A0. 1838. LEYDSCHE VRIJDAG, NEDERLANDEN. 3 «5»» t u&ejfê COURANT, ia OCTOBER. Leyden den iiden October. Men meldt ons uit Aarlanderveen, onder dagteekening van den p Octo- feer, het navolgende treurige berigt: In den nacht van heden werden de ingezetenen dezer gemeente op eene treurige wijze gewekt, door het ontstaan van eenen vreesselijken brand in de woning van den heer D. va» Leeuwen Lz.in het Noordeinde van Aar landerveen gelegen. Niettegenstaande de onvermoeidste pogingen van de hoofden en spuitgasten der vier binnen deze gemeente zich bevindende brandspuiten, nam dezelve spoedig zoodanig, in hevigheid toe, dat de bouw, manswoning, twee schuren, benevens vijf volgeladene hooi- en koornbar- gen, in minder dan vijf uren tijds geheel verbrandden. Ofschoon de woning was verzekerd, was zulks echter ongelukkig niet het geval met de veld Vruchten, en is derhalve de aanzienlijke voorraad van voornoemden eigenaar geheel verbrand en zijne geledene schade zeer groot. Voor de vriendelijk aangebodene hulp van naburige gemeenten, heeft het Bestuur gemeend dit maal te moeten bedanken, daar voornoemde vier Brandspuiten voldoende werkten, om bij het gunstige stille weder, de belendende gebouwen te be waren en den brand te blusschen. Hoe treurig voor den eigenaar en de gemeente; dit onheil ook zijmoet men echter Gods groote goedheid dankbaar loven, daar, bij weinig meer der winds, de geheele plaats eene prooi der vlammen had kunnen worden. Men meldt uit 's Gravenhage van den ioden October: Zijne Maj. heeft eene som uit 's Rijks kas toegestaan tot aankoopen uit de boekverzameling van wijlen den Hoogleeraar .7. C. .7. Reuvcns, ten behoeve van de Hoogeschool te Leyden en van het Rijks Athenaeum te Fraheker. Zijue Maj. heeft goedgekeurd een plan van verdeeling der gecombineerde markengronden van de buurtschappen Miste en Cotle, in de gemeente Win terswijk, terwijl daarbij de Permanente Commissie uit het Amortisacie-Syn- dicaat is gemagtigd om af te zien van alle regt, dat het domein als heer der heerlijkheid Bredevoort ten aanzien van de markengronden van voornoemde buurtschappen zou kunnen doen geldeu. Zijne Maj. heeft, na den Raad van. State gehoord te hebben, goed gevonden te beslissen, dat, zoo lang de tegenwoordige staat van zaken zal voortduren, ten gevolge waarvan de miliciens niet op de in vredestijd ge bruikelijke tijdstippen van paspoort kunnen worden voorzien, de diensttijd voor de miliciens gebonden zal worden aanvang te hebben genomen mee dén isten Maart van het jaar, waarin een milicien, hetzij in persoon of bij remplacement, aan den provincialen Commandant ter werkelijke inlijving, in mindering van het contingent zijner gemeente, overgegeven is gewor den, alles met inachtneming van art. 2 der wet van den 27 April 1820 en Zr. Ms. besluit van den 14 Januarij 1825, N°. 98. Uit deze beslissing volgt alzoo, dat, bij voorbeeld, een milicièn der ligting van 1834, die eerst bij de tweede of derde aflevering en dus in de maand Mei van dat jaar- mogt zijn ingelijfd, als moetende deszelfs diensttijd gerekend worden op den isten Maart 1834 een' aanvang te hebben genomen, op den isten Maart 1839 beschouwd moet worden deszelfs diensttijd in zoo verre te hebben volbragt, dat daaruit regt op de bij art. 22 en 23 der wet van 27 April 1820 bedoelde 'finale vrijstelling voor eenen broeder ontstaat. Bij art. ai van Zijner Majs. besluit van 1 Aug. jl.is bepaald, dat de kantoren der hypotheken en van het kadaster, dagelijks, uitgezonderd des Zondags, voor het publiek zullen moeten openstaan, des voormiddags van 8 rot 12, en des namiddags van 2 tot 6 ure. Ten gevolge van deze bepaling, heeft Zijne Exc. de Minister vin Financien de Gouverneurs der onderschei, dene provinciën, onlangs uitgenoodigd de voorzeide bepaling aan de bewaar, ders van het kadaster te herinneren, en voorts te willen waken, dat dezelve door hen stiptelijk worde opgevolgd. Zijne Exc. de Burggraaf du Rus de Ghisignies, oud-Commissaris-Gene- raal van den Koning in Oost-Indië, bevindt zich thans in deze Residentie. Het heeft Zijne Maj. den Keizer van Rusland behaagd, op het daartoe door den Vorst von PaskewitschGouverneur van Polen, en den Luitenant- Generaal, bevelhebber van het corps genie, Dchngedane voorstel, eene kostbare gouden geëmailleerde tabaksdoos, ten geschenke te geven aan tién heer .7. C. Singels, Ingenieur voor de waterwerken in Polen, oudtijds