wordt deel genomen, en dat dit zelf een goed gedeelte der bestaande deel.
nemingen uitmaakt. De waarborg tier overneming door de stad, ieder jaar
voor een veertigste gedeelte der sommen van de geheele deelneming, bet
uitzigt op eene rente, welke in dit gebleken is reeds vier ten honderd op
de vorige deelnemingen te hebben bedragen, en welke tot vijf ten honderd
kunnen en moeten opklimmen, maken deze plaatsing van geld zoo zeer aan
nemelijlc, dat het niet te betwijfelen schijnt te zijn, of de voltooijing van
het gene aan het geheel ontbreekt, zal eerlang te wachten zijn en zoo zal
dat het meest afzigtelijke en somberste herschapen worden, en die daaraan
hebben deel genomen, znllen bij eene veilige plaatsing van hunne gelden
zich het genoegen kunnen verzekeren, van aan de bewondering van de fraai,
heid, zoo wel als van de welvaart der stad hunne inwoning te hebben me.
degewerkt.
Omtrent den overleden Luitenant-Generaal de Man, (zie ons vorig
Nommer)welke was Directeur van Archief van Oorlog en het Topographisch
Bureau, Ridder van de Militaire Willems-Orde 3de klasse. Commandeur
der orde van den Nederiandschen Leeuw, Ridder van den Rooden Adelaar
van Pruissen, Commandeur:der Guelphen-Orde van Hanover, Lid van de
Koninglijke Akademie van beeldende kunsten te Amsterdam, en van het Pro.
vinciaal Utrechts-Genootschap van kunsten en wetenschappen, wordt het
volgende levensberigt uit Grave bekend gemaakt:
Zijne Exc. werd den 2ÖJunij 1765 te Nijmegen geboren, trad den 22 Mei
1782 in dienst der Vereenigde Nederlanden als extra-ordinaire Ingenieur,
den 26 April 1789 bevorderd tot ordinair Ingenieur, en den 17 Maart 1794
aangesteld tot Kapitein der genie, zijnde het in deze betrekking, dat Zijne
Exc. als Chef der genie en eerste Adjudant van den Generaal-Majoor de Bons,
een krachtdadig deel had aan de moedige met roem bekende verdediging de
zer vesting tegen de Franschen. Na de Fransche revolutie nam Zijne Exc.
zijne demissie en was van 1795 tot 1807 aanhoudend in commissie tot het
doen van metingen en karteringen in onderscheidene districten, als: het ryk
van Nijmegen, het land van tusschen Maas en Waal, de Bommelerwaard,
en het grootste gedeelte van de Veluwe; trad den isten Maart 1807 weder
in dienst als Luitenant-Colonel adjoint bij den generalen staf; den 20 De
cember 1807 benoemd tot onder-Directeur van het depót, Generaal van
Oorlog en Chef van de geographische Ingenieurs; den 13 Junij 1809 aange.
steld tot Directeur-Generaal van het depót van oorlog; den isten Januarij
1811 als Chef d'Escadron bij den generalen staf der iste militaire divisie te
Parijs, geattacheerd aldaar aan het depót generaal van oorlog, en na in 1812
successivelijk te zijn benoemd tot Adjudant en Chef d'état-Majoor van de
5de militaire divisie, gaf Z. Exc. bij de gelukkige verandering van zaken
hier te lande in laatstgemelde betrekking op den 6 Mei 1814 zijne demissie,
en werd door den destijdigen Souvereinen Vorst op den 11 Junij 1814 be-
noemd tot Colonel bij het corps der genie en tot Directeur van het Archief
van oorlog en Tdpografisch bureau; den 28 Junij 1815 tot Eersten Commis-
saris van Zijne Maj. den Koning, tot regeling van de limiten tusschen de
Nederlanden en Pruissen en later voor die van Hanover, terwijl Zijne Exc.
op den 6 Julij van dat jaar mede werd benoemd tot Commissaris Zr. Ms.,
om de kaarten en archiven van onderscheidene Ministerien te Parijs te reela-
mertn en over te nemen.
Vervolgens is Z. Exc. in Junij 1824 benoemd tot Generaal-Majoor effectief;
den 3 October 1830 tot Opperbevelhebber dezer vesting en den i3Februarij
1834 tot Luit.-Generaal.
