A\ 1838, LGTDSCHÊ MAANDAG, C O fG %3 s '5 FEBRUARIJ. De BURGEMEESTER DER STAD LeYdeN .Gezien liet besluit van den Heer Staatsrad, Gouverneur van Zuid-Holland, van den "jdèri January dezes pars Provinciaal bied N°. i) Gelet op de voordragt van den lieer Controleur der directe belastingen van den 23Steii Jaituarij dairaalivolgcude N®. 33'; Brengt bij deze ter kennis der belanghebbenden, dat gedurende deze loopende maand 'de, bij art. 35 en 3d der wet van den 21 Mei 1819 'Staatsblad N". 34), bcvolene alge- ïneene. opneming der Patentpljgtigen zal plaats hebben', Zoo .aan derzelver huizen als in de Verscliiiienae werkplaatsendoor daartoe gemagtigde beambten wordende dezelve tot 'dat enide verzocht, örn hunift Patentzegels, benevens de registers hunner werklieden gfc- Tetfd te hodden-, ten eifide aan gemelde beambten te worden vertoond. Ley denden 3. februarij 1838. Be burgemeester vbbrnoemd J. G. de MEY. NEDERLANDEN. t Leyden dén 4den Februari]. Dopt Z. M.'den Koning is toe Rector Magnificus van onze Róogeschool, Voor het volgende Akadémiejaar, benoemd; de Hoögl. P. Hofman Peerlkamp. Heden avond om 10 uren passeren alhier HH. KK. HH. Prins en Prin ses Albert van Pruissen, zich van 's Gravenhage naar Berlijn begevende. De loting voor de Nationale Militie, ligting van 1838zal alhier op aan staande Maandag en ping&dag, den J5 en 6 Maarc, plaats hebben, Men meldt Uit *s GraVenhage van den 2 February: Gisteren is alhier gevierd de verjaardag van H. K. H. Mevroiuv de Prin ses Frederik der Nederlanden, met het uitsteken van vlaggen en liet houden Van parade, hebbende het klokkenspel wegens de vorst zich niet kunnen dóen hoóren. In den morgen was er dejeuyer bij Z. K. H. Prins Frederik des middags diner ten hove. De milddadigheid dier edele Vorstin, welke gedurende dezen winter, in stilte, in de behoeften van vele huisgezinnen voorzag en nog dagelijks voorziet, zal dien dag ook t.ot een feesc voor de armén gfcVhaakt hebben, die ongetwijfeld hunne gebeden voor Haar welzi'n en voor dat van Haar huis zullen gevoegd hebben bij die van Haren door- ltfchtigen Gemaal en der verdere leden van, fiec Kopinglyke geslacht.. Heden op den middag hebben Zijne Maj. de Koning en Hóbgsc'deszelfs Dochter; H. K. H. Prinses Albert van Pruissen, eene wandeling gedaan. De drukst bezochtsce Straten der Residentie doorkomende, werden Hoogst- tiëzelven Weldra herkend en met de meeste blijken van eerbied begroet; Met genoegen merkte men op, dat Zijne Maj. een goeden staat van ge zondheid genoot; t Volgens bërigt van Batavia, zou Zijner Majs. oorlogsfregat Bellona KajitArrrenSy aan boord hebbende Z. K, H. Prins iVtllem Frederik Hen drik der Nederlanden; den 28 September 1837 van Batavia, over Riotik, Singapore en Calcutta naar Nederland vertrekken. Door Zijnd Maj. zijn benoemd; tot Burgemeester der stad Alkmaar, F. rfF. Öruijvesteijnen tot Suosticuut, van den Officier bij dë regtbahk van Eersten Aanleg te Brielle, Mr. Z-. .7. van Maanen Naar men verneerac, heeft het Zijne Maj. den Koning behaagd voor eene som van f io,ooo«in te schrijven in dé ten vorigén jare ongerigte naam- lodzé maatschappij, onder de benaming van de Rijn- en JJisel-Stoomboot- Maatsthappij. De stad Deventer heeft ingeschreven voor 10 000, de stad Kampen voor/50,000, F, L. A. van Sturler vodr fri.ooö, G. ïVestenènk voor 5,000, enz. In de wegens deze maatschappij vastgëstelde statuten, wotSc onder anderen bepaald, dat Directeuren, met ovërleg van Commissa- tissëti, den vbec zullen regelen, waarop