Con. ducteur van den waterstaat in Holland. De heer Singels heeft deze vleiiende onderscheiding verworven door het ontwerpen eener nieuwe soort van ijzeren bruggen, om over de rivier de Narewa, te Nowogieorgiewskemte leggen. Ingevolge art. 97 der grondwet, zal de gewone vergadering der Staren- Generaal, aanstaanden Maandag, door Z. M. worden geopend. Veelvuldige werkzaamheden van belangrijken aard, schijnen de Kamers dit jaar te zullen bezig houden. Al dadelijk komen in aanmerking de ontwerpen van wet, betrekkelijk de ontginning ten algemeenen nntte en aangaande de droogmaking van het Haarlemmer-meer. Vervolgens zal dit jaar overeenkomstig de des wege in de vorige zitting door de Regering gedane toezegging, eene voor drage gedaan worden, ter verbetering van het muntstel en het muntwezen in het Rijk. Behalve de begrootingswetten voor 1839, zullen er ook, in den loop der zitting, ontwerpen tot regeling der belangen van het Amortisatie- Syndicaat, bij hèt naderend einde van het tweede tienjarig tijdvak, behooren aangeboden te worden. Ook spreekt men van een voorstel van wet, welke betrekking zonde hebben tot het niet vervallen eener, door overlijden, in de Algemeene Rekenkamer opengevallene plaats, en zulks in overeenstem ming met de zucht tot bezuiniging in 's Rijks uitgaven en vereenvoudiging van het Bestuur. Eindelijk zal er in het financiële, waarschijnlijk een voorstel gedaan worden, betreffende te verleenen vrijstelling van inkomende regten, van goederen, uit de West-Indische Bezittingen van den Staat aan- gebragt wordende. Mogten de staatkundige omstandigheden onverhoopt, gedurende den loop der zitting, geene verandering ondergaan, dan zouden dezelve de aanbieding ■wederom noodzakelijk maken van nog andere ontwerpen van financiële wet, ten, ter voorziening in de volle rentebetaling der schuld, alsmede tot dek king der buitengewone uitgaven, voorts die tot oproeping der ligting van de Nationale Militie voor den jare 1839, en ook die ter beteugeling van alle schadelijke woelingen. Ontwerpen van een geheel anderen aard, welke men reden heeft om mede te wachtenzijn de zoodanigewelke met de nieuwe wetgeving in verband staan en als het ware tot volmaking derzelve moeten strekken. Men noemt als zoodanig eene wet met opzigt tot dé misdaad van zee-rooverij, alsmede wetsbepalingen betrekkelijk de civiele geschillen en misdrijven in het stuk van prijzen en buit. Ook kan men te gemoet zien, dat er een aanvang zal worden gemaakt met de geheele of gedeeltelijke herziening van het wetboek van strafregt, ten einde hetzelve meer met de nieuwe wetgeving te doéfl stfooken. De vaststelling der tarieven van de loonen der PractizijnsNotarissenDeur waarders en aangestelde bewaarders, mitsgaders de schadeloosstellingen voor experten en getuigen in burgerlijke zaken, en omtrent bet bedrag en de ver evening van geregts-kostenal verder de emolumenten der kanton-geregten voorts de tarieven van hetgeen tot de criminele justitie-kosten betrekking heeft, en eindelijk een tarief waarbij, met in acht neming der plaatselijke omstandigheden, de hoegrootheid zal bepaald worden der som, welke schuld, eischers respectivelijk behooren uit te schieten voor liet onderhoud der door hen gegijzelde schuldenarenalle deze onderwerpen moeten, zoo men ver. neemt, ill voor te dragen wetten vervat worden. Daar inen zich vleijen mag met een gunstigen uitslag der te Stuttgardc geopende Onderhandelingen, nopens een huwelijk van Z. K. H. den Erfprins van Oranje met eene Wurtembergsche Prinses, zoo zou deze heuchelijke ge beurtenis insgelijks door de medewerking der Staten-Generaal in de nu aan te vangen zitting, haar vólle beslag kunnen bekomen. Uit Amsterdam wordt van den loden October gemeld: Op gisteren en heden is alhier, onder voorzitting van Zijne Excellentie Jonkheer Mr. G. Beelaerts van BloklandMinister van Financiën, gehouden de gewone zitting van hec Amortisatie-Syndicaat, in welke de verrigtingen, gedurende het Vijftiende Boekjaar, geëindigd den 3osten Junij 1838, en de rekening en verantwoording deswege, zoo ook de verdere ter behandeling voorgedragen onderwerpen, met algemeene stemmen door de vergadering goedgekeurd, en door de Permanente Commissie gedane voorstellen, aange. nomen zijn geworden. Laatstleden Vrijdag is te Dordrecht overleden de wei-edele achtbare heer Jacob van der Eist, sedert het jaar 1827 Burgemeester dier stad. Hec lijk