marine. Dit werk zal dienen tot de samenstelling eener Maritime bibliogra phie. waarmede men zich thans in Frankrijk bezig houdt, en waarvoor de Admiraal Rosatnel niet alleen in Frankrijk, maar ook buitenslands de nooJige bouwstoffen heeft doen verzamelen. De Prins de Jointille is in den nacht van den 28 Febrnarij in het gezigt van de haven van Brest gekomen, des morgens ontscheept en heeft zich daaelijk naar Parijs begeven. De Hertogen van Orleans, Nemours en Aumale zijn hem te gemoet gvgaan. Uit Parijs schrijft men bet volgende: Uit de stukken Dij het Ministerie van Binnenlandsche zaken, blijkt het heden, dat de herkiezing van 71 Afgevaardigden, een gedeelte uitmakende van de 221, zeer iivijtelacbtig staan. Onder de 213 telt men slechts 37, waatvan de herkiezing met als zeker mag beschouwd worden. Men ge. looft, dat de coalitie te Parijs, 9 tegen 12 Atgevaaidigden telt. De officiële berigten, die door den Gouverneur van Martinique zijn overgemaakt, hangen een treurig tafereel op van ae reeds medegedeelde aardDeving op oat eiiano. Vooral had de hoofds a a Fort-Royal verschrik kelijk veel geleden en was bijna in eenen puinhoop veranderd. Honderde met.schen waren onder hunne huizen bedolven, en de overgeblevene hadden de stad moeten verlaten en waren in het opeti veld onder centen gelegerd, bijna aan alles gebrek hebbende. De Gouverneur verlangc spoedige hulp en neemt ueze gelegenheid te baat, om aan te dringen op vermindering van de belasting op de suiker, die van Martinique naar Frankrijk gevoerd wordt, doch waaricgen zich de beetwortel-suikerteelders in Frankrijk reeds zoo sterk verzet hebben. Te Toulon werd roet veel drift aan de groote schepen gewerkt, welke landingstroepen moeten innemen, om tegen Mexiko te agerener werden in de arsenalen bommen en andere projectuen in gereedheid geüragczoodat men geen hoop koesterde, dat deze zaak chans nog in der minne zou ge schikt worden; de corverten en blikken, die uitgerust worden zijn bestemd om ce Fransche koopvaardijschepen tegen de Mextkaansche kapers te be schermen. De Minister van Oorlog heeft een dagorder doen bekend maken, waarin gezegd wotdt, dat de manschappen der kapetschependie onoer Mexikaansche vlag varen, doch vreemdelingen zijn, genomen wordende, zullen opgehan gen worden en het schip verdelgd; dat echter geboren Mexikauen kwattier zullen omvangen en de schepen van hen worden opgebragt, BELGIË. De Gemeenteraad van Brussel heeft den 27 Februarij, met 23 tegen ééne stem, een adres aan de Kamer van Afgevaardigden goedgekeurd, waarin de. zelve verklaart, dat, alhoewel hij voor eenige weken een adres had aange. boden tegen het aannemen der 24 artikelen, thans, nu alle tegenstand nut. teloos en noodlottig is, tot de aanneming derzelve aan te raden. De Pricurseur deelt den volgenden brief mede uic Londen De Belgische Amnassadenr is in pourparlers getreden met Lord Palmcrston en den Generaal Scbastiatsibetrekkelijk de Scheldevaarr. Hij heeft hun af. gevraagd, of de capitalisarie van het tonnegtld niet bij eene annexe tot hec tractaat konde worden geregeld. Het antwootd luidde gunstig. Lord Pal mcrston en de Generaal Sebastians hebben eenstemmig geantwoorddaarin niets dan iets zeer mogeinks te ontwaren, en dar zij geneigd zonden zijn, om met al hunne krach eene schikking van dien aard te ondersteunen. De Messager de Gand meldt, dat Leopold in een estaminet binnen die stad in betldienis verbrand was geworden door inenschen, die te voren he. vige revolmionnairen geweest waren. De centrale afdeeling der Kamer heeft den h8sten I. haar rapport uit- gebragt, bij monde van den beer Dokz, De voornaamste inhoud van dat rapport is het volgende: De rapporteur begint met eene ontleding van hetgeen in de sectieii heeft plaats gehad. De voorafgaande quaestie van ongrondwettigheid, door den heer Pollenus in de zitting van den ipden opgeworpen, is in alle zes sectien, doch onder