Gedurende den tjjddat de Luitenant-Generaal de Man het opperbevel
binnen deze vesting voerde, heeft hij niet opgehouden, om, zoo veel in zijn
vermogen was, de belangens der ingezetenen revens met die des vaderlands
te vereenigen, waardoor dan ook een ieder met de grootste deelneming, het
overlijden van Z. Exc. vernomen heeft, en met aandoening en dankbaarheid
terugziet op de diensten door den waardigen overledene aan de burgerij be
wezen, wiens nagedachtenis overigens niet alleen hierdoor zal vereerd blij.
ven; maar ook wegens zijn vast karakter en de wijze waarop hij in zoo vele
gewigtige bedieningen zich van zijne pligten aan Koning en Vaderland heeft
gekweten.
Beiden verliezen in hem eener. even getrouwen dienaar als braven mede
burger, die aan beleid en ondervinding veel kundfe parende, een voorbeeld
was van strenge eerlijkheid en naauwgezette pligtsbetrachting.
AMERIKA.
New-York den 27 Mei. De Senaat te Washington heeft de wet tot het
uitgeven van schatkist-biljetten aangenomen. De handel en het geldwezen
waren in verbeterden staat. De Voorzitter der republiek, de heer van Bu
ren, had den 22 Mei eene boodschap bij het Congres ingezonden, tot strek
king hebbende, om nieuwe schikkingen met de Cherokezen, die nog op
het grondgebied der republiek wonen, te treffen. In dat stuk werd zijde,
lings erkend, dat het in 1835 met dezen stam van Indianen gesloten verdrag,
waarbij hunne opperhoofden zich verbonden, om, tegen betaling van zekere
geldsommen, het land hunner vaderen te verlaten en naar gene zijde van de
Missisippi te trekken, door bedrog en misleiding was verworven. Die onge.
lukkige Indianen hebben dan ook reeds voor lang de uitvoering van dit ver
drag geweigerd, en toen men hen onlangs met geweld tot verhuizing wilde
dwingen, een paar ambtenaren van het Washingtonsche bestuur afgemaakt.
Ditmaal hebben zich in het Congres eenige leden met kracht verheven tegen
de schandelijke handelwijze, die de republiek ten aanzien der Indiaansche
inboorlingen volgt, en die schier met eene langzame, stelselmatige uitroei-
jing dezer onbeschaafdemaar belangwekkende menschen-stammen gelijk staat.
Lord Durham, nieuw Gouverneur van Kanada, was den ióden Mei
reeds aan den mond van de St. Laurens rivier aangekomen, maar kon dezelve
wegens het afdrijvend ijs niet opvaren.
SPANJE.
Berigten over Parijs vast den 22 Junij.
Van de grenzen schrijft men van 16 Junij
De zes Carlistische bataljons, die de linie van Zubiri bezet hielden, heb-
ben zich den nden op marsch naar Estella begeven. De Generaal Espartero
heeft 12,000 man van zijn leger gedetacheerd, om in Lumbier de noodige
levensmiddelen te doen invoeren; deze troepen begeven zich naar Montreal,
met her doel om de convooijen te begeleiden; de Generaal is van Logrono,
naar Haro vertrokken. Don Carlos en deszelfs gevolg bevonden zich den iaden
'e Aspeitia. Het zilverwerk der kerken van Roncevaux is te Bayonne aan.
gebragtde Spaansche Consul zal hetzelve doen verkoopen. Munagorri
heeft tot dus verre 1700 man geworven.
Uit Burgos meldt men van den 8sten, dat den óden de Carlistische ben.
den onder Balmaceda eene nederlaag hadden geledendoor Rtdrigucz. De
krijgsgevangenen waren naar genoemde stad opgezonden.
Den i2den is door de Afgevaardigden de wet omtrent de ontvangst der
tienden bepaaldelijk gestemd geworden en de wet met eene meerderheid
van 91 tegen 62 stemmen aangenomen. Men is toen overgegaan tot de be.
raadslaginging der wet over de buitengewone oorlogslasten.
pe vereeniging van de Christinos Opperhoofden Aspiroz, Espeletta en
Pardinas heeft eene krijgsmagt van 15,000 man, onder de bevelen van Oraa,
bijeengebragt. Deze Generaal laat Alcanitz versterken, alwaar hij reeds stuk.
ken geschut heeft doen plaatsen. Cabrera heeft 20,000 man onder zijn bevel.
Uit Perpignan schrijft tnen van den loden van iemand die de partij der
Christinos is toegedaan.
