De Eöriinglitke Akaflemié van Beeldende kunsten, te Amsterdam, blijft ten
voiie aan hare bêstpmming beantwoordenen zal daartoe nog meer geschikt
heid erlangen, zoodnr de locale inrigting der voor haar bestemde gebouwen
geheel zal zijn tot stand gebragtten welken einde echter nog vrij aanzien
lijke uitgaven zullen gevorderd worden.
De groote prijs, bestaande in een jaargeld van 1200.00 tot het doen
eener bufteiïlandsche r'eize, gedurende vier jaren, is, voor het vak der bouw
kunde, toegekend aan Anionic Willem van l)amuit 's Gravenhage, van
wiens verblijf en oefeningen te Parijs reeds gunstige berigten zijn ingekomen.
(Iet getal leerlingen in de onderscheidene kunstvakken bedraagt thans 450,
aangaande wier ijver en vorderingen heeren Bestuurders de beste getuigenis
afleggen.
De aanbiedingen, door den stedelijken Raad van Haarlem., zoo Jvel ais
door de provincie, gedaan, om tot het onderhoud van het Paviljoen Welge
legente Haarlem, eene jaarlijksche bijdrage te leveren, zijn door Z, M.' 4
aangenomen. Ten gevolge daarvan, en met kracht van een Koninglijk besluit
dd. 18 Januarij 1838, n°. 9, is de daarstelling eener verzameling schilderijen
van levende meesters verordendwelker opneming en schikking in gedacht j
Paviljoen nu eerlang tot stand zal komen, terwijl de kunstschilder, P. G, j
Westenbergtot opzigter van dit Museum is benoemd.
Armwezen. Gevangenissen. Geneeskundige dienst. Ook aan het arm
wezen blijft het gewestelijk Bestuur, eenstemmig met de plaatselijke Auto.
riteiten, de meeste zorg toewijden, zulks is te meernoodig, daar er, in
onderscheidene oorden, eene belangrijke vermeerdering van behoefte wordt
waargenomen, en de voorhanden hulpmiddelen niet altoos toereikende zijn,
om daarin naar behooren te voorzien.
Het kan dan ook niet bevreemden, dat het toenemen dier behoefte meer
dan een Departement der Vaderlandsche MaatscnappijTot Nut van 'r Al
gemeen, aanleiding heeft gegeven, om ontwerps-prijsvragenbetrekkelijk
uit gewigtig onderwerp, voor te stellen, die de strekking kunnen hebben,
om aan de maatschappij een werkdadig aandeel te bezorgen in de opsporing
en beproeving der beste middelenter voorkoming of vermindering van
armoede.
Wij behoeven hierbij naauwelijks aan te merken, dat de laatste strenge
winterhoewel tevens door de buitengewone weldadigheid des Konings en
van onzè landgenooten in het algemeen gekenteekend, niet weinig heeft toe-
gebra'gt," om de gemeente-kassen meer te bezwaren.
Ihfusschen hebben veelvuldige menschlievende instellingen, in de meeste
plaatsen van Holland bestaande, den eens verworven roem blijven handha.
'ven, en zelfs hier en daar, met name ook te Leiden een aantal behoeftigen
van de armen klassen teruggehouden.
Bij de armen-inrigting te Delft, is, gedurende 1837, aan een aanta' ^e-
hoeftigen werk verschaft, en heeft men aan loon wegens fabrieutnatigen
arbeid, in dat jaar 10,604.255 uitbetaald, zijnde 1689 67J meer dan in
1836 terwijl voor premien uit'stads kas eene som van 2500 is verstrekt
geworden.
De instellingen, welke de verzorging van behoeftige kraamvrouwen ten
doel hebben, en in vele steden van Holland door de aanzienlijkste vrouwen
worden voorgestaan, verdienen mede eene opzettelijke vermelding.
Maar inzonderheid behoort de hulde der dankbaarheid aan de Hooge Rege
ring te worden toegsbragt voor ,de aanhoudende zorgenwelke zij aan het
lot van ongelukkigen besteedt.
Nóg onlangs, namelijk bij missives van den ryden April en den i8den Mei
1838, N°. 308 en 167, toonde zij hare belangstelling in dat lot, door de
mededeelipg van onderscheidene inlichtingen en wenken,aan het stadsbestuur
van 's Grqvenhage, ter wegneming van de bij hetzelve gerezen en aan UEd.
