A\ 1838.
LEYDSCHE
COÜRAN
WOENSDAG,
a M E L
NEDERLANDEN.
Leyden den rsten Mei.
be Staati^Ceurant van heden bevat liet volgend Koninglijk besluit:
T U R K Y E.
N*. 53,
Wij WILLEM, bij de gratie GodsKoning .dér NederlandenPrins Van. Oranje-
NassauGroot-Hertog van Luxemburg y enz,«rau
'Overwegende, dat de aanleg van een ijzeren spoorweg naar deïi Rliijn bevordelijk Kan
ïïjn aan het algemeen welzijn en in het bijzonder aan de belangen van den handelen
\venschende te voldoen aan het verlangen, hetwelk Ons dienaangaande, bij Ons verblijr
ïn de hoofdstad, nader is te kennen gegeven;
Gelet op het rapport van Onzen Minister van Binnenlandschc Zaken-, van den sisten
dezer, N°. 105;
Hebben besloten en besluiten
Art. i. Er zal onder directie van liét Departement van Birtnenlandschè Zaken en over
eenkomstig de nader vast te stellen planneneen ijzeren spoorweg worden aangelegd van
Amsterdam over Utrecht naar Arnhemwelke later zal kunnen worden uitgebreid
tenen zijtak vin Rotterdam naar Utrecht eii in eene verlenging van Arnhem tót de Pruis-
sische grenzen.
Art. 2. Tot goedmaking van de kosten dezer onderneming zal eene geldleening worden
geopend van negen millioen guldens, welke later voor de zoo evengemelde uitbreiding en
verlenging zal Kunnen worden aangevuld met eene tweede en derde serie van zes en van
drie millioen guldens.
Deze geldicching zal geplaatst worden, hetzij bij inteekeninghetzij bij aanbesteding
of óók.;bij stukswijze verkoop., zp,oals nader door Ons zal worden bepaald.
Art. 3. De obligatien, uit de tweede en derde serien voortspruitendezullen beschouwd
worden gel jij ke regten te hebben als die der eèïstezoodat de drie sefien te zamen, wan
neer daaraan gevolg-gegeven wordt "één geheel zullen uitmaken.
Art. 4 De in art. -2 vermelde geldleening zal loopen tegen den interest van vier en
een half ten honderd in het jaar.
Art. 5. Zij zal bijzonderlijk gevestigd zijn op de inkomsten der nieuw aan te leggen,
in ari. 1 verbeide, wegen, van welken aard.die Inkomsten óok zouden mogen wezen.
Art. 6. Indien deze Inkomstenna aftrek der kosten vau het onderhoud der werken,
ontoereikende mogten zijn cot betaling van den bij art. 4 bepaalden interest, zal daarin
van'Onzentwcgc 'en uit Onze bijzondere fondsen worden voorzien: wordende alzöo deze
interest-betaling duor Ons gewaarborgd.
Art. 7. De zuivere inkomsten}, welke overblijven 11a aftrek van de kosten van onder
houd, van de interest-betaling en van de teruggave vqp. Jïctgeenkrachten* den waarborg
in art. 6, aan interessen mogt betaald zijn, zullen gorden aangewend:
voor een vierde part, tot uitdeeling aan de obligatie-houdersgelijkelijk naar evenredtg-
van ieders aandeelen
en voor de andere drie vierde parten tot aflossing hij openbare loting van zoo vele
■obligatien van deze geldleening, met eene premie van vier ten honderd boven het kapi
taal, als tot dien koers zullen kunnen worden ingetrokken, ten einde daarna dadelijk tot.
vermindering van de hoofdschpld dezer geldleening te worden vernietigd.
Art. 8. Na de aflossing van de bij dit besluit vastgestelde geldleening, zal de eigen
dom de» daarvoor gemaakte werken, met al den aankleve dezer onderneming, aan het
Rijk ovctgaan
Art. 9. De fondsen dier geldleening en de opbrengsten der werken zullen als gedepo
neerde gelden in 's Rijks kas Worden gestort, en zal daarover door Onzen Minister van,
Binne landsche Zaken, bp Onze bijzóndere autorisatie, worden beschikt.