Zóo aanstonds vernemen wij het volgende. Bij de dagorde van den sden
dezeraan het leger van Catalonie, heeft men ter kennisse van de troepen
gebragt, dat wij In de vlakte van Taragona eenig nadeel hebben geleden,
maar dat ons verlies niet meer bedraagt dan 1500 man-en dat de verdedigers
der vrijheid, in weerwil van dit ongeluk, geenen moed behooren te ver.
liezen, alzoo Imeer gelukkige gebeurtenissen dit nadeel zullen vergoeden.
Ziedaar wat men aan het leger heeft voorgelezen; maar lieden van Taragona
te Barcelona aangekomenverzekeren dat Cabrera en Llarel de Copons eene
volkomen nederlaag hebben toegebragt aan den Baron de Meerdie zich met
zeer weinigen van zijn volk over den Ebro gered heeft. Dit alles kan ge.
rustelijk verhaald worden, zonder vreeze van latere logenstraffing.
DUITSCHLAND.
De laatste berigten uit Weenen van den 15 Junij melden, dat de ziekte
van Z. M. goed afloopt.
De Koning van Pruissen is den i7den uit Berlijn naar Silezie gereisd.
Een der grootste erfenissen, die ooit in de Pruissische Staten eenenper.
soon is ten deel gevallen, is die van den vleugel-adjudant van Z. M. den
Koning, thans buitengewoon Gezant te Keur-Hessen, den Overste von Thun,
welke onlangs van zijn' oom in RuslandKamerheer von Thun800,000 rth.
contant heeft geërfd en eene gelijke som in vaste goederen; de Overste is
naar Rusland gereisd, om zijne erfenis te ontvangen en het beheer zijner
goederen te regelen.
De Koning van Hanover is den i8den dezer uit zijne residentie ver.
trokken, om eene reis door verscheiden provinciën van zijn Rijk te gaan doen.
Z. M. begeeft zich naar Celle, Luneburg, Harburg, Stade, Verden, Osna-
bruk en Attrich. Eerst in het begin der volgende maand wordt Hoogstde.
zelve te Hanover terug verwacht.
De Tweede Kamer der Hanoversche Stenden heeft het tweede hoofd,
stuk van het ontwerp van constitutie met 28 tegen 27 stemmen verworpen.
De Hertog van Nassau zou met zijne beide zonen de plegtigheid der
krooning te Londen bijwonen.
De Keizer van Rusland heeft geheel onverwachts te Stokholm bij den
Koning van Zweden een bezoek afgelegd. Men had aldaar wel de troonsop.
volger, maar niet den Keizer verwacht. Z. M. is den loden dezer zoo ge.
heel incognito te Stokholm aangekomen, dat de Koning van zijn bezoek nog
niets wist voor hij zich in het paleis bevond. De Keizer heeft te Stokholm
een paar dagen vertoefd en is daarna verder gereisd. Sedert Koning Chris
tina III van Deneraarken aan Koning Gustaafl een bezoek heeft gebragt, is
dit de eerste maal dat een buitenlandsch Vorst Stokholm bezoekt.
De All. Zeitung deelt gedurig berigten uit Turkije en Aegypte mede,
welke elkander tegenspreken en geschreven schijnen door een correspondent,
die slechts wat schrijven wil. Dan zal de Sultan aan Mehemed-Ali den oorlog
aandoendan weder wil Mehemed-Ali de belasting aan den Sultan niet beta,
len; in eenen anderen brief schrijfc hij dat alles weêr in orde is enz.
GROOT-BRITANNIE.
Londen den 19 Junij. De aangekondigde wapenschouwing door de Ko
ningin op den gedenkdag van den slag van Waterloo gisteren te houden,
heeft, men weet niet om welke reden, geen plaats gehad, maar is 14dagen
uitgesteld. De Hertog van Wellington heeft, zoo als gewoonlijk, zijne
wapenbroeders in dien slag, ten getale van 76, aan eenen maaltijd bij zich
vereenigd, waarbij weder zeer groote pracht werd ten toon gespreid. Na
den afloop van denzelven heeft de Hertog zich met vele gasten naar het bal
gegeven, hetgeen door H. M. gegeven werd en waaraan ruim 700 personen
deel namen. Die bal moet alles wat men kende in schitterenden toestel
overtroffen hebben. H. M. heeft met de Prinsen George van Cambridge en
Nicolaas Esterhazy, zoon van den Oostenrijkschen Ambassadeur, gedanst.
Den ifiden had H. M. in den namiddag een cour gehouden, waarop de
Ambassadeurs der vreemde Mogendheden, onder welke ook de Baron van
der Capellen voor Nederlandhunne geloofsbrieven overhandigd heboen. Z.