de aan te leggen vaarten zulleri worden ingerigt; met opzigt tot de tijden van afvaart, de plaatsen, welke door de booten zullen worden aangedaan, de vrachtprijzen en wat dies meef ïij, behoudens betgeen in de acten van concessie, door de Regeringenvan welke dezelve moeten verkregen worden, in opzigc tot de laad- ën losplaat- »$n:,.vrachtprijzen, en zoo voorts, zal zijn bepaald. Naar men verneemt, zal op Maandag, 19 Februarij,- des miJdags ten ure, in den Nieuwen Doelen alhier, eene algfemeëhë vergadering gehouden Worden van deelnemers der maatschappij van werktuigelijke vaatmakerij, te dezer stede gevestigd. Daar aan het Departement van Oorlog van meer dan eene zijde geble ken is, dat er eenige onzekerheid bestaat, omtrent de vroeger gegevene voorschriften, voornamelijk ,met opzigt tot het betalen van reiskosten aan hiiliciens, die zich met een bepaald verlof, dat niet op hun verzoek is ver leend, m de gemeenten bevinden en opgeroepen worden, om onder de wa.- penëti te komen zijn ten einde allen twijfel hieromtrent weg te nemen; de 'geuiëentebësturennaar aanleiding eèiier missive van voornoemd departe mént, onderrigt geworden, dat aan de miliciens in het algemeen, aan welke bij de inlijving der onderscheidene ligtingen, {dadelijk na hunnè indeeling; ingevolge eene generale authonöatiè en verlof vopr den tijd van zes maan den is verleend, of aan welke later die gunst bij vernieuwing wórdt toege kend, bij eene wederoproeping of wederopkomst onder de wapenen, het gewoon reisgeld naar de plaats, naar welke zij zich moeten begeven, door de zorg.der gemeente Besturen kan worden uitbetaald, mits daarvan op de verlotpassen behoorlijk melding wordt gemaakt. Wijders zijn de gemeente Besturen uitgenoodigd, óm tot het erfahgen van restitutie van de, te dier zake, gedane betalingen, overeenkomstig vroeger gegevene voorschriften te willen handelen; terwijl de militaire Autoriteiten verzoClu zijn, om op de -verlofpassen van de bedoelde manschappen, welke met een dusdanig verlof naar hunne haardsteden worden terug gezonden, ffieïding te makendat zulks èp eene algemeene antorisatie en niet op bun vèfzoek is verleend. Dezer dagen zijn de gemeente Bestiiren' In Zuid-Holland aangeschre venom onverwijld in overleg te treden, ten ëïnde in deze maand Februarij tie jaarlijksche opening der pa:entpligtigen in dat gewest, tevens met het ónderzoek, bedoeld bij,aft. 35 der wet van 21 Mei 1819, in iedere stad of gemeente, op de meest naauwkeurige en doeltreffende wijze te doen aan- vangen en volvoeren, op den voet der bestaande voorschriften, en, in het bijzonder, des besluits van 18 October 1830, welks zorgvuldige naleving tien Ambtenaren tier directe belastingèn bij vernieuwing is aanbevolen. Tevens is bepaald, dat dè algemeene processen-verbaal en staten, welke, terzake voormeld, op den gewonen voet zullen moeten worden opgemaakt, door de Controleurs aan de Arrondissements-Inspecteurs vóór of op den 20sten Maart aanstaande, en door deze Ambtenaren, vóór den laatsten der gezegde maand, *an den Staatsraad, Gouverneur der provincie, zullen moeten worden over. >gelegd. Door hèc Departement van Oorlog is eene naauwkeurige, nominative ópgave verlangd geworden van al de bij den isten ban der schutterij dienende tDinscbippert, welke wt hunue inlijving zyn gehuwd, en bereids kind cf kin. deren hebben gekregen. Uit dien hoofde zijn de gemeente Besturen verzocht geworden, om aan het gewestelijke Bestuur te doen toekomen eenen staat', waarop behoort te