Art. 10. Dé tijd eii wijze 'van de uitgifte der obligatien tot de drie serien dezer geld
leening behoorende Waarvan de eefste in deii loop van 1838 zal -worden geplaatst en
de twee andere in allen gevalle niet vóór de'maanden Junij 1839 en 1840 zullen worden ge
opend, zullen nader door Ons worden vastgesteld.
Onze Minister van dinnenlandsche Zaken is belast met de uitvoering van bet tegenwoor
dig besluit, waarvan kennis zal worden gegeven aan Onzen Minister van Financien en
aan dé Algemeeue Rekenkamer, tot informatie en narigt.
Gegeven te s Gravenhageden 3oscen April des jaa'rs 1838, van Onze regering bet
vijf «ti twintigste.
WILLEM.
Van wege den Koning,
V a n D o o r n
Be Konitiglijke famielje is laatstleden Zondag avond, omstreeks 5 ure,
van Amsterdam in de Residentie teruggekeerd.
Door Zijne Maj. zijn benoemd: tot Voorzitter in de regtbank van koop.
handel te Breda, de heer P. J. van den Goorbergh; tot Regters, de heeren
G. van Alphen en H. A. van Reuth; en tot Regcers-plaatsvervangers, de
heeren A.- Loonen en C. Allebei.
Zoo men verneemt heeft Z. K. H. Prins Frederikbehalve het onlangs
door Hoogstdenzeiven aangekochte, nabij 's Gravenhage gelegen landgoed de
Paauw, thans ook nog het daaraan belendend goed, Het Huis ter Horstvoor
eene somma van honderd vijf en zestigduizend gulden, van den heerJC<7/; gekbëht.
Den 30 April zijn te 's Hage depeches uit Londen ontvangen.
Naar men verneemt, is de instrbctie in de zaak van de Rotterdamsche
Commiesen afgeloopen,
Uit Amsterdam meldt men van den 28sten April:
Even over :o ure in den morgen bezocht Z. M.met Hoogstderzeiver beide
Zonen en Prins llexanderverzeld van den Staatsraad, Gouverneur van
Noord-Holland, den Griffier der Staten, den Burgemeester en den Wethouder
dezer stad, belast met de zaken van het armwezen en onderwijs, en verder
met een zeer luisterrijk gevolg, de nieuwe en groote stads-armenschoolop
het Molenpad alhier, juist op het oogenblik dac aldaar her gewoon halfjarig
txamen door heeren Curatoren gehouden werd, Z. M. doorliep al de klas-
«en en rangen van de hoogste tot de laagste, onderhield zich op gemeenzame
en onderhoudende wijze met de kinderen over hun werk, onderzocht eenigé
Schriften en rekenkundige oplossingen, terwijl Curatoren de kinderen als naar
gewoonte in de onderscheiden vakken van het onderwijsook bijzonder in
de vaderlandsche geschiedenisondervroegen. Z. M. liet zich van heeren
Curatoren en den eersten Meester R. Bell van alles naauwkeurig onderrigt
geven, doorzag de opgemaakte halfjarige lijsten van gedragvordering, enz.,
en gaf aan heeren Curatoren de verzekering van Hoogstderzeiver bijzondere
goedkeuring en tevredenheid. De kalme en goede stemming, stilte en orde,
ïohder aan gepaste eerbied en vrijmoedigheid iets te kort te doen bij deze
arme kinderen, waren hoogst loffelijk in zich zelve en zijn voorbeeldig voor
hnderen.
Treffend en aandoenlijk waren inzonderheid de uitdeeling der prijsjes aan
Be kinderen, die het Z. M. behaagde in eigen persoon met de meeste min
zaamheid te doen, en de aanheffing van twee gepaste coupletten uit het
Volkslied van Tollensdoor de kinderen met 2igtbare verheffing gezongen.
Ruim elf ure verlieten Z. M. en verder gezelschap het schoollokaalterwijl
Curatoren het examen verder vervolgden. Het tafereel dezer handeling en
vereeniging laat zich niet beschrijven, maar gevoelen. Dit vereerend bezoek
laat zeker in de harten van alle aanwezigen eenen diepen en blijvenden in
druk achter.