Gr. Achtb. niet onbekende bezwaren, maar vooral ook door het voorschrij
ven van afdoende maatregelen, ter verkrijging van betere krankzinnige hui
zen, en tot hervorming van het stelsel van verpleging en geneeskundige be
handeling der krankzinnigen uit alle standen. Het zal UEd. Gr. Achtb. ont
getwijfeld genoegen doen te vernemen, dat het noodige voorbereidend onder
zoek, betrekkelijk die ongelukkigen en de voor hen bestemde verblijven,
reeds wordt in het werk gesteld, ten einde wij daarna op deze zaak bij
UEd. Gr. Acht. zonden kunnen terug komen; zijnde, ter bevordering van
dezelve, o. a. de krachtdadige medewerking der gewestelijke autoriteiten
op het dringendste, en voorzeker niet te vergeefs, van wege Z.M. ingeroepen.
Met opzigt tot de geneeskundige verzorging der armen, de dienst der ge
neeskunde in het algemeen, en het beheer en de verzorging der gevangenen,
kunnen wij ons meerendeels aan onze vorige verslagen houden. De nieuwe
verordeningen, welke men, omtrent deze gewigtige onderwerpen aan den
Koning verschuldig isen bijzonder die omtrent de afscheiding der veroor.
deelden naar leeftijd en kunne mogen beschouwd worden als eene noodzakelijke
verbetering en aanvulling van het thans werkende stelsel, hetwelk trouwens
nog voor meerdere verbeteringen vatbaar blijft.
De staat der gezondheid van de ingezetenenwasgelijk wij reeds mog.
ten aanstippen niet ongunstig in het afgeloopen jaar. Min of meer epide
mische ziekten, die op vele plaatsen geheerscht hebben, zoo als de maze
len, roodvonk en griep, waren niet kwaadaardig; ofschoon er steden zijn,
o. a. Rotterdam en Gouda, die onderscheidene slagtoffers teldendoorgaans
zwakke personen en uit den behoeftigen stand.
Het vervolg in ons volgend Nommer.
Men meldt uit *s Gravenhage van den 6 Julij
Z. K. H. de Prins van Oranje is heden morgen uit deze Residentie naar
Tilburg vertrokken, alwaar Hoogstdezelve eene week zal verblijven.
Z. K. H. de Erfgroothertog van Saksen-Weimar is, vergezeld van
Hoogstdeszelfs gevolg, heden morgen uit deze Residentie naar Amsterdam
vertrokken, van waar Z. IC. H., naar men verneemt, binnen eenige dagen
naar deze Hofstad zal terug keeren.
Zijne Maj. heeft bepaald, dat in den loop der volgende maand weder
door eene speciale Commissie, welke zich te Breda zal vereenigen, een
examen tot het verkrijgen van den rang van tweeden Luitenant zal worden
gehouden over de onder-officieren van de corpsen infanterie, cavallerie en
van het corps mariniers, welke daartoe door de chefs dier corpsen zullen
worden voorgedragen.
Zr. Ms. fregat de Maas, aan welks boord zich de Schout-bij-Nacht
E. Lucas bevindt, was den 18 Mei te Rio di Janeiro. Aan boord was alles
welvarend.
In deze Residentie is aangekomen Z. Exc. de Graaf Hermaleus Asinazi
de St. MarsunMinister-Plenipotentiaris van Z. M. den Keizer van Oosten,
rijk aan ons Hof.
De Staten van Holland hebben, in derzelver vergadering van gisteren,
herkozen de navolgende aftredende leden van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal: de heeren A. Warin, Jhr. 77. Backer, Jhr. G. Beelaerts van Blok
land, Jhr. G. Clifford en Jhr. M. IV. de Jonge van Carnpens Nieuwland; in plaats
van het aftredende lid, den heer Mr../. van Reenet}, den heer Pieter Hui.
dekoper, te Amsterdam, en in plaats van den heer Mr. .7. Op den Hoojf, thans
lid van den Hoogen Raad, den heer Mr. F. van de Poll, tot dus verre lid
der Gedeputeerde Saten van Noord-Holland. Voorts is ter vervanging van
den heer Mr. W. B. Donker Curtius, thans vice-President van den Hoogen
Raad, benoemd de heer M\A. IVjnaendts, lid,der GedeputeerdeStaten van
Zuid-Holland; zijnde de keuze van een nieuw lid, ter vervanging van den
heer Mr. T. C. de Bordes, thans Procureur-Generaal bij den Hoogen Raad,
onbeslist gebleven; doch i$ in de zitting dier Staten van heden tot lid der
Tweede Kamer van.de Staten-Generaal, ter vervanging-Van laatstgenoemden,
verkozen Jhr. Mr. D. T. Gevers, Referendaris bij den Raad van State, enz.;
voorts zijn benoemd tot lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,
de heer D. J. van Lennep, Hoogleeraar te Amsterdam, en tot lid der Gede.'
puieerde Staten van Zuid-llolland, Mr. ,7.-van Dam van Noordeloos, te Rot.
terdarn.