worden ingevoegd de naam en voornamen, graden, afdee- ling, bataljon, cie ligting voor welke de manschappen zijn ingelijfd, de ge meente, wanneer gehuwdof de echtgenoote nog in leven is, en het getal kinderen; terwijl deze opgave voorts behoort voorzien te zijn van alle in lichtingen, waartoe het hoofd aanleiding geeft. Dezer dagen heeft alhier het licht gezien eene zeer nuttige en niet onbelangrijke verzameling der hier te lande bestaande verordeningen voor de kerkfabrieken bij de Roomsch-Kathoiijkenwelke verzameling bijzonder doel matig is voor heeren geestelijken, vermits het hun daaruit duidelijk blijkt, welke decreten, wetten, besluiten, voorschriften en verordeningen zij, in die opzigt, in het oog te houden hebben. Uit deze verzameling blijkt, dat de geheele wetgeving op dit stuk voor namelijk berust op een Keizerlijk decreet van den 30 December 1809, ver vat geweest 111 het Bulletin des Lois van dien tijd, en getiteld: „betrekke lijk de kerkfabrieken bij de Roomsch Katholijke gemeenten." De twee eerste artikelen van die decreet bevatten den grondslag van al deszelfs verdere uitgebreide bepalingen, en luiden als volgt; Art. 1. Dé fabrieken, welker instelling bij art. 76 der wet van den i8den Germinal 10de jaar is voorgeschreven, moeten waken voor het onderhoud eii de instandhouding der kergebouvvenzij beheeren de liefdegiften en de goe deren, bij de wetcen en reglementen toegestane renten en ontvangsten, den geldelijken onderstand door de gemeenten bijgedragen, en in het alge meen alle fondsenbestand voor de uitoefening der eer'edienst;zij zullen eindelijk die uitoefening en de handhaving van derzelver waardigheid in de kerken, waaraan zij verbonden zijn, bevorderen, dqor de daartoe benoodigde uitgaven te regelen en de middelen om daarin te voorzien te verzekeren. Art. 2. Iedere fabriek zal zijn zamengesteld uic een' fabriekraad en uit een bureau, van kerkmeesters. Bij de eerste afdeeling van hetzelve decreet worde een fabriekraad daarge- steld. Aan de overweging van dien raad zijn onderworpen; i°. de begroo ting van de kerkfabriek 20. de jaarlijksche rekening van haren penningmeester; 30. de bestemming van het oveischut der inkomsten s van het bedrag der erf stellingen en giften, en de wederbelegging der afgeloste kapitalen; 4°. allé buitengewone uitgaven boven de vijftig franken fvijf en twintig gulden) in de parochiën die minder, en van honderd franken (vijftig gulden) in de paro chiën, die meer dan duizend zielen bevatten; 50. de regtsgedingenwaarin de kerkfabrieken ais aanleggers, of verweerders, moeten optreden, de con tracten van erfpacht of van lange huur, de vervreemdingen of ruilingen, en, in het algemeen, alle onderwerpen die de grenzen van gewoon beheer der goederen van minderjarigen te bniten gaan. De tweede afdeeling sceit een bureau van kerkmeesteren daar, hetwelk is zamengesteld: i°. uit den Pastoor of desservant van de parochie of sneeur- saal, die daarvan voortdurend en. van regtswege lid zal zijn; 20. uit drie leden van den fabriekraad. De Pastoor of desservant zal de eerste plaats bekleeden en zich kunnen doen vervangen door een' zijner vicarissen. Die bureau hetwelk ten minste eenmaal in iedere maand vergadert zal de be grooting van de kerkfabriek ontwerpen en de zaken voorbereiden, die in den fabriekraad ter tafel moeten worden georagt. Het zal tevens belasc zijn mee de uitvoering der besluiten van den labriekraad en met het dagëlijksche be heer der tijdelijke belangen van de parochie. De