verschillende vormen, behandeld en overal verworpen. De stem- men van al de sectien zamen nemende, blijkt het., dac genoemd bezwaar door 25 ieden aangenomen en door 37 stemmen verworpen is, terwijl 16 niet mede gestemd hebben. Het zaamgevat aantal leden, die io de sectien over de al dan nier aanne. ming van her ontwerp zelve gestemd hebben, bedraagt: voor 42. tegen 39, buiten stemming 17. Ten opzigte dezer laatsten wordt aangemerkrdat zij zich voor alsnog onthouden hebben in eene zoo gewignge quacskie hunne stem tut te brengen, omdat zij alvorens eenig nieuw licht ui, de algemeene discussie wenschen te trekken. De centrale sectie heeft de zaak met de meeste zorg onderzocht en van de Ministers onderscheidene ophelderingen ontvangen, welke zii echter meent aan de Kamer niet te mogen overleggen. Ook zij heeft begonnen met de quaestie van ongrondwettigheid te behandelen, en iiaar eenstemmig gevoelen was dat die quaestie niet gegrond is. De sectie ziet in deze exceptie alleen een heimelijk verlangen om voor het oogenblik van het zwrarwigtige der quaestie bevrijd te zijn. Buitendien wordt de Kamer geroepen om alleen dat. gene te doen, wat bereids eene vroegere Kamer in 1831, tijdens de aanne. ming der 24 Artikelen, gedaan heeft. Ten opzigte van het ontwerp zelve, heeft de centrale sectie in de ai aan niet aanneming van het door de vijf Mogendheden als onherroepelijk aar. Belgie voorge'egde tractaat slechts de quaestie der noodzakelijkheid beschouwd, en zich dienvolgens afgevraagd door welke middelen Belgie weigeren kan en welke de gevolgen eener weigering zijnerzijds zouden zijn. Zoo de vijf Mogendheden eens waarlijk gevolg aan derzelver bedreigingen gaten, houdt zich de centrale sectie overtuigd, dat Belgie, aan zich zeiven overgelaten, aan geenen ernstigen tegenstand mag denken. Te gelooven, dat onze weige. ting geene militaire maatregelen ten gevolge zoude hebben, ware eene dwaas* heid en het innemen der Antiweipsche citadel door de Franschen kan ten dezen opzigte tot voorbeeld strekken. De centrale sectie stelt een groot en regtmatig belang in de thans van Belgie afgescheurde gedeelten grondgebiedsdoch dit heeft haar niet kunnen beletten, de gevaren te zien, welke het land door eene weigering zou loo- pen. De vernietiging der nijverheid, bevorderd door eene onlangsche ramp. ^zalige financiële gebeurteniazou noodwendig de vernietiging van her open- 'hire 'Crediet na zich slepen, en het gevolg van al deze rampen, die altijd tot voedsel aan de hartstogten dienen, zonde regeringloosheid zijn. Dasren. boven zou eene weigering om roe te treden, ook de noodzakelijkheid van .voortdurende wapeningen na zich slepen, en uit de duidelijke ophelderingen, door de Ministers aan de Commissie gegeven, was gebleken, dat financiële maatregelen van eenen bniteugewonen aard bet zekere gevolg van den voort- duur des tegenwoordigen toestands zouden zijn. De kracht der gebeurtenis, sen zelve zou later, op eene nog veel smartelijker wijze, tot de aanneming dwingen terwijl misschien eene sluiting der Schelde en andere dwahgmaat. regelen aan die kracht nog meerder klem zullen bijzetten. Men geloove niet dat eene onderwerping aan het tractaat voor Belgie on- teerend zoude zijn. Ware alleen eene worsteling met Holland te vreezen, geen Belg zou aan eene aanneming gedacht hebben; doch men onteert zich niet, wanneer men voor overmagt zwicht. Velen zullen er misschien voor de Kamer eene vernedering in zien, om Zoo geheel strijdig te handelen met hetgeen zij in haar vorig, adres heeft ver klaarct. Doch men rekende destijds op den steun van Ëngelahd en Frankrijk, zim de tusschenkomst der Noordsche Mogendheden te beletten, en verklaarde daarom aan Holland geene bevolkingen te zullen afstaan. Docb, zal men vragen, moet ten minste Belgie met dien afstand niet wach. ten tot dat het met de daad daartoe zal genoodzart worden? Dit tr s het stelsel, hetwelk