matei, Referendaris bij het Departement van Bniten- bndsche Zaken en Raad van Legatie, is in den morgen van den 3<Jen dezer t'iit 's Hage naar Parijs vertiokken, om, gedurende de afwezigheid van den Nederlandschen Gezant, aldaar, R. Baron Fagel, tie zaken van het Neder, landsche Gezantschap in die hoofdstad waar te nemen. I11 den avond van. den 2den dezer is van zijne buiteniandsche réize te 's Hage teruggekeerd Sir E. DisbroweËngelsch Gezant bij het Nederland, sche Hof, laatsteluk komende van Carlsruhe. Bii ministeriële decisirf is vastgesteld, dat de vrijdom van registratie- reet bepaald bij art. 70, 3, N°. 3, der wet van den 12 Frimaire, jaar VII, ook toepasselijk is op flomein-iosrenten. Alle schuldbrieven van het Amortisatie-Sijndicaat zijn, voor de toepassing der wet op de registratie, met alle andere staatsschulden gelijk gesteld. Bii, ministeriële decisie is, met wijziging van die van den 29 Novem ber 1838, bepaald, dat wanneer ingezetenen of openbare administratie!] ge bruik willen maken van de bij de wet op het zegel toegestane bevoegdheid, om voor hunne acten, aan formaatzegel onderhevig, ander papier te bezi. gen, dan dat door het Rijk wordt gedebiteerd, zij het vermogen te doen stempelen naar verkiezing, ten kantore van het buitengewone ze géi, of aan de algemeene zegel-directie; dat het bovenstaande ook van toepassing is op de memorien van aangifte voor het regt van successie, en deze memoriert dus niet voor zegel mogen worden geviseerd; deze zijn bij art. 25, N°. 1, der wet van den 16 Junij 1832 bepaaldelijk aan het zegel onderhevig ver. klaard, en vallen dus niet in de termen van art. 30 der wet van den 13de!! Brumaire, jaar Vli, als zijnde geene stukken, zonder overtieding cfer wer, op ongezegeld papier gesteld; en dat echter de acten, aan proportioneel' handelzegel onderworpen, wannéér de ingezetenen niet verkiezen gebruik te maken van het door het Rijk gedebiteerde zegel van die soort, gestempeld moeten worden bii de directie van het algemeen zegelkantoor. Met dankbetuiging wegens hunne aan het' Rijk bewezen diensten, zijn eervol ontslagen de tijdelijke officieren van gezondheid der ade klasse C. IV. van Leede, van het corps vrijwillige Jageis der Leydsclie Hoógeschooi; H. A. Schreuder an het corps vrijwillige Jagers van van DamJ. Jones,xan het corps Koninglijke Jagers; H. J. Lulofs, van de 5de afdeeling infanterie; A. C. Vader, van het garnizoen te Middelburg; A. C. Stierman, van het corps vrijwillige jagers der Utrechtsche HoogesChoolIV. Herhoeven en J. J. van Leeuwen van Duyvenbode, respeCtivelijk van tie 2de ën 13de afdeeling; mitsgaders aan die van de 3de klasse, met rang van de 2de van de garnizoens- en hosnitsaldienst, A. de Vogel, te Dordrecht; C.N. Snorter, te Breda;' CV G. R. Ou lijd, te Leiden, en C. van Deinst, te Middelburg. ^eydet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1839 | | pagina 1