Door de Staten van Noord-Braband en Groningen, zijn, tot leden van
de Twgede Kamer der Staten-Generaal respectivelijk heikozen, als: Noord.
Bra band; Mr. J. B. 77. van de Mortel, Jhr. Mr. P. E. A. de la Court, Mr,
J. L. A. IArs benen voor GroningenJhr. Mri-O. van SibiildererCvan Rensuma.
In de vergadering van de •Pvovineiale'-Staten van Gelderland zijn, op
dqn 4den dezer, tot leden der Tweede Kamer van de Staten-Generaal her.
kozen, je heeren E. W. van Dam van Isselt en jhr. W. L.F.C.van Rappard.
De Assises in de provincie Holland, zuiderkwartier, voor het derde
vierendeeljaars Ivan den jare 183S, aaiJ 1n-aIH«er- geopqnd worden op Maan.
dag den- d-Augustus eerstkomende, des morjérfs téii tien ure; en zijn be
noemd, om die te presideren, de heer Mr. Hendrik van der Burgh, Presi.
•dent in het Hoog-Geregtshof, en tot verdere Regters, de heeren en Mrs,
Gerlof Jacob Jordens, Jonkhr. Marinus Willem de Jonge van Carnpens Nieuw
land, Guillelmus Theodeor -Baumhauer-en -Petrus Jsaiicus -de Frcmcry, allen
Raden in hetzelve Hof.
—t, Nog meldt men uit 's Gravenhage van den 8 Julij
Gisteren is te Vlaardtngen de eerste 'nieuwe haring aangébragt, en zijn
dadelijk de gewone geschenken aan Z. M. den Koning en de léden van het
Koninglijk gezin, Z. Exc. den Gouverneur der provincie, 'HH. Exc. de
Ministers en hooge Staats-Beambtenden wel-edel-achtb. heer Burgemeester
dezer stad, enz. naar dezer Resid.entie verzonden.
Gjsteren najcht omstreeks half 1 ure is te Delfc, in het Hollandsctii
KdfijhuisKastelein Koek, nabij de Groote Markt, een hevige brand pnt.
staan, welke omstreeks half 4 ure gebluscht was. Zeven spuiten ij tl 1ti
werking geweest. Het bovenste gedeelte van het huis is geheel 'dfgebrand.
Gelukkig zijn gêénè ongelukken daarbij Voorgevallen.
Z. K. H. de Prins Veldmaarschalk is gisteren namiddag ten half 4 ure,
komende van den straatweg van Breda en zich naar Tilburg begevende, het
kamp bij Reijen gepasseerd. Z. K. H. werd aldaar met algemeen vreugde,
gejuich en gewone eerbewijzingen ontvangen.
Den 4den was over het kamp een zware onweêrsbui losgebarsten, welke
zich met zwaren hagelslag ontlastte; er waren steenen onder, gelijk aan
kleine hoendre-eljerenhet onweder hield ruim anderhalf uur aan. Het om
liggende bouwland heeft veel door den hagel geleden; genoegzaam al de
boekwijt is vernield. Van de tenten en loodsen der marketentsters in het
kamp, zijn wel honderd glasruiten door den hagel ingeslagen.
Uit Amsterdam wordt van den 5 Julij gemeld:
Heden nacht is de persoon van Elizabeth van der Horst, huisvrouw van
Johannes Hendrik van Beren, alhier, van drieljngen bevallen, te weten: een
zoon en twee dochters. De kinderen zijn welgemaakt en gezond, doch de
moeder is, gelijk te verwachten was, zwak. Reeds twee maal was deze
vrouw van tweelingen bevallen, en ten gevolge van dit alles is dit vrij ar
moedige huisgezin thans met 10 kinderen belast, van welke het oudste nog
geen 12 jaren is. De vader is een vergulderen woont in de Jonkerstraat, N°. 97.
Uic Utrecht melde men van den 3den Julij:
Op heden is de jaarlijksche Staten-Vergaiiering van Utrecht met eene rede
voering, door Zijne Exc. den Staatsraad-Gouverneur uitgesproken, geopend,
nadat jonkhr. W. A. Beelaerts van Blokland van Remmerstein, als lid van dat
Collegie, had zitting genomen, waarna het verslag van Gedeputeerde Staten
is voorgelezen, en Jonkhr. Mr. 77. M. A. J. van Asch van Wijck als lid van
de Tweede Kamer der Staten-Generaal is ingekozen. Voorts zijn eenige
Zaken commissioriaal gemaakt en de vergadering tot op aanstaanden Dingsdag
gescheiden, op welken dag de Staten door denzelven Staatsraad-Gouverneur
ter middagmaal zijn genoodigd.