twee afgeiredene Ministers door liet Gouvernement wilden doen volgen, doch in weik stelsel dcCommissie niet deelt. Vooteerst bestaat de dtvang, wanneer men denzelven ais dreigend aan ons verstand doet be grijpen, even goed ais of hij door een materieel feit wierd geopenbaard. Maar ook buitendien zou dit gedrag minder bestaanbaar zijn met her eetge. voel des legers, daar liet toch verkieselijker is. de bedoelde -provinciën door de Belgische troepen te doen ontruimen eer nog de vreemde bajonetten er aangekomen zijn, dan die troepen voor een vertoon van vreemd geweld te doen zwichten. Het behoud van het tegenwoordige status quo zou zeer zeker het verkie selijks! zijn, doch dit status quo is onmogelijk geworden, gelijk het ook nret geoorloofd is, de hoop te blijven voeden, dat eene ministerie-verandering in Ft ankrijk tot wijzigingen in hec tractaac zou kunnen leiden. De Belgische quaestie is in Frankrijk bioot als middel tot bestrijding van bet ministerie van 15 April gebezigd; niemand beeft er aan gedacht ora Belgie met de daad van de bepalingen der 24 artikelen te bevrijdenen zoo sommigen al met meerdere drift de zaak van Belgie opgevat hebben, dan is het, omdat voor hen Belgie de weg is, die Frankrijk weder naar de Rijngrens brengen moet 1 De centrale sectie heeft alleen het beginsel der wet onderzocht, daar de Mogendheden vooraf de onherroepelijkbe d derzelve hebben verklaard en zij overigens door Koning IVillem's toetreding eene nieuwe kracht heeft erlangd. Doelt behalve de territoriale quaestie, zijn meestal de bepalingen van het nieuwe tractaat voor Belgie gunstig. Het jaarlijksche aandeel der schuld is van 8,400,000 tot op 5,000,000 verminderd; Belgie is ontheven van de betaling van alle achterstallen tot 1 Januarij dezes jaars; wel is het beginsel eener liquidatie tusschen Belgie en Holland uic het tractaat verdwenen, doch -eene saste en zekere schuidverminoering is aan de Commissie verkieselijk voorgekomen boven eene liquidatie, welke Holland hoogst ingewikkeld en traag had kunnen maken. Overigens bedraagt bet door Belgie te betalen jar.riijksch aandeel eigentlijk slechts f 4,700.000, daar nu reeos 011,849 frs. 17 cent jaarlijks door bet Gouvernement als rente voor de inschrijvingen op het Bijboek te Brussel werd uitbetaald. Ten opzigte der bepalingen op de Scneldevaart vereenigt zich de centrale sectie geheel met hetgeen dienaangaande in het rapport van den Minister van Bnicenlandsche Zaken van 19 Februarij jl. is gezegd, en ook zij beschouwt den nieuw vastgestelde Schelde-tol geenszins als een zwaarder regt dan het vorige. De slotsom van den arbeid der centrale Commissie isdac zij het Gouve'r nements-ontwerp met zes stemmen heeft aangenomeneene enkele heeft zich voor als nog oaartegen verklaard. De hoofdredacteur van ie Beige, Bart/seis, is gevangen genomen, alt steller zijnde van opruijende proclamacien aan het leger gerigc. MENGELINGEN. LEVEN IN MALAKKA. Na door eene der beruchte windvlagen van Sumatra te zijn overvallen gé worden, welke ons schip veel nadeel toebragt, kwamen wij midden in den nacht voor Malakka. Reeds vroeg ih den morgen dreef mij de nieuwsgie- heid op het dek, om de stad in oogenschouw te nemen, doch een dikke nevel, niet zeldzaam in deze streken, verborg al de verwijderde voorwer- pen voor het oog. Allengskens echter brak de zon door, en de kleine bé* koorlijke villa's kwamen, van achter hec geboomce, te voorschijn, waarop wij hei vaartuig verlieten, en ons, in eer.en wagen, naar ae stad begaven. De oude Portugesche kerk, op den heuvel, welke Malakka overschaduwt» thans in eenen vuurtoren veranderd, en de vervallen muren van het gewe- zen Portuge che fort, geven aan deze plaats een oud aanzien, waarcegen het naburig Singapore (dac is de Leeuwenscad) zeer modern schijnt. Wij gingen over de. smalle gracht, welke Malakka in twee, door eene houten wipbrug verbondene helften verdeelt, en