Van daar heeft Z. M. zich begeven naar het Entrepót-Dok er de fabrijk
v»n stoomwerktuigen van den heer van Vlisssngen, en dezelve met belang,
stelling bezigtigd en onder betuiging van te vredenheld verlaten; gedurende
het verblijf aan laatstgemelde plaats is er een borstbeeld van Z. M. en de
woorden: De Koning Leve! gegoten.
DootZ. K. H. den Prins van Oranje is op nieuw een bewijs gegeven, dat
trouw en vroegere diensten aan het vaderland bewezen, door het Vorstelijk
Huis niet worden uit het oog verloren. Het heeft namelijk aan Z. K. H.
behaagd, heden morgen een vriendelijk bezoek te brengen aan den alhier
woonachtigen, thans bijna pi jarigen grijsaard, de heere Atrien, een man
01e reeds in 1762en alzoo nti 76 jaren geleden, in Nederlandsche dienst
getreden, later, en wel in de jaren 1794 en 1795, bij den te vroeg aan zijne
doorluchre bloedverwanten ontrukten Prins Fredeiik, broeder van Z. M.,den
thans regerenden Koning, geattacheerd is geweest. Onnoodig is het hier bij re
voegen, hoe aangenaam dit vereerend bezoekden grijzen veteraan is geweest.
Vroeger in den morgen had Z. K. H. hec magazijn van den heer Oppessheint
bezocht.
Heden middag is er wederom diner ten Hove.
Nog meldt men uit Amsterdam van den apsten April.
Gisteren avond hebben wij andermaal bet genoegen gehad, Z. M. denKo-
ning en Hunne Koningliike Hoogheden de Prinsen in den stads Schouwburg
te zien. Het publiek, hetwelk derwaarts was samengestroomd om het Ko.
ningliik Gezin op nieuw deszelfs hulde te brengen, was nog talrijker dan
Dingsdag I. I. Het ware inderdaad te wenschen, dac zij die wel eens droo.
men of'voorgeren te droomen van mindere eenheid tusschen volk en Vorst
gectiigen mogten zijn van zulk eenen avona in de Hoofdstad van Oud Neder
land. De meest doorslaande blijken van der Vorsten minzaamheid jegens het
volk en van 's volks liefde en eerbied jegens de Vorsten zouden hun den
moed benemen, hunne hersenschimmige denkbeelden immer weder te durven
uiten. Blijkbaar ten hoogste voldaan verlieten Koning en Prinsen de zaal
tot een volgend bezoek een hartelijk afscheid nemende van een publiek in
welks midden zij verzekerd zijn steeds zoo welkom te wezen.
Na heden morgen de godsdienstoefening in de Nieuwe Kerk, onder het
gehoor van Z. Weleerwaarden den heere Bruinier, te hebben bijgewoond,
hebben Z. M. de Koning en HH. KK. IIH. ons wederom verlatenom naar
de Residentie terug te keeren. Bij het vertrek betuigde Z. M. zeer te vrede
te zijn over de dagen, die Hoogscdezelve hier had doorgebragr.
Zoo men verzekert zal Z. K. H. Prins Frederik zich den 2den Mei naar
Berlijn begevenen Z. K. H. de Prins van Oranje iets later insgelijks eene
reis derwaarts doen.
Te middennacht ontstond er brand in het bovenste gedeelte van het huis
van H. G. Borger, Kastenmaker, op den hoek van den N. Z. Achterburgwal
en het Kattengat, in den beginne vreesde men voor ernstige gevolgen, doch
door liet spoedig aanbrengen van water en de hulp van drie brandspuiten,
is men den brand vrij snel meester geworden.
De Gedeputeerde Staten van de provincie Overijssel hebben de bouw
kundigen, binnen dit Rijk woonachtig, nitgenoodigd om mede te dingen
naar een' prijs, voor een ontwerp van een Provinciaal Geregtshof te Zwolle.
De kosten van het gebouw zullen de som van f 60,000 niet aanmerkelijk
mogen te boven gaan.
Aan den vervaardiger van her doelmatigst gekeurde plan zal eene premie
worden toegewezen van drie honderd gulden.