Exc. beeft daarop zijne gemalin en de zes edellieden van zijn gevolg aan
H. M. gepresenteerd.
In het Huis der Lords heeft Lord Londonderry de mededeeling van stuk
ken omtrent de Spaansche aangelegenheden gevraagd, en heeft de vorige
staatkunde van het Ministerie omtrent Spanje hevig gegispt. Hij is door
Lord Melbourne beantwoord geworden. De Hertog van Wellington voerde
ook bij deze gelegenheid het woord en hield het er voor, dat Engeland zich
zoo veel mogelijk van tnsschenkomst in vreemde aangelegenheden moest ont
houden; dat het verkeerd en onregtmatig was geweest, ter zake van twee
tegenover elkander staande beginselen, en niet eens om de troons-opvolging,
zich dezerzijdsch de Spaansche zaken aan te trekken; dat toch geene enkele
Europesche Mogendheid de zaak van Don Carlos werkeliik omhelsd hsd.
Wat die Vorst thans was, was hij door zich zeiven, door de ondersteuning
van de hem toegedane gewesten; oogenblikkelijke cegenspoeden bedierven
zijne zaak niet. De Hertog beschouwde het legioen mede als tot nieis heb
bende geleid. Overigens vond hij het belagchelijk, dat Spanje aan Engeland
10,000 man gevraagd had, om den opstand te dempen. Hij vermaande het
Bewind, af te houden van de staatkunde, die het legioen had doen zenden,
en die zoo jammerlijk was te leur gesteldeen regtschapen stelsel van onzij.
digheid te volgen; en te zien, of het langs dezen weg geen einde aan den
burgerkrijg kan maken. Thans wordt door het inhouden van Passagos bo.
vendien de naijver van Frankrijk opgewekt. Geheel het noorden van Spanje!
is daarover verstoord.
De aanvraag van Lord Londonderry is ten laatste toegestaan.
De gemalin van den Nederiandschen Gezant Baron Dedel is Zondag naai
Rotterdam vertrokkenomdat zij verontrustende berigten van haren oudsten
zoon had ontvangen, die plotseling zeer ernstig ziek was geworden.
Den avond van de krooning zal op alle plaatsen van openbare verma.
kelijkheden de toegang vrij zijn, daar H. M. hiertoe 400 st. aan ieder dei
grootere gelegenheid, 200 aan de mindere, en 150, 100, enz. aan nog ge
ringere verlustigings-plaatsen toegekend heeft.
Paganini zal zich herwaarts begeven, om, ter gelegenheid van de kroo.
ning, eenige concerten te geven.
In vele kerspelen dezer hoofdstad zijn inschrijvingen geopend, ten eindt
de armen in dezelve bij de krooning op roait-beef, en plumpudding te
onthalen.
Bij de krooning zullende rijtuigen van de vreemde Gezanten,Ministers
en Zaakgelastigden in de volgende orde de trein vergezellen:
De Zaakgelastigden van Mexico, Portugal en Zweden.
De Gezanten van Saksen, Hanover, Griekenland, Sardinië, Spanje, del
Vereenigde Staten, der Nederlanden, van Brazilië, Beijeren, Denemarken,
BelgieWurtemberg en Pruissen.
De vreemde Ambassadeurs en buitengewone Gezanten zullen in die orde
rijdenwaarin zij van hunne komst hebben kennis gegevenals voor Tur.
kije, Achmed Fe thy Pacha; voor FrankrijkMaarschalk Soult; voor Porto,
gal, de Hertog de Pa/mella; voor Zweden, de Graaf Lowenhielm; voor Sar.
dinie, de Markies Brignolevoor Hanover, de Graaf Alten; voor Pruissen,
de Prins de Putbus; voor Spanje, de Markies de Mirajlores; voor Nederlan
den de Baron van der Capellenvoor Ooitenrijk de Prins von Schwarsen
berg; voor Rusland de Graaf Stroganojf; voor Belgie, de Prins de Lignh
en voor de Beide Sicilien, de Graaf Ludolf.
De Turksche Ambassadeur, de Fransche Ambassadeur, de Russische Am-
bassadeur, en de Oostenrijksche Ambassadeur.
Er is wederom een man door de Policie gevangen genomendie zeidt
over elf jaren met de Koningin gehuwd te zijn. Hij wilde met geweld in he:
paleis dringen. Deze Is reeds de zesde krankzinnigedie zich een huwelijl
met Victoria in de hersens heeft gehaald.