kerkmeescers zijn ver- plrgt te waken dac alle fundatiën getrouw worden gekweten en uitgevoerd, overeenkomstig den wil der stichters zonder dat de gelden tot andere einden worden gebezigd. Een uittreksel uit het register der titels, bevattende de fundatiën, die ge durende den loop van hec kwartaal volbragc moeten worden, zal In de sakri- stij,'bij den aanvang van elk. vierendeêljaarworden opgehangenr met ver melding van deh stichter en van den geestelijke, die de diensten van elke fundatie zal volbrengen. Dé Pastoor of desservant zal, op het einde vaii elk kwartaal, aan hec bureau van kerkmeesters verslag doen der, in den loop van het vierêndeeljaars; gekweten fundatiën. Het derde hoofdstuk des gemelden decreets houdt omstandige bepalingen in betrekkelijk het beheer der goederen van de kerkfabriek. De tweede afdeeling handelt n.eer bepaaldelijk van de rekeningen. Jaarlijks' zal door den Penningmeester rekening worden afgelegd. De Bisschop-zal een Commissaris kunnen benoemen om in zijnen naam tegenwoordig te zijn bij hec doen van de jaarlijksche rekening; maar zoo die commissaris een ander is dan een groot vicaris,- zal hij niets kunnen bevelen ten aanzien van de re kening, maar alleen proces-verbaal mogen opmaken wegens den staat van de kerkfabriek en wegens de levering voor en de herstelling aan de kerk benoo digd. In allen gëval, zullen de Aartsbisschoppen en Bisschoppen, bij hec doen der kerkvisitatieof ook hunne Vicaris-Generaal zich al de reke: ningen, registers en inventarissen kunnen doen voorleggen en den staat der kas opnemen. Wanneer de Penningmeester in gebreke moge blijven om ziine rekening ten bepaalden tijde in te dienen en het batig saldo derzelve aan te zuiveren, zal zijn opvolger verpligc zijn om uiterlijk binnen eene ïiiaand, de noodige maatregelen te nemen, ten einde hem daartoe té nood zaken; zullende, bij gebreke van dien, de Keizerlijke Procureur (Procureur des Konings,) hetzij ambtshalve, hetzij op aangifte van een der leden van het bureau of van den fabriekraad, hetzij op order door den Bisschop, in den loop der kerk visitatie uitgevaardigd, gehouden zijn de rekenpligtigen te vervolgën voör de Regcbank van Bersten Aanleg en hem te doen veroordee- len tot betaling van het batig saldo, tot liet doen regelen van de betwiste posted, óf tot het afleggen fijner rekening, indien dit nog niet heeft pleats' gehad, allés binnen zeker alsdan te bepalen cijdbescek, en om, bij faute van' dien, 11a het verstreken zijn van den bepaalden termijn, voorloopig, ten voor- deeie van de kerkfabriek, eene som te betalen, gelijkstaande met de belfc der gewone ontvangst van het vorige jaar, onverminderd dc andere vervolgingen. Het vierde hoofdstuk handelt van de lakten der gemeenten met betrekking tot de eei-edienst. Deze lasten bestaan in de navolgende: i°. oUT de' onge- noegzaamheid der inkomsten van de kerkfabriek tot kwijting der bij art. 37 van hét decreec vermelde lascén aan te vullen; om aan den Pascoor öf des- sërvant eene pastorij, óf zoo er geene pascorij is, eene woning, öf, bii ge breke van pascorij en woning, eene schadeloosstelling in geld te verschaffen; 30. om 'bij te dragen in de groore herstellingen der gebouwen die voor dc eeredienst gebezigd worden, wanneer de gemeenten verpligc zijn om de on genoegzaamheid der inkomsten van de kerkfabrieken voor de beide eerstge-; melde behoeften aan te vullen, zal de begroocing der kerkfabriek tér tafel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1838 | | pagina 1