kwamen in eene ruime, paralel met de kust loopende, straat, waarvan de bewoners groocendeels gegoede Maleische kooplieden zijn. Ook de Europëers en vele rijke Chine sche planters, wonen in deze wijk. Bij een klein gebouw, aan den linker oever der gracht, alwaar de havenmeescer zijn kantoor heeft, zagen wij ver. scheidène Europesche heeren, en een groot aantal Chinezen en Maïeijers rondslenteren 5 vermoedelijk waren deze lieden alleen hier om nieuws te hooren, want zij hadden daar zoo vroeg geene andere bezigheid. Geen orgaan werd bij onze aankomsc te Maiakita sterker aangedaan dan de neus; de zoogenaamde Balatschong, een preparaat uit kleine garnalen en visschen, waarmede de inwoners hunne spijzen kruiden, woei ons van a Ie zijden tegen. Deze lekkernij, welke zij voortreffelijk weten te berer- den, smaakt volmaakt gelijk Kaviarmen verzendt dezelve naar alle streken. Er zijn twee soorten van balatschongzwarte en roode; de eerste, welke de gemeenste is, werkt zeer nadeeiig op de gezondheid der meeste Euro peanen; de roode daarentegen is veel onschadelijker; men bereidt dezelve uit garnalen, welke eerst in water afgekookt, dan in de zonnestralen ge droogd en eindelijk in eenen vijzel fijngestampt worden. Even zoo is hec bereiden van de zwarte soort, waarvan het voornaamste bestanddeel kleine visschen zijn, en die, hoewel goedkooper, eenen buitengewoon aangenamen smaak heeft. Beide soorten woruen in den vorm van kleine koekjes of bouil lon-tabletten ten verkoop aangeboden. De Maleische en Chinesche bewoners, welke ik op de straat ontmoette, waren goed gekleed, goed gevoed en naar allen schijn te vreden met hun nen toestand; doch ik miste in de geheele stad de beweging en werkzaam heid van Singapore. Chinesche kooplieden, die oogenschijnlijk door hunne winsten vet geworden waren, en wier comfortabel leven uit alles blijkt, groetten ons ten vriendelijkste. Nu en dan kwelde ons een reizende Ma- leijer, die gele bamooes-scokken, papegaaijen enz. te koop aanbood; doch ik moet het de Maleische natie tot eere nageven, dat dezelve, over hec algemeen genomen, aan de lastige opdringendheid der Indianen vreemd is. De Maleüer bewaart nog iets van het trotsche zelfgevoel, dat hem van oudsher van al de bewoners des Indischen Schier-Eilanders onderscheidt (i). Nog denzeltden dag bezochten wij de vriendelijke en gemakkelijke woning eens jongen Hollanders, wiens kennis ik reeds vroeger op eene andereplaats maakte, en die ons met veel hartelijkheid bij zich genoodigd had In Ma lakka, alwaar geene enkele goede publieke tafel is, heeft de gastvrijheid dubbele waarde. Bij het intieden bevonden wii ons in een ruim vertrek, alwaar de moeder en drie zusters van onzen vriend aan het ontbijt zaten vader en zoon waren reeds vroeg naar hun, een paar mijlen van de stad gelegen, landgoed vertrokken. De rijkbezette tafel miiner gastvrouwen stelde mij schadeloos voor alle ontberingen mijner zeereis. Na het ontbijr begaven wij ons op het balkon van het huis, van waar men een fraai uirzigt op eenen, in den Hollandschen smaak aangelegden, tuin hadden. De jonge dames bragten hun borduurwerk mede op het balkon, en er ontstond een zeer levendig gesprek, dat wij tot vijf ure, toen het middagmaal ons riep, voorc- zetreden, zonder eenen oogenblik om stof verlegen geweest te zijn. Bij het middagmaal bevonden zich vele scbocels uit het dieren- en plan tenrijk, welke men cor nog toe in Singapore niet hebben kan. De kostelijke vrucht Mangostin gelukc nergens beter dan hier, en buitendien bezie Ma- (1) De Chinesche schrijver van het Aardrijkskundig Compendium Kuang-yn-thu-kl zegt van deze natie: „Dit volk is trotsch en strijdlustig; er zijn bij hen geen® tigchainelijke straffenzij zouden zich schonen een* diefstal te begaan,** 'Gewis eene treffende karakterschildering in weinige krachtige woorden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1839 | | pagina 3