De stukken, die naar den prijs dingen, moeten vóór 1 Julij vrachtvrij
worden ingezonden aan den Griffier der Staten' van Overijssel.
De vervaardiger van hec bekroonde plan zal verpligi zijn, een in alle dee.
len uitgewerkt bestek en een specifieke berekening van kosten te leveren,
binnen den tijd van twee maanden, na de aanvraag van Gedeputeerde Sta.
ten, waarvoor hij, bij goedkeuring, boven de premie, zal genieten twee
honderd gulden.
Men tneldt uit Zwolle: Alhier had hec navolgende voorval plaats:
Geselt Sluiter, Mr. timmerman en metselaar, op Donderdag, den 19 April;
des avonds omstreeks half zes ure, bezig zijnde pannen te dekken op het
huis van zijnen broeder Jan Sluiter, aan de Nieuwe Haven bij de stads
school, had het ongeluk, door het uitglijden van zijne voeten, van boven
van de vorst der gemelde woning neder te storten. Hij buitelde verschei,
dene malen over het hoofd langs het sparwerk, waaraan hij zich te vergeefs
poogde te grijpen en viel ter hoogte van meer dan 14 Nederlandsche ellen
in eene met koehaar en water half gevulde kuipop. het hoofd neder. De door
schrik bevangen personen, die op eenigen afstands dezen val gezien hadden,
kwamen spoedig toeloopen, 01U den ongelukkige hulp te vèrleenen; dan eer
nog iemand bij hem was, had Sluiter zich reeds overeind begeven, en was,
tot verbazing van alle aanwezigen, geheel onbezeerd de kuip reeds weder
uitgeklommen, en stond daar, zonder door dien val het minste nadeel beko.
men te hebben, terwijl hii, in gevoel van dankbaarheid uitriep: De Heer
heeft mij vérwonderlijk gered! Een geneesheer,' daar juist tegenwoordig,
verklaarde, dat Sluiter zoo weinig ontsteld was, dat hij zelfs eene aderlating
onnoodig keurde. Den volgenden morgen zag men Sluiter weder als te voren
zijne gewone bezigheden op bovengemeld dak verrigten.
Als eene bijzonderheid dienc hier nog bij aangemerkt te worden, dat de
genoemde kuip nog kort te voren niet planken gedekt was, doch welke toeil
juisc weggenomen waren.
Uit Groningen schrijft men, dac H. K. H. Mevrouw de Prinses vast
Oranje met een werk van hare eigene hand zal vereeren de openbare verlo.
ting van vrouwelijke kunsthandwerken en andere voorwerpen, welke eenigé
aanzienlijke dames zich voorstellen, aldaar ten behoeve der armen te doen
plaats hebben.
De Pruissische troepen, die de bezetting van Luxemburg hitmaken,
hebben in het dorp Strasseneen uur afstand van de vesting, eene Belgische
vlag, welke aldaar geplant was, ter gelegenheid van de benoeming-van den
Burgemeester, omvergehaald. In de Belgische Kamer van Afgevaardigden heeft
eene zekere Metz hieromtrent dadelijk een adres san Leopold willen aanbieden;
hij is echter door den Minister van Buicenlandsche Zaken daarin voorloopig
verhinderd, omdat deze te kennen gaf, dat hij niet genoegzaam, omtrent
het voorgevallene onderrigt was.
Uit Smyrna meldt men van den isten April, dat van de vreemde Consuls
uit Alexandrie, Bairut, Kandia en Kaïro berigten waren ontvangen, die den
opstand in Syrië bevestigen en tevens melden, dat dezelve zich meer en
meer uitstrekt. Ibrahim-Pacha had den 14 Maarc tegen de Druzen wederom
een tiadeelig gevecht geleverd en was daarop naar Aleppo geweken. De Vorst
der Drusen, Emir Bechiris tiaar Damaskus in het leger van Solisuan-Pacha
moeten vlugten, omdat de Druzen bemerkt hadden, dat hij met Ibrahim-
Pacha heulde. Alle beschikbare troepen waren in Aegypce naar Syrië inge-