is den loden dezer met veel plegtigheid ter aarde besteld. Uit Luik wordt als eene bijzonderheid gemeld, dat zich in den omtrek dier stad een twaalftal wilde zwijnen uit de Ardennes vertoond en aanmer. kelijke verwoestingen ten platten lande aangerigt hadden. T U R K Y E. Konstantinopel den 18 September. Men leest in de Allgemeine Zeitung Ik haast mij u de gewigtige mededeeling te doen, dat tusschen Groot- Brit annie en de Hooge Porte een of- en defensief verbond tegen Persie gesleten is. In eene noot merkt de Algemeine Zeitung hieromtrent op: Wij deelen dit berigt mede, zonder voor hetzelve te willen instaan. De correspondent heeft zich aan ons steeds getoond, wei onderrigt te wezen, hoewel hij zich onlangs verleiden liet, de voorbarige tijding mede te deelen, dat het bij Bushire tusschen de Engelschen en Persen reeds tot vijandelijkheden geko. men was. Na nog in de noot over de Oostersche aangelegenheden gerede» neerd te hebben, gaat de Allgemeine Zeitung in den tekst dus voort: Deze daadzaak, welke geene opheldering behoeft, zal u met eenen oog opslag den stand der Staatkundeen de nieuwe gesteldheidder aangelegenheden in het Oosten openleggen. Gij hebt nu de gansche slagorde voor oogen: aan de eene zijde Engeland en Turkije, aan den anderen kant Persie en Rus land, Frankrijk tusschen beide wankelende, Mehemed Ali loerende en tal. mende, Oostenrijk in een veel beteekenend zwijgen. De afzending van troepen naar Azie en aan geene zijne van de Donau grenzen duren voort, het bevel ten proviandering en versterking der drie vestingenSchumia, Varna en Rustscbuk is reeds afgevaardigd, rusttelooze beweging heerschc in bet tuighuis en de gezamenlijke militaire inrigtingen. Langen tijd heeft men in de dagbladen onderscheiden berigten medege deeld omtrent eenen aanstaanden vriendschapsbreuk en oorlog tusschen de Porte en Mehemed-Aliwelke de moeite niet waard waren te melden; thans verzekert het Fransc'he Journal des Dibats, dat het met Frankrijk en de Porte gesloten handelsverdrag, hergeen tot eenen oorlog tusschen de Porte en Me hemed groote aanleiding zou gegeven hebben, door Mehemed aangenomen is, en hij zulks aan de Gezanten der vreemde Mogendheden te Alexandrie be kend beeft gemaakt. Zelfs zou hij dadelijk een deel zijner vloot hebben doen onttakelen, RUSLAND. Onlangs is in Petersburg een werk uitgegeven, hetgeen betrekking heeft op de statistiek vali den Russischen buitenlandschen handel, in 1837; in dit werk wordt het totaal van den uitvoer 254,485.160 roebels opge geven, in 1836 beliep dezelve 283,748,233 roebels. De invoer wordt ge. meld te wezen ter waarde van 251,757.177 roebels, in 1836 beliep de invoer 237,251.204 rb. In 1837 overtrof dus de waarde vau den uitvoer die van den invoer met 12,727,983 roebels. SPANJE. Berigten over Parijs van den 9 October. Men schrijft uit Madrid van 29 September: Bij het Ministerie heerscht eenige verdeeldheid; hetzelve schijnt wanke. lend, en men gelooft niet, dat hec zich lang zal staande houden. Tot op heden hebben zich nog geene personen aangemelddie genegen zijn om de leverancien aan hei leger voor de maand October aan te nemen, hetwelk mede eene groote verlegenheid verwekt. H. M. de Koningin heeft Don Manuel de la Puenta y Arrangurea tot Veldmaarschalk benoemd, ter beloo. ning van zijnen moed, tijdens de verdediging van Almaden regen Gomezf men geloofc ook, dat de Brigadier Piguerodie mede van zijne dapperheid blijken heefr gegevenin rang zal worden verhoogd. Het Madridsche Regeringsblad van den 29sten bevat een betoog over de geldmiddelen, waarin men bet volk daarop schijnt te willen voorbereiden, dat men geene nieuwe buitenlandsche leeningen zal kunnen aangaan, voor dat de interest der vroegere schulden betaald en afgelost is; en daar hiertoe geen hoop bestaat, men ook niet op eene nieuwe geldleening kan rekenen, maar zich met *s lands eigen hulpmiddelen zal moeten behelpen. De Generaal O'DonneU, onderrigt, dat de Carlisten eenige demonstra. tien tegen de provincie van Santander wilden ondernemen, heeft een batai. jon te San-Sebastian doen inschepenom zich naar Castra Uldiales te begeven, Uit Logrono wordt van 29 September geschreven dat Espartero zijne troepen volgenderwjjze heeft geëchelonneerd: Te Villareaijo 3000 manBri. viesca aooo; Llaco 2000, en te Miranda del Ebro 7000 man; hij bevind

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1838 | | pagina 1