Door de Staten van Drenthe, is in derzelver vergadering van den 3dea
dezer, tot lid der Tweede Kamer van de Staten-Gcuernal herkozen, het
aftredende lid Mr. G. Kniphorst.
AMERIKA-
Den eersten Junij heeft in de zitting van de Kamer der Vertegenwoordi
gers der Vereenigde Staten, een voor die vergadering uiterst onwaardig too-
neel plaats gehad, en dat aantoont hoe hoog de trap van beschaving is, op
welken men in Amerika staat. Men had den isten Junij de beraadslagingen
wederom opgevat over de Indian-bill, welke steeds hevige debatten te weeg
brengt; ditmaal echter zijn dezelve geheel de palen te buiten gegaan. De
heer John Bell, een Whig, had het woord, en verdedigde met vuur de regten der
Cherokezen.Dikwerf werd hij in de rede gevallen door de heeren Hopkins en
Turneyen de laatste werd eindelijk in zijne uitvallen dermate personeel be-
leedigend, dat de heer Bell hem met forsche stem het stilzwijgen gebood,
hem noemde het steeds lijdelijk en buigzaam werktuig van dezulken, die te
lafhartig waren, om hem, Bell, openlijk, op eene eerlijke wijze, het hoofd
te bieden. De heer Turney verklaarde deze gezegden voor valschhetwelk
door den heer Bell met een verachtend gefluit werd beantwoord.
Nu kwam men tor dadelijkheden, vuistslagen werden met vuistslagen be
antwoord hetwelk al de leden bijzónder scheen te vermaken. Eindelijk,
nadat de strijders elkander dapper hadden toegetakeld, onder het daverend
gejuich hunner medeleden, besloot men hen te scheiden, en de heer Bell
vervolgde zijne rede, onder eene aandacht, die hij zich zoo manmoedig be.
vochten had.
Volgens de jongste berigten van New-York, waren op nieuw eenige
liedenop vermoeden van medepligtigheid aan het verbranden der stoomboot
Sir R. Peel, in hechtenis genomen.
Sommigen dergenen, welke aan deze daad van geweld schuldig staan,
hebben zich op de kleine eilandjes in de rivier St Laurent verschanst, en
schijnen voornemens te zijn zich hardnekkig te verdedigen. De Gouverneur-
Generaal, Lord Durham, heeft eene premie van 1000 st. uitgeloofd, aan
hen die een of meer der schuldigen, voor eene bevoegde regtbank, tot
bekentenis van medepligtigheid aan het verbranden der genoemde boot kun
nen brengen.
Eenige inwoners van Opper-Kanada hadden, uit wederwraak, op de Noord-
Amerikaansche stoomboot Telegraph geschoten, doch waren terstondop be.
vel der Engelsche Autoriteiten, in verzekerde bewaring gesteld.
Er liep een gerucht, dat de Engelsche stoomboot William IV hetzelfde
lot als de Sir R. Peel zou ondergaan hebben, doch zulks vereischte nadere
bevesciging.
T U R K Y E.
Omtrent de quarantaine heeft de Minister van Buiterlandsche Zaken het
volgend memorandum aan de vreemde Gezanten gezonden:
Ten gevolgé van het eenstemmig aangenomen systema van quarantaine, ij
men overgegaan tot de oprigiing van lazarets op de daartoe geschiktste plaat,
sen; en aangezien er berigten zijn ontvangen, ci.at de pest heerscht in Alexan-
drie en Syrië, is bet noodzakelijk gewqrden de schepen, die uic de Middel-
landsche zee komen, mee ae. grootste, ngau wgezetheid gade te slaan.
Tot bereiking van dat oogmerk, heeft;het Gouvernement voorloopig eene
quarantaine-plaats ingerigc aan de Dardanellen, alwaar een directeur, een
geneesheer, en andere tot zulk een etablissement behoorende personen zijn
gestationeerd. De directeur heeft te zijner beschikking een genoegzaam ge-
taj gedrukte exemplaren gekregen van een stukwaarin alle gezondheids
maatregelen en voorzorgen omschreven,, zijn met betrekking tot het land,
waaruit de aankomende schepen, zijn vertrokken.
Ieder bevelvoerder van een Turksch of vreemd